Gemengde Berichten. 0 1 HAAGSCHE SCHETSEN. m - X geweest dan do plaats, waar hu' geboren is, had Maandag het geluk met een prijsje uit de loterij te komen, wat teu gevolge had dat by Donderdag met zjja vrouw en dochter een bezoek aan Den Haag bracht. Na in een der Beiersch-bierhuizen ïJanl" geroepen te hebbeD, werd zyn roepen eindelijk door een wit ge* dasten kellner begrepen en trad deze naar bem toe. Wat voor bier kunnen we hier krjjgeD, Vrind 1 Beiersch oder Munchener I luidde het ant woord. De man keek zgn vrouw vragend aan en deze 7eide: ï>Byjers," daarop zyn dochter, die smunjer" de voorkeur gaf. jEn geef mij dan een glaasie oder, zei de boer, dat heb ik nog nooit gedronken. (22. Ot.) leiden. Er worden alhier twee knapeD vermist. Ze zouden Maandagmorgen om half- negen naar schooi gaan en namen daartoe ook hunne boeken mede, welke men echter later ID hunne woningen terugvond. Zeschjjnen die, na eerst te hebben voorgewend werkelijk naar school te gaan, vervolgens ongemerkt weer te hebben weggemoffeld. Een hunner moet daarentegen een wandelstok hebben pieegenomeo. Sedert heeft men niets meer van hen vernomen, en alle in het werk gestelde pogingen, om eenig bericht omtrent hen te verkrijgen, bleven tot nu toe vruchteloos. De eene jongen heet Henri Kieyo, is 12 jaar, heeft blond haar, bruine oogen en eene bruine gelaatstint; hg is gekleed in een donker pak, met korten broek, zwarte kousen, rijg laarzen en donkerblauwen hoed. De andere jongen heet Pieter Speet, is 14 jaar en voor zgn leeftyd vrij groot. Hij heeft een donker uitzicht en zwart haar, terwjjl hg is gekleed in een donkergroen geruit pakje met korten broek,zwarte kousen, lage schoenen en wit strooien hoed met gestreept lint. Een ander bericht meldt dat ze terecht zgn. Z(j waren, op avonturen belust, naar Rotterdam gewandeld en hebben daar overnacht. Den volgenden tnorgep zgn ze weer teruggewandeld, doch konden het niet verder brengen dan Delft. Van daar schreven zij naar huis om vergiffenis en eten, vooral om het laatste, Oomiddelyk toog de familie er heen, bd werden de knaap jes naar de ouderlijke woningen teruggebracht. Amsterdam. De lokalen van het voormalig jMuseum Van der Hoop" worden voor een tjjd weder aan hun vroegere bestemming teruggegeven, ep wel voor een tentoonstelling van zeer bgzonderen aard: een x>Ne ierlaodsch- Vaticannsche". Men vindt er namelijk al de geschenken bijeen, welke door Nederlandscho katholieken aan Z. H. paus Loo XIII bij zijn gouden priesterfeest zullen worden aangeboden. "Van hot Nedcrlandsche hoofd comité ter viering van dat feest ging het denk beeld uit om de gezamenlijke inzendingen voor do grooto Vaticaansche tentoonstelling te Rome, alvorens die naar de eeuwige stad te verzenden, jti onze stad tot een geheel te vereenigen, nopdat iedereen zou kunnen bewonderen wat Nederland voor Christus' stedehouder gevoelt, en hoe het zijn beste krachten heeft ingespannen om, op het gebied van kunst cn nijverheid, hetzij rechtstreeks, of door geldelijke bijdragen, te toonen hoeveel het onder den invloed der katholieke kerk vermag." De verzameling is 037 mimmeis groot en wordt geopend niet do algemeene inzendingen. Deze be staat uit een prachtwerk; vliet katholieke Ne derland", d. i. vGeschiedenis cn staat der kerk provincie Utrecht", een model van druk, band en in 't geheel van uitvoering, met 13 vignetten en jninialuurschilderingen, een pracht-missnal, ge schonken door de verschillende broederschappen van de II. Familie in Nederland, een bijbehoorond album, alles in een kistje geborgen, dat naar teekeningen van den heer Cuypers gemaakt is, en