Verloren IS AL 1883. Maandag 29 Jariuari. -12 5626. Feuilleton. deren Zeven en BertigstsjJaargang. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. m BuitenSandsche Berichten. - j£ t.Lsl o il 8 KOGEL daartoe {oridigeE voegen bij den ABONNEMBNTSl'RIJ!:, l"il kwni taal franco pel pust, dom het gelieete Rijk ifwiderlnUe. notamei s vit J 1.8a. - 2.50. - 0.10. BtRBAVi fll A. R*K TS, 124. Advertentieprijs van 110 gewone regels met inbegrip van eene Courant1.10, Iedere gewone regel meer0,10. Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend. Schiedam, 27 Januari 1883. In het Vaderland iezeo we de volgende woordenr»De rol, welke de President der Fransche, Republiek speelt, is wel zuiver constitutioneel, maar volstrekt niat geschikt voor Jen aard van het Pransche volk, dat f tnel a\ zyn republikeiasche phrasen gaarne ayouals een dartel paavdtrden teugel voelt ■tst zyn'berijder en anders gekke sprongen jnsskt." Er is werkelp veel waarheid in deze bewering) mits me ''er by voege, als de teugel a! te langdurig en te sterk wordt aan getrokken, rukt liet dartele paard"8iöfl stuk f en springt en vernielt" alles oun\z]clt heen. In de week, die achter ous ligt, werd op der verjaardag vau de onthoofdiug van Lodewijk XVI de gewone jaarlyksche djjkdieost gehou den. De aanhangers van het stamhuis der Bourbons waren in grooten getale aanwezig, •alleen de pvmsou van Oi leans, in de zijlinie verwanten van de Bourbons lieten zich niet zien. Aan voorzichtigheid ontbreekt het deze heeren niet. Deze verjaardag vau den dood des ongeiukkigen kouings in 1793 kon de Franschen vee! herinueren. De viijheid, die 1789 zou aanbrengen werd verstikt door de omhelzingen van het schrikbewind het kr^chtelooze directoire, we wordeu er aan lieiinnerd, nu wij de tegenwoordige Fransche Rogeeiing aan het werk zien, verwekte walging, en toen de eerste Bonaparte deo raad der vijfhonderd door zyn Grenadiers, de tamboers voorop, uit Imo veigaderzaal ver dreef, juchte het volk: de teugel weid aan gelegd en gevoelig ook Na den eersten Napoleon werden de Bour- bons hersteld. Lodewijk XVIII, een man vau fijne vormeo, beschaving en kennis hield het uit, maar Karei X verstond de kunst niet de teugels te bteidelen of te vieren, zooals het behoort, en hij werd verjaagd, en een verre neef, de zoon vau deu dwazen Philippe Egalité, 15. XII. 't Huis was in volkomen overeenstemming met den keurig netten tuin, die er voor lag. De ruime 'Vestibule, die tevens tot anti-chambro diende, Was kraakzindelijk. Allerlei oudenvctsclie, maar zargvuIdig:j,onderhou'iien voorwerpen, versierden do wanden en stonden op de consoles te pronk Een struisvogelei mot zijden kwasten, hing als een lantaarn van het plafond afop eon tafeltje, tegen den muur stond oen fiaaie inktkoker cn daarachter een glazenkastje waarin met do moeste terg een aantal kleinigheden van paatlen or koraal, gesneden kokosnooten enz, gerangschikt die voor den dood van Lodewijk XVI had gestemd, werd de Burgerkoning. De dagen vau de bourgeoisie, de burgerschap waren 1 aangebroken. Ongeveer achttien jaren hield hij zich staande; toen was ook zyn tijd daar; hg ontvluchtte de hoofdstad in een huurkoetsje, om in Engeland het verlies zijner grootheid te beweeuonen er te sterven. De tweede republiek werdgeboren. sliet juiste midden", was de leus m van dezen Louis Philippe geweest. De bour geoisie had hem geen goed gedaan. Ouder df- Bourbons was de oude -del met haar pre- tcutiëo opgetreden, en had "het volk vertoornd de bourgeoisie, 'de' Burgerij, die wapenbord noch geslachtsboom te vertoonen had, was ouiier Louis Philippe ai even weinig popu lair. Kleingeestigheid was haar wezen en dat is niet alleen