flylt aïjpa^i10|:: -D e m b
•W--584ft-1-
Eerste Blacl.
m
5D0NNAsANNA.
HKSMPIf
WétHhi
wmM%
■Mm
msm
2 e Y ©n n D r ti gs'te J aa r gaxlg*.
s;.:'-
ill
Verschijnt dagelijksuitgezonderd Dinsdag.
Hm
S#S£
m
zÜn-" 5 .-.r.'.v.'C''
n°n". '',:u
WM-iSK®-'*»-."-
r.b»8
u -
WW*
J L
i r
ii^ONNBMENTSl'BlJS, per kwartaal
ftjj^snrpëf 'pöst,: 'door .liet geh'éelé Rijk
tój^wi^riykeiiiiommers j;,'';.
«n;:,.:/ Y/ i -'.: j J -.
1.85.
- 2,50.
- 0.10.
B VU EAU: MAB KT,. S3, 124.
Advertentieprijs: van 1—10 gewone regels met
inbegrip van eene Courantf 1.1K
Iedere gewone regel meer. 0.10-
Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend.
- Schiedam, .8 December '1883.
Hiié meer men 'het werk van Dr. Biok;
fjEeafHollandsche' stad in dè Middeleéuweé'*'
'bffltudeertj hoe aanlokkelij ker het onderwérp
Iwpidtif -Niéuwegezichtspuntenworden op
JjÈÉïIr^iéderé bladzijde, geopend, en telkens
Iwordtöklaarder wat tot; heden voor den
Soifigé^jfdë 1 duisterwas gebleven. Zoo is
rjièt^föèfdstuk j>De Hollandsche steden in
ipwèkkitig ;;tot -.'het' landsbestuur," weer rijk
fjMfköstêlgke bijzonderheden. 'Vooreerst zien
p^ë^ijjuit, lioe in dëMd'e'eëuw de inhuldiging
fvanVëenigra'af plaatshad.
IsWannëer-ïeén»nieuwe3 vorst 'don troon be-
^ioöi];vëréchèen hy achtereen volgens ïd al zQne
{Steden; meestal van Dordrecht af noordwaarts
fap^jégde,, övet'ajj.aan de schepenen ,(len vol-
ggnden.eed af;,.»Dat zweren wi oasersteden
^aifcv45 ende. den gheineenen poirteren onser,.
|j^è'p:^vöirs. .ende eiken bysondér een goet
;'g|eaadich. bepr,te weseny.ende hem. hairre;
•''jjgdenvriheden.ehdé rëchteninallenpoynten'r
apyérbreken te, houden ende.,te doen,houden.
l'5Dat;eu s.ullen wi iateu om gheenrehande saken
?|wU1|b.: So moet ons God helpen ende alle
ysyfi.'heylighen, Amen."
.fïiijNa dezen eed, staafdé een uit 's heeren raad
Ijnficp jn.in u a e ,c o u.sj 1 i.u mwelk: lichaam
^uit..de..,aauzieulgkste;edeien in den lande be-
Mtópd, den .schepenen den volgenden eed
gsfeoDat z\veren wi voir ons ende onse.naco-
AlmeliDghen, poirteren }n.ghewonnen ende
^oDghëwonnen,;? gheboren ende ougbeboren
Ibnsênjghenaclighen heergoede ende ghe-
ilrpüwftjbhdërsaten te wesen, ende hem te doen
|Jal§;dat7:göe.de ghe,trouwe ondersatenharen
«{rechten ilantsheer sculdich syn te doen. Des en
'i.sallèn'wi laten enz."_..
.Hierop volgde de confirmatie- der hand
vesten, vervolgens eene bede van wege den
Vorst en daarua, als bélóoning, nieuwe vrij -
héden.'
Dë wjjzé: waarop''*dé beden of bélastmgëh''
over lie' 'dorjien en stéden werden verdeeld
was de volgéoilè v
'{Dë raadsliêdeh;'.van'-dé^jgtóaï7rêi!{èk:5y4^'J
dorp tot dorp wegens eene 'ter dagvalift^tod-;''
gestane heffing van 2 pcti van ieders ver-
mogen; de ïgoede iuyden" moeten"voor.hën
onder eede verklaren, hoé groot hun vermo'gëti,x
is; deze opgaven worden zorgvuldig opgé-,',
teekend. in rollen en naar deu .Haag óvergé'^v'
bracht; daar worden zij ingeleverd aan 's graven;:;
klei ken, die met de rollen gewapend,' van\'
ieder belastingschuldige zijn quantum eischen;
van de zoo geïnde gelden doen de klerken"
later verantwoording aan 's graven tresorier,
deu bestuurder der financiën van het graaf-:
schap, Leiden bracht toen 150 pond, Delft
400 pond op.
Eene dergelijke beschrijving is ons over
gebleven van de wijze, waarop vijf Hoilandsche
•"Stéden, Hamlein,1' Delft, Leiden,' Amsterdam
en Gouda, de' bede inden, waarmede Keii-".
