fe
k
0'y
If»
m
h&
n>.
I u
§v
m
gv
llf
|C
ft.
I'
R
m-
Mm*
|Kf
P
mt
B inn eniandsche Berichten.
ate'.
fl
M.
IÜi
if#'
l«r.J
If-''
lv. f
I&f-
It;
|k
15-'
I*,*
ill5*
Ik'
ItV
if -
V' J/ >J"C
'hÖ zich sterk ten gunste eener nieuwe bezet-
ting tan Dongola, als eene strategische nood
zakelijkheid, verklaart. De memorie regt o, a.
Het Egyptische leger moet eene organisatie
hebben als het Turkscbe. Het Egyptische leger
moest 18 bataljons tellen met iolandsehe of
ficieren.
II
\w
Uy
3f
Jjj
V
r
i
is
W
'V"A i-
if
Mi
Tv
£jf -i.
S&&* A
i/jij
Is»*-
IB*?
15%
1 v:
J.VÏ'
JV&
Ivf''i-
iK"
rV-
I-A;
I ,v
1 jM*
li.iv
VHr
IWUCSSttS==Bss=ss=s===sg==s sas Baaaas a - asssasaa
SCHIEDAM, 20 Fohraarl 1880.
Door de sLiberalo Unie" is eene memorie
verspreid befreüende de vraagstukken van so
ciale wetgeving. Het Bestuur, zondor tekort to
willen doen aan het gewicht van andero sociale
qunostiün, bepaalt zich tot
De opleiding van den werkman, het prevon-
ticf potitiotooziclit op fabrieken en werkplaats
en in 'tbolang van veiligheid on gezondheid;
de piivaatrccblelijko verhouding tusschon werk-
gever en weikman, meer bijzonder de aanspra
kelijkheid voor ongelukken en de beperking der
flrbeidsvrijlieidcoöperatie en participatie ,do
banken vnn loening; do verzekering voor ver
schillende doeleindendo maatregelen tegen
Warertvervalschingdo zorg voor gezonde arbei
derswoningen de beslechting van geschillen en
de vestiging van arbeidskamers.
Vooral wordt opgemerkt., dat eene doortas
tende herziening en uitbreiding der wet op (den
kinder»! beid niet langer mag worden uitgesteld
en dat bet bestuur op dit onderwerp nadrukke
lijk de aandacht der Unie zul vestigen, als in
ljot loopond zittingjaar deze aangelegenheid door
den wetgever niot tot eene bevredigende oplos
sing is gebracht.
Het behandelt allereerst do opleiding vnn den
'Werkman en bespreekt uitvoerig bet leerling
schap en het liviettenstelsol.
Daarna wordt in de memorie het proventiof
politietoezicht op de fabrieken besproken.
Omtrent do privaatrechtelijke verhouding tus-
fichen werkgever en werkman komt het vol
gende voor:
Roods over de govvono wijze waarop werk
contracten, bepaald in de kleine industrie, veelal
worden aangegaan, woi dt geklaagd, Mannen van
ervaring hebben ons betuigd, Aalopenbiiarmaking,
althans duidelijke en volledige voorafgaande
■niedcdreling van de voorwaarden waarop een
patroon zijn werkvolk in dienst neemt, verplicht
ZOU moeten zijn. Zeer dikwijls treedt de werkman
in dienst en wordt hij aan het werk gezet, ter
wijl hij eerst later, bij vooi komende gelegenheid
en wanneer verandering van 'dienst moeilijk of
onmogelijk geworden is, do regelen verneemt
welke de werkgever volgt. Ook zou zoodanige
openbaarmaking tot navolging van goede maat
regelen kunnen opwekkon en een natuurlijk
voorbehoedmiddel zijn tegen harde voorwaarden,
%wolke soms worden opgelegd, maar waarvan niets
tot de ooien der openbaro meening doordringt.
Het spreekt van zelf dat hiermede allerminst
bedoeld wordt, uitdrukkelijke afwijking van zoo
danige openbaar gemaakte voonvaardon to ver
bieden. Hoofdzaak is, dat or van beide zijden
omtrent de voorwaarden zokerheid bosla, voordat
do verbintenissen worden aanvaarden de door
ons geraadpleegde mannen van ervaring meenden,
dat het vestigen van die zekerheid door de weder-
zijdscbe vrijheid om te stipuleeren wat men
verlangt, niet genoeg gewaarborgd is.
