Zaterdag 7 September.
w
A0. 1889
N°. 7328.
Drie-en-veertigste Jaargang.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag.
U IT G EVErTT,-O D
BUB J.IP: MAIISï, ÏJ13«,
SCHOUW
a a r s
c h
u w i n g.
Suitenlandsche 8er chten.
DENEHARKEN.
E rtnenlandsche Berichten.
Abohnbhicktrprub, per kwartaal
JVmwo per post, door bet geheele Rijk
Afzonderlijke nommers
f 1.85
- 2.50.
- 0.10.
Advrrteh*ibfiui8: van t—-10 gonou. reg.ls mat
inbegrip van eeae Ooorantf 1
Iedere gewone regel meer- ,10,
Driemaal geplaatst wordt tegen rwkttiUAL berekend.
over de Wateringen en Melnslooten
la het huil- en Bfleatv-West-
Franhelantl.
Burgemeester on "Wethouders van
Schiedam,
Gezien art. 9 der 'Verordening op bet reinigen cn
•op da gevorderde breedte en diepte houden van de
Wateringen eft Heinsleoten in liet Oud- en Nieuw-
WeBt-frankeland binnen genoemde Gemeente van
den 19 Mei 1881;
Brengen ter kennis van de Eigenaars van Lande
rijen, Huizen cn Erven Sn genoemd Erankeland, dat op
Maandag den 25 Septetnier 1889, dés toormidags ten
Negen ure, eene SCHOUW zal gedreven worden over
bovenbedoelde Wateringen en Heinslooten.
Wordende bij deze ieder, dien zulks mogt aangaan,
gewaarschuwd om te zorgen, dat «tan liet vaorge-
chrovenc bij de bovenaangehaalde Verordening als
dan behoorlijk voldaan zij.
En opdat niemand hiervan onwetendheid zoude
kunnen voorwenden, zal deze worden afgekondigd
waar het behoort.
Gchiedaro, dan 5dao September 1889.
Xtirgcmcesltr en Wethouders van Schiedam,
P. J. VAN DIJK VAN MATENESSE.
i De Secretaris,
A. W. MULDER.
KNRKLAN1).
Naar aanleiding van den jongsten verjaar
dag dar Nederlandsche prinses, omtrent de
viering waarvan de Timet eenig bericht ont
ving, wydde bet blad een hoofdartikel aan
Holland en zijn vorstenhuis, en zeide daarin
het volgende:
De Hollanders waardeeren hunne dynas
tie alt een aandenken aan hun historisch ver
leden, en tevens als eeueo waarborg voor het
voortbestaan hunner nationale zelfstandigheid.
,2y hebben die nationale zelfstandigheid lief, en
hoewel zy op het oogenblik weinig te duch
ten hebben van vreemd geweld, beseffen zy
volkomen in welke de richting de loop der
gebeurtenissen hen zou kunnen leiden. Zy
ago niet minder beducht voor zich zeiven
dan voor hunne naburen. Zy begrijpen, hoa
moeilijk bet onder zekere omstandigheden
voor hen wezen zou, weerstand te bieden aan
da aantrekkingskracht van eene zware massa
buitenaf, en in hunne gehechtheid nau den
tegeuwoordigen staat van zaken willen zg zich
niet blootstellen aan verleiding of aan gevaar.
.Zoolang zy bunne dynastie hebben, biedt deze
hun eene zekerheid, dat bet nationale zwaar
tepunt op de oude plaats zal blyveD. D&arom
klampen zij zich er aan vast.
Al wat het nationaal bestaan van een land
als Nederland bevestigt, is voor Europa van
belang. Het verloren gaan van het llolland-
-eche nationale type, als een afzonderlijk ele
ment in het politieke leven van Europa, zou
te betreuren zijn. Europa behoeft ter afwisse
ling al de verschillende nationale typen, welke
.het bezit, mits zjj inderdaad verschillend zyn
en (gelijk het Hollandsche) het voortbrengsel
van eene werkelijke noodzakelijkheid. Voor
die allen kan het plaats vinden, en werk. Hol
land nu bezit de onmisbare gegevens tot het
samenstellen vao eene onafhankelijke nationa
liteit, en het heeft daarvan gebruik gemaakt
op eene wijze, welke zijn recht daarop slechts
staaft. Wal dus mag het xich verheugen
in het rijpen van een jong en krachtig leven,
dat zelfs dc bloots gedachten wisseling over
nieuwe schikkingen, te treffen wanneer een
oud en afgeslo'en leven zal geëindigd zyn,
onnoodtg maakt. Prinses 'Wihelnrnna doet
hoopvolle oogen heenzien in eene rich
ting, waar zonder haar bet uitzicht min of
meer troebel en onzeker zou wezen. Zg
heeft slechts te blijven staan waar zij thans
staat, om de afgod te worden van een volk,
zoo braaf, roet al zyoe gebreken, als er ooit
een in de christenheid bestond.
