N°. 7574- A". 1890. onderdag 28 Augustus. Een tweede Napoleon. Vier-en-veertigste Jaargang. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. UITGÊYËÏÏTjr ODÉ.» Bnitenlamlscho Berichten. duitschusb. AP0.VSKMKNT31MUJS, per kwartaal Jraaeo per post, door het geheelo Rijk AfzoiiJeilijke nominees 1.05. - 2.50. - 0.10. «tKKAlli IHARKt, K, 18 4. ADVËitTKNTiKPRus: vin l10 gewone regels met inbegrip van eene OwfiMit. |r. 10/ Iedere gewone regel tneer - 0.10. Duiesjam. geplaatst wordt tegen twkëuaai. berekend. Maandagavond U te Berlijn eene socialisti sche vergadering gehouden, waarin ongeveer 7000 personen aanwezig waren en die eerst des nachts ua 1 ure was afgeloopeu. Nadat Betel twee uren achtereen had gesproken, heelt de vergadering op hem een votum van vertrouwen uitgebracht niet 3/5 van het aantal stemmen. Daarin was de verklaring opgenomendat de voorstelling alsot de socialistische partij in don Rijksdag eene be dorven club zou zijn, eene zware beleediging is, waarvoor geen enkel bewijs kan worden aangevoerd. Verder strekte het votum om de partijgenooten aan te sporen, alle onderlinge polemiek in de pers en in de vergaderingen te staken, en de beslissing in de bestaande punten van strijd op te dragen aan de alge- meene vergadering der partij. Bebel's voor naamste tegenstander, dr. Bruno "Wille, kon nauwelijks aan het woord komen, en werd spoedig zoodanig uitgejouwd dat hij moest, zwijgen. Voorloopig heeft Bebel derhalve eene schitterende zegepraal behaald. Evenwel, daar de laatst ontstane louter persoonlijke geschil len een dieperen grond hebben, blijft het nog de vraag, hoe liet verder met de partijtwisten zal gaan. Gelijk bekend is, vertegenwoordigt Bebel de gematigde richting, er. dienaangaande heeft de volgende zinsnede uit-zijne rede van Maandag eene kenmerkende beteekenis »Wij hebben niet noodig, revolutionnaire phrasen te maker, die in zekere zeer toon- geiende kringen ongevallig zijnbet is vol doende, licht te verspreidon over de feiten, die echter ook buitendien een steeds meer uitbreidend socialisme ten gevolge hebben." De borstelmaker keek een beetje zuinig. Hij fas door de wijze, waarop vriend Wilbarg van •e.i regeerenden vorst gesproken had, eenigszins in zijn monarchaal gevoel gekwetst. Hij trachtte het gesprek op wat anders te brongen en zeide 'Er, hoe gnat het bij je in Kostwits?" «'les nog in zijn oude doen. De tuinderij gaat zoeijcs aan en mijne vrouw steekt dapper leo de Imndpn uit de mouwen, terwijl Liesbert 'j huishouding regelt. Wij zijn goddank altijd gezond. Nu, dat doet me pleizlnr. Jongens, je moest i"jno rozen eens bezien. Je benteen man van't en kunt m nog wel wat onderwijzen, 't Is hatliwuulf er precies twaalf uur wordt er gedekt." «Heeft Ftits den tijd zoo hing?" Tijdens de vergadering, waarin de bcraad- slagingeu den indruk maakten dat ten slotte eene breuk tusschen de ouden" en jongen" onvermijdelijk zal ziju, hebben er in den Friedriclishain eenige uren lang rumoerige, zelfs ook bloedige tooneelen plaats gehad. Toen het vergaderlokaal sinds des namiddags 3 uren reeds overvuld was, kwam er nog een toeloop van duizenden, die, ziende dat zij er niet binnen konden komen, groot tumult begonnen te maken. De politie poogde tevergeefs de menigte uiteen te drijven, en toen zij een aantal personen had gear resteerd, wesden deze door de menigte bevrijd. Nadat er toen jversterlrir g van politiemacht was aangekomen, moesten er herhaaldelijk aanvallen worden gedaan om den Friedriclis hain en aangrenzende wegen te doen ont ruimen, hetgeen eerst omstreeks middernacht gelukte. Vele