een monstrans, geschonken door de congre gatie van de II. Vrouw, Moeder van Barmhartig heid te Tilburg. Hierop volgen de geschenken van het aartsbisdom Utrecht, het bisdom Haarlem, dat van 's Hertogenbosch, Breda en Roermond. Eert photographische afbeelding van het borst beeld van den paus, naar het drijfwerk van J, II. Brom goudsmid te Utrecht, is aan den catalogus toegevoegd. De voornaamste stukken, die verder bijzonder de aandacht trokken, waten: een kerkaltaar in Gothischen stijl, van hout gesneden, verguld en gepolychromeerd met twee reliefs: H.Willebrord, de bisschopswijding ontvangend, en do martelaars van Gorkum, stervende voor het oppergezag van den paus, een groep, voorstellende de moeder Gods met het lichaam van den gestorven Jezus op hare knieën, levensgroot in maimer gebeiteld door den hoer F. L. Stracké Jz., een bronzen statuette van paus Adriaan "VI (den eenigen in Nederland geboren paus)op groen marmeren voetstuk met in koper gedreven reliefs, twee schilderijen, het eene van C. F. Phlippeau, voor- stollende de verschijning van den Zaligmaker met de II. Maagd aan den H. Franciscus van Assisi, in fraaie door H. J. Wiemers gesneden lijst, het andere voorstellende Christus op den weg van Caesarea, do sleutels van het rijk der hemelen aan den II. Petrus overgevendegeschilderd door A. J. B. Sterck, en ook in gesneden lijst van II. J. Wiemers. Toen hedenmorgen te ruim half twaalf, nadat men hetdagelijksch bestuur, vertegenwoordigd door de hoeren Driessen en Lo Joile, had binnengeleid, de vicaris-generaal van Haarlem en de waarne mende nuntius verschenen waren, nam de secre^ taris van het Ned. Hoofdcomité, dr. Andr. Jansen van Rijsenburg, het woord. Hij herinnerde er aan, dat reeds sedert ruim twee jaar de geheeie katholieke christenheid zich bezig had gehouden met het feest voor te bereiden van den man, die nu reeds elf jaar lang den zwaren last van het hoogepriesterschap torste, en de echo van den algemeenen juichkreet, die met het oog op dat feest allorwege vernomen werd, had natuurlijk ook in Nederland weerklonken. Ook hier huldigde men in Leo XIII den man vol van apostolisch geloof, den koning, die zelfs hem met eerbied en bewondering vervult, welke hij niet tot do zijnen mag rekenen. Het feestcomité had zijn taak met blijden moed aanvaard, omdat het al dadelijk alle harten be reid, alle krachten vaardig vond tot medewer king aan een feest, gevierd door de zonen van alle volkeren der aarde, een heerlijk, een Katho liek feestliet had, hierop wees hij, bijna een ideaal en een practisch doel. Algemeen was het bekend, dat de pausen reeds van den beginne af voortdurend bewonderaars geweest waren van de christelijke beschaving, ook gelijk die zich openbaarde in kunst, wetenschap en nijverheid. Deze bewering, vroeger ontkend, wordt, zeide sprl, thans ais axioma aangenomen, en dit geldt niet alleen van het tijdperk der Renaissance; elke eeuw getuigt van het vele, dat door de pausen in dezen gedaan werd. Het hoofddoel nu van deze tentoonstelling was dit opnieuw in het licht te stellen. Spr. trad hierop in een vergelijking vaiwde 'aanstaande wereldtenloonstelling te Parijs en de Vaticaansche, die op 1 Jan. a, s. te Rome zal geopend worden. Waar de eerste tot de verheer lijking der revolutie Jeidt, toont de tweede de verheerlijking van'het hoogste en heiligste gezag, waar door de eene matorieele belangen worden bevorderd, doet do andere hetzelfde ten opzichte van geestelijke, zedelijko, ideale belangen; waar de eerste eigenbelang bedoelt, spreekt de tweede van zelfverloochening en liefde. Do •reusachtige roonsiertoron, indien