Gemengde Berichten.
sterken drankbedraagt f 20 per hoofd tegefi
fl.60 aan zeep,
2. Ruim zevenmaal zoovee! wordt aan sterken
drank uitgegeven als aan tabak.
3. Viermaal zooveel aan sterken drank nis oan
suiker,
4. Acht en zestig millioen gulden meer dnn aan
koffie,
5. Vijftig millioen meer aan sterken drank dan
aan rund- en kalfsvleesch.
0. Drie en een half maal zooveel als aan
steenkolen on turf voor huiselijk gebruik.
7. Vieren zestig millioen gulden meer dan liet
lager onderwijs kost.
8. Een en veertig millioen gulden meer dan aan
wnninghtiur in de steden wordt betaald.
0. Een en zestig millioen gulden moer dan aan
woninghunr ten platten lande.
10. Ruim tienmaal zooveel als aan lovensvor-
zekeringspremiën.
11. Ruim driemaal zooveel als aan inleg van
spaarbanken.
12. Behalve de schrikbarende uitgave aan ster
ken drank heeft de natie nog ettelijke millioenen
ten gevolge van dien drank te betalen voor arm
wezen,po'it ie,krankzinnigen, misdrijf, landlooperij,
ongelukken, ziekte, vroegtijdigen dood, enz. enz.,
al hetwelk jaarlijks zeker nogmaals 40 millioen
gulden kost.
«Ziedaar, wetklieden!" roept de Volksvriend
uitinvaar uw geld aan heengaat. Ziedaar de
oorzaak van den algemeenen achteruitgang, waar
over gij klaagt. Verlangt gij naar hetere tijden,
vervloekt den drank en de drankwinkels gij
zult er wèl bij varen."
Uit Utrecht wordt gemeld:
Het beroep, dat liet centraal comité op
den Prinsessedag tot de natie richtte ter
vorming van een fonds tot ondersteuning
van behoeftige dragers van het Metalen Kruis
of de Citadel-medaille, heeft weerklank ge
vonden. Reeds dadelijk kwamen van ver
schillende- zijden giften in van f100, van
f-50, van f40, verschillende van f25, van
f10 enz,, alsmede eeuige toezeggingen voor
vaste jnarüjksche bijdragen.
Met hartelijke ingenomenheid namen velen
dergenen, die uitgenoodigd waren tot het
hoofd-comité toe te treden eu provinciale
comitó's te vormen, die uitnoodiging aan, en
die cornité's kunnen derhalve eerlang hunne
werkzaamheden aanvaarden.
Eene der eerste verrichtingen zal zijn het
fonds te vormen, en tot dat doel zal de in
het algemeen gedane uitnoodiging tot mede
werking daartoe thans tot ieder onzer land-
genooten in hot bijzonder gericht worden
door de aanbieding eener inteekenüjst. Moge
de verwachting van het comité, dat bet ge
noeg ontvangen zal om de brave oudjes ten
einde toe te steunen, niet beschaamd worden.
Wij wekken al onze lezers met warmte op,
de edelmoedige poging van liet comité naar
vermogen te steunen.
Dat er behoefte aan het fonds bestaat,
blijkt daaruit, dat nu reeds van verschillende
zijden aanvragen om ondersteuning zijn inge
komen. Aan zulke verzoeken kan natuurlijk
niet voldaan worden, voordat eene algemeene
inzameling heeft plaats gehad, en het co
mité de behoefte overzien kan, waartoe een
algemeen onderzoek wordt ingesteld,
liet comité wenscht de zaak zooveel mogelijk
te bespoedigen en hoopt daartoe de noodige
medewerking te erlangen.
Het halve detachement der troepen, die in
het Bilt zijn gestationneerd, bedragende 50
man, is gisteren naar Leeuwarden terug
gekeerd, daar zij ter bewaring der orde niet
noodig zijn. Hierdoor is de sclvool in den
Westhoek weer vrij.
Donderdag is tussciien Scheveningen en
Rotterdam de eerste stoomboot in de vaart
gekomen. Als hoofdagent te Scheveningen
is aangesteld de heer H. A. v. d. Roovaart.
Weldra zal een geregelde dienst met drie
booten tusschen de genoemde plaatsen tot
stand worden gebracht.
