A0. 1888. Zaterdag 12 Mei. N°. 6984i mmm m ■m i wm Twee-en-yeertigste Jaargang. Verschijnt dageüfks, uitgezonderd Dinsdag. -« UITGEVER: jToPÉ. Buiteniandsche Berichten. duitschland. Io weerwil vau vroegere tegenspraken be 1 1 7' I i 1 j. 1 t h '- f>¥>~';'-"■'? ;'-.'vf:^"< "*v 'sr.cv «s^+fc, f»* Y rV i - ~>'r'-*vn^j usSESBESE GOURA Abonnementsprijs, per kwartaal franco per post, duor het geheele Rijk Afzonderlijke f 1.85. - 2.50. - 0.10. BtSMAÜ! H JL n Kt® f E, 13 4. Advertentieprijs: vau 1—10 gewone regels met inbegrip van eene Oourantf 110* Iedere gewone regel meer- .10. Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend. Schiedam, 11 Mei 1888. Men bereidt zich in Engeland voor op de herdenking van twee historische feiten, die niet louter een Engelach betaog hadden, maar ook op den loop der gebeurtenissen in ons werelddeel een verbazenden invloed oefenden; feiten bovendien, die evenzeer in de geschie denis der Nederlanden als in die vao Enge land merkwaardige bladzijden beslaan; ze -zjjn>de nederlaag der Armada, der Spaanscbe onoverwinnelijke vloot in 1588, en de troons beklimming van den stadhouder Willem III nis koniog van Engeland in 1688. Het eerste feit wordt door onze overzeesche naburen steeds hoog in eere gehouden. Leven dig begrijpt men in Engeland, dat, was de poging van den Spaanschen koning gelukt, had een Spaauscb leger zjjn zegevierenden intocht biuuen Londen gehouden, hadden, als gevolg, daarvan, de Noordelijke Nederlanden zich onder het juk van Spanje moeten buigen, de toestand van geheel West-Europa mis schien een geheel andere zou zijn dan thans. Vazalstaten waren Engeland eu Nederland waarschijnlijk geworden, door heb-en dweep zuchtige ambtenaren uiigezogeo en getyran- nigeerd, door vreemdelingen beheerscht, aan vreemde gunstelingen weggeschonken. 't Is anders uitgekomen, Ia 1588 is aan Spanje's macht een knak toegebracht, dien het niet meer te boven is gekomen. In plaats van Engeland en de Nederlanden als onder worpenen aan zjjn voeten te zien, heeft Spanje's koning, wiens voorbeeldeiooze werkzaamheid niet vergoeden kon, wat zjjn eenzijdigheid, zijn bekrompenheid bedierf, by beide natiën een gevoel van eigenwaarde doen ontstaan, dat niet meer te verdooven vielhet machtige 'Spanje bleek niet opgewassen tegen da boeren en piraten in Holland, tegen de Engelsche waterrotten. Het was een zonderlinge tijd voor drie eeuwen. Aan de eene zjjde een vorst, die zich 'blind tuurde op een puot: het katholieke geloof eo dat alleen in al zyn staten te hand haven. Aan de andere zyde een klein volk, •een volk van boter, als Alva het noemde, maar dat ,nu eenvoudig niet verkoos, io zyn gewetensvrijheid verkort te worden; een volk, dat er zyn goed en zyn bloed voor over had, als de vrjjheid van gelooven en denken maar morht bewaard blijven; een volk, dat nu juist geen ondergeschikten vorst bad kuonen ont vangen, dan een, die, in Spanje geboren en opgevoed, oogewoon was aan den frisschep wind, die de Hollandsche kusten zuiverde, de Hullandsche borsten verruimde. De Spaan- eche hoogvlakten en het Hollandsche moeras, die huwen zich niet aan elkander. jNegen .maanden helen drie maanden winter", heet het van sommige streken in Spanje. ïOnuitspreke- i ljjk droefgeestig" worden ze genoemd, de Hol landsche beemden, als er by open „winters met ■.bedekte luchten een dikke damp over hangt, die wel doet neigen tot het zoeken van troost in de psalmen üathene, maar minder geschikt maakt om met Spaansche denkbeelden en Spaanscbe begrippen vrede te hebben. En aan de overzijde van de Noordzee een ander volk; het had zyn kerkhervorming be leefd; onder liet echtpaar, dat bestond uit de. dochter van Hendrik VIII, de bloedige ui iria, en den koning van Spanje, Filips