1 J A". 1890 Maandag 10 November. N°. 7627, Eerste Blad. KENNISGEVING. KENNISGEVING. Vier-©n-veertigste Jaargang. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. UITGEVER-!: J. ODÉ. (nrlgllngen welke gevaar, schade of hinder hunnen veroorzaken. Burgemeester en Wethouders van Schiedam, Gezien de verzoeken van lo. L. KLEIPOOL, om vergunning tot uitbreiding zijner branderij in den 's-Gra- tclandschèn polder alhier, wijk B, no. 93", kadaster sectie H, no. I'll, door plaatsing daarin van eene stoommachine van lVs panrdekracht en een ketel van 2 M' verw* oppervlak 2o. de firma WOUTERLOOT) BEUKE LAAR. om vergunning tot uitbreiding; Karei- stoomzagerijkuiperij enz., in den 's-Qravelandschen polder alhier, wijk B, no. •93e, kadaster sectie F, no. -1472/3, door bijplaatsing van eene stoommachine van 12 paartlekracht met ketel van 17 AD verwarmingsopperviak Gelet op de Artt. 6 en 7 der "Wet van den 2den Junij '1875 (Staatsblad no. 95); Doen te weten: Bat voormelde verzoeken met de bijlagen op de Secretarie der gemeente zijn ter visie gelegd; dat op Vrijdag den 21en .November •a.s., des middags ten 12 ure, ten Baadhuize gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren tegen liet toestaan van de verzoeken in te brengen en die mondeling of schriftelijk toe te lichteneu dat gedurende drie dagen, vóór het tijd stip hierboven genoemd, op de Secretarie der gemeente, van de schrifturen, die ter zake mogten zijn ingekomen, kennis kan worden •genomen. Eu is hiervan atkondiging geschied, waar het behoort, den 7en November '1890. Burgemeester en Wethouders voornoemd, P. J. VAN DIJK VAN MATENESSE. De Secretaris, A. W. MULDER. Schiedam, 8 November 1890. Onder de zegeningen, die de grondwets herziening van 1887 ons heeft geschonken, rekenen we bepaaldelijk deze, dat zo den kiezers slechts eenmaal in de vier jaren op roepen om het parlement te vernieuwen. -Vroeger, toen onze volksvertegenwoordigers in tweeën aftraden, haddeu we om de twee jaar het geschetter en het geroffel, nu hebben we telkens een tijdvak van vier jaren, en we kunnen dan wat tot rust komen, en wat adem scheppen, en de politieke ^egeustanders zet ten, als het ware, de geweren aan rotten, en beginnen elkander wat vriendelijker aan te zien; haast zouden ze liet eens worden; maar daar klinkt op een somberen Octo- bermorgen de reveille, en allen vliegen te wapen: de kamp vangt aan". Wie heeft daar geblazen, wie van liberalen kant? 't Is mr. S. van Houten, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Als een inleidend recita tief voor een muziekdrama klinkt liet uit zijn mond10 Even als tijdens den strijd over de Grondwetsherziening gevoeï ik weder behoefte, een eigen orgaan te hebben, nu de aanstaande algemeene verkiezingen het volk opnieuw in de gelegenheid zullen stellen van dieherziev-- ning vruchten te plukken. Er is ook nu weder gemis aan overeen stemming tusschen de overgrooote meerder heid der liberalen in de Tweede Kamer en eenige invloedrijke organen der pers, die als het Vaderland en het Handelsbladvoor liberaal doorgaan, maar inderdaad veeleer ministerieel mogen heeten. Bij de schoolwet en de spoorwegwet is dit ten duidelijkste gebleken. Ook om hunne tegenwerking te kunnen overwinnen, wensch ik gelegenheid te hebben, bij de behandeling van de wet op den krijgsdienst en van mijn voorstel betref fende het onteigeningsrocht, gelijk in het algemeen bij Je voorbereiding der verkiezingen van 1891 eenigen rechtstreekschen invloed op de openbare meening en op de gedragslijn der liberalen in dea lande (uit) te oefenen." Het eigen orgaan, dat de heer Van Houten bedoelt, zijn de Staatkundige Brieven, waarvan thans het eerste nummer eener nieuwe reeks het licht ziet. Of ge wilt of niet, ge moet mede ten strijde. Uwe winteravonden moeten, zelfs tegen uw zin, gewijd zijn aan den politieken strijd. Go moet staatkundige brieven lezen, juist nu ge plan gemaakt hebt, Samuel Pickwick ter band te nemen, en de puuch drinkende club op haar avontuurlijke tochten te vergezellen. In plaats van den op de jacht gewonden Tracy Tupnmn, treedt u uw afgevaardigde ter Tweede Kamer, mr. Van der Borch van Verwolde, ook een gezellig jager, voor den geest. Weet ge 't nog, hoe hij u in het najaar van '88 als een model werd afgeschilderd? Herinnert ge u niet, hoe 11 voorspeld wordt, dat ge spoedig zondt zien, welk een uitstekend man u wel de eer wilde aandoen, u in de Tweede Kamer te vertegenwoordigen »In stilheid is onze kracht", zoo bleek de leus van uw uit verkorene te zijn, en eerst in deze