F It A JX K R IJ
In den ministerraad is over Boulanger'a
candidatuur beraadslaagd. De ministers zyn
van gevoelen dat Boulanger, ondanks zijt
burgerlijke onbevoegdheid, na kennisgeving
bjj deurwaarders-exploot kan worden toege
laten tot het verrichten van handelingen als
candidaat, zooals het doen aanplakken van
biljetten, het verspreiden vao verklaringen,
politieke geloofsbelijdenissen, enz.
De czarewitsch zal wel officieel ontvangen
worden, maar niet de gast van de Fransche
regeering zijn; bel hotel der ambassade wordt
voor zijn komst in gereedheid gebracht.
DUIISCHIIHD.
De keizer en de keizerin zyn gisteravond
te 5Vz uur te Dresden aangekomen, door den
koning en de konÏDgin en door andere vor
stelijke personen aan het station opgewacht
en door de bevolking met jubelkreten begroet.
In zyne begroetingsaanspraak noemde de Oier-
lürgeme'tter den keizer den beschermer des
vredes, en hg drukte verder de stellige ver
wachting uit, dat het Saksische leger, waar
over de keizer revue zal houden, blijken zou
een sterke beschermer des vaderlands te
zyn, en vreugdevol 's keizer roepstem volgen
zou, indien ooit de vijanden des ïyks het be
houd des vredes onmogelyk zouden maken.
De Russische grootvorst-troonopvolger zal
den 12o dezer van Kopenhagen vertrekken,
om de manoeuvres van het Duitsche leger
in Hanover bjj te wonen. Van daar vertrekt
bjj onmiddellijk naar Fredensborg,
GRIEKENLAND,
Volgens de laatste berichten van Kreta
hebben de Turksche troepen de provincie
Selina, zonder tegenstand te ontmoeten, bezet.
Ook de omstreken van Rethime zyn bezet.
De opstandelingen, die naar verschillende
punten gevlucht zyn, zullen zich waarschynlyk
spoedig onderwerpen.
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL.
Zitting van 5 September.
Hot debat over de onderwijswet werd voortge
zet bij art. 20 en het amendement-llartogh (trak
tementen-classificatie).
De minister achtte het amendement onnoodig
en aanleiding gevend tot onbillijkheden.
De lieer lïartogh zette nogmaals uiteen dat
bot amendement bedoelde in de toekomst belang
rijke daling der traktementen to voorkomen.
De heer Zaaijer achtte dit amendement voor
art. 45 van belang en stelde aanhouding tot dat
art. voor. Dit voorstel werd aangenomen met 50
togen 32 steramen.
Aan de orde was nu art. 28.
De heer Van der Kaay verdedigde een amen
dement, om in plaats van «vergelijkend examen",
te lezen«vergelijkend onderzoek naar do geschikt
heid der candidaten".
De licor Dool stelde twee amendementen voor.
Een om kweekelingen-toelating te doen goedkeuren
door burg. en weth. Het ander om het vergelij
kend examen voor do benoeming aan een door
het rijk bekostigde school to doen vervallan.
Do beer Vermoulen stolde voor, aan do bepa
ling, dat de voordracht, opgemaakt na het ver
gelijkend examen, minstens 3 en hoogstens 5
bevoogden moet bevatten, uitbreiding te geven.
De spreker keurde de tegenwoordige examens ten
zeerste af.
De heer Kerdijk is een voorstander van verge
lijkende examens, niet van de wijze van afname.
Daarom achtte hij 't amendement-Van der Kaay
eene verbetering. Het amendement-Yerraeulen
ging hem te ver. Het kon noodig zijn het maxi
mum van 5 candidaten uit te breiden, doch niet
om het minimum van 3 te verminderen. Ilij stelde
in dien geest oen nieuw amendement voor.
De minister moende dat het facultatief stellen,
gelijk de wet doet, der vergelijkonde examens,
bij verschil van inzicht tusschen burg. en weth.
en hot toezicht, een middenweg is. Het amende
ment-Van der Kaay had bij hem geen bezwaar,
evenmin het eeisto amendement-Bool. Ook tegen
het tweede heeft hij goen overwegend bezwaar.
