ïïit een Dagboek.
N°. 7520.
A". I860.
Vrijdag 13 Juni
Feuilleton.
ier-en-veertigste Jaargang.
uitgëverTT odé.
Buitonlandsche Berichten.
Versch nt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag.
COURANT.
Abonnementsprijs, per kwartaal
franco per post, door liet gcheele Rijk
Afzonderlijke nommers
1.85.
- 2.50.
- 0.10.
BDKÜAV: MAKKÏ, E13 4.
AïiVEnTENTIEPRiJs: van 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courant. f 1.t(V
Iedere gewone regel meer- 0.10.
Diuemaal geplaat3t wordt tegen tweemaal berekend.
LUXEKBDK6.
De verkiezingen voor de Kamer van afge
vaardigden, wegens periodieke aftreding van
de helft van het aantal leden, hebben Dins
dag plaats gehad. Veel opzien verwekt de
nederlaag van drie dezer afgevaardigden, de
heeren Brasseur, Laval en Knaff, vooral
wat Brasseur betreft, die o. a. de regeering
heeft vertegenwoordigd op de Berlijnsche
.conferentie over liet arbeidersvraagstuk, en
■ook overigens gedurende 25 jaar den lande
de grootste diensten heeft bewezen. De poli
tieke physionomie der Kamer is bij deze
verkiezingen dezelfde gebleven, terwijl, met
uitzondering van twee gewezen ministers,
.de geheele Kamer mn de zijde der regeering
Staat- Daarentegen is zij in intelligente kracht
achteruitgegaan, doordien er thans beschaafde
en ontwikkelde p.Msonen door kleine boeren
zijn verdrongen, i
DülTSCHIAND.
Gistermorgen negen uur had in het Invali-
•denpark de plechtigheid plaats van de eerste
steenlegging voor de kerk, die de keizer daar
laat houwen ter nagedachtenis aan zijne groot
moeder keizerin Augusta. Het geheele hof was
daarbij tegenwoordig, zoomede het ministerie
en alle ouden van dagen, die tot de hofliou-
-ding van den ouden keizer en de keizerin
behoord hebben. De kroonprins van Italië
was met de keizerlijke familie uit Potsdam
te Berlijn gekomen en stond naast den keizer.
De groothertog en de hertogin van Baden
hadden bijzondere vertegenwoordigers gezon
den. Alle Berlijnsche regimenten waren door
officieren vertegenwoordigd.
Voorname kooplieden te Hamburg zijn voor
nemens vorst Van Bismarck een huis te ver
eeren- waarin hij des winters te Hamburg
vertoeven kan.
Vorst Hóhenlohe, stadhouder van Elzas-
Lotharingen, heeft den bisschop van Straats
burg verzocht, zijn geestelijken nog eens te
herinneren, dat het gebruik van de Fransche
taal bij godsdienstoefeningen en godsdienst
onderwijs daar te lande verboden is.
Gisteravond is, na een debat van twee
uren, met gesloten deuren gehouden, eene
voorloopige verzoening tusschen de twee
groepen der Duitsch-vrijzinnige partij tot stand
gekomen. Afwisselend zal het voorzitterschap
in het leidende partij-comité door vertegen
woordigers der twee groepen worden waar
genomen, en reeds aanstonds zal Eugen
Richter als voorzitter herkozen worden, tor-
wijl zijn tegenstander in de partij, de afge
vaardigde Sc!i rad er, als zijn eventueele plaats
vervanger, bekleed zal worden met dezelfde
rechten.
Het Centrum is zeer ontstemd over de
verklaringen der regeering betreffende de
regeling der ingehouden traktementen van
de geestelijken. Men gelooft dat de nuntius
Galimberti uit Weenen in dezen gehoord is,
daar men niet kan aannemen, dat de paus
gesproken heeft buiten den staatssecretaris
om, welke laatste, volgens schriftelijke mede-
deelingen uit Rome, geheel op de hand van
liet Centrum is.
ENGELAND."
Het tolbestuur der V'oreenigdc Staten heeft,
naar men bewee.' een wijdvertakt komplot
ontdekt onder de officieren, hofmeesters en
hofmeesteressen op Transatlantische stoom-
booten om gemaakte kleederen, meubelen en
andere zwaar belaste artikelen tolvrij in de
unie binnen te smokkelen. Vijf zesgroote
stoombootlijnen moeten in dit jarenlange
smokkelstelsel betrokken zijnverscheiden be
velen tot aanhouding zijn uitgevaardigd, en
de aankomende stoombooten worden streng
doorzocht.
