Zaterdag 6 April.
N°. 7218.
KENNISGEVING.
KENNISGEVING.
POLITIE.
Feuilleton.
Het geleerde Elsje.
A0. 1889.
Drie-en-veertigste Jaargang.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag.
Buitenlandsche Berichten.
UITGEVER: j7~ODÉ.
GOUHA
Abohnemeintspsusper kwartaalf 1.85
Jtranea per post, door het gshesle Rijk 9.50.
Afzonderlijke nommers - 0.10.
BV BE) A IJ: HARKf, B, 1 'I.
Advertentieprijs: »*n 1—10 gewant regels met
inbegrip van eens Courantf 1,1),
Iedere gewone regel meer.19.
Bbienaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
Kleinhandel ln sterken drank.
De Burgemeester en "Wethouders van
Schiedam brengen, ingevolge Art. 5 der "Wet
van 28 Juny 1881 Staatsblad no. 97), ter
•openbare kennis, dat by ben verzoekschriften
zyn ingekomen tot het verkoopen van sterken
.drank in het klein in de na te noemen
localiteiten
lo. Van JOHs. ADRs. VAN VELZEN, in
het benedenvertrek van het pand aan de
Ztoaamteeg, C, 225
2o. Van den ADMINISTRATEUR der HOL-
iLANDSCHE IJZEREN SPOORWEGMAAT
SCHAPPIJ te Amsterdam, in de wacht
kamers van bet nieuwe Stations-gebouw
.alhier, A no. 78.
Schiedam, den 5n April 1889.
■Burgemeester en Wethouders voornoemd,
P, J. NAN/DUK. VAN MATENESSE...
De Secretaris,
A. W. MULDER.
De Burgemeester on Wethouders van
-Schiedam,
Brengen ter kennis van üe Ingezetenen:
Dat het 2de Suppletoir kohier der Plaatselijke Di-
ree te Belasting lezer gemeente, voor de diasist van
het jaar 1888, den 29 Maart jl. door den Gemeen
teraad vastgesteld en den i April daaraanvolgende
door Heeren Gedeputeerde Staten dezer provincie
goedgekeurd, aan den Ontvanger der Gemeente ter
invordering is uitgereikt en in afschrift gedurende
vijf maanden, te rekenen van heden, op de Secretarie
der Gemeente voor een ieder ter lezing is nedergelegd.
Wordende voorts een ieder aangemaand zijnen
aanslag op de bepaalde termijnen te voldoen, op
straffe van vervolging volgens de Wet.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den 5 April 1889.
Dt Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
P. J. VAN DIJK VAN MATENESSE.
Dt Sicrtiorit,
A. W. MULDER.
Aan het commissariaat zijn aangegeven:
als op straat gevonden een boote hanssop,
een R.-k. kerkboekje, een sleutel en een
portemonnale, met eenige Belgische.en
oude Hollaodsche centen.
F B 1 H 1 R IJ E.
De ministerraad heeft in zyoe gistermiddag
gehouden vergadering besloten, by de Kamer
de, machtiging aan te vragen voor een vei
ging tegen Boulaoger. Het requisitoir, geste)
door deo procureur-generaalgaat vergezeld
van een schryveD, door den minister van justitie
gericht aao den voorzitter der Kamer.
De rechtbank zal Zaterdag uitspraak doen
in het proces tegen de bestuursleden van het
comité der »Ligue des Patriotes".
In de Kamerzitting van gisteren deelde de
voorzitter mede dat hy van de regeêring
eene aanvrage had ontvangen ter vervolging
van Boulaoger. De voorzitter gaf daarna het
woord aan den minister van justitie. Een ge
weldig rumoer ontstond er au. Verscheidene
leden werden tot de orde geroepen en over
Baudry d'Asson werd de censuur uitgespro
ken, omdat hy gezegd had dat men zich
schamen moet lid dezer Kamer te zyn.
Io den verderen loop der zitting was een
tij dia o g het rumoer oorverdoovend. Paul de
Gassagnac beleedigde de ministers. Laur gaf
uit zijnen naam en uit dien zjjDer vrianden
te kennen dat zy begrepen wenschten te
.vorden in de vervolging. Er werd geroe-
;n: sLeve de Republiek!" en ook ïLeve
danger I"
>e Kamer heeft ten slotte besloteo, on-
ellyk zich in da afdeelingen te begeven
{de commissie te benoemen tot onderzoek
de aanvrage ter vervolging van Boulaoger.
