ÏENE RAMPSPOEDIGE.
Eerste Blad,
Nationale Militie.
I P O L 1TI E.
Feuilleton.
Maandag 9 IVpaart.
6168.
JST e g n n Dertig- s t J aar g an g.
Verschijnt dagelijks, uitgezöhderd Dinsdag.
irsi'KiJb, per kwaiiani
fe*;'fJVonco per post, door het geheele Hijt
'ff-v"."A/roii(terlijke nummers
f 1.85,
- 2.50.
- 0.10.
B II K E itlli fflABHT,-», IJl,
ADVBRTGNTiKPRiJti: van 1—10 gewuuc regels m,
inbegrip Man eene Courant.
Iedere gewone regel meer
Dribmaai. plaatsing wordt tegen tweehaai. berekend
f 1.10»
10.
HEKimSCÏETIKC.
DeBurge m eesteiif.n Wet houders man
•Schiedam,
Brengen ter kennis van de Geestelijken en JBedienaren
tan ile Godsdienst lij ile erkende Kerkgenootschappen en
it Studenten in de Godgeleerdheid, die daartoe aan
.erkende inrigtingen van onderwijs worden opgeleid,
in deze Gemeente voor de Militie hebben geloot en,
by' aanwijzing voor do dienst door tien Militieraad,
jollen moeten worden- or bereids in het voorgaande
f jaar bij de Militie zijn ingelijfd, en door Zijne Majes-
ieit den Koning, krachtens Art. 127 der Wet van den
19dcn Augustus '18G1 iStaatsblad No. 72), voor één
jaar van de werkelijke dienst zijn ontheven;
Dat zij, volgens Art. 71 van het Koninklijk besluit
van den 8ston Mei 1802, Staatsblad No. 4G) odor
den Isten April eerstkomendebij den Burgemeester
'dézer Gemeente moeten indienen do aanvrage om ont-
heffing'van de werkelijke dienst, in het aangehaalde
Wetsartikel vermeld, onder overlegging van de bewijs
stukken, omschreven in Art. 09 en vnstgesteld bij
.1Art. 70 van genoemd Koninklijk besluit,
v.jv En is hiervan afkondiging geschied,' waar hét be-
i';.' hoort, den 17 Maart 1885.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,'
P. J. VAN DIJK VAN MATENESSE.
De Secretaris,
■7 A.W.MULDER.
Aangezien de'termijn, waarop alhier matea
,én gewichten kutinen -worden herijkt, binnen
.weinige dagea is afgeloopen. Zoo worden
belanghebbenden daaraan herinnerd, onder
inededeeliog, dat zij, die tot nu niet ontvingen
een op dien lieryk'betrekkelijk briefje, dit
kunnen bekomen aao het Commissariaat
;jvan politie alhier.
J:; Schiedam. 7 Maart 1885.
P- In onomwonden taal heeft de Duitsche Rijks
kanselier goedgevonden Engeland eèns ferm de
waarheid te zeggen. De Eugelsche staatslieden
hadden tamelijk onbescheiden tegenover vorst
Bismarck gehandeld; er waren vertrouwelijke
zaken medegedeeld,niet voor openbaarmaking
geschikt, er was meer, en zoo kwam de vorst
er toe, de heeren aan de overzijde van het
Kanaal van uit het Rijksparlement te Berlijn
eens duchtig de les te lezen. Heeft deze hartige
redevoering te Londen over het algemeen
groot opzien gebaard: de bewindslieden, die de
moeielijkheden, waarin zij zich bevinden, weer
met een vermeerderd zagen, schijnen in alle
stilte bij den Duitschen Rijkskanselier op het
uit den weg ruimen der ontstane oneenigheden
te hebben aangedrongen; althans de heer
Herbert von Bismarck is naar Londen vertrok
ken, om met de bewindslieden van gedachten
te wisselen; verder is daar een Russische ge
zant te Londen aangekomendie in last
schijnt te hebben aan de Eugelsche regeering
te verzekeren, <lat Rusland in Azië volstrekt
geen kwade bedoelingen heeft; datderegee-
i ring van den Czaar de vredelievendheid in
persoon is, enz. Voorloopig dus zijn de moeielijk
heden, waarmede de Eugelsche regeering te
kampen heeft, niet vermeerderd. Niet vermeer
derd; dat moest er tiogbykomenl we vinden
een opsomming dezer donkere plekken in het
Handelsblad, en waarlijk, ze is voldoende
om den meest onverschrokken staatsman
hgt hoofd te doen duizelen. Ziehier
de lijst: EeD oorlog met den Mahdi, het
leger onder de bevelen van Wolseley heeft
in Egypte een hitte te trotseeren van 108
giaden Fahrenheit in de schaduw. Ten tweede
de toestand in Egypte; de Engelschen zijn daar
tegen den zin der bevolking; de Khedive is
in Daam verantwoordelijk, heeft niets te zeg
gen. Engeland wil de gewichtige aangelegen
heid vau de Egyptische schuld regelen, doch
'dé mogendheden van Europa hebben tot deze
regeling baar toestemming nog niet gegeven,
en de toestand der financiën kau eigenlijk geen
dag uitgesteld worden.
