l
J
Donderdag 24 Juli.
N°. 7549.
A0. 1890
e u i 11 e t o n.
ene eerste liefde.
i er-en-ve er tig's te Jaargang.
Verschijnt dagelij jks» uitgezonderd Dinsdag.
51" - Berichten.
UITGEVER:_J. ODÉ.
ih!
Abonnementsprijs, per kwartaal
Tranca per post, door het geheele Rijk
Afzondeilijke nommers
1.85.
- 2.50.
- 0.10.
B V li E A V HARKT) K, 12 4.
Advertentieprijs: van 110 gewone Pegels met
inbegrip van aene Courant1.10r
Iedere gewone regel meer - 0.10.
Driemam. geplaatst wordt tegen twermaai, betekend.
ENGELAND.
In de Maandag gehouden zitting van liet
Lagerhuis heeft vice-minister Fergusson ver
klaard, te gelooven, dat de onderhandelingen
met Nederland ten opzichte van de conferentie
te Brussel de bezwaren zullen ovenvinnen,
welke dat land heeft tegen de te Brussel
opgemaakte algemeene akte.
Bij de Maandag gehouden parade van het
tweede bataljon grenadiers, waarbij onlangs
muiterij ontstond, richtte de hertog van
Cambridge het woord tot de manschappen.
Hij betreurde het voorgevallene en zeide, dat
daardoor een vlek op het wapen was gewor
pen. Dnai na werd het vonnis van den krijgs
raad voorgelezen. Drie man zijn veroordeeld
tot twee jaar en twee tot achttien maanden
gevangenisstraf. Twee der veroordeelden ruk
ten toen de medaille van de borst en wier
pen ze ter aarde.
Men zegt, dat het regiment naar Bermuda
gaat, inaar alles wordt stilgehouden, uit
vrees, dat ook bij andere regimenten, waar
een ontevreden geest hcersclit, zich gevallen
van insubordinatie zullen voordoen.
In het Lagerhuis verklaarde de heer Fer
gusson, dat de rapporten van de .consuls
gewag maken van eene groote agitatie aan
de Turksche, Servische en Albanische grenzen.
Turksche troepen zijn daarheen gezonden.
De consul te Scutari heeft order gekregen
aen onderzoek te dier zake te doen.
De hill betreffende de overeenkomst met
uitschland tot afstand van Helgoland enz.
is bij eerste lezing in het Lagerhuis goed
gekeurd.
De Times bevat een telegram uit Buenos-
Ayres van Maandag, volgens welke 4000 man
troepen en 3000 man gewapende politie in
die hoofstad zijn gelegerd, welke in groote
4.
De graaf zette zich, nadat de bediende vertrok
ken was, bij zijn jeugdig vrouwtje neer, en begon
over onverschillige zaken to spreken. Tot dusver
was het hem, ofschoon hij veel invloed had, niet
gelukt een passende betrekking voor lierman te
verkrijgen. Thans stond er in onsschoonelnsulinde
eene plaats open, die een zeer rijk inkomen ver
schafte, Alle moeiton deed hij, dit plaatsje voor
zijn beschermeling te verwerven. Dien dag kon
misschien de beslissing volgen en daar hij zeer
bevriend was met den minister van koloniën, die
dan zomer op zijn buitentje in den omtrek
bad doorgebracht en nu aai zijne intiemste
viienden, waaronder ook de graai, een aladieids-
spanning verkeert, omdat men ernstige ge
beurtenissen verwacht. De beurs is gedemo
raliseerd.
Naar uit Weenen aan de Times gemeld
wordt, heeft Bulgarije aan de Porte een plan
voor een bondgenootschap voorgesteld, over
eenkomstig hetwelk de sultan prins Ferdinand
zou erkennen, en Bulgarije's onafhankelijk
heid desnoods met de wa, men zou helpen
handhaven. In ruil hiervoor zou Bulgarije
kosteloos 60,000 man troepen voor Turkije
beschikbaar stellen, voor het geval dat Turkije
aangevallen werd.
Uit Durban wordt aan de Times gemeld
dat het Kaapsche Parlement eene motie van
wantrouwen tegen Rhodes verworpen heeft.
Uit New-York wordt getelcgrapheerd, dat
Mexico troepen bijeentrekt aan de grenzen
van Guatemala. De regeering te "Washington
protesteert tegen de dreigende tusschenkomst
van Mexico in de zaken van dat land.