Donderdag hield het «Leger des Ileiis" te
Rotterdam een groote bijeenkomst, welke met
veel ophef was aangekondigdten gevolge
waarvan een kolossale menigte zich voor liet
Verkooplokaal verzamelde. De in veler oog
onbehoorlijke bewoordigingen, waarin die aan
kondiging gesteld was, had ook velen tegen
de heilssoldaten in het harnas gejaagd, zoodat
de politie het noodig oordeelde, in grooten
getale aanwezig te zijn en voor het lokaal
ruim baan te houden.
Te 9 uren was de bijeenkomst geëindigd.
De heilssoldaten kwameu echter niet naar
buiten. Eindelijk echter vertoonde zich een
drietal hunner, die het weldra met het publiek
te kwaad kregen. De politie maakte een
charge, gedurende welke de heilssoldaten allen
het lokaal verlieten. Ofschoon dezen reeds
lang vertrokken waren, was het te H uren
voor liet lokaal nog zware van nieuwsgieri
gen die echter langzamerhand zich verwij
derden, zonder dat verdere ongeregeldheden
voorvielen.
Te Haarlem was Donderdagavond een
groote oploop van volk, omdat men bemerkt
had dat op den Burgwal een jongen van 16
jaar op een zolder werd verborgen gehouden
en door zijn ouders vreeselijk moet zijn ver
waarloosd. De jongen was een kind van de
eerste vrouw, en van het bestaan er van
werd nooit iels gszegd. Wel wist men, dat
het echtpaar nog 5 andere kinderen had.
Een sterke politiemacht was noodig om de
ouders, vooral voor de buurvrouwen, te be
schermen.
In het gezin van een huisschilder te Amster
dam heeft zich een geval van vergiftiging
voorgedaan door het onbewust gebruikmaken
van zinkwit in poeder, in plaats van meel,
bij de bereiding van eetwaren. Een meisje
van 17 jaar en een jongen van 10 :aar zijn
door het gebruik ernstig ongesteld geworden.
Zij worden in het gasthuis verpleegd. (Ilbl.)
Uit Stiphout (N.-I3.) vertok eene familie,
vader, moeder, broer en vier kinderen, in
Januari naar Argentinië. Zij hadden daar niet
alleen met veel ellende te kampen, maar
spoedig stierven de man, zijn broer en twee
kinderen. Toen de moeder met de twee overige
k.nderen op kosten van inwoners van Stiphout
de terugreis ondernam, stierf ook zij onder
weg, zoodat de twee weesjes alleen in hunne
geboorteplaats terugkwamen, waar zij liefde
rijk verpleegd worden.
De heer Smith, die als lid van hetEngel-
sche gezelschap, dat in het «Grand Theatre"
te Amsterdam een paar jaar geleden de
«Mikado" opvoerde, de rol van Koko den
beul vervulde, is te Londen op tragische wijze
overleden, llij was in den laatsten tjjd waan
zinnig. Meer dan 1200 maal achtereen voor
scherprechter optredende, verbeeldde hij zich
nu, in werkelijkheid een beul te zijn. In zijn
toestand was hij gevaarlijk geworden.
Zoo kan men den beste bij den neus nemen!
Eeuigen tijd geleden bevond zich te Gorincham
een b vliegend paardenspel". Teneinde het be
zoek meer te bevorderen, had de directie aan
gekondigd, dat gedurende de voorstellingen aan
ieder bezoeker een gratis lot op neen paaid"
uitgereikt zou worden.
Dit reclame-middel trof uitstekend doel; elko
voorstelling werd buitengewoon druk bezocht,
tot eindelijk de laatste avond aanbrak, waarop
het lot den gelukkigen winner zou aanwijzen. Den
prijs ïhet paard" won ten slotte een korporaal.
Met zeer veel drukteen omhaal werden een paar
clowns aangewezen, den «schimmel", zoogezegd
werd, uit den stal te halen, welke dan ook met
een paard verschenen, maar in den vorm
van de bekende houten kinderpaardjes op rollen.
De directie had goede zaken gemaakt en levens
aan haar verplichting voldaan. Van een levend
paard was niet gesproken.
Dit voorval brengt een soortgelijk geval in
herinnering. Een schouwburgdirectie had nl. met
een kermh aangekondigd, dat ieder bezoeker
gratis een lot zou verschaft worden op een «echt
Chineesch theeblad" bf op een maand kosteloos
onderhoud van éen persoon. Die bewuste avon.;
brak eindelijk ook aan, in dit gevat werd echtei
nu aangeboden een wezenlijk echt Chineesch
theeblad, maar om een aftreksel van the.
van te bereiden, terwijl het onderhoud gedurende
eene maand van éen persoon bestond in een paar
klompen (onder hout). Onderhout had de directie
laten drukken, dus alles was wederom in ordt
het aan do gelukkige winners overlatende, met o!
zonder langen neus huiswaarts te koeren.