hij te Parijs tot stand komt, zei spr., zal getuigenis afleggen van den stolTelijken geest, van de diepte, waartoe de goede smaak reeds is gezonkende Vaticaansche zal doen zien wat het geloof, de liefdeen de trouw vermogen, wat do katholieken der geheeie wereld vermogen op te bouwen, en bovenop den top van dien toien zal blinken dat heerlijke licht, het licht van den hemel, het licht des geloofs. Sedert de katholieken van Nederland door de, wetten van hun land hunne rechten en vrijheden gewaarborgd hebben gezien, sedert zij hunne bis schoppon liebbon vervolgde spreker heeft de kath. kerk zich hier te lande op wonderbaarlijke wijze ontwikkeld. Een bewijs hiervan zijn hunne monumentale kerken, hunne liefdehuizon. In het gevolg van den godsdienst zijn de schoone kun sten gekomen, en de christelijke kerkelijke kunst, die als herboren werd, toonde ook nu de trouw, die de katholieken in Nederland bezielt voor den paus, een trouw zonder wederga. Spreker dankte in de eerste plaats de Neder- landsche dames, ook de dames-religieuzen in de kloosters, die dezen lof niet bereiken zou, voor hare hulp bij do vervaardiging der verschillende stukken ten zeersteen vervolgens de verschil lende comités en personen. Gaarne zou hij gezien hebben dat de aaitsbisschop dezer piovincre de tentoonstelling bad geopend, maar dezo werd door ambtsbezigheden verhinderd. Den kerkvoogd van het bisdom Haarlem was het door ongesteldheid' en den anderen bisschoppen door ambtsbezig heden onmogelijk de plechtigheid bij te wonen. Hierop was tot den. vicaris-generaal te Haarlem het verzoek gericht, dre zich bereid verklaard had de taak der opening op zich te nemen, In de kor te rode, die mgr. J. J. Voegt hierop hield, sprak hij o. a. een woord van wurmen dank tot het hier vertegenwoordigd dngelijksch bestuur der gemeente voor de groote welwillendheid, waarmede dit niet slechts het comité indegelegen- heid had gesteld voor het beoogde doel over deze zalen te beschikken, maar dat bovendien door zijn tegenwoordigheid deze feestviering had willen opluisteren, terwijl hij ten slotte dank bracht aan den volijverigen secretaris van het hoofdcomité, dr. Andr. Jansen, die de ziel van deze groote zaak was geweest on aan wien deze schoone uitkomst te danken was. Hierna verklaarde hij de tentoonstelling geopend en noodigde hij tot dc bezichtiging der zalen uit. (IV. v. cl. D Te Munchen hoeft de dochter var. een der grootste kooplieden van de stad zich laten scha ken door een kostschoolleerling. Zij is twintig, liij veertien. Vermoedelijk heeft dus zij in deze ontvoering wel de hoofdrol vervult, terwijl ze in der haast 13,000 mark uit de kas van haar vader heeft meegenomen. Generaal Booth van het uLeger des Heils," heeft tot zijn manschappen in Engeland een op roeping gericht, waarbij hij vijf duizend zende lingen vraagt, bereid om in den vreemde soldaten voor het leger te gaan werven. Dan zullen er gaan naar Zoeloeland en Zuid-Afrika, naar Australië, Zuid-Amerika, Canada, Jeruzalem onz. Een operavoorstelling in een klooster heeft on langs te Offenburg, in Baden, plaats gebad. De leoriingen der kloosterschool aldaar, waar vooral ook de fraaie kunsten beoefend worden, voerden tot besluit van het schooljaar Mehul's opera sJoseph" op. De muziek grootendeels voor mannenstemmen. word door den muziekleeraar van het klooster getransponeerd voor vrouwen stemmen. Er was een tooneel opgeslagen en de jonge dames waren allen in klassiek costuum, sommige met grooto baarden. De uilvoering was voor dilettanten bijzonder verdienstelijk. In de Passage du Pont-neuf een soort van gang, dertig