De paniek ter beurze te Londen in de
Zuidamerikaansche fondsen duurt voort. De
Guatemalasche fondsen zijn 10 pCt, ge
daald.
Uit Buenos-Ayres wordt aan de Times
gemeld, dat de ontdekte samenzwering ten
doel lmd, den staatspresident te verbannen
Verscheidene hooggeplaatste staatsambtena
ren, onder wie de vice-president, gingen
den staatspresident waarschuwen, dat eene
omwenteling onvermijdelijk was, zoo er niet
onmiddellijk zekere hervormingen werden
ingevoerd, waarop de staatspresident deze
toezegde, evenals de onverwijlde bijeenroepïng
van eene volksconventie. Vele militairen
zijn in hechtenis genomen, onder wien gene
raal Campos, kolonel Figueroa, de majoors
Garenta en Casariego, en andere chefs van
het garnizoen. De infanterie schijnt onbe
trouwbaar te zijn. Voortdurend komen er
troepen aan, wier bevelhebbers last krijgen
alleen de bevelen van den staatspresident,
van den minister van oorlog en van den
opperbevelhebber des legers op te volgen.
De werkstakingen in de salpetermijnen in
Chili duren voort. Te Areca moesten de
troepen de werkstakers met de bajonet
uiteendrijven.
Camacho's plan voor eeneri revob-tionuairen
aanslag tegen Bolivia heet mislukt.
Uit bet jongste verslag van den Britschen
consul te Yokohama blijkt, hoe snel het spoor
wegstelsel in Japan is uitgebreid. In 4870
werd liet maken van spoorwegen het eerst
in overweging genomen en op den 31 n
December 1889 waren er 10,402 mijlen spoor
weg voor het verkeer opengesteld. In het
loopende jaar zullen er 437 mijlen meer
geopend worden, terwijl er bovendien 437
mijlen spoorweg in aanleg zijn en in het vol
gend jaar geopend zullen worden. Ongeveer
ie helft van het geheele aantal lijnen bestaat
uit staatsspoorwegen. In het jaar, dat den
3ln Maart 1889 eindigde, werd en over de
staatsspoorwegen die toen een lengte hadden
van446 mijlen, 8,405,000 passagiers en 617,000
tonnen goederen vervoerd.
DUITSCHLAND,
Het door het Frankfurter Journal onlangs
openbaargemaakte onderhoud, dat zjjn redac
teur Julius Rittershaus gehad heeft met Bis
marck, schijnt nog een zonderlingen nasleep
te hebben. De Berlijnsche Tost, wie in dat
weergegeven onderhoud geducht de les ge
lezen werd, beschuldigde den heer Rittershaus
van vervalschlng van Bismarcks uitdrukkin
gen. Rittershaus, hierop in toorn ontstoken,
verklaarde toen, dat hij ter verdediging zijner
eer, ook als journalist, de Tost gerechtelijk
zal vervolgen. Nu antwoordde de Tost, dat
haar dit veel genoegen zal doen en dat zij
dadelijk een tegen-aanklacht zal instellen
wegens de haar aangedane heleediging in het
Frankfurter Jownal. De National Zeitung
hierover verschrikt, bezweert thans de beide
partijen van haar proces af te zien, daar die
processen de Duitsche journalistiek, nog meer
zouden benadeelen dan zij reeds benadeeld
is. De Duitsche vrijzinnige en ultramontaarl-
sche bladen verheugen zich daarentegen reed#
in de mogelijkheid, dat Bismarck als getuig#
in die beleedigingsprocessen voor hel gerecht
zal moeten verschijnen.
In een gesprek met een verslaggever der
Dresdener Nachrichtcn heeft Von RismarcÜ
zich weer zeer bitter over de pers uitgelaten,
ditmaal over de Norddeutgchc, Allgemcind
Zeitungzijn vroeger lijf-orgaan, dat, zeidff
hij, vroeger nagenoeg geheel door hem werd
onderhouden, maar zich nu niets meer aart
hem laat gelegen liggen, omdat het bang f#
in hofkringen te mishagen. De gewezen kan'
selier wees voorts op de gevarendie vati
socialistische zijde dreigden, gevaren die men
slechts kon wegruimen door toegeven of strij
den. De keizer scheen het eerste te willen
hij had het tweede gewild. Van de arbei
ders-wetgeving verklaarde hij ook ditmaal
niets te verwachten.