'nemerland en Friesland heo moesteu betalen,
voor de lijfrenten, welke die steden in Brabant
en Vlaaudereh voor de grafelijkheid zouden
voldoen.
In liet lantst van. November wordt de bode
der stad Haarlem naar de steden en dorpen,
van Kenuemerland en Friesland gezonden,
ten einde hen te verzoeken de bede in ge{-
reedheid te houdeD, die met Kerstavond moest
verschijnen.. Ongeveer half Januari vertrekt
dezelfde bode weder naar al de steden en
dorpen met het verzoek om hun bijdragen
op te zenden naar Haarlem, aan den rent
meester van Kenuemerland, opdat de vijf
steden dadelijk daarna tot de betaling der
lijfrenten zouden kunnen overgaan; kort
daarm moet dë bode wéder.dezelfdifrondreis
doèni'ten einde dé waarde'der'munt bekend
M-'-'. na.iuv jisj.i:!',:" -i,
te maken, waarin men zou betalen: de Raad
'ur'.i:iHV log-UI n' i
j .ragdenHaag'bepaalde,die waarde^
i Op 3 .Febr. haiidèn^lónuikéndarn êa Edam
DCS ■■■'.int: Oi .1*1,0 ■f.iWU ;i
nogniét betaald en werden voor het'laatst
daartoe gesommee.rddit" gescHiedde in den
loop dierzqlfde maand ook met Hoorn en
i Uitgeest. 5
{V^anueer dan op het laatst dekbede nog
niet f betaald vyaspandden de steden de
j schepëne'n (jler. dorpen en steden yanKenne-
me'rland/M- f'W^t-Friesland voor de schuld
'i hunner plbatsgbpooteuzoo werdén b. v.,de
j schepenen, van Limmen genoodzaakt„zelf het
verschuldigde op te brengen, en,konden de,
betaalde som dan weder op huune dorpe-,,
lingen verhalen. Do schepenen bepaalden dan
ook in dezen tijdhoeveel e|k, in die. beden
moest opbrengen en schaften de,.eigeëopgave
onder eede af.
Zulke moeieiykheden ,had .men tweemaal
'sijëars:. omtreeks Kerstmis, en omstreeks
- - S tijau, dé term ij ri en.waarin, deze landen
gëwooulijk de bede bétaalden'.
Dikwijls moesten de steden de schulden.
van dén graaf betalen zij waren hiertoe wel.
niet verplicht,maar hun belang .brncht die
betalingmede; daar de sch.uldeischers 's graven
onderdanen dikwijls daarvoor aanspraken en
gijzelden, wat .den handel, belemmerde; in
de Middeleeuwen gold namelijk de regel, dat-
de schulden des. vorsten die van het land
waren. Voorbeelden hiervan vindt men; bij
eiken voornamen oorlog, sedert de regeering-
van Willem IV door de graven gevoerd.
Vooral ouder dezen vorst was het gebrek
aan geld nijpend, zooals overbekend is; de
graaf gaf dan in den regel zijne inkomsten
gedeeltelijk in pand voor de terugbetaling
der geleende gelden en het is duidelyk, dat
de steden de arme landbewoners by het heffe»
der hun afgestane belastingen niet spaarden.
Ook kwam in de 14de eeuw het raadplegen
der goede, steden door den Vorst in zwang,
i In het laatst van 1358 werd door Hertog
Albrecht een groote dagvaart te Katwijk
gehoudeb, waar de steden LeideD, Rotterdam
en Schiedaib ieder 2 man zouden zenden en
de baljuwen van Rjjnland, Delfland én Kén»
nemerland mét al hun welgeboren mannén
zouden verschynéD; waarscliijnl|jk'gëbeéide
dit wegens de onlustendie ,'üitgebrokéh
waren over zijn voogdijschap, 's Vorstel»
boden riepen bij zulke^ gelegenheden dé
steden ter dagvaart bijeen', 'en uit' iederö
stad kwamen een paar leden van het gerecht
om te spreken met den Vorst en zijn Raad,
dieuit de aanzienlykste edelen van 'den''
lande bestondvoor zoover de Hertog hei»
in dien :faad wilde opbémen.
ledere stad had 'in de gewone verblijfplaats
van den vorst, den Haag,- een bepaald loge
ment, waar hare afgevaardigden op haré
kosten verblijft hielden het is echter niét;
zeker of 'die - gebouwen zelf aan de steden
behoorden, dan wel of men slechts daar zyn
intrek placht te nemen; maar deze logementen
werdeii niet alleen voor dagvaarten gebruikt}
als ineu den vorst een verzoek had te dóen»1
trokken ook eeoige afgevaardigden der Blad
paar deu 'Haag en logeerden dan daar.