Een ander punt is dt wijze van toonsbclaling,
Hier geldt hot de vraag, of het dusgenaamde
t> truck-system", dat tot zooveel misbruiken aan
leiding kan geven: het betalen in winkelgoederen,
die dikwijls tegen hoogen prijs worden aange
rekend, en het daarmede somtijds samengaande
crcditeeren van de arbeiden voor deze leveran-
ción van don patroon, ook hier te lande bij
sommige bodrijven in zwang is on schadelijk
werkt. In Engeland is het sinds lung verboden,
in Duitschland bij de Gewerbeordnang evenzeer.
Ten aanzien van het bewijs van eenige onder
deden der werkovereenkomst herinnerden wij
reeds aan het bestaan eener speciale bepaling
in art. 1638 B, W., volgens welke ingeval van
geschil, de moester op zijn woord, desnoods
met ccdc gesterkt, wordt geloofd. Ook hierte
gen komt men op. En, ai is liet nootlig dat do
bewijsvoering bij dergelijke conflicten gemakke
lijk zij, dit dool ware b. v. door dc bovenver
melde openbaarmaking der voorwaarden of door
andera middelen van voorzorg wel te bereiken,
terwijl althans den rechter de vrijheid zou kunnen
worden gegoven, om, naar omstandigheden, hot
woord to goloovcn van diegene dor partijen,
welke hom het geloofwaardigst zou voorkomen.
Ook in de Tweede Kamer is onlangs da aan
dacht dor regeering op dit punt gevestigd.
Bij zelfstandigen arbeid togen stukloon komt,
in verband met art. 1651 B.W., in aanmerking
de palcntplichliglicid der nmbachts- on hand
werkslieden, ook al werken zij alleen of slechts
mot vrouw en kinderen, terwijl deze verplichting
tevens gesanctioneerd wordt door de bepaling
der patentwet, wolke het doen gelden van i echts-
aanspraken, bij niet-voldoening van het patent,
verhindeit. Men weet dat een wetsvoorstel om
hier ontheffing te verloenenaanhangig is.
De memorie troedt vorvolgons in eene beschou
wing over de aansprakelijkheid der wetkgevers
voor de ongelukken, en van de beperking der
arbcidsvrijheid. Onder deze laatste ressorteert do
arbeid op Zondag, die van vrouwen en kinderen
en de normale arbeidsdag.
Aan de coöperatie, do banken van leeningde
verzekeringde warenvervalschingde arbci-
deiswoningen en de beslechting van geschillen
tusschon werkman en werkgever zijn vela blad-
zijdon gewijd Voor het laatste wordt liet stelsel
van arbiters of wel vredes- en verzoeningsgerecb-
ten aanbevolen.
Do memorie wordt geresumeerd in de volgende
regelen
n Mogen al van do hiervoren beoogde staats
zorg en rechtsregeling voor de wolvaait dor
arbeidende klassen geen wonderen te wachten
zijn, grooto vei beteringen zijn er ongetwijfeld door
te bereikonen hot is de plicht, van den staat
althans datgene to doen, wat hij vermag
Voor de ondeistauning nu van professioneel
onderwijs moet veel meer worden verricht dan
thans geschiedt.
De herziening, der wet op den kinderarbeid
behoort spoodig haar beslag to krijgen.
Van de andere genoemde vraagstukken kun
nen enkele eenvoudige reods thans worden tor
hand genomen, b.v.de oprichting van advisee-
renile arbeidskamers, de bestrijding van waren
vervalsching, de wijziging of verduidelijking dor
gomeentewet, waarvan hierboven bij do bespreking
der zorg voor arbeiderswoningen sprake was, en
wellicht nog enkele pnnton moer.
Met het oog op de behandeling der andere
het grootste gedeelte is een onderzoek naar
den feitolijken toestand, eene enquête van staats
wege noodzakelijk.
«Het is nu onze bedoeling, zegt de memorie,
om in don geest van deze conclusion op de eerst
volgende algemeene vergadering, welke overeen
komstig de statuten vóór i Mei gehouden zal
worden, vraagpunten aan beraadslaging en beslis
sing te onderwerpen. Met het oog daarop, en
omdat naar onze overtuiging van eene samen
werking in do richting, welke deze sinleiding"
heeft willen aangeven, een frisch leven voor de
liberale politiek te wachten is, wenschen wij uwe
kiesverconigingon op te wekken, om deze denk
beelden vooraf in eigen kring te bespreken.
uDaaibij zal in sommige kiesvereenigingon het
eene onderdeelin andere een ander op den
voorgrond treden, al naar gelang van de ver
schillende denkwijzen en van do verschillende
behoeften in ieders omgeving. En juist die aan
wijzingen zullen ons eene hoogst gewenschto
voorlichting verschaffen, wanneer wij de vraag
punten voor da algemeone vergadering zullen
hebben vast te stellenen het voorstel zullen
hebben te formuleeren, om een wel omschreven
verzoek tot het houden eener enquête tot vogee-
ring en vertegenwoordiging te richten."