Volgens gerucht zal keizer Wilhelm den
2n Augustus te Ostende aankomen en den
volgenden dag van daar vertrekken.
Keizerin Frederik is ijverig bezig met het
werk over haren overleden gemaal, dat zij
wil uitgeven. Het zal eene uitvoerige levens
beschrijving van keizer Frederik zijn al#
krijgsman, als bevorderaar van de wetenschap
en als stichter en beschermer van vele nut
tige instellingen.
De keizerin heeft, volgens de Tagl. Rund'
schau, bij deze taak de medewerking van
keizer Wilhelm, hare schoonzuster de groot
hertogin van Baden, de hoogleeraren Curtitt#"
en Schellbach (leermeesters van keizer Fi*#-
dineetje gaf, meende hij wel, dat deze zaak goed
zou afloopen. Niets had hij er van aan Herman
gezegd, daar de graaf hem er gaarne mee zou
verrassen.
»Nu Ada", zeide de graaf, ik kom niet
vroeg thuis, daar ik bij den minister ben uitge-
noodigd te dineeren; dus wacht maar niet op
mij. Hiermede nam hij van zijne echtgenoote
afscheid, na haar een kus op 't voorhoofd te
hebben gedrukt.
In een der aangenaamste straten van Demera
woont lierman op kamers. Het is er zeer gezel
lig maar niet rijk gemeubileerd. Op de ronde
tafel staat een open kistje, waarin een revolver.
Tegen een der wanden bevindt zich een bureau,
waarop schrijfgereedschap gereedstaat, benevens
eene lamp, die het geheele tafereel somber ver
licht. Voor het sch rij (bureau zit, opeen leuning
stoel, met franje omzoomd, onze jonker. Diep
in gedachten verzonken, met den eenen arm onder
het hoofd, terwijl de andere slap over de leuning
van den stoel hangt, staart hij op een fraai
vrouwenportret, dat thans voor hem is geplaatst
en 't welk van den schoorsteenmantel is genomen,
waar het gewoonlijk naast een ander prijkte.
Het is de beeltenis van Ada, het andere die
van den graaf.
sNeen Ada!" mompelt hij hoorbaar, »dat ofler
mag ik niet van u aannemen. Gij zondt met mij
sterven! Dat kan ik, dat wil ik niet! Ge waart
tot dusver gelukkig, ten minste oogenschijnlijk,
dat geluk heb ik u ontroofd door u tot het voor
werp mijner jongelingsdroomen te maken.
Nooit moest u die dwaasheid ter oore zijn
gekomen. Door mij, die uwe zielsrust in den weg
staat, het leven to benemen, trachtte ik u die terug
te bezorgen. En nu zoudt ge met mij sterven
Neen, duizendmaal neen 1 'k Zou bevreesd zijn,
dat gij een slachtoffer van uw goed hart, van
uw medelijden tverdt, en dat mag nooit! Mis
schien spreekt de hartstocht voor een oogenblik bij
u zoo sterk, dat hij u in staat stelt uw leven zelfs
te geven, maar ik mag dit offer niet aannemM/
En buitendien, hoe zou ik zoo kunnen handel*»
tegenover mijnen weldoener, tegenover den man,
die een vader voor mij is geweest en nng is,
't Staat me nog zoo helder voor den geest, alsof
het gisteren was gebeurd, hoe bij den dood mijns
vaders mijne moeder de zorg bekroop, als ze dacht
aan den tijd, dat ook zij van mijne zijde zo»
worden weggerukt. Reeds sedert een paar jaar
was zij lijdende aan eene kwaal, die spoedig aaiv
haar dierbaar leven een eind kon maken en har»
taak van opvoedster onvoltooid laten.
Een jaar later werd haar gebeente reeds door
een killen steen gedekt, en met Imar waren ook
alle geldelijke inkomsten aan den wees henomen-
Ik bleef geheel onbemiddeld achter. Vrijwillig
nochtans nam de graaf, die in een verren graad
aan haar verwant was, mijne geheele opvoeding
op zich. En zou ik nu aan dien edelen mnn. wat
hem het liefst \s, ontroovon Neen Ada, d.,t-
offer mag niet aangenomen worden."
Wordt vervolgd.)
•9