In het Fransche departement Haute Mame
hebben zich, t?n gevolge van guur weder, nu reeds
wolven vertoond, die een aantal schapen roofden
an een paar malen in da bosschen menschen
dreigden aan te vallen. De boeren beschouwen
het vroegtijdig verschijnen van deze roofdieren
als een voorteeken van een strengen winter. Zij
zullen eerlang op groote schaal drijfjachten gaar,
houden.
De Matterhorn bij Zermathvroeger onbe-
stijgbaar geacht, wordt tegenwoordig, zoo men
weet, wel bestegen. Maar het blijft altijd een zeer
gevaarlijke onderneming. Een paar dagen geleden i
is dat alweder gebleken. Zekere lieer Gahre, uit f
Straatsburghad de beklimming, niet lichtvaar
dig, maar van twee gidsen vergezeld, ondernomen. 1
Zij zijn echter alle drie men weet dat bijS J
zulk eene bergbestijging de deelnemers zich met
een touw aan elkander verbinden naar beneden
gestoft in een afgrond van 3000 voet en na
tuurlijk te pletter gevallen.
Een 17-jarig meisje te Berlijn, de dochter van
een voornaam koopman, verdween in het voorjaar
met een tooneelspeier van het Vaudeville-theater,
met wien zij op een weldadigheidsfeest kennis
had gemaakt. Alle nasporingen waren vergeeisch.
De moeder werd ziek van verdriet en moest tot
herstel van gezondheid naar Italië. Op de terugreis
gingen de heer en mevrouw II. des avonds te
Turijn naar een café-concert. Bij het optreden van
«miss Lurline", een water-specialiteit, viel me
vrouw H. in onmacht. De moeder lind in miss
Lurline haar kind herkend. De verloren dochter,
die veel ruwheid maar weinig liefde van haar
schaker had ondervonden, ging gaarne mee naar
huis.
Eene vrij bejaarde weduwe te Bern, mevrouw
Welti, geboren Escher, heeft bij natarieeleakte
haar verscheidene millioenen tellend vermogen
aan haar vaderland, de eedgenootschappelijke
republiek, geschonken, onder den last van uitkea-
ring van een jaargeld ten bedrage van fr.
70,000 levenslang, en verder onder voorwaarde
dat in vredestijd de rente van het vermogen
best
wetf
belic
serlt
M
kenc
Ook
wier
jaar
nert
spro
St.-
stell
waa
E
weri
in s
de
and<
floss
aan
in 1
een
wer
nielt
zaal
S
gew
wie
B
met
zaak
levei
eigei
een
dien
koke
«I
den'
het
heefi
De
een
nemi
den
sl act
deni
ker,
meet
ioint
gelui
om
hebb
al bi
ande
bij a
de b
men
naar
De l
der
waai
note
weet
men
van
deek
richt
en
Nedt
mam
trou'
het
per
dage
werk
is ee
«I
toe,
geet,
uit t
heb
wasc
lijk
truffi
weg)
saust
ter,
vooruit reizen en mij in een bepaalde havenplaats
opwachten. Het meisje, verblind door het goud,
beloofde het en ik keerde naar de stad terug.
Op den morgen van 4 Juli, den trouwdag van
mijn heer, werd deze natuurlijk vermist. Het
kwam uit, zooals ik voorzien had. Geen mensch
had eenig kwaad vermoeden jegens mij. Iedereen
zei, dat de luitenant met da schoone Resi op
den loop gegaan was.
Toen de huishouding van do Kleeberg's was
opgebroken, pakte ik op een goeden dag mijne
geroofde schatten bijeen, nam afscheid van mijne
kennissen en reisde ongehin tard naar het IIol-
«teinsche havenstadje, waar Resi mij wachtte.
Een vissclier bracht ons naar Sylt en van daar
voeren wij naar Helgoland. Wij waren weldra
zoo gelukkig aan boord te worden genomen van
een voorbijvarend koopvaardijschip, dat naar Java
bestemd was. Toen waren wij veilig.