Uit New-York wordt gemeld, dat Peil
schuldig is bevonden aan den ondergang der
tdpde nationale baak ttldaarffcn diensvclgeus
veroordeeld is tot 7'fs jaar tuchthuisstraf.
Voorts dat er nog steeds arrestatiën plaats
hebben wegens sluikerij met Transatlantische
stoomschepen.
Aan de Times wordt uit Ottova gemeld,
dat de regcering te Canada heeft besloten tot
dadelijke aanbesteding van een Transatlan-
tischen stoomvaa, tdienst, met eene vaart van
18 mijlen.
Stanley is met sir "William Mackinnon te
Edinburg aangekomen. Het Schotsche aard
rijkskundig genootschap heeft hem een groot
feestmaal aangeboden. Dinsdag, op zijn ver*
jaardag, ving Stanley de redevoeringen aart/
welke hij in Schotland wil houden. Van
Edinburg gaat Stanley naar Glasgow. Beide
steden hebben hem het eereburgerschap aan*
geboden.
OOSTENRIJK,
De militaire commissie uit de Hongaarschrt
delegatie heeft het legerontwerp goedgek- wd.
By de algemeene beraadslagingen verklaarde
de minister van oorlog dat hij verplicht was
eene vermeerdering der legersterkte op voet
van vrede voor het volgende jaar aan te kon
digen.
Wat het rookvrij kruit betreft, is nog lang
niet bewezen dat dit aan het doel beant
woordt, maar zijn verdere proefherainge»
noodig.
In de zitting der commissie voor de buiten-
landsche aangelegenheden van de Hongaarsché
•delegatie heeftdc minister Kalnoky verklaard^
dat Oostenrijk,Hongarije zich zooveel moge'jjk
beijvert om de autonomie in de Balkan-stater»
te bevorderen en te versterken. Ten aanzien
van Servië volgt liet geen andere gedragslijn.
De tegenwoordige toestand van Bulgarije In
bevredigend. Een overhaaste tussehenkomst
moet vermeden worden wegens de gevolgen,
die daaruit kunnen voortvloeien.
De minister verklaarde verder, dat de re-
geering ten opzichte van de zaken in het
oosten volkomen eenstemmig met Engeland
T»a Yllsslngen naar Pretoria, de hoofdplaats van
de Zuidafrikaansclie Republiek (Transvaal),
8.
1 Januari 1890. Wij zullen niet zoo vroeg in
Kaapstad zijn, als wij gedacht hadden. Ons schip
f is n een der kleinste van de maatschappij en
geen Imrdlooper, en dan hebben wij nogal tegen
wind gehad.
Gemiddeld vorderen wij 245 mijlen per dag.
•Op den SOstan tot den 21 sten liep het schip het
snelst, en wel 282 mijlen; op den 22sten tot
den 23sten 280 mijlen. Aanstaanden Maandag
kunnen wij in Kaapstad zijn. Of wij ons ver-
.heugen in hat vooruitzicht spoedig vasten grond
onder onze voeten te hebben
2, 3 en 4 Januari. Groota zeevogels, onmis
kenbare boden van de nabijheid van land, ver
tonnen zich. 't Is mooi wee-; er waait een fiksche
koelte; onze kleeding wordt completer; op den
den passeert ons 's middags te drie uren een
I groot zeilschip, het eenige, dat wij met volle
zeilen ontmoeten. Dien dag weer de gewone repe
titie voor Zondag den
5den Januari. Zoodra ik opsta, vertelt mij de
«toward van ons salon, dat w.j een passagier
minder aan boord hebben. Een jong Engelschman,
24 jaar oud, die naar zijn vader in Kaapstad
ging, was jBijdsg ongesteld geworden en heden
nacht te twee uren gestorven aan eene bezetting
op de borst. Reeds te halfzeven werd hij in
zee begraven.
