A0. 1890 Woensdag 16 Juli. N°. 7543. Vier-en-veertigst© Jaargang. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. uitgeyêrTT.' odé. BuiteiiLuidsclie Berichten. Biiïn eiilandscli e B c v i cli t e n. Abonnementsprijsper kwartimlf -f.85, franco per post, door liet geheele Rijk- 2.50. Afzonderlijke Hommers- 0.10. WUHKAÜs JSAHKK, 121, Advertentieprijs: van -110 gewone regels met inbegrip van eene Courant1.10. Iedere gewone rer I meer- 0,10. Driemaai, geplaatst wordt tegen tweemaal berekend. ENGELAND. De prins van "Wales moet bij den minister van binnenl. zaken ten gunste van de Lon- denscbe politie zijn opgetreden. De Times verneemt uit Peking, dat de Engelsche kapitein Lang, adviseur bij de Chineesche regeering voor marinezaken, zijn ontslag heelt genomen avegens kuiperijen, ■waardoor zijne adviezen en bevelen onopge- volgd bleven. De naijver tegen vreemdelingen schijnt deze kuiperijen te hebben veroorzaakt. De toestand der Chineesche marine heet jammerlijk. De Ohronicle verneemt uit Bonte, dat de puus aan den nuntius te Madrid last gaf om .allen te desavoueerendie de Carlistische proclamatie mochten volgen, waarbij weder om opstand gepredikt wordt tegen het tegen woordige bewind. Eene depêche aan de Times uit Buenos Ayres van Zaterdag meldt, dat do toeloop van lieden, die hun tegoed bij de Bank komen opeischen, beeft opgehouden. Het congres heeft Zaterdagnacht een ont werp aangenomen, bepalende de uitgifte van •hypothecaire schuldbrieven met toevoeging van 10 milliocn kleine biljetten. Volgens berichten uit Montevideo heeft het •aftreden van den minister van financiën eene gunstige terugwerking veroorzaakt. De stad is rustig. Uit Kaïro wordt een veldslag gemeld tus schen lift- Tunesische opperhoofd Senoessi en zie troepen van den mahdi, waarbij deze ge slagen werd. Senoessi moet daarna Elobeid veroverd hebben. Het fiasco der werkstaking van de brieven bestellers is volkomen. Van de vierhonderd weggezondenen heeft de helft aan den post meester-generaal een adres aangeboden, waarin zij allernederigst verzoeken weder aangesteld te mogen worden. Dit verzoek is rneerendeels afgewezen, met kennisgeving dat de uniformen terstond moeten teruggegeven worden, zul lende andere er eene strafvervolging worden ingesteld. Telegrammen uit Iquique melden, dat de onlusten een einde hebben genomenhet spoorwegverkeer naar de snipetermijnen is hervat. Naar de Londensche editie van den ATeio- Tork Hcvald verneemt, zal de memorie van een aantal leden van het Lagerhuis tegen de Anglo-Duitsche overeenkomst vermoedelijk niet aan lord Salisbury worden aangeboden. Een ernstig verzet tegen de overeenkomst schijnt thans niet meer te verwachten. De Eastern Calle Company meldt, dat er eene aardbeving heeft plaats gehad in Bnn- joewangie, waardoor bare drie Australische kabels tegelijkertijd vernield zijn. De aard beving was erger dan er sedert vele jaren eene werd waargenomen. Engeland en Noord-Amerika zijn met elkaar overeengekomen, dat Noord-Amerika drie vee-inspecteurs zal zenden naar Liverpool, Glasgow en Londen, om tegenwoordig te zijn bij liet ontschepen van Amerikaanseh vee, als waarborg voor de gezondheid daarvan. De Daily Dews verneemt uit Odessa, dat Rusland in zake de achterstallige oorlogs schatting wederom eene nota tot de Porte zal richten, en eene vloot zal zenden naar den Bosporus, of naar eene haven aan de Zwarte Zee, als het antwoord niet volkomen bevredigend mocht luiden. Uit Napels wordt aan hetzelfde blad gemeld, dat Casati bij een interview gezegd heeft, niet te gelooven, dat de geschillen tusschen Stanley en Emin Pncha van blijvenden aard zullen zijn, omdat zij elkander werkelijk hoogachten, Casat, sprak zijne bewondering van Stanley uit, maar betwistte diens prioriteit