A 1 I ii i Maandag 1 .September. is 6036. 5 Eerste Blad. Kennisgeving. m tól m - i 4 Een schoon Gelaat. f -A. c h. t en Dertigste Jaargang. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. M •li Binnenlandsche Berichten. m «4 M Jat& ^Ws^juf 7 "%>,1; v 1 1 C y ft - w *-, t ,- - h' - /-* -€ «•-.«• -•» ;Vff i -t&M'U - r' - - 1 V f 1 w fw$l M' IÉ ?fH «f 2 Tf 4 t 1 f v ABONMSwmnsrttiJS, per kwmuuil Franco per post, door hot goheele Ryk Aftoiideilijke usimneis 1.Ö5. - 2.50. - 0.10. BVRBAVi 9IABXT, IS. 134. Advkbtehtikpbus ->*u 1—10 gewone regels met uibegnp van eene Courantf 1.1'iW Iedere gewone regel meer0.1#. Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend. JV 1 De Borocheester aak Schiedam, Brengt bij deze ter kenurs van de Ingezetenen: Bat het Kohier vnn het Patent! egt No. 7 dezer Gemeente over het Dienstjaar 1884/5, door don Heer Provincialen Inspectem der Directe Belastingen te Botterdam, op don 29 Augustus 1884 executoir verklaard en op heden aan don Ontvanger der Directe belastingen, ter invordering is ovei gemaakt. Voorts wordt bij doze hcunncid, dat een ieder rarphgt is zijnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet, te voldoen; alsmede dat van heden af de termijn vn drie maanden ingaat, binnen welken de reclames tegen dezen aanslag behooien te worden Ingediend. En is Mei van afkondiging geschied, waar het be hoort, den 30 Augustus 1884. De Burgemeester voornoemd, P. J. VAN DIJK VAN MATEN ESSE. Schiedam, 30 Aug, 4884. De Franschen hebben hun lijdzame houding tegenover de Chiaeezen laten varen en het kanon doen spreken. De stad Fcochovv is gebombardeerd, en er heelt vrij wat menschen- bioed gestroomd, er is veel verwoest, en wie weel wat er nog te wachten staat. De En- gehchu bladeu z'uu veiontwaardigd; de tijding van het gebeurde heeft hen pijnlijk getioflen, te meer daar de Franschen blijken hebben gegeven, van uoodelooze wreedheid; er is geschoten op vveeilooze vaartuigen, op ge kwetsten, tervvj)l ze verdronken; de minste kans op redding zells werd aan de over wonnenen ontnomen. Dat zijn geen loyale krygsfeiten, dat zyn barbaarsche handelingen, aldus de Times, die er wel eens meer den slag van heeft, voorvallen, die niet in zyn .geest vallen, te illustieeren. Het is, als men de dingen goed bekijkt, echter geen innige genegenheid voor de Chineezen, die de Eogel- schen zoo doet spi ekent is de kwalijk te ver bergen vrees, dat Frankrijks deel van de wereld wel wat groot zal worden. Heeds is genoemd het schoone eiland Formosawaarvan onze flinke zeevaarders vao voor twee eeuwen de waarde zoo goed wisten te schatten, dat ze er zich vestigdenen welks verlies als een ramp voor onze republiek weid beschouwd. Een Engelschman, die het land kent, zegt, dat het bemachtigen van Formosa door de Franschen een meesterlijke zet zou zijn. sliet eiland bezit ontzaglijke minerale schatten, die byna nog onaangeroerd zijn. De vruchtbare bodem ligt over het algemeen nog braak, de bevolking wordt slecht bestuurd en het bevindt zich op den grooten handels zeeweg vao het verre Oosten. Dit prachtige eiland ts thans een schuilplaats voor roovers, die de bemanning der schepen, welke er een toevlucht zoeken, vermoorden of gevangen nemen, en men gelooft dat eenige honderden Europeesche matrozen er van hun vrijheid beroofd zijn. Het zou volgens denzelfden Engelscheu berichtgever een weldaad zijn, indien een beschaafde natie bezit nam van Formosa. Duitschland loerde er gedurende eenigeo tijd op, en indien Frankrijk zijn ware belangen begieep, zou het aan het bezit van Formosa neer waarde hechten dan aan het bezitten van Cochin-China." Zoo