Ie Kamer heeft de commissie samenge
steld tot het uitbrengen van rapport over
liet wetsontwerp, regelende den gang van
zaken voor den Senaat, voor het geval dat
h|j fungeereo inoet als hof van justitie, ten
einde uitspraak te doen over personen, be-
uuldigd van een aanslag tegen de veiligheid
staats. Tien leden der commissie zijn ten
het. outwerp, en.é.en „ec- tegen.
ie Kamer heeft de commissie voor de aan
vrage ter vervolgingen benoemd. Alle leden
zyn daarvoor guostig gestemd, behalve Gas
sagnac.
De Kamer heeft de aanvraag tot machtiging
om Boulaoger te vervolgen goedgekeurd met
355 tegen 203 stemmen.
Het einde der zittiDg van de Kamer, vóór
de stemming, kenmerkte zich door rumoerige
tafereelen. Toen tot onmiddellijke beraadslaging
over de aanvraag der regeering besloten was,
noemde Paul de Cassagnac het requisitoir e«n
weefsel van leugens. Tirard zeide dat de
regeering een man vervolgen wil, die da re
publiek trachtte omver te werpeo, en dat zy
het land wil behoeden voor een burgeroorlog*'
Een amendement van Dreyfus, strekkend ons
Boulanger te brengen voor het hof van Assisef,
werd verworpen met 504 tegen 70 stommen.
Baudry-Asson besteeg de tribune en bedreigde
den voorzitter. Vervolgens bad de stemming
plaats.
Het feestmaal dat de Ouitsche gezant te
Parye ter eere van Garnot gaf, was schitterend.
Na den maaltijd hielden graaf en gravin Mün«
ster een receptie, waarop de ministers, hat corps
diplomatique en andere voorname personen
verschenen. Carnot bleef tot 11 uur en ondef*
hield zich druk roet de aanwezigen, ondef
welken ook Galliffet werd opgemerkt.
BELGIË.
Eene dépêche uit Santhome van 3 dezer,
door <fefa gouverneur-generaal van de Conga*
slaat gericht aan de regeering van den Congo*
staat te Brussel, meldt dat onder de Arabieren
te Stanley Ealls het gerucht liep van wattf
bet,den 28aten Februari langs de CoDgo i#
overgebracht dat Stanley en Emio-pactia ge*
zien zyn op weg Daar Zanzibar met verschel*
deDe duizenden mannen, vrouwen en kinderen
en 6000 olifantstanden.
Studenten, die den schouwburg in Ixelletf,
de voorstad van Brussel, bezochten, gingen
gisternacht te 1 uur naar het hotel xMengelle",
waar Boulanger zyn intrek nam, om hunne
hem vjjandige gevoelens op luidruchtige wyze
te uiten en hadden zich hiertoe van fluitjes
voorzien. De politie joeg hen echter uit elkander
vóór zy uit Ixelles in de stad terugkeerden,
Laguerre, Laissant, Naquet, Millevoye,
Dugué de Fauconerie zyn te middernacht te
Brussel aangekomen, naar men zegt, om een
Novelle van E, Falk,
3.
Zij heeft woord gehouden, het kleine Elsje.
.Zij is immers uw bruid, ten minste zoo nagenoeg,
daar er de verloving nog maar aan ontbreekt.
Voor mij is zij nog altijd het kleine Elsjo, dat
'mij komt troosten. Het boold van een geleerd
Elsje, dat zich met haren vader i* oude manu
scripten verdiept, met wie gij uwe voordrachten
over historische literatuur en aesthetica bewerkt
en bespreekt, die op hare jonge, teere schouders
een zoo geleerden bol ronddraagt, dat zelfs in
het onderzoek der wetenschap vergrijsde pro
fessoren met eerbied tot haar opzien, kortom,
het beeld, door u geschetst in uwe laatste brieven,
is mij veel minder lief, dan de bevallige, kinder
lijke figuur, die zoo even uit het verleden voor
.mij opdoemde. Een geleerde vrouw met kantoor-
.mouwen, inktvlakken aan de vingers en eea
blauwen bril op den neus is nu eenmaal
mijn ideaal niet. Verontrust u niet, broertje 1
Mijn ideaal is geen engeltje uit hooge, onbereik
bare sferen, maar behoort wel degelijk te huis
in zekere streken van onze goede, oude moeder
aarde. Eerlijk gezegd, hoop ik het verwezenlijkt
te zien in een blondlokkig Duitsch meisje, dat
niet oDgenegen is mij naar de oorspronke
lijke wouden van de nieuwe wereld te volgen.