>De kerkelijke quaestie van liberale zjjde
beschouwd," is de titel eener biochure, daar
over door den heer B. A. Van Doorn, by de
firma J. H. G. Van Heteien te Amsterdam
uitgegeven.
Hoofdaltekking er van is, om vooral de
gemeenteleden der Nedeid. Uerv. ketlt van
Amstei dum, daar zij wellicht eeilaug weder
geroepen sullen worden om over het beheer
der kerkelijke goederen uitspraak te doen, zoo
volledig mogejyk op du hoogte te brengen
van de aanleiding en geschiedeuis der tegen
woordige keikelyke quaestie.
Zooals men toch weet, meent de schr.,
loopt het geschil thans oiel zoo zeer over de
zuiverheid iu de leer, als wel over het be
zit der kerkelijke goederen, ofschoon beide
in het nauwst vei baud tot elkander staan,
en dus niet geheel te scheiden zijn.
Om die zaak duidelijk te maken, geelt hij
van beide eeu kort historisch overzicht oin
ze later in vei baud tot den tegen woord igen
strijd l« beschouwen.
In dat overzicht behandelt schr. achtereenvol
gens deze twee punten: »Do; kerkleer en'da
strijd over de attesten". J
Stap voor stap gaat hij do geschiedenis er
van na, tot op liet tegenwoordig oogenblik, dat
dr. Kuypor c. s. nog altijd de kosterij dor Nieuwe
Keik bezet houdt, on meent dat onder dit
alles deze drio vragen de liberale leden der ge
meente moeten bezighouden; »Wot wil dl',
Kuyper? "Wat is de plicht der liberalen Waar
op moet dio strijd uitloopcn
Elk dezer vragen wordt door don schrijver
min of meer uitvoerig beantwoord.In hoofdzaak
komen die antwoorden hierop neer: lo. dr.
Kuyper wil heerscban over het geweten on de
beurs van zijne volgelingen. Da ai too wil hij de
kerk ruim 250 jaren terugvoeren, en eone ver
bindende kerkloer in eere herstellen, die de
vrijheid van geweten en alle onderzoek buiten
sluit2o. De plicht der liberalen is op hnn post
te blijven, en de waponrusting in orde te houden.
Niet langer onverschillig toezien, dot het licht
van den kandelaar worde genomen, en Neder
land worde teruggevoerd naar do dagen van
dweepzucht en priesterheerschappij. Daartoe be
hoort: warme belangstelling in het hart, weten
schap van den loop der zaken in bet hoofd, enr
een stembiljet in den zak. Dit is, zegt sclir.,
onze wapenrusting, dia niet zwaar valt om te
dragen. 3o. De strijd zal waarschijnlijk hierop
uitloojiendat het bestuur der keikelyke goe
deren, als geheel van plaatselijken aard, aan de
beslissing der gemeente zal onderworpen worden,
Daarvoor is het vooral noodig voor ieder lid
om zich goed op do hoogte te stellen dor quaestie,
en dat de vele duizenden in Amsterdam, dief
hun stemiecht nog niet bewezen hebben, daar-
too onmiddellijk overgaan, opdat hun niet later
de bevoegdheid woide ontzegd om mee te"
praten.
De quaestie dor kerkleer is van veel ingewik
kelder aard. Mocht dr. K. daarin zegevieren, en
eene verbindende kerkloer worden vastgesteld,
dan zijn de stroomen bloeds voor de vrijheid
van geweten door onze vaderen nutteloos vergo
ten, en was het misschien boter, zoo wij ft.-C,
waren gebleven.
Ten slotte betoogt sclir., dat, door de invoering
eener bindende-kerkleer, de kostbaarste aller be
zittingen, de vrijheid van geweten, moet verloren
gaan, om plaats te maken voor letterdienst en
priesterheerschappij.
Als Protestanten zijn wij verplicht daartegen
te protesteeren.
Te protesteeren op grond van wetenschap en
historie.
Te Protesteeren in het belang van onderzoek
en overtuiging.
Te protesteoren eindelijk ter eere van lfem,
die den mensehelijken geest goschikt heeft ga-
maakt, om langs velschillende wogen zijne ken
nis op elk gebied te vermoei deren, dus ook op
dat van den godsdienst.
Moge zoo eindigt hij de tegenwoordig*
strijd er toe leiden, dat dit beginsel ongekieukt
worde gehandhaafd
sf«
•i nit
,v
i&t i V
SV-*
hoogere vlucht, toen wilde hij concerten geven,
en alleen v-n rijn kunstreizen loven. Toen was
het som- hrinr armoedig in huis gesteld, en als
de moeder niet met naaien er wat bij verdiend
had, zou de kleine Maria af on toe met hunger
Hoar bed zijn gegaan.
