ff. 1882.
Woensdag 18 October.
-K 5553.'
Kennisgeving
Kennisgeving.
n. 9
ton.
Zes en Dertigstè Jaargaag.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag.
m
Buitenlandsche Berichten.
14
1733'm.
rsftaVj
iemgfng
Vf47
blasting,
BV,
5'A
5%
6Va
®5A
*Vk
51/,
2Va
3
M f
senigisg
er, sluit
Mr 12Vi
59,359,
•t r 166,
Bn 1500
Olga, k.
leiden
-
Trim,
Oct.
2%
iVt
GO U R ANT.
(Ibosnbmkntsi'Rijs, pei kwartaal
franco per post, door het geheele Rijk
Xfcouderlijke nominns
J 1.85.
- 2.50.
- O.tO.
BUREAUS St A RUT; E, ISU
Advertentieprijs: van 110 gewone regels met
inbegrip van eeno Courantf 1,10.
Iedere gewone regel meer- 0.10.
Drif.ma.ai. plaatsing wordt tegen tweemaal berekend.
jisterto,
A
temnms
op uitt
il mix
irJf
en iilf
temi
i:jr
indi
moboDi
alras»*
isute
h Ara»
d. Lom
e «rij
'Kot
fllU
<8.05
.17#
PROCES-VERBA AL van de opening der
Stembriefjes die, ter benoeming van één
Lid van den Gemeenteraad van Schiedam,
den 46en October 4882 zijn ingeleverd.
Op heden den zeventienden October achttien honderd
twee en tachtig in de Gemeente Schiedam, is door
het bureau van stemopneming in do ter inlevering
van stembriefjes bestemde zaal plaats genomen, des
morgens ten negen ure.
Het bureau is zamongesteld uit den heer PIETER
JACOB VAN DI.IK VAN MAT E NES SE, Burgemeester,
Voorzitter, 'JAN MARGARETIIUS VAN DER SCHALK
en GERRIT VISSER Hz., leden van den Gemeente
raad, stemopnemeis.
De Voorzitter plantst op de tafel de stembus, bij
lioin den zestienden October 1800 twee en tachtig
Oiergebragt.
De zegels van de bus worden onderzocht en be
tonden ongeschonden te zijn.
De bus wordt geopend en bevonden zeven hondeid
en twee stembriefjes te bevatten.
Dit getal mot de lijst der kiezers, die bricijes
hebben ingoleveid, vei geleken zijnde, is gebleken
te zijn even gioot als het getal dier kiezeis.
Nadat de briefjes zijn ondereen gemengd, worden
tij door don Voorn (.tor één voor één geopend en
tnerhml voorgelezen.
Het bureau heeft van onwaai de verklaard negentien
briefjes, waai mui 1G bnefjes niet waren ingevuld,
fen buefje dat geen persoon duidelijk aanwees en
twee die het in ai t. 37 der Wet bedoelde zegel
misten.
Het getal der geldig uitgebiagto stemmen is
mitsdien geweest zes hondeid drie en tachtig.
Van dit getal zijn mtgebragt op
de liecien C. J. I'. VAN DER SCHALK 353 stemmen,
if. R. M. A. VAN GENT 325
J. TAK 2
J. VORMER 1
A. BOSMAN 1
A. HOEK 1
Heeft alzoo de volstrekte meerderheid van stem
men verkregen de heer C. J, P. VAN DER SCHALK.
En is derhalve verkozen tot lid van den Gemeen
teraad in de plaats van den iieer J. M. Van der
Schalk, die volgens den rooster in 1S83 moest
aftreden, de heer
CAR EL JAN PETRUS VAN DER SCHALK.
En zijn tegen deze opening van stembriefjes, door
de in de zaal aanwezige kiezers geen bezwaren
iugebmgt.
En is na afloop van dit een en ander Proces-Ver
baal opgemaakt, in tegenwoordigheid van allen die
zich in de zaai bevonden.
.Gedaan te Schiedam, den 17 October 1882.
P. 1. VAN DIJK VAN MATENESSE, Voorzitter.
J. M. VAN DER SCHALK,!
G. ViSSER Bz., I
BtmGFMEESTrn i.n Wethouders van Schiedam,
.Gezien de aanschrijving van don Heer Commissaris
des Konings in deze Provincie, van den 22sten Sep
tember jl., A, No. 1050, (3de Afd.) jProv. Mad No. 57;
Herinneren bij deze ieder dien zulks mogt aangaan,
dat wanneer men, volgens de aitt. 27 on 42 der Wet
®p de Personele Belasting van den 29sten Maart 1833
(Staatsblad No. 1), zooals die zijn gewijzigd en aan
gevuld bij de artt. 7 en 11 der Wet van den 9den
April 18G9 {Staatsblad No. 59), ter oorzake van nieuwe
aanschaffing, verandering of verwisseling van belasting-
voorwerpen, vallen mogt in de termen van art. 27 der
eerstgenoemde Wet, daarvan suppletoireaangifte moet
woi den gedaan, in voege als bij art. 30 dier Wet
is voorgeschieven, te welken einde een billet ter
invulling bij den Ontvanger der Directe Belastingen
bekomen kan woiden.