Hij verkoos het amendement-Kcrdijk boven dat
des hoeren Vermeulen. De commissie Ynn voor
lichting achtte dat het le amendement-Bool in
de instruction aan do hoofdonderwijzers zou kun
nen worden opgenomen, door elk gemeentebe
stuur dat daarop prijs stelt, liet tweede vond
bij haar geen bezwaar, evenals het amendement-
Van dor Kaay. Ook zij gaf aan dat van den lieer
Kerdijk de voorkeur boven dat van den heer
Vermeulen.
De heer Vermeulen trok zijn amendement in.
Het amendement-Van der Kaay werd aangeno
men met 52 tegen 42 stemmen.
Het amendement-Kerdijk werd aangenomen
met 81 tegen 12 stemmen.
Het 1 e amendement-Bool werd verworpen met
60 tegen 32 stemmen.
Het 2e amendement-Bool werd aangenomen
met 51 tegen 40 stemmen.
Op art. 33 (eerbiediging van ieders godsdlcB*
stigo begrippen) stelde do heer Van Houten eenö
gewijzigde redactie voor van het tweede lid, met
bedoeling oin bij het openbaar onderwijs moge
lijk te maken dat geschiedenis en natuurkennis
worden geleerd volgens het leerplan, zonder dat
de onderwijzer wegens schending der neutraliteit
aangeklaagd kan worden.
Do hoeren Schacprnan, Lehman en de minister
bestreden het amendement. De wijziging van arti
33 is tlmns niet gowonscht, nu gezocht wordt naar
een modus vivendi. Het amendement zou liet vooP
nog zeer velen totaal onmogelijk maken, de open*
bare school te bezoeken.
De heer Van Houten constateerde zijn doel
bereikt to hebben, daar wetsuitleggingon als in
zake den onderwijzer Poppink niet meer mogelijk
zullen zijn, na de verklaringen der overzijde. Hij
trok zijn amendement in, nadat de heer deSa-
vomin Lobman zijne opvattingen bestreden had
en de lieer Rooyaards do relatieve neutraliteit
wilde gehuldigd zien.
Bij art. 45 (regeling der uitkeering van het
rijk aan de gemeenten) schetste de heer Huber
uitvoerig den druk, dien 't ontwerp zal Icggelt
op de reeds veel te zwaar gedrukte Friesch#
gemeenten en achtte hij hulp dringend noodig.
Een hoogere rijksbijdrage kan niet gemist worden.
Morgen voortzetting.
De heeren lïartogh, Van Houten en Rutgers
van Rozenburg hebben de volgende amendemen
ten voorgesteld, de eerste 43 régels van art»
45 te vervangen door da volgende bepalingen:
Door het rijk wordt over elk dienstjaar aalt
de gemeente een bijdrage verleend van
1*. 50 t«n honderd van het overeenkomstig
art. 26. 2de lid, te bepalen minimum (van onder1*
wijzors-traktementen) verhoogd
u, voor elk hoofd ecner school van 91 tot Oil
met 199 leerlingen met f 50
van 200 tot en met S09 leerlingen met f 150 5
van 310 tot en met 419 leerlingen met f250;
van 420 en meer leerlingen met f350;
b. voor eik der onderwijzers die liet hoofd def
school bijslaan, voor zoover die bijstand volgenfi
art. 24 verplichtend is, voor scholen van 91 en
meer leerlingen met f50, doch voor elk dier
onderwijzers die den leeftijd van 23 jaren vol
bracht heeft en den rang van hoofdonderwijzer
bezit, voor zoover zulks volgens art. 24 gevorderd
wordt, met f150;
e. indien het aan de school verbonden onder*
wijzond personetl het minimum van onderwijzen
hij art. 24 gesteld, overschrijdt:
voor scholen van 9i tot en niet 309 leerlin
gen met f50 voor éen onderwijzer;
voor scholen van 310 en meer leerlingen met
f50 per onderwijzer voor ten hoogste twee
onderwijzers;
doch omvat hot onderwijs, behalve de vakken
a tot k, tevens ten minste twee der vakken l,
ia, n, en het vak onder p van art. 2. genoemd f
voor scholen van 90 tot en met 199 leerlin
gen met f50 voor «en onderwijzer;
voor scholen van 91 tot en met 199 leerling