spreekt een Engelschman, en de raad, dien hij zijdelings aan de Fiaoscheu geeft, zal zeer zeker door de Fiansche bewindslieden in ernstige over weging worden genomen. Er waait tegenwoordig over ons werelddeel, een echt koloniale wind, die zijn invloed allerwege doet gevoelen. De wereld schynt verdeeld te moeten woiden; de plompe kolos sus, die Afrika heet trekt de aandacht meer dan ooit te voren. Engeland heeft zich reeds op alle zoomen van dat weielddeel gevestigd. Spanje en Portugal, Frankryk eu Italië hebben er meer of minder bescheiden positiën ingenomen, en beramen plannen tot uitbrei ding Nederlandhoewel het aanzienlijke handelsbetrekkingen onderhoudt op verschil lende punten van het werelddeel, Nederland alleen heeft er zjjn bezittingen op de Goudkust aan Engeland overgedaan. De Nederlaodsche "West-Indische Compagnie had die bezittingen in 4720 van den Pruisischen Koning Friedrich Wilhelm gekocht; de Brandenburgsche keur vorst had daar namelijk in 4083 eenige forten laten aanleggen; men had toen in Duitsch land echter andere inzichtendoch thans, twee eeuwen later, komt ook Duitschland zich plaatsen in de rij der koloniseerende mogend heden. 'IBegint eenvoudig, maar treedt krachtig op. Aan de baai Angra Pequena vestigt een Brpmar handelshuis een factory. Bismaick laat daarop aan de Engelsche regeering vra gen, of deze die baai tot haar gebied rekent en in dat geval de bescherming dar daar gevestigde Duitschers op zich wil nemen. De -Engelsche regeering ontwykt een reclilstreeksch antwoord op deze vraag, en Bismarck laat daarop de Duitsche vlag aau de baai hljschen, ten teekeu, dat hij zelf de gevraagde be scherming op zich neemt. De laatste dagen brachten ons het bericht, dat de Duitsche vlag ook werd geplant te Bagdah, in de onmid dellijke nabijheid van de Engelsche goudkust. Wel zegt men, dat de vestiging der Duit schers niet gelukkig gekozen is en tot teleut- stelling aanleiding zal geven, maar de eerste stoot is gegeven, en ais het streven eenmaal levendig is, om de onbeschaafde weield aan de beschaafde te onderwerpen, dan weet men wel waar het beginmaar met waar het einde is. In Duitschland is men opgetogen over deze koloniale ondernemingen. Met welgevalleu verhalen de Duitsche bladendat eenige nabuiige negerstaten aanzoek hebben gedaan onder het protectoraat van Duitschland ge» plaatst te worden. Ook worden cijfers genoemd, die het belang van deze stroken moeten doen uitkomen. Uit Kameiun, in welks nabijheid de Duitsche vlag geheschen is, zouden jaar lijks zes millioen kilo palmolie, lVi a li/g mflhoen kilo palmpitten, benevens eeu aan merkelijke hoeveelheid ivoor worden uitge voerd, en wel voor bet meerendeel aan bet adres van Duitsche firma's. Nog andere cjjfers moeten strekken om dö belangstelling in die streken gaande te houden. De statistiek van den handel over de geheeld westkust van Afrika, inzonderheid van Opper en Neder-Guinea wjjst aan, dat in het jaisr 1881—'82 uit Europa voor een waarde van. 65 millioen mark, (39 millioen gulden) nastr die streken werd gezonden. Engeland nam daaraan deel voor 26 millioen, Duitschland voor 22Vï millioen, Nederland voor 6,3 mil- lioen; Frankrijk, Portugal, Belgie en Amerika voor de overige 40 millioen. De geschiedenis onzer vestiging ia ver schillende werelddeelen treedt onwillekeurig weder in al zijn belangrijkheid in het licht» nu de negentiende eeuw in haar laatste periode het vraagstuk der kolonisatie op den voorgrond plaatst, De wereld is groot en er is nog vrij wat teriein, waarop de verschil lende natiën hun krachten kannen beproeven» zeker is er niemand, die zou wenschen, dat het Duitsche Hijk in zijn pogingen om ean aandeel te bekomen van den uitgestrekten nog onontgonnen bodemtot bevordering van de welvaart zijner ingezetenen, teleur gesteld werd. =a=gs= - saaa SCHIEDAM, 80 Augustus 1881. De gemeenteraad alhier zal Dinsdag den §1 September aaosl., des namiddags ten kwartier jjji f -ï-f -f j h zw- Mv: Naar het Engelsch bewerkt r DOOR MAX van WEISZENTilURN. 