manschappen der politie zijn door steenen, vele oproermakers door sabel houwen gewond. Toen ca'heet Miguel als minister van GnanciCn in Pruisen optrad, werd reeds ter stond gezegd, dat keizer Wilhelm en zijn rijkskanselier Von Caprivi vooraf hunne goed keuring hadden gehecht aan de hervormingen, waardoor de nieuwe minister in de dringend noodige vermeerdering der inkomsten wil voorzien. Een lipje van den sluier, die Miquela plan nen tot dusver omhulde, wordt nu opgelicht door de Hamburger Hachriclitondie ver zekert, dat de minister in de eerste plaats eene wijziging van de belasting op de erfe nissen wil voorstellen. Tot dusver z\jn in Pruisen kinder an, ouders en echtgenooten vrijgesteld van successie-belasting. Deze be lasting moet alleen betaald worden door broeders en zusters, door verdere bloedver wanten tot in den Oden graad, en door per sonen, die andere erfenissen verwerven. De eersten betalen 2 pCt., de vei dere verwanten 4 pCt. en vau andere erfenissen wordt een successierecht van 8 pCt. gelieven. Op dezen grondslag bracht de successiebelasting in Pruisen in het jaar 1890 01 6,900,000 mark op. De bijzonderheden vau 's ministers plan worden nog mot medegedeeld, maar reeds sedert eenigen tijd was hét bekend, dat de heer Miquel met groote ingenomenheid had gesproken over de ï'egeling der successie belasting in Nederland. Vermoedelijk zal dus deze belasting in Pruisen naar dat model worden ingericht. Er wordt ook over sene uitbreiding der bedrijfsbelasting gesproken. De Vossisclte Zeitung meent te weten, dat alle ministers reeds in beginsel Miquels ont werp hebben goedgekeurd, zoodat de behan deling van het ontwerp in den ministerraad niet veel oponthoud zal veroorzaken. Op de bekrachtiging van den keizer worde eveneens met zekerheid gerekend, en daarom zal het ontwerp wel spoedig in ..zijne bijzonderheden worden medegedeeld. Den in Oct. zal te Berlijn een anti-socia listische brochure aan de Duitscbo werklieden verschijnen, die voor staatsrekening wordt gedrukt en bestemd is om de denkbeelden van den keizer te verbreiden. Men noemt Hintzpeter als de schrijver. Er zullen ander half millioen exemplaren van gedrukt wor den de prijs zal 40 pf. zijn. F K A N R B ÏJ K. De bisschop van Saint-Brieuc heeft, met het oog op de aanstaande inlijving dersemi- naristen bij het leger een brief geschreven aan don superieur van het groot seminarie aldaar, waarin hij verklaart, dat het wel is Waar te betreuren is, dat de jongelieden een tijdlang van hunne studiën afgetrokken wor den, maar nu de wet beu eenmaal tot den militairen diertet roept (voor den jaar in vre destijd), zoo zulleu de seminaristen zich her inneren, dat zij het voorbeeld moeten geven tot alle christelijke en militaire deugden. De krijgstucht zal hun heilig zijn; zij zullen voor hunne hoofden in het leger den grootsten eerbied hebben en Ir n gehoorzaam ziju iö alleszij zullen voor nunne kameraden goed en welwillend wezen, zonder ooit de gewillig heid te laten ontaarden in zwakheid en in phchtvergetenheid. Wegens dezen brief heeft de Temps den bisschop warmen lof gebracht. Dit heeft de Univers niet kunnen verdragen. Den bisschop niet durvende aanvallen, hoewel de Univers liet eene goddelooze i. 