in Frankrijk, dat is overal het geval. Wanneer lieden van baarslag met voor slag van twaalven eeo positie gaan inueineu, zien deze laag neder op hen, die met het slaan van de twaalfde ure een stap honger stijgen. Danspreken zy van zoo een volgende; wijze; Is deze niet de zoon of de dochter des timmer- maus, wiens of wier ouders we allen kennen? Dan verbeelden ze zich te behooren tot aristo- ctatische kringen, waarvan ze de hoofsche vormen en siei lijke buigingen op potsierlijke wijze nabootsen, en trachten heei schei tjes te worden, maar al te dikwijls leeg van hoofd en aim van hutt, kleinsteedschecairicaturen, waarover de man van volstand haitelijk lacht, maar waai over het Punische volk, de mas-a, zich vei toornt. Zoo kieeg de bourgeoisie in '48 den bons, en de derde Napoleon maakte getnuik van de al te daitele spiongen der socialisten, oin opnieuw den keizei lijken teugel aan te leggen, liet overige ligt nog veisch iu ieders geheugen. Het tweede Frausche keizerrijk was een leugen; maar een leugen, die bedekt weid door glans en glorie, en door v\e moeten het eerlyk bekennen de verstandige handelspolitiek vau Napoleon III. Eiudelyk, naar men zegt. op aandryven van keizerin Eugéuie werd Ia petite guerre tegen Pruisen begonnen; de teugel brak. en eeu nieuwe Republiek lichtte over het zwaar beproefde F.ankrjjk aan. Mata- lieel bloefae zij; het land herstelde zich on- geloofelijk spoedig van de toegebiachte slagen, Thiers de eerste president viel tegenover den reactionuairen Mac Mahon, die op een oogeu- blik van gezond politiek leven door den tegen- wooidigen president Jules Giévy werd ver vangen. De teugel hangt slap, de stalmeesters zyn niet de mannen, die met een donderend jsia", heb speelzieke paard tot bedaren weten te brengen, 't zijn goden van ondergeschikten rang, die 'op den Franschen Olympus zetelen. Waar is de mandie thans zoo dringend nooilig is. Waar de Franschman, een Bis marck gelyk? Een mau;\dien men naar harte lust schelden, haten, verdoemen kan, in zijn afwezigheid aitjjdmaar die, met eeu ijzeren wij^gewapend, den wagen met het speelsche paard iu het rechte spoor weet te houden? Op dit oogeoblïk schudt hij nog in het duister. De dwaze Floquet, die zijn ver- bannings-decieet onmiddellijk na het ver schijnen vao Jeióme Napoleon's manifest indiende, heeft thans met het volgende ontwerp genoegen geuomen: Ait. I Het giondgebied van Frankiijk, van Algeriè en van de koloniën is vet boden aan alle leden van de familiëu, die in Ftunktyk getegeeid hebben. Ait. II. De personen, bedoeld in het voor gaande aitikel, zullen in Fiankrijk geenerlei staalkundige rechten luuuen genieten. Dij de veikieziugen zullen de stembiiafjes, die hun naam dragen, niet in i aliening Uowpu bij het opnemen der stemmen. Zij zuiien op geeuerlei giond deel uitmaken vauhetFian- sche leger. Art. 3. Ieder van de personen, bedoeld ia art 1, die de bepalingen dezer wet zal hebben overtreden, zal terechtstaan voor de correc tionele rechtbank en veroordeeld worden tot een gevangenisstraf van eea tot vijfjaren» Na verloop van die straf zal hij over de grenzen teruggebracht worden. Ziedaar de vr'yheid in de Republiek. In afwachting van de dingen, die komen zullen, is keizerin Eugenie alvast eens naar Parijs gekomen. Zij wilde toooen, dat zy het recht heeft in Fiankrijk verblijf te houden, ea tegelyk een bewys geven van sympathie aaa prins Jeróme Napoleou! Waar zijn de dagëtt der verbrande Tuilerlën en van SdRnt-Cloud met de reeksen der keizerlijke genoodigdon gebleven, toen de dartele keizerin niets dan bitteren spot voor den s ooden prins, voor Plon- plon overhad! Waarlijk Jeróme Napoleon,' hoewel opgesloten, heeft