Zullende, bij geheel achterlaten van aangifte, of het
doen van te gerings aangifte, op de belastingschuldigen
do strafbepalingen toepasselijk zijn, voorgeschreven
bij art. 35, voor zooverre die ziin gewijzigd hij art.
13 dor Wet van den 9den April 1809 {Staatsblad No.
59) en art. 39 van meergemelde Wet van den 29sten
.Maart 1833 {Staatsblad No. 4).
En is hiervan afkondiging geschied, waar het be
hoort, den 47 October 4882.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
P. J. VAN DIJK VAN MATENESSE.
De Secretarie,
A. W. MULDER.
Burgemeester en Wethouders van
Schiedam;
Gezien Art. 09 der Wet van 4 Julij 1850 (Staatsblad
no. 37);
Brengen bij dezo ter kennis van de Ingezetenen, dat
de Processen-Verbaal \an de op 10 dezer plaats gehad
hebbende verkiezing van één Lid voor den Gemeenteraad,
ter inzage zijn ncdorgelegd op de Secretarie en dat
een afschrift daarvan is aangeplakt aan het Raadhuis.
En is liiervau afkondiging geschied, waar liet be
hoort, den 17 October 1882,
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
P. J. YAN DIJK VAN MATENESSE.
Be Secretaris,
A. W. MULDER.
Schiedam, 17 October 1882.
Wie het spel gevolgd heeft tusschen de
Turksche diplomatie aan de eeue en lord
Duffeiin, de F.ngelsche gezant te Konstanti-
nopel aan de andere, zal tusschen beide moeie-
lijk een glimlach hebben kuunen terughouden.
De Turksche Regeering is ontegenzeggelijk
een der slechtste van Europa; misschien
woidt er in Rusland door de ambteuaren
nog meer verdonkeremaand dan in het ryk
van de Halve Maan; doch dit blijft voor het
oogeublik buiten berekpning. De Turksche
Regeering is slacht, en haar groote gebreken
worden slechts geëvenaard door baar brutali
teit. Van waar het groote woord bij zulk
een zwakke Regeering, sedert dertig jaren
bekend als de zieke man? Omdat deze door
luchtige zieke wel weet, dat zijn nalatenschap
door velen begeerd, maar door niemand aan
een ander gegund wordt. Men moet het be
kennen, de Engelsche gezant weet met het
Turksche uitgeslapen diplomatenvolk nog al
goed om te springen; het mag woedend worden,
te keer gaan, hij blijft kalm en Engeland gaat
bedaard zijn gang. Nu was liet weerde bezet
ting van Egypte door Eugelsche troepen, waar
tegen de Porta meeudetemaaten opkomen.Maar
de gezant had spoedig een antwoord gereed;
als I onderkoning van Egypte ons verklaart,
dat met eigen troepen zyn land ïp orde
kan Wouden, dan zullen wy allen heengaan.
En déze Khedive van Egypte, die weet, dat
de Tórksche regeering broederlijk vereeoigd
met Arabi-pacha, hem gaarne den voet had
gelicht, hy zal zich nog wel een oogenblik
bedenken, voor hij by decreet verklaart, dat
zijn leger voldoende in staat is, om de boorden
van den Nijl enz. in rust te houden. Yoorloopig
zullen er Engelschen in Egypte blijven, en
zij hebben er, men zy overal eerlijk genoeg
het te bekennen, recht toe. De Engelsche
expeditie naar Egypte heeft bloed gekost,
kostbaar bloed. Echter niet dat van den zoon
der Engelsche Koningin, den hertog van Con-
naught, die aan de expeditie deelnam, en wel
geen kruit rook maar toch een belooniug zal
krijgen voor de diensten, door hem aan het
land bewezen.
Een Duitsch achr'yver heeft echter gezegd;
ah de wereldgeschiedenissen zaakregister
bezat, zooals zij thans eeu naamregister heeft,
zou zij meer nut stichten. Deze schrijver
sprak waarheid. Men wordt bitter, als men
bedenkt, dat deze jonge man, die niets ge
daan heeft in den stryd, totaal niets, beloond
wordt niet alleen, maar dat zijn naam in da
annalen van den tocht zal worden bewaaid.