't noemt, die de semi naristen in het leger roept, trekt hij tegen de Temps te velde, die den bisschop lofprijs! we ge ris ziju vaderlandüevendeu brief en zijne onderworpenheid aan de wet. Zoo iets acht de Univers compromitteerénd voor den bis schop van Saint-Brieuc. Alzoo, antwoordt de Temps, zou een bis schop verdacht worden, zoodra hem hulde wordt gebracht door een republikeinsch blad. Op die wijze raken wij verlegen; want zoo wij iets in de woorden van een prelaat af tfl keuren hebben, ontsteekt de clericale pers in toorn en werpt men ons naar het hoofd* dat wij partijdig en zonder goede trouw zijn. Verheugen wij ons daarentegen over de denk beelden van gematigdheid \an een bisschop, dan zoeken wij boosaardigljjk hem te com» promitteeren. Evenals maitre Jacques by uJa, hij trekt eerst om den uur op wacht. Laat hij onderwijl uwe Liesbert wat bezighouden." »Nu, ik ben tot je dienst." De beide ouden verlieten de kamer en lieten don jongelui het veld luim. In de gang trok Kassier zijn vriend bij den rok en toen deze slaan bleef, zei hij sWat docht je er van, vader, als jou Frits en mijn Liesbert aJuist, wat ik gedacht heb; nmnr wij kunnen er op terugkomen. Beiden zijn nog zoo jong." »Dat spreekt; liet graan moot rijp zijn,voor men 't malen kan. Dus wij spreken er later nog wel over." Na deze afspraak tusschen de zorgende vaders gingen zij samen naar den tuin. De jongelieden echter, voor wie men op deze wijze de beste gelegenheid om nader kennis te maken had opengesteld, zaten tnmelijk vei legen tegen over elkaar. Liesbert had zich van het be/oek in B., dut zij reeds jong verlaten had, heel veel voorgesteld. Haar vader dreef mat voordeel han del in bloemen, ooft en groenten, die hij in Kost- wils kweekte, dut destijds een beroemden naam in dat vak had. Ilij had er de zaak zijns vaders, hem door eon kinderloos overleden broeder nage laten, aanvaard en daarom zijn voormalige woonplaats verlaten. Frederik en Elisabeth waren vroeger trouwe speelmakkers geweest en lieni weer te ontmoeten had niet het minst bijgedragen tot de blijdschap van het meisje, toen haar vader haar dit tochtje voorsloeg. En nu zat hij daar voor haar in zijn bonten wapenrok met gladde knoopen. Hij zag er uit, zooals een jong meisje zich het liefst huren aan staande voorstelt, en reeds had z>j in zijn oogen gelezen, dat hij ook nog de oude streken en ondeugden niet had verleerd. 't Ging Flits evenals haar. Hij verheugde zich over de wedarontmoet'ng, ofschoon hij in de flink ontwikkelde maagd nauwelijks zijn kleine Lijsje heikend had. Wat hadden zij voorheen wel ge stoeid en gelachenhoe goed wist hij zich te herinneren, dat hare kunstvaardigheid hem eens voor een ernstige bestraling liad gevrijwaard uit dankbaarheid voor de bescherming, haar steeds geboden. Nog zag hij ze, die rijpe, roede appels, die zoo verleidelijk over het buvgemeesterlijk staketsel haddrn gehangen en die hij voor zich en zijne Liesbert had trachten te veroveren. Hoewel deze hom voor het plukken van da ver boden vrucht had gewaarschuwd, was hij op da heining geklommen, maur even snel van zijn hoog standpunt afgedaald, toen hij een verdacht ge rucht. vernam. Onder 't nederdalen had hij zijne Zonrïagskiel aan een spijker wel een vingerlengte opengescheurd, maar Liesbert was handig met naald en draad toegesneld en had de wonde zoo goed geheeld, dat vader Kessler er nooit iets van ge waar was geworden. Het scherpziend oog der moeder had wel iets bemerkt, maarmen weet hoe moeders zijn Aan ilnze geschiedenis dacht Frits, terwijl hij daar zoo zat, en begon er onwillekeurig over te glimlachen. Liesbert had hetzelfde vrooiijke karakter van haren vader cn duidde dien glimlach vclstiekt niet ten kwade. Integendeel, zij scheen dien ie begrijpen en onder een helder klinkenden lach reikte zij den viiend barer jeugd uier de tafel de hand. H'ordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1890 | | pagina 1