satisfactie \an zijn manifest. Napoleon I liet op schandelijke wijze eeu Bourbon, den hertog van Enghien dood schieten. Had de Fransche Regeering prins Napoleon eenvoudig over de Zwitserscbe gienzen laten zetten, zy had haar prestige behouden. Thaus zit zij met deu onbeduidendeB man verlegen en zal moeite hebben, zich uit het gediang te redden. P K A N K K IJ R. Er had gistei morgen geen ministerraad plaats, tengevolge van een ertfstige ongesteld heid van deu miuister-piesident Duclerc, die eergisteren niet in ontvangst kon nemen deo brief vau den heer Marcou, waarin hem het besluit van de commissie betreffende de pre tendenten werd medegedeeld. De minister de Fallièi es, door de commissie gehoord, verzocht de indiening van het rapport te bespoedigen. warenblijkbaar herinneringen aan een reis naar Toulon of Triest, en eon menigte snuis terijen meer van dien aard, alios van geringe waarde, maar die de bezitster zeker als merk. waardige zeldzaamheden beschouwde. Madame Jalin verdiepte ziel; niet lang i de beschouwing; ook was de verzameling haar sinds lang bekend. De huishoudster, die haar had aangediend, kwam spoedig terug en liet haar in een klein suton met twee ramen. Bij een gezellig haardvuur was een oude dame ijverig aan een groot tapisseriewerk bezig.. Goeden morgen, madame Jalin, zeide zij, zonder op* te zien, wacht even tot ik uitgeteld hebvijf, zes, zeven. Zie zoo, nu ben ik tot uw dienst. -En met die woordon hief zij 't hoofd omhoog, ging rechtop zitten, stak de naald iosjas in 't gaas, zag haar bezoekster welwillend aan c-n wachtte af wat zij liooran zou. Bejaard was zij,'maar frisch en blozend; een fijn, rond geziciitjo, mot levendige, sprekende oogenkleine, grijze krulletjes omgaven 't blanke voorhoofd. Zij droeg een muts van Valenciennes. Haar voorkomen was verre van alledaagsch, maar zeer innemend en goedig, hoewel tusschen- beido een geestig glimlachje haar om de lippen speelde. Madame Jalin groette eerbiedig, maar toch als oen welbekende en ging zitten, juist op het oogen- blik dat de vrouw dos huizes zeide: Neem plaats. Gij komt mij zeker mijn mutsen terugbe zorgen en nu mijn kanton halen, wed ik?zcido zij. IJlaar dat ziet er slecht voor u uit, want ik heb nog geen tijd gohad ze op te zoeken, 't Spijt mij waarlijk, dat ge zoo ver en dan nog tevergeefs komt. Maar 'kzal aan Roso zoggen dat zij u ten minste wat krnagjos meegeeft Daarom ben ik, om u de waai heid te zeg gen eigenlijk nu ,niet gekomen, juffrouw! on ik breng u ook niets thuis, zei madame Jalin haastig, ten einde nog bij tijds de hand der oudednmo terug te houden, die zich reeds naar,,do schel uitstrekte; Ik heb iets anders in 'thoofd en omdat do juffrouw altijd zoo goed is jegens mij, zal ik openhartig sproken. -Uitmuntend, madame Jalin; gij moogteen potje breken. Zeg vrij uit wat ga op 'tgeraoed(hebt, Ondanks die aanmoediging, nam da waschvrouW nognictdadclijk't «oord, en juffrouw de Beaui enotn vervolgde om 't haar gemakkelijk te maken,:) Hobt ge soms wat geld noodig? Ik ben gaarne lot uw dienst. Och neen, dat is 'took niet, maar toch bedank ik u hartelijk voor uw goedheid.Ik zal u zeggen wat mij hierheen drijft, en nu begon zij ,do geheele geschiedenis van Marcello van stukje tot beetje te vertellen, plen dood ijan Mario Monfort in de square Montholon, tot het laatste tooncol waarvan zij zoo even getuige wai geweest. Juffrouw de Beaurenom had inmiddels haar tapisseriewei k hervat, en verloor zoo min een steek, als een woord van 'tgeen de vvasch- vrouw haars verhaalde. En wat nu verder? vroeg -ij, en.hief 't hoofd op toen madame Jalin uitverteld had.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1883 | | pagina 1