passen lang en twee breed waar in den zomer geen zonnestraal doordringt en in den .winter een lange nacht regeert, is een winkeltje, welks' deur met don naam Therese Raquin prijkt. Gewoonlijk zijn er twee vrouwen in het winkel tje: een jonge vrouw met een ernstig uitzicht en een oude dame, die glimlachend zit te dom melen. Dieper-in zit op een stoel een dertig jarige man te lezen of soms op een zachten toon met de jonge vrouw te praten. Hij is klein, ziet er lijdend uit, heeft blonde haren, geen baard. Zijn gezicht is met kleine roode vlokjes bedekt. Hij schijnt een groot, ziekelijk, bedorven kind. Die jonge vrouw is Therese Raquin. De jonge man is Camille, haar echtgenoot. De oude dame is Camille's moeder. Tegen tien ure dos avonds ontwaakt de oude dame. Het winkeltje wordt gesloten; de familie gaat ter ruste. De moeder omhelst haar zoon en schoondochter en gaat in hare kamer. De man, die altijd de koorts heeft en beverig is, begeeft zich te bed. Inmiddels staat de jonge vrouw voor het raamdat in de Passage uitziet. Zij werpt droomende, lange blikken naar den zwarten muur tegenover haar; daarna, zonder een woord te spreken, in een doffe onverschilligheidgaat ook zij ter ruste. Zekeren dag brengt Camille een grooten, zwa ren klant mee, een jongen snuiter met vierkante schouders. nMoeder," zegt hij tot de oude dame, dherkent ge dezen hoer?'' -Do moeder her kent hem niet; maar na eonige ophelderingen ziot zij in hem isden kleinen Laurent", wien zij twintig jaar goleden confituren gaf en die met haar zoon sclioolging. Laurent is welkom, neemt deel aan het mid dagmaal. Intusschen wordt hij ondervraagd. Het blijkt dat hij voor advocaat studeeren moet, maar met een vrienddie een schilder isrookt en luilakt en ook wel eens schildert. sCe métier est dtöle, jrns fatigont." Maar ongelukkig kan dat lieve leventje niet duren. Daarom heeft hij de kunst naar de maan laten loopen en een betrekking gezocht, inmid dels op den dood zijns vaders wachtende, om daarna niemendal meer uit te voeren. Voor 't oogenbhk heeft hij 't niet kwaad; er ontbreken hem maar twee dingende vrouwen, die in zijn voormalig atelier poseerden, en de noodige mid delen om good te eten. De restaurants van acht tien sous voldoen zijn grage maag niet. Camille hoort hem met een uiterste verbazing aan. sTienszegt hij, ner zijn dus vrouwen geweest, die zich voor u ontkleed hebben?" sMais outantwoordt Laurent glimlachend en met een blik naar Therese, die zeer bleek zag. De kleine Camille toont een verlegen glim- lachje, sik zou me gegeneerd hebben," zegt hij, »Den eersten keer tu as dit rester tout béte...." Laurent bekijkt zijn enormen duim. »Den eer- aten keer vond ik dat heel natuurlijk," zegt hij s brutaal. ïC'est bien amusant, ce (liable d'art.... J'ai eu pour modèle une rousse, qui élait adora ble des chairs fermos, une poitrine superbe, des hanches d'une largour,.., co mum gal" Weer ziet hij naar Therese, die stom, beweging loos tegenover hem zit, maar,met een zonder- - linge vurigheid hem aanziet. Plotseling wendt Laurent zich tot Camille: »WH ik je eens wat zeggen? Ik zal je portret maken!" Camille vindt het denkbeeld verrukkelijk en het heeft ten gevolge dat Laurent gedurende eenige avonden een paar uren in de kamer boven l het winkeltje komt schilderen, Therese is daarbij altijd tegenwoordig. Zekeren avond naar huis gaanderedeneert Laurent met zich zelf hardop, naar aanleiding der houding van de jonge vrouw. sZiedaar eene dame, die mijn maitresse zal worden, zoodra ik het wil. Zij is er altoos, bijna op mijn lijf; zij doorziet me, ze meet, ze weegt me.... Ze