Ik zette mij te Molenvliet, op eenigen afstand
van Batavia, neder, wij trouwden en ik begon met
mijn geld ren klom bedrijf. Wat ik ondernam ge
lukte mij. Ik verdiende veel geld, maar wat ik er
niet voor terug kon koopan, dat was mijn gemoeds
rust. Ik bad niets aan heel mijn schat. Ik kocht
land, liat het door Chineezen bewerken, dreef han
del, rustte een schip uit en reeds in'1805 was ik
oen der rijkste ingezetenen van Batavia. Wij
hadden vier kinderen, aan wie ik innig gehecht
was.
Laar kwamen ongunstige tijden. In Augustus
vau het jaar 1811 moest ik eene reis doen naar
de oostkust, van het eiland. Tijdens mijne afwezig
heid maakten de EngeLchen zich meester van
Batavia en van de tijdelijke verwarring maakten
de Chineezon gebruik om in de voorsteden te
plunderen, te branden en te moorden. Ook mijn
huis werd in brand gestoken en toen ik terug
keerde, wist niemand iets van mijne vrouw en
kinderen. Bijgestaan door een getrouwen dienaar,
die zich eenigen tijd verscholen had, en enkele
Javaansche werklieden, begon ik de puinhoopen
op te ruimen. Wij vonden de lijken van mijne
lieve kleinen en dat mijner vrouw iialf verkoold
in een kelder. Allen waren gestikt. Mijn hart was
gebroken en mijn krachten meteen. Ik werd dood
ziek, doch herstelde en was na eenige maanden
in staat de graven mijner geliefden te be
zoeken.
liet leven te Molenvliet was mij timnseen last.
Ik maakte nujne landerijen te gelde en reisde naar
West-Indie. Mijn kwelgeest volgde mij. Ik zocht
afleiding in onvermoeide werkzaamheid en zag
daardoor have en goed weer sleik vermeerderen.
De mammon, dien ik verachtte, scheen mij te wil
len bespotten. Van hem was toch geen herstel van
mijn verloren geluk te verwachten. Eigenlijk was
ik nooit gelukkig geweest en vreemd, wat ik
overal elders tevergeefs had gezocht, trachtte ik
eindelijk te vinden aan de plaats van uitgang, in
mijn vaderland, op mijne geboorteplaats, tevens
het schouwtooneei mijner misdaad. Zoodra dit
denkbeeld bij mij rees, begon ik het ten uitvoer
te leggen. Ik reisde af naar Nordenheim. Het
Kioosterliuis stond onder verkoop en ik kocht het.
Daaidoor meende ik het best eene ontdekking van
mijn geheim te voorkomen. Geen metselaar zette
ooit een voet over mijn drempel. Dag aan dag
doorliep ik het oude, groote gebouw, trap op, trap
af. 't V/as soms of de booze mij op de hielen zat.
Honderdmaat was ik besloten zelf mijn aanklager
bij het gerecht te zijn; telkens hielden de vrees
voor straf en schande mij terug. Zoo verliepen
eenige jaien on ik werd oud. Ik bereikte een
teeltijd, als slechts weinigen gegund is en dra zal
ik gereed moeten staan, voor den hoogsten
Rechter te verschijnen.
Daarom leg ik hierbij bovenstaande bekentenis
af en smeek Renato van Meulen dat zij mij, als
hnar dit geschrift in handen komt, inoga ver
geven wat ik tegen haar misdreven heb. Ik weet
dat ik haar levensgeluk heb verwoest, maar heb
daarvoor reeds met het verlies van het mijne ge
boet. Hare voorbede bij den eeuwigen Rechter
zal ook mij, armen zondaar, nog op genade doen
hopen."
Juffrouw Van Meulen liet het geschrift in den
schoot vallen. Traan op traan viel langs do
rimpelige wangen.
s't Is verre van mij, als uw rechter te willen
optreden, Frederik Bork>" fluisterde zij.
«Moge God u vergeven, zooals ik u vergeef!"
Het volgende voorjaar lei ook Renate het matte
hoofd ter ruste. Voigens haren wenscli, «erd zij
in den dood met haren bruidegom vereen.^. Zij
rusten onder denzelfden eenvoudigen steen en den
ganschen zomer sierden eiken morgen frissche
rozen haar graf. 't Waren de offers van eenige
door haar beweldadigden. Ook zij had haar geheete
vermogen vermaakt aan het door Frederik Bork
gestichte weeshuis. Dit verrees eerlang op dezelfde
plaats, waar de beide oude gebouwen hadden ge
staan, aan welker bewoners het zijn ontstaan te
danken had, en nog lang werd op 4 Juli het graf
van de weldadige schenkster met versche ruikers
getooid.