Ten derde: de moeielijkheden met de
Russen; deze uadereu het reeds zoo dikwijls'
genoemde Herat in Afghanistan, en Engeland
zou in een strijd vau Rusland met de Alghanen
niet onzijdig kuDoeo blijven. Zooals we boven
zagen, schynt deze moeielijkheid vooreerst
bezworen; zeker heeft Duitschland een goed
en verstandig woord tot de Russische bewinds
lieden gesproken. Ten vierde: ernstige oneeuig-
heid iftet "Frankrijk, over de rechten van
oorlogvoerenden en neutralen in China; men
deuke^ap Frankrijks zonderlingen maatregel
rgst^w^^rlpgscoatrabaodete beschouwen.
Verdejv^is'ï;Fiankrijk alles behalve gesticht
over-jt^usjands optreden in Egypte; deze
wrokifödöjzteekent reeds van '-enkele jaren
hei waait», toen de Engelsche regeer'mg Frauk-
rijk in Egypte eigeDijjk zeer onbeschoft aan
den djjk heeft gezet. Ten vijfde: de sultan van
Turkije, die voor het oogenblik nog wel niet
krachtig kan optreden, maar die toch gaarne
Eogeland en Italië uit Egypto en Soudan zou
verwijderen, landen, waarover- hij rechtens
suzerhin is. -Ten zesde: de oneeiiigheid met
den Duitscheu rijkskanselier. Deze is verbit
terd eri geërgerd over de wankelmoedigheid
en onbeslistheid, de beurteliDgsche zwakheid
en hevigheid der Engelsche regeering. Indi
rect, zegt het Handelsblad, kan hij Engeland,
door zijn reusachtige macht, zijn invloed op
Rusland, Oostenrijk en Frankrijk in alles
tegenwerken. Hij zal dit zeker doen, zoolang
Engeland niet weet, wat het wil ec het aarzelt
en weifelt in Azië en Afrika. Eindelijk <1p toe
stand in Ierland, waar een garnizoen van 40000
man coodig is, om het in bedwang te houden.
Mocht het tot een ontbinding van het parle
ment komen, dan zouden ongetwijfpld zeventig
lersche afgevaardigden in het Lagerhuis ver
schijnen, die den Mahdi boveu kóningin
Victoria verkiezen, en door hun aantal het
overwicht hunneD schenken, aan elke partij, die
hun het meest biedt. De baat tusschen Ierland
en Engeland kan haast niet hooger stijgen;
zelfs eeD Lord-Mayor van Ierlands hoofdstad
Dublin aarzelt niet opeen door duizenden be
zochte meeting zijn antipathie tegeo Engeland
te kennen te geven. En eindelijkde toestand
in Zuid-Afrika, waarheen een aanzien Ijjlre
militaire macht is gezonden.
Nadat een slechts kleine meerderheid in
het Lagerhuis der Regeering' voor eenige
dagen een votum van vertrouwen schonk,"
zijn de Engelsche bewindslieden dan ook
ernstig bedacht geweest, af te treden. Er isf
echter in tégehstellenden zin besloten, en dit'
is misschien goed, daar de behoudende party,'
evenmin als de liberale, precies weet, wat Z9
op het oogenblik wil.
De Poll-Hall, die tusschenbeido zeer ver
nuftig uit den hoek kankomeo, raadt daarom
de verschillende partijen aan, een wapenstil
stand te sluiten, het uitschelden van Gladstone
voor moordenaar te staken, en te vormen
eene Regeering der Rationale verdedigingl
In de Fransche Kamer van afgevaardigden
kwam het besluit, om rijst als oorlogscontra-''
bande te beschouwen, en Engt-lands vertoo-
gen daartegen ter sprake. Een der afgevaar
digden vroeg,namelijk aan den Minister Ferryy
17.
XXIV.
|||5f Hoe beoft mijn hand en hoe hevig klopt mijn
m
;nart,- nu ik mij weder nederzet totschrijven 1
feO, Vhet is verschrikkelijk, mij die vcrledcne ge-
jpibeurtehisson weer voor don geest to roepen,
P^aijr ik wil alles, alles vorhalcn.
wijze, waarop de lieer Ratsch mij bejegende,
zoolang ik de gunst van den .landheer go-
ffehoót, zeer veranderd hij betoonde mij een zekore
{V*
^Acntmgj bewees me enkele oplettendheden en
°P een toon van onderscheiding tot mij.