beeft, ze is stom maar vurig. Zij heeft behoefte aan een minnaar, dat staat in hare oogen te lezen, 'k Moet zeggen, die Camille is een arme duivel 1" Dan wordt het voor Laurent de vraag of hij zal toebijten o£ niet? Zij verveelt zich in dien winkel," redeneert hij verder, s'tls er vochtig; akelig, 'tls er om dood te gaan. Ik val in haar geest, da's duidelijk.... wel, waarom zou ik haar niet nemen, eer een ander het doet?Maar ik bemin haar nietl Mooi is ze ook niet! Mis schien haal ik me een leelijko geschiedenis op den hals! Ik moet er eens ovor donken.,.,." Maar nog denzelfden dag staat zijn besluit vast. »Ma foiroept hijtje l'erobrasse a la pre mière occasionJe parie, qu'elle tombe tout de suite dans mes bras!" En zoo gebeurt het. Als de schilderij voltooid is zijn Camille en de oude dame geheel ver rukt, Slechts Therese bewaart haar stomme be- t wegingloosheid. Camille zal een fleseh ouden wijn halenterwijl de moeder in den winkel g»at waar koopers zijn. Therese is met den schilder alleen. »I)a jonge vrouw zat stil. Zij beefde en scheen op iets te wachten, Laurent aarzelde. Hij bekeek de schilderij, speelde met zijn penseelcn. De tijd drong; Camille kon zoo dadelijk terug zijn. Eensklaps keerde de schilder zich om en stond vlak voor Therese. Eenige seconden keken zij elkaar aan. Toenmot een levendige bewegingbukte Laurent zich en drukte de jonge vrouw aan zijn borst. Zij saut un mouvement de révolte sauvage, emportée, et tout d'un coup elle s'aban- donnaglissnnt par terrosur le carreau. lis n'échangèrent pas une seule parole. L'acte fut silencieux et brutal." Sedert dien dag zijn Therese en Laurent min nares en minnaar, hebben zij hunne samenkom sten in de kamer van Camille. Dezen sukkel en de oude dame valt het gemakkelijk genoeg te bedriegen. Therese vertelt haren minnaar haar levensloop en haurhuwelijkslot. Zij heeft Camille getrouwd, ïomöat de oudo moeder hem aan haar gaf," want zij is van die darne een nicht en door haar opgevoed. Reeds als kinderen waren Camille en zij voor elkaar bestemd. sO, als ge wist hoe ik geleden lieb!" zegt zij tot Laurent, zich aan zijn hals hangende, nik legde mij bij mijn echtgenoot ter ruste, maar als hij sliep, ging ik heen gemarteld door do ziekelijke uitwase mingen van zijn ellendig lichaam. Ik heb mijn hoofdkussen gebruikt om mijn kroten te smoren, ik heb mij zelf geslagen, me van lafheid beschul digd; ik heb me m de Seine willen storten...." Zij drukte hare vochtige lippen op den hals vau Laurent: »Toije t'aime! je t'ai aimó Io jour, s oii Camille t'a poussé dans la boutique.... Tu-'. te souvions, quand tu peignais iciune fored f< fatale me ramenait a ton cóté; jo respirais toil"- air avec des délices cruelles Laurent is onthutstverschrikt. Die vrouw, die met heel hare zwaarte aan zijn hals hangt, zich aan zijn borst drukt, hare lippen minuten lang met hevigheid op de zijne perst dia vrouw verschrikt hem. Parbleul zijne vorige matiresses waren en deden heel anders.... vrouw beminde hom, ssans doutel" En hij begint haar te beminnen. Zij sehijnon voor elkaar bestemd hijmet zijn koel bloed forschc gestalte; zij, met haar altijd trillende'f zenuwen, teeder oiganisme Zij vullen elkander; V, aan, zij zijn elkandois pendanten. Beidei bloed is voorbeschikt zich te vermengen. aNous nous marionszegt Laurent. Een samenloop van omstandigheden belet den minnenden, elkaar geruimen tijd to zien. Dat verdragen zij niet, Camille moet uit den weg geruimd. Zij willen trouwen niet wijl zij de wettige sanctie op hun omgang begeeien, maar

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1887 | | pagina 2