Met angst dacht zij nog dikwijls aan die dagen
terug; menig tooneel uitdien tijd stond haar nog
zoo levendig voor den geest. Dan zog zij, hoe haie
moeder het kleine koffertje in orde bracht, en
Iioo haar vader daarmede op reis "ging, in een
keurig nieuw pak gestoken, en vol hoop en blijde
ycrwuchting in het hart. Hoe bij zijn terugkeer
de geldstukken over do tafel lolden, en hoe hij
dan met jubelende stem hare moeder voorlas, wat
wel de couranten tot zijn lof verkondigden.
Op zulk con toonceltjo volgden dagen vol weelde
en overdaad. Wel maande soms de moeder tot
sparen aan, maar »Fieuteucli des Lebens!" zong
dan de vader vroohjk, en gaf het gewonnen geld
bijna even spoodig uit als het verdiend was. We
/.uilen maar weer een reisje maken, placht hij
.^ari te zeggen, als alles weer verteeid was. Doch
allcngskens kwam bij minder opgewonden thuis,
liet publick had nieuwe solisten gevonden en.
was ondankbaar, o, zoo ondankbaar! liet jaarlijks
aangroeiend gezin van den musicus ging gebukt
onder deze ramp, totdat Bernini besloot een open
gevallen plaats in het orkest van het hoftheater
te C. aan te nemen. Het was een vrocselijko dug
voor hem, toon hij daar voor het eerst plaats
nam bij de overige violsston, en al verheugde
zich zijn vrouw nog yoo zeerover het vaste inko
men, met oen diepen zucht vergeleek hij gedurig
dit nederig plaatsje in liet oikestbij zijn vroeger
optraden als kunstenaar. Langzamerhand gewende
hij zich echter aan zijn leven, en de laatste maan
den vond Maria de stemming in huis prettiger,
't Was of haar vader zich begon lo sohïUon in
do geduchle, dat hij zelf geen grooten naam meer
zou maken, nu hij bespeuide, dat zijn dochter
een bijzoudoten aanlog had. Zij zal nog de roem
varv ons geslacht woiden, kon hij opeens uit
roepen, en vertelde zijne dochter, lioo deze en hoe
gene zich naam had gemaakt. Maar wulko schit-
toiende voorstellingen Maria ook hooide maken,
zij deelde er nooit geheel inwellicht hadden al
do zoigen, die zij reeds zoo jong had gedeald,
haar ongeschikt gemaakt om illusies te hebben
hoe dit zij, liever dan naar de opgewonden
woorden lmars vaders, luisterde zij naar hare
moeder, als deze kalm zcide: maak dat gij knap
wordt, Mniia. Het zal een geluk zijn, als gij later
door uw talentin eigen onderhoud Kunt voorzien.
"Wie dat kan, is gelukkig en behoeft zijn teven
niet in zorgen door te brengen. En wie weet, gij
zult wellicht genoeg verdienen kunnen om ook
voor de anderun to zorgen, als wij er eens mot
meer zijn.
Hoe treurig dat donkbeeld ook mocht zijn, het
jonge meisje sloot de oogen niet voor deze moge
lijkheid, en met ernst had, zij het plan gevormd,
linie kunst zoo goed te loerendat zij er een
middel van bestaan door kreeg. Met onvermoeide
vlijt oefende zij zich, en menigmaal moest hare
moeder radenMaria, verg niet te veel van uw
krachten. Ga nu eens wat uitspanning nemen;
maar liet werk was de eenigo uitspanning, dio
Mui ia kende. Mot innige blijdschap vernam de
moeder wat de beer Yon lierder beloofd had.
Maria zelvo voelde zich angstig te moede bij de
gedachte, dat haar wcik under do oogen oentf
kunstenaars zou komen, en in den naclit weid zij
gedurig wakker door allerlei sombere voor
stellingen.
Met hoogroodc wangen, een van angst kloppend
hait en twee portefeuilles vol teekeningon ging
zij, klokslag drio, de treden van het hordes op,
De heer Von Horder en Melitta wachtten haair
af, en spraken haar moed in, teivvyl zij hate
teekeningen bekeken, voordat de professor kwam.
Deze liet zich eenige minuten wachten en reide;
nadat de eetste begroeting en voorstelling was-
afgeloopen: zoo, is dit nu het jonge meisje, dat
schilderes wil vvotden'1 Wel, kleine, laat mij uvvW
kunststukken eens zien.
(Wordt vervolgt)
i
W
ij
ïV*
.-ft-
-
£f
'4*0