É^iWas, of ik plotseling verstandig geworden on
ftpïauwere betrekking tot hem gekomen was.
i^Sij^hebt uw hooghartige. nuffiglioid laten varen,"
eens tot mij; «dat prijs ik in u, want
néi?,< i
oen dergelijke vorkeerdbeid moet vooral in oen
moisjo van zoo nederigen stand, als de onze,
worden afgekeurd." Maar toon ik in ongonado
gevallenwas, en Micliaël het niet meer noodig
achtte, zijn minachting jegens mijn stiefvader en
zijn voorliefde tot mij te verbergen, toon scheen
de heer Ratsch zichzclven te willen 'overtreffen
in zijn vorigo ruwheid en hardvochtigheid. On
ophoudelijk bespieddo hij mij, alsof ik tot elke
misdaad in staat ware on altijd misbruik van
mijn vrijheid wonschte te maken. »Neem u in
acht!" duwde bij mo eens toe, en dikwijls
kende ik do roden van zulk een unntijging niet
»ge behoeft liet hoofd zoo hoog niot todra
gen Mij kunt ge toch niet bodriegen I'
En op zekeren morgen meldde bij mij, dat ik,
volgens bevel van Semen Matwojitsch, in 't ver
volg niot moer bij den landheer aan tafel zou
komen, dan na opzettclijko uitnoodiging. Ik weet
niot, waartoo dit alios nog geleid zou hebben,
tenzij er een voorval had plaats gevonden, waar
door mijn lot een andere richting nam en daarna
ten volle werd beslist.
Michaël was eeu groot liefhebber van paarden.
Eens bekroop hom de lust om een jong, vurig
dier zolf to dresseeron doch het paard ging op
hol, begon achteruit te slaan en wierp zijn
gobiedcr uit de slode. Bowusteloos, met een gc-
brokon arm en een wond in de borst, word hij
naar huis gedragen. Zijn vader schrikte lievig en
liet terstond de bekwaamste geneeshceren uit de
stad ontbioden. Michaël werd onder hun be-
hnndëling gesteld en moesteen maand in oen lig
gende houding doorbrongen. Kaartspelen deed
liij niot, het sprekon was hem door degcncos-
hoeren verboden en een langdurig lezen viel hom
moeielijk, al ware 't slechts, wijl hij maar éen
arm tot zijn dienst had. ,lloe hij zijn vador
toen hoeft weten to bewegen tot hot vervullen
'van oen stillen vvcnsch, heb ik nimmor van
Michaël vernomenwaarschijnlijk zal ook het
medelijdon Semen ten gunste van don kranke
gestemd hebben maar dit is zeker, dat ik wol
dra jian den landheer zeiven de opdracht ontving,
om,, gelijk te voren bij zijn broeder, de taak van
voorlézeres bij Michaël te vervullen.
Dat waren onvergetelijke uren! Terstond na
mijn diner, ging ik tot hem in een vertrek naast
de huiskamer, on nam plaats aan do rondo tafel,
bij liotraam. Hij lag op oen divan, gemaakt
volgens liot model in de dagen van Keizor Na
poleon I, on met Ieder overtrokken. Op dert
hoogon, recht opstaanden rug bevond zich' èea
bas-rolief, dat csn huwelijksoptocht bij de Ouden
voorstelde. Toen ik de kamer binnentrad, keerde
mijn vriend me terstond liet verbleekte aarige-:
zicht toe, glimlachte, streak zijn neerhangend
haar een weinig naar achteren en begrootte inij
met zijn welluidende stem. .-Ik' nam lied boek
ter hand. De. romans van Walter Scott waren
in die dagen zeer geliefd, haast zou ik zeggen,
een algemeen mode-artikel. Bovenal is Dlvanhöo",
me in het geheugen gebleven. Hoe beefde mijn
stom onwillekeurig, als ik Rebekka's woorden
uitteOok in mijn aderen vloeide iramors liet
blood eener Jodin, ën was er geen overeenkomst
tusschen mijn lot en het haro? Bowëldadigds
ik niet ovenzeereen kranken, voortreffelijkon jon
geling |^elkens, als ik mijn oog van do regels i
in liet' boek op hem sloog, ontmoette ik zijtt
vriendelijken blik, of zag ik'een glimlach om zijtt V,
lippon spelen. Toch spraken wij 2eer weinig met