ten aanzien van de ontdekking van het Mann- gebergte, daar Casati daarover reeds vroeger een rapport had gezonden aan Emin. Casati verloor echter zijne nanteekeningen. Hij zeide voorts, te gelooven, dat Midden- Afrika eeue groote toekomst heeft, maar de kalme Engelschen cn de wellevende Italianen zullen daar hij de inboorlingen verder komen dan de aanmatigende en stroeve Duitsehers. F It A N K K IJ K. Aan 577 personen, veroordeeld wegens wanbedrijven en misdaden van hetgemeene recht en zich thans bevindende in Nieuw CaledoniÜ, Guyana en de gevangenissen van het moederland of van Algerië, is, ter ge legenheid van den nationalen feestdag, door den president der republiek verzachting of vermindering van straf toegekend. OOSTENRIJK. De JPolitischc Correspondent spreekt het gerucht van het ontslag van baron Baner als minister van oerlog tegen. ZWITSERLAND. Sedert Zaterdag zijn de grenzen naar de Fransche en de Italiaausche zijden weder geopend voor den invoer en den uitvoer van groot en klein vee. ITALIË. Naar verzekerd wordt, heeft de paus, die zich sedert eenigen tijd bezig hield met het gereedmaken van eene nieuwe encycliek over de sociale quaostie, dien arbeid thans voltooid, zoodat de openbaarmaking van dit stuk weldra te gemoet gezien' kan worden. In de staatkundige kringen wordt verzekerd, dat de algemeene verkiezingen in het volgende voorjaar zullen uitgeschreven worden, volgons het verlangen van den minister-president Crispi, tegen den wenscli van Zanardelli en andere ministers in, B Ug G A 11 IJ E. De regeering neemt de benoeming van Steico tot diplomatiek agent van Servië te Sofia aan. AMERIKA. De president der republiek, Harrison, ver klaarde in zijn antwoord op het verzoek van het congres dei' landbouwers in Pennsylvanië om de zittingen daarvan hij te wonen, dat hij een voorstander is van het beschermend tarief. Mocht dc vrije handel hij de verkiezingen in •1892 zegevieren, dan zou dit i. voor liet land eene ramp zijn. Het bericht, dat de president der republiek zich in zijn antwoord aan het landhouw- congres te Pennsylvanië vóór hot protec tionistische tarief uitgesproken zou hebben, wordt gelogenstraft. De heer Harrison heeft alleen het bestuur bedankt voor de uitnoo- diging om het congres bij te wonen en zijn leedwezen betuigd dat hij daarin verhin derd was, EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Zitting van 14 Juli. Bij de behandeling der Lawa-quaestie ver zekerde de minister van koloniën, dat de Fransche regeering ook schriftelijk verklaard heeft, dat zij de noodige maatregelen heeft verordend, om de provisoire regeling in liet betwiste gebied te herstellen. De heer Van Gennep stelt critiek over het beleid der regeering in dezen tot later uit. Hij is gezind tot aanneming van het ontwerp, omdat verwerping tot dadelijke moeilijkheden zal leiden en omdat thans in de overeen komst is geschreven, dat de riviergrens allereerst overwogen moet worden; desnoods ware opgeven beter dan een landgrens aan te wijzen. De heer Fransen van de Putte wenschte zekerheid dat Frankrijk aan hare toezegging gevolg heeft gegeven. De heerKnppeyne vroeg of T?,,ankrijk erkent, dat de Opper-Marowyne de grens is. De minister van koloniën antwoordde bevestigend en herhaalde de ontvangst van de schriftelijke mededeeling van Frankrijk, dat de provisoire regeling zal worden hersteld. Het ontwerp is daarop aangenomen met 36 tegen 3 stemmen. Lawa-quaestle. Do commissie van rapporteurs over het ont werp van wet tot goedkeuring van de op 28 April 1890 te Parijs uitgewisselde verklaring aan gaande de bevoegheid van den scheidsrechter in het aanhangig geschil betreffende de grens scheiding tusschen Suriname en Fransch Guyna, heeft daarover een einducrslag uitgebracht. Van