II, had het dagen gekend, waarin gewetensvrij heid ten eenenmale verbannen was. Deze Maria was bij haar overlijden opgevolgd door haar halfzuster, Elisabeth. De Hervormden ademden weder vry onder het bestuur van deze, zelf protestantsche vorstin. Ze had haar hand geweigerd aan den koninklijken weduw naar harer zuster, wier tegenbeeld ze schier in elk opzicht was. Voor haar waren de protestantsche Nederlanden een bolwerk, dat haar eigen land beschermde tegen Spaansche heerschzucht; daarom, al bleef ze den mach tigen koning van Spanje ontzien, ze trok toch de beschermende hand niet geheel van de Nederlanders af. De vrijbuiters dezer onder drukten had ze oogluikend met hun prjjs- gemaakte schepen 'in haar havens toegelaten, al werd ze later genoodzaakt, op aandrin gen van den Spaanschen landvoogd in de Nederlanden, dit verlof in te trekken. Toen na deo dood van Willem I de Nederlandsche gewesten haar de oppermacht aanboden, wees ze die uit vrees voor Spanje wel ven de hand maar de balans van haar belangstelling voor haar geloofsgenooleo kwam weer in evenwicht, toen zjj een harer gunstelingen, den graaf van Leicester, met hulptroepen herwaarts zond. Dat een en ander was aan den Spaanschen vorst niet ontgaan. Met zyn stadhouder io de Nederlanden, Alexander van Parma, die de Zuidelijke gewesten weder onder Spanje's ge hoorzaamheid had gebracht, was hjj meer malen in briefwisseling getreden over een onderneming, die Eogelands vermeestering ten doel had, en in haar gevolg den val der oproerige Nederiaoden zou na zich sleepeu. De corres pondentie tusschen den koning en den stad houder is merkwaardig. sUwe Majesteit moet voortgaan met haar toerustingen tegen Enge land" scbrjjft Panna in da eeiste dagen vau 1587 aan zyn koninklijken meester, en terwjjl deze toerustingen in vollen gang waren, maanden nadat hjj bedoeld schrijven aan zyn koninklijken meester had gericht, zegt die zelfde Parma tegen een Eogelschen gezant: »Vele redenen zjjn er, behalve mjjn gezindheid, die rnjj tot deo vrede aansporen. Mijn ouders zijn dood, mjju zoon is een joog vorst, mjjn buis heeft dringend rojjo tegenwoordigheid noodig. Ik beu niet onbewust, welk .een kitteloorig diog de oorlogskans is, die in een eukel oogenbhk hoe overwinnend ook overigens mjjn loopbaan geweest zjj niet alleen al mjjn overwinningen kan ontluisteren, maar mij zelfs het leveo doen verliezen. De koning, mjjn meester, is thans hoogbejaard, zyn kinderen zjjn jong, zyn bezittingen in onrust. Hjj vet langt zjjn leveu in rust te eindigen en zijn nakomelingschap in rust achter te laten. Da verheerlijking van God, de eer van beide Hunne Majesteiten en het welzjja dezer landen, heneveos de zucht om verdere bloedstorting onder Christenen voor te komen, eo verschillende andere soortgelijke redenen, noodzaken hem tot den vrede". Toen deze woorden gesproken werden, was het 1588 geworden, waren de toebereidselen van den Spaanschen koning voltooid, lag de groote vloot, waaraan eenige jaren gearbeid was, gereed om zee te kiezen, en nzou geen macht ter wereld Filips van zyn voornemen kunnen doen afwijken om dien zomer Engeland te verovereo." De koningin van Engeland bevroedde niet, welke gevaren haar bedreigden. Ze had haar gezanten naar Farma gezonden, om in allen ernst over den vrede te onderhandelen. Ze had wel eens van toerustingen vernomen, maar die minder als op haar gemunt be schouwd. Toch liet ze haar gezant aan Parma zeggenïMen heeft aan Hare Majesteit ge zegden overgebracht, die Uwe Hoogheid zich zou hebben laten ontvallen, waarin up de mogeljjkbeid werd gezinspeeld, dat de leger macht van den koning van Spaoje een aanslag voor zou hebben tegen de koningin. Hare Majesteit, die daaruit opmaakte, dat gjj voor nemens zjjt om