Het lijk was in zeildoek genaaid en werd, be
dekt met da Engelsche vlag, op eene plank
gelegd. De predikant las eenige gebeden voor. en
op een gegeven teekon liet men op het achterdek
het lijk van do plank in zee glijden. Dit alles
had plaats onder het sombere en langzame gelui
van een groote bel. Hoe ijselijk en stuitend tevens
voor ons, die zoo iets nog nooit aanschouwd
hadden. Sombere gedachten vervullen ons. Alles
is zoo schrikkelijk snel gegaan, en dan die arme
vader, die vol hoop in Kaapstad de komst van
zijn zoon verbeidt. Goddank 1 nog «en dag en wij
zijn aan land.
Dezen dag hebben wij ook nog eene avond
godsdienstoefening, waarin de afgestorvene wordt
herdacht.
Wij gaan laat naar bed, want de zee is zeer
onrustig, zooals gewoonlijk nabij de Kaap, en het
heeft cr veel van, of zij voor den laatsten nacht
nog eens goed met ons wil afrekonen. 't Is een
ellendige nacht. (Iet schip schudt en schommelt
verschrikkelijk. Ik kan geen oog dicht doen van
het leven, dat de schroef, het overslaande zeewater
en de matrozen maken.
Eindelijk breekt de morgen aan van den
6den Januari. Wij hebben land in 't gezicht. Ik
breng al mijn bagage tot het verlaten van het
schip in gereedheid, om ongestoord het prachtige
gezicht te kunnen genieten, dat de aankomst in
Kaapstad zal opleveren.
Weldra zien wij haar aan den voet van een ge
bergte, waarvan de Tafelberg door zijn eigen-
aardigen vorm het eerst in het oog springt. De
baai, die wij invaren, aan welker achtergrond
de stad ligt, gelijkt in gedaante veel op die van
Las Palmes. Evenals daar, roeien ons ook nu weer
vele kleine booten te getnoet om waren te ver-
koopen en reizigers aan wal te brengen, want
ons schip zou dien eerst des avonds bereiken.
Wij huren zoo'n boot en weinig tijcis daarna staan
wij op den vasten Afrikaanscfcen bodem. Met een
cab, een rijtuig voor twee personen, waar de
koetsier achterop in de hoogte zit, rijden wij naar
ons hotel «Gambrian".
Kaapstad is een mooie stad. De groote gebou
wen dosn er voor de Europeesche niet onder.
Ofschoon men er vrij algemeen Hollandsch spreekt,
ziet de bevolking er evenwel niet Hollandsch uit.
Allerlei nationaliteiten en rassen zijn hier ver
tegenwoordigd, als: blanken, negers, kaffers,
kleurlingen, Arabieren enz. De grootste bontheid
in de kleeding merken wij op, vooral onder de
kleurlingen,
Met uitzondering van éen Afrikaander, be
hooren al de bedienden in ons hotel tot het
gekleurde ras.
Aan alles ziet men, dat men in een ander we
relddeel is. Zwarte meiden loopen rond om 10
bedienen. De straten zijn niet geplaveid, w*Sf
bestaan uit een roode aardsoort, die natuurlijk
ook rood stéf levert en den schoenen en de broek,
in plaats van, als bij ons een grijze, hier een to
taal roode kleur geeft. Wanneer een rukwind
opsteekt, vliegt een ontzettende, dichte, rood*
stofwolk omhoog, die een groot gedeelte d«r
straat verduistert en dikwijls kleine scherp*
steentjes met zooveel kracht voortbeweegt, dot-
de raenochen genoodzaakt worden zich om t*
keeren, en de paarden en muilezels uit eigen be
weging dikwijls van richting veranderen.
Tegen negen uren gaan wij met ons vieren naar
het havenhoofd, zeiten ons daar op eene bank neer
en hebben een prachtig gezicht op de kalme tee,
die rustig en eentonig voortbruisi. Van taf
van schepen en stoombooten flikkeren veelkleu
rige lichten op den donkeren horizont ons tegen,
terwijl allerlei geluiden, als die van raenschen-
stemmen, van roeispanen, van ankerkettingen, dit
op- of afgewonden worden, ons bewijzen, dat hier
alles nog in leven en beweging is.
Naar ons hotel teruggekeerd, begeven wij onf
ter ruste en slapen heerlijk, bevrijd als we zijrr,
voor 't eerst na 25 dagen, van de lastige schom
melingen der boot.
{Wordt vervolgd.)