5 22. »Go zijt wreed, Roland," riep mevrouw Gas- t -cogne liaitstbchtelijk, »ik bon echter niet tot u gekomen, om my to laten bespottenik kwam, -omdatik hoopte u tot zwijgen to bewegen.'k Weet, dat hot een groot kwaad was, mijn vorig huwe lijk voor Karei te verzwijgen, doch ook gij liebt deel aan dit onrecht. Van wie had ik kunnen we- - ten, dat gij nog leefdat?" »En daar gij zoo innig naar mijn dood ver- langdet, hebt ge hot u zohen maar diets gemaakt, «iet waai'? Vier jaren zijt ge dus reeds meesteres van Minkland Ge moogfc het uwen dichten sluier te danken hebben, dat ik u niet bij de gym- nastiekvoorstelling herkend heb. Hoe zou ik ooit bobben kunnen denken, dat de schoone mevrouw Gascogne eene oude bekende zoude zijn 1 Ge hebt me eigenlijk ook slecht behandeld, doormeniet op uw bruiloft te inviteeren I" Zwijg! waag liet niet, om mij te bespotten, gij, dia de eenige oorzaak van mijne ellende zijt, gij, die mij zoo wreed bobt bedrogen Meent, go, dat men u voor onschuldig zal hou den, als alles aan 'tlicht zal gekomen zijn?" Misschien niet! Doch lieve en schoone Emma, go moet weten, dat de openlijke omening mij ten eenenmalo onverschillig laat! »Kwel mij niet langer met uw bijtenden spot." »'t Spijt nnj wol, ma chóre, doch ik wil u slechts voorbereiden op de onvermijdelijke ge volgen uwer handelwijze; beseft ge wel, met welk c'ene ontzetting de heer Gascogne dit alles zal aanhooren? liet zal hem dooden wellicht! En hot kind uw zoon Ei harming! O God in den hemel, gij doodt mijWelnu, als ge nog éen atoom van mede lijden hebt, zoo geef mij iets, dat aan mijn ellendig leven een einde kan maken 1 »Dat is eene dwaasheid! Ik dacht niet, dat ge- doze gebeurtenis zoo diep zoudt gevoelen. Laat ons overleggen, wat ons to doen staat." Zij zag hem aan; een straal der hoop schit terde in haar oog - zij bood hem de hand. God zegone u voor deze woorden! Zult gij medelijden met mij hebben? Weet ge, hoe ik deze laatste dagen heb doorleefd?Zelfs wanneer ik volop heb kunnen genieten, knaagde altijd do angst aan mijn hart, Boland!" en do schoone vrouw zonk voor hem op do kniclin. oVerraad mij niet! ihj immers heeft u nimmer leed aan gedaan, en hij is het, die het meeste lijden zou! Ik wil alles dragen om hem te vrijwaren voor alle leed o Roland, wat kan ik doen, om u tot medelijden te bewegen? Zult ge zwij gen? antwoord, deze onzekerheid zou me kunnen dooden 1" illoud u rustig, opdat we kalm kunnen be*- spreken, wat ons te doen zal staan." Een half uur later liep mevrouw Gascognb met haastige schreden naar Minkland terug; db trek der vertwijfeling was van haar galaat ver dwenen. Doctor West begaf zich naar den disch, hij was tevreden met zich zolven. Eene schoone geldbron," fluisterde hij lachend» ïik heb altyd wel gedacht dat ik uit daze ge schiedenis nog kapitaal zou slaan; doch dat dit denkbeeld zoo op eens verwezenlijkt zou worden, dat had ik niet kunnen denken," Tallooze waskaarsen brandden in liet salon van Minkland en verspreidden een schitterend licht. Het was een prachtig vertrek, on getuigde ten volle van den goeden smaak des bezitters. Doch tiots al deze pracht en bekooilykheid 7 1 1 W*- t

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1884 | | pagina 1