haar schrik aan te jagen, gebiedt my u zoo duideijjk en nadrukkelijk als noodig is, te verzekeren, dat zy niet zoo flauw of oovoorzichtig io haar regeering te werk gaat, of ze is gewapend tegen alles, wat de koning tegen haar mocht willen ouder- nemeo, en evenzeer in staat om hem afbreuk te doen, als hjj aan Hare Majesteit Daarop vatte de Spaansche landvoogd, die juist aan den koning over de cnderoemiog tegen Eogeland had geschreven, het woord en sprak zoo plechtig hjj kon: ïOp het woord eens edelmans, wie dit ook mag gezegd heb ben, hjj heeft mij zwaar belasterd, en zyn eigen boosheid aan den dag gelegd. Zy, die my bet beste kennen, weten, dat ik niet de gewoonte heb eenig woord over mijn lippen te laten gaan, dat eenigen vorst ter wereld aanstoot zou kunnen geveo. Ik verklaar wer kelijk en waarachtig, dat ik in het mmst niet van eeDÏg voornemen weet, dat de koning zou koesteren tegen Hare Majesteit of haar ryken." Op deze wjjze werd de Engelsche regeering in slaap gewiegd. Ze zou spoedig, maar niet zeer kalm ontwaken. (Slot in het volgend nummer.) vestigt het zich thans dat de Oldenburgsche regeering voornemens is groote haven werken te Nordenhamm, tegenover Bremerhaven, aan te leggen en dienaangaande de vereischte voor stellen by den landdag in te dienen. Daar de groote handelshavens ook voor oorlogsschepen toegankelijk zullen zjjn, zoo is insgelijks de Duitscbs rjjksmarioe by deze aangelegenheid betrokken. Aan da Weener Neue Freie Presse wordt uit Brussel gemeld: In de couloirs der Bel* gische Kamer heeft een gewezen liberaal mi nister verklaard dat het hem niet verwondert; dat een Fransch syndicaat, met Belgische ondernemers aan bet hoofd, de gezamenlijke werken voor de ontworpen versterking vao de Maaslinie voor een in het oog vallenden lagen prjjs wil tot stand brengen, daar de Fraosche regeering er wel eenige millioenea voor over heeft, om nauwkeurig kennis te krjjgen van de uitte voeren verstel kingswerken. De Vosswche Zeitung bericht dat de maat schappij Cockerel! met de Maagdenburgen fabriek vao jjzer- en staalwerkr firma Gru- soo, eene overeenkomst heeft gesloten tot gezamenlyke levering van de gepantserde koe pels op de forten van de MaasSime. Dépêches uit Bucharest melden dat Fonta- nar, die op het paleis vao den koning van Rumenië geschoten heeft, officieel krankzinnig is verklaard. De Pteiehs-Anzeigcr bevat eene geheele reek# van personen, aao wie door den keizer, bjj zijne troonsbeklimming, onderscheidingen zjjn toegekend. Onder de in den adelstand ver» hevenen bevinden zich, behalve verscheidene ministers, ook enkele geleerden, o. a. dr. Wer ner Siemens, de beroemde uitvinder-natuur kundige. Het bulletin van hedenvoormiddag 9 uur luidt: >Ds toestand des keizers is in de laatste -/dagen betrekkelijk goed. De koorts is zeer gering. Da slaap, ofschoon meermalen gestoord; was toch verkwikkend. De krachten zyn weder toegenomen. F B A N R R IJ K. Men kent thans den uitslag der gemeente raadsverkiezingen in 361 hoofdplaatsen, Parjjs daaronder niet begrepen. Van deze zijn 103 gemeenteraden geheel repubiikeinsch, 11 con servatief; in 7 is de meerdeiheid repubii keinsch-, in 1 conservatiefgezind. In 95 ge meenten is de meerderheid reeds nu aan de republikeinen verzekerd, in 4 aan de conser vatieven, In 67 gemeenten kan men nog niet voorzien hoe de samenstelling zal zijn; io 17 leverde de verkiezing geen resultaat op by do eerste stemming; uit 56 gemeenten outbieked de bjjzonderhedeo nog. ENGELAND. De lersche afgevaardigde Parnell voerde Dinsdag het woord aan een feestmaal, hem door de liberale zoogenaamde .«Eighty club" aangeboden. Hjj. sprak de ove,'uiging uit, dat vV\' O - l.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1888 | | pagina 1