Was ipon eenmaal ia den Haag; en wild®,
men iets gedaan krijgen, dan kostte-',dit vrij.
wat; geld aan fooien,, sbelensieren", zooaUr.
men ze noemde de »beleD8ieren"-;komen dal»'
ook in (ie stedelijke rekeningen dikwyls voor»
de binueo- eu buitenpoortwachters» aan het
Haagsche bosch, de kamerheer, de kamerdia^,
naars, de boden enz., tot zelfs de, ^óks .toe
stondendan,, met uitgestoken hand./
MM
<1
•gv,,; y:Roman 'van
ROSENTHAL—Bonin.
9.
|,|j:Kapitein,Van Heeren stond met zijn zwarten
Mtuitrmari/ in ;,eene ?gierpont5,. die hen over. de
i^zetté hierna ;raoesten, ze nog tien .mipu-
£én''jóQjjép;,^.om, ,het( huis. yan den,kapitein, te
j/borèiken.;,., y.;",.,..','-
llll'sDe fïdönna Anna".is.;uitnemen^ geschikt voor
5 jgoederenverv oor,'sprakdekapitein. ./S
S|;5»7Jj kan zeer dienstig zijn voor ons doel," sprak
||do|andere motjiijn/gewonen .ernst;, hierbij ont^
jyóik hij den blijc van .zijn meester.
^^fjl' .zaak vis ^gepne .kleipighoid," .sprak Van
Heeren ,na eene korte, pauzeuzij vordert de
grootste wijslioid, omzichtigheid en koelbjoedig-
heid.";,
sDit alles zullen .we in beoefening brengen,
kapitein,!' antwoordde .de zwarte,
»Van u bon ik dit opzicht overtuigd, doch de
andere acht mannon, die wc noodig hebben,
zijn ons een hinderpaal. Eén .echter, is mij toe
gedaan; ,we hebben hem om zoo te zeggen van
de. straat opgenomen,-en hij werkt nu in mijn
tuin;zoo spoedig mogelijk echter gaat hij op
het schip."
»Is do man geenschipper
oNeen, een hnndworksnian, doch sterk, en
volstrekt,niet domgij zult hem spoedig zooyer
gebracht hebben, dat hij ons goed kan dionen,
enoverigens speelt gijtegenover hem met be-; -
dekte kaart"
»Dat beloof - ik u, kapitein," antwoordde de
!lcS?rv:,.v
«Waarschijnlijk ziet ge hom liedenzoek hem
vooral niét van het. zeemansloven af tekeeren;
ik. vwenschte dat allen waren zooals deze."
ïi't Zou natuurlijk beter zijn," was het ant
woord.
Ondor dit gesprek waren de twee aan de tuin-
deur genaderdde scherpziende oogen van
den neger hadden spoedig opgemerkt, dat Gesina
in gesprek gewikkeld -was met een vreemden,
grooten, bleeken man. Een gloeienden blik wierp
hij naar de twee: zijn gebaar nam een dreigende
uitdrukking aan, docli dit duurde slechts een
oogenblik, dan namen zijne trekken weer de
gewone lmrde ijskoude plooi aan.
Gesina, die do aan^ekbthenën bemerkt had, ver
welkomde haren vader hartelijk en grootte den
neger Ook vriendelijker dan gewoonlijkhaar
beschermeling zou innhers' van heden af onder
de bevélen staan van dén zwarten stuurman.
BenHalim wierp een bliknaar liet prieel,
-waar de diamantslijper zich bovond; de kapi
tein '.wenkte nu .dézen óm naderbij te komen.
b"Vriend Sivers," sprak hij toen, «dit is mijn
stuurman Ben Ilalim, een onvèrvalscht Afrikaan,
een uitstekend zeeman.en een trouw,hart,.zoo
als ik totnogtoe geen blankon heb ontmoet. Wordt
vrienden want hij zal voortaan uw loermeostet;
Dó diamantslijper reikte den zwarte zijnehand,
welke deze krachtig schudde. -..xv
Na oen oogonblik zwijgens sprak .Ben Halimt
»Op ons nieuw vaderland tusschen, boord,en
zee zullen we olkaar spoodig nader loeren, ken»,
Op een uitnoodiging van den kapitein gingen,
nu de drie mannen in eene kamer, die diendo
voor do ontvangstvan zeelieden; toen zo go-
zeten "warén, zotte van lleeren een fiesch ochje
Jamaica benevens drié glazen op tafol, erï scl^nk
dezo vol.
De zwarte dronk zijn glas in eon teug ledig,
en legde daarna do hand er op.
D 1 f <t
«Dat is mijne portie kapitein, niets meer, dat
kan ik niet verdragen," sprak hij..op,beslisten,
toon.. .V
iNatuurlijk," lachte Van Heeren,!,»inukookt'
het Afrikaansche bloed, gij behoeft gecno op
wekkende middelen, maar wij, vriend Sivers,
hebben tc veel Hollandsch kanaalwater in de