Een zaakregister zal de geschiedenis moeten
aanleggen, maar een naamregister niet min
der, als ze er ten minste namen op plaatst,
die naam- en zaakregister beide vertegen
woordigen. Neem figuren als de eerste Willem
van Oranje, en ge denkt aan een gansch
tijdvak van roemrijken stryd; maar een jong
mensch, die niets uitvoerde, te beloonen, dat
gaat toch te ver, al is die jocgemensch ook
do zoon eener Koningin.
Het Engelsche regeei ingsbeleid wordt natuur
lijk dezer dagen druk besproken- Niet het
minst in Engeland zelf. De Engelsche con
servatieve afgevaardigde Ashmead-Barlett,
een warm voorstander van Lord Beaconsfields
politiek schreef daarover aan de Times. Hij
is van oordeel, dat de eenvoudigste oplossing
van de Egyptische kwestie zou zijn dat de Sultan
zijn souvereine rechten aan de Koningin over
droeg. Natuurlijk zou dit niet tegen den zin
van den Sultan moeten geschieden, maar deze
zou zich wel tegen een billijke vergoeding
daartoe hebbes laten vinden, indien men hem
in den laatsten tijd niet steeds als vijand van
de geheele manschheid had behandeld. Daar
onder die omstandigheden van het overdragen
der 3ouvereine reehten nauwelijks sprake kan
zyn, moeten de Engelschen zich althans van
de vriendschap ea den steun van den Sultan
verzekeren; zijn steun zou op liet Engel
sche reorganisatie-werk den noodigen wettigen
stempel drukken.
Van meer belang nog acht Bailett de
kwestie van een verbond. »Een volk als het
Engelsche, dat in alle streken der wereld
zjjn gezag moet doen gelden, kan dat niet
zonder bondgenooten. Daar ons eigen leger
slechts eeu tiende is van de legers van andere
Rykeu, kan men de beteekenis van allianties
niet te hoog schatten. Lord Beaconsfield
begreep dit en het was een zijner grootste
verdiensten, dat hij het drie-keizers-verbond
verbrak en aan Engeland den steun der
Duitschers en de hulp van den eersten staats^
man van Europa bezorgde. Engeland, DoitscK-
land en Oostenryk verlangen vrede. Duitsch-
land moet steeds op zijn hoede zyn tegen
aanvallen van Rusland en van de rustelooze
an wraakzuchtige democratie in Frankryk.
Rusland is ongetwijfeld in Azië onze mede
dinger en zal eenmaal daar als onze vijand
optredende kostbare en uitgestrekte aanleg
van spoorwegen laat omtrent zijn bedoelingen
geen twijfel over. Evenzeer ligt het voor de
hand, dat de belangen van Frankryk en
Engeland in de Middellandsche Zee en in
Egypte niet samengaan. Van Oct-4881 af tot
Juli 4882 toe deden beide Regeeringen alle
mogel'yke pogingen gezamenlijk op te treden,"
maar al die pogingen waren tot mislukking
gedoemd, omdat beiden verschillende belan
gen hadden."
Zy, die de toekomst rooskleurig iuzien eü
van vrede en niets dan vrede droomen, zien
derhalve, dat er nog brandstof genoeg voor
handen is, om de groote Europeesche huishou
ding geheel of gedeeltelijk in vlam te zetten.'
F R A N K B IJ K.
De bissshop van Poitiers, de heer Dellot
des Minières, is te Parijs gekomen en heeft
een onderhoud gehad met den Minister van
Binneolandsche Zaken en van Eeredienst over
de vijandige houding, die zijn geestelijkheid
tegen hem aan den dag legt.
Tengevolge van de jongste volkstelling
zal het aantal kamerleden weder met dertien
vermeerderd worden en van 557 op 57Ö
worden gebracht; daar er, ingevolge de wet,"
weder dertien nieuwe arrondissementen ge
vonden werden wier bevolking de honderd
duizend zielen te boven ging en die dus eed
tweeden vertegenwoordiger moeten vei kiezen.'
Er werdeu twee arrondissementen gevonden,"
welker bevolking, blijkens de laatste volks
telling, verminderd bleek. Deze zijnbet
arrondissement van Largentière—departement
Aidèche welker bevolking van 404,041
inwoners tot 08,908 ingeslonken was, en dat
van Aubusson departement Creuse dat
van 101,641 tot 99,724 inwoners daalde.
"Uit Munceau les Mines wordt van gis
teren gemeld:
De gendarmerie ontdekte 45 kardoezen
met dynamiet, die verborgen wat en in de na-