Daarnaar te zoeken, er ten minste eens naar
om te zien heb ik stellig aan den ouden
heer moeten beloven. Hij wenscht zich met
frisch, v rooi ijk leven te omringen, en wat mij
zelf betreft ik kan ook juist niet vinden dat
bij ons in Texas het eeuwig jonggezellenleven
zooveel voor de toekomst belooft.
Zoodat gij ziet het ik. niet afkeerig ben
van het vrouwelijk geslachtook geen phantnsti-
sche, dat wil zeggen al te hooggespannen ver
wachtingen koesterals goedhartig mensch een
liefhebbend, beminnelijk vrouwtje misschien meer
dan goed is op de handen zou dragen en dus
niet inzie, waarom ik er geen zou kunnen
krijgen.
Niet, dat ik in dezen uwe hulp zou willen
inroepenonze smaken loopen, zooals ik reeds
heb opgemerkt, te veel uiteen. Onder de hoog
beschaafde, fijnbesneden zieltjes uit uwe om
geving zou ik bezwaarlijk een goede huisvrouw
vinden, of het moest het kleine Kaatje zijn,
voor wie ik, op uwe beschrijvingen afgaande,
reeds eenige voorliefde heb opgevat. Dit zal u
verwonderen. Zeer zeker hebt gij niet bedoeld
mij te doen verlieven op deze kleine, ontaarde
spruit uit een hooggeleerden stam, met haar
bruin, kroezig haar en altijd lachende oogen.
Voor u zal ze wel niets aantrekkelijks hebben;
mij is het, of ze mij uit de verte op eene
bekoorlijke, lieftallige wijze toelacht en wenkt.
Een beetje jong voor u, zegt gij? 't Is waar,
ik ben reeds bijna aan het einde van mijn
dertigste; doch dit gebrek wil ik haar groot
moedig vergeven, als zij er mij maar niet minder
om liefheeft. Er is natuurlijk nog tijd genoeg om de
zaak rijpelijk te overwegen. Gij, Edgar, kondethaar
wel een weinig voorbereiden, door b. v. mijn
ruig hoofd met een soort romantischen nimbus
te omgeven. Dat helpt altijd veel, en ik zal u
voor dit blijk van broederliefde mijn leven lang
dankbaar zijn. Er is nog tijd in overvloed. Daar
ik plan heb over Chicago en San Francisco naar
New-York te reizen, kan het nog maanden doren,
eer ik mijn triumftocht in de Duitsche gauen
doe. Tot dien tijd hoort gij ook niets meer van*mij,
daar er, hoop ik, toch wel geen storlvloedeti
meer zullen komen, die mij uit vertwijfeling tot
een arbeid drijven, als ik nu onder handen heb,
een ware kwelling voor vingers, die veel beteP
en zekerder do buks dan de pen besturen. In*
tusschen moge deze brief strekken om u voor te be
reiden op mijne komst. Bereid gij nu de anderen
voor en zoek het daarheen te leiden, dat zij mij
ten minste met geen al te donkere gezichten
ontvangen.
Gelieve mij bijzonder aan te bevelen in de
gunst van onzen gestrengen heer Oom, voor wien
ik het allerbangst ben. Met de nichten hoop ik
het wel te zullen klaren, zelfs met het geleerds
Elsje wel, dat ik u vriendelijk verzoek te groeten.
Het hupsche Kaatje, mijn* aanstaande, zoudtgij
wel bij wijze van voorschot van mijnentwegs
een stevigen kus kunnen geven.
Hartelijk groetend
Uw liefhebbende broedef
HUBERT."
Wordt vervolgd.)