verschillende zijden werd aangedrongen op eene vei klaring der regeering, dat er een schriftelijk bewijs bestaat, waaruit blijkt, dat het Fransche gouvernement den status quo op het betwiste gebied, hersteld heeft en de con cessies op dot gebied, naar men onderstelde niet door de Fransche regaering, rrmfir do"t" den gouverneur van Cayenne gegeven, ingeti'ok» ken zijn. Zoodanige verklaring stelde man te meer op prijs in verband niet de ovor deze aangelegenheid in de andere Kamer gevoerde beraadslaging op 2 Juli II. Vele leden bevreemdde de houding eenet* bevriende mogendheid, die na liet sluiten der overeenkomst van 29 November 1888 daaraan eene andere uitlegging gaf dan daaraan, vulgens verklaring onzer regeering, gegeven moest wor den, tenzij, hetgeen men in het midden liet, onze regeering zich in de bedoeling der over eenkomst had vergist, of, hetgeen men schier niet kon aannemen, de arbiter uit eigen bewe ging eene andere opdracht wenschte dan hem verstrekt was. Enkele leden hadden tegen dit wetsontwerp overwegend bezwaar. Mocht de arbiter geen dei* beide rivieren, maar eene landgrens als grens aan wijzen, dan zullen, in verband met den aard der bevolking van Cayenne en met het oog op de gouddelverij, daaruit voortdurend nieuwe moei lijkheden ontstaan en het doel, dat men met de arbitrage nastreeft, zal stellig niet worden bereikt. Zij vonden geen vrijheid tot znodanigen toestand mede te werken. Tot hun leedwezen kondon zij ook geen gunstig oordeel vellen over het beleid der regeering, die tliana door hare goedkeuring aan deze verklaring te hechten, doet hetgeen zij vroeger in strijd tnet de waardigheid en het belang van het land heeft geacht. Meerdere leden zouden schoorvoetend hunne stem aan het ontwerp geven, doch verklaarden uitdrukkelijk dit te doen geheel afgescheiden van eene booordeeling van het beleid van den mi nister van binnenlandsche zaken. Later, meen den zij, zou er gelegenheid zijn over dat beleid oen onrdeol uit te spreken; het tegenwoordig oogenblik was daartoe minder geschikt. Onderscheidene andere leden lieten zicli over dit wetsontwerp gunstiger uit. Huns inziens volgde echter duidelijk uit den considerans der bedoelde overeenkomst van 29 November 1888, dat het wel degelijk de bedoeling van beide gouvernementen gewee-t is, om hetzij de eone, hetzij de andere riviergrens aan te nemen. De regeering had steeds slaande gehouden, dat 's lands waardigheid en belung niet gedoogden om af te wijken voor het eenmaal te goeder trouw overeengekomen standpunt, waarbij het uitsluitend de vraag was, welke rivier de gren* tusschen het Nederlandsche en het Fransche gebied vormen zou en het dus niet aanging vrij willig toe te stemmen in eene onderlinge ver deeling. Maar nimmer kon het volgens de regeering (en hiermede waren deze leden het eens) met de eer van het land strijden, om het punt in geschil aan de uitspraak van een arbiter te onderwerpen en bij voorbaat diens beslissing voor de toekomst als geldend recht te erkennen, In de vrees, dat de door den arbiter aan to wijzen grens eene landgrens zal zijn, deelden deze leden niet. Vooreerst zal hij slechts subsidi air eene landgrens kunnen aanwijzen. Ten anderen meenden zij, met het oog op de deugdelijke en huns inziens afdoende geographisrhe en histo rische gronden, die blijkens de gewisselde en overgelegde stu.kken, Nederland ten voordealfl Zijner aanspraken kan doen gelden, dc uitspraak van den arbiter met vertrouwen te mogen af wachten. De hooge positie van den arbiter, difl het volle vertrouwen, zoowel van Frankrijk als van Nederland geniet, waarborgt in elk gevaj dat zijne uitspraak zal zijn overeenkomstig het goed recht van Nederland.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1890 | | pagina 1