week, opgeschrikt misschien door mr. Van Houten's wapenkreet, is hij van zijn rustbank opge rezen en hij bezocht do grenadiers en jagers in hun kazerne. Waarlijk, alzoo is het geschied in deze eerste Novemberweek van 1890; gij hebt het kunnen lezen, o kiezers- van Schie dam, uw afgevaardigde leefthij hadt hem zonder bovengenoemde krijgshaftige daad, misschien geheel uit het oog verloren. Wij zijn dan reeds vroeg wakker gewor den, en onze afgevaardigde met onswe be reiden ons toe voor den kamp in het volgend jaar. Dat danken wij aan mr. L. viin Houten, lid der Staten-Generaal voor het district Groningen. Of we er. dankbaar voor zijn? ïiDat zit nog", zeggen we met een meer en meer in gebruik komenden term. Wij zouden meer dankbaar zijn geweest, als b.v. eender Rotlerdamsche afgevaardigdendr. Mees meenden wij, ware opgestaan, om met een verkiezingsprogram voor 1891 het Neder- landsche volk wakker te schudden. Met be- .•ifChoidenhfiid zij het aangemerkt, dat we van meening zijn, in dat geval vaster grond onder de voeten te hebben gehad dan thans. Niet, dat wc geen hoog ontzag koesteren voor de bekwaamheden van mr. Van Houten, maar men kan zeer verstandig, en tegelijk weinig practisch zijn. Men moet zijn volk kennen. Als professor Buys van dr. Kuyper zegt: »hlj heeft er den neus van, hier zit visch, zegt hij, en dan zit er visch, dan begrijpt het visschersvolk van Nederland die qualificatie. Maar als mr. Van Houten zegt: Ieder libe raal kiezer moet er zich rekenschap van geven, welke gedragslijn hij in de vraagstukken, die het meest op den voorgrond treden, dooi den afgevaardigde, weuscht aangenomen te zien", dan zetten we, met het oog op het kiezersvolk, een zeer bedenkelijk gezicht! De inhoud van den eersten staatkundigen brief verkondigt ons, dat mr. Van Houten is een tegenstander van de militaire wetten van den minister Bergansius. Maar het leiimo- tief van den schrijver ligt toch dieper. Ilooren we hem: jillct volk zal in Juni '1891 op nieuw in de gelegenheid gesteld worden, de Grond wetsherziening van 1887 vruchtbaar te maken. Bij de verkiezingen van 1888 heeft het die gelegenheid op onverantwoordelijke wijze laten voorbij gaan en een meerderheid aan het roer gebracht, welke ons land de meest conservatieve regeering heeft geschonken, die zich na 4848 heeft kunnen staande houden. Om zulk een regeeringsbeleid als dat van Mackay te erlangenwas waarlijk geen grondwetsherziening noodig. De voorname fout ligt men zal het thans beter inzien, dan bij de verkiezingen van 4888 aan hen die, radicaal en geavanceerd gezind, zich door dr, Kuyper's radicale dagblad artikelen lieten verleiden, om het eens met de clericalen te probeeren, Zij weten nu uit driejarige ervaring precies hoe ver de invloed van dr. Kuyper reikt, liet is nu toch duidelijk genoeg gebleken, dat hij door de christelijke behoudspartij gebruikt wordt als hauto uiilitó voor het verkiezingswerk. Bij de geopende stembus laat zij hem de beloften doen, die de christelijke radicalen moeten nopen hare caudidateu tc kiezen en de overige radicalen bewegen, zich tegen de liberalen le keeren. Is eens bet kieswerk afgeloppen, dan laat men hem en zijn radi cale beloften in den steek en mag hij zijn vernuft spitsen, wil hij niet verplicht zijn openlijk te erkennen, dat hij gedupeerd is—j om der goede gemeente de conservatieve staatkunde van het kabinet als. vrucht van fijne berekening en hooge wijsheid to schetsen. Ongetwijfeld zal tegen Juni 1891 hetzelfde spel herhaald worden. De Standaard begint al weder radicale tonen aan te slaan. Deemoedig zullen de leiders van Kabinet en Kamer bij den volksleider gunst en aanbeveling ver zoeken; verklaringen en beloften -/.uilen worden gevraagd en gegeven; programma's zullen worden outworpen, om later, even als dat van '88, verloocheud te worden. Immers kan het feit niet worden weggenomen, dat men in kerkelijke zaken geen radicale politiek kan volgen, als men de medewerking van Rome noodig heeft, en in andore zaken evenmin, zoolang men de belangen en vooroordeelen der conservatieve grondbezitters moet ontzien en als bij de bezetting der voornaamste ministeriën de meest conservatieve elementen der partij mot het leeuwendeel gaan strijken, »Ik weet wel, dat bet een zeer gewoon en zeer verklaarbaar verschijnsel is, dat bij de verkiezingen steeds een trek naar links en bij de samenstelling van een ministerie even regelmatig een trek naar rechts zichtbaar wordt. De vertegenwoordigers der linkerzijde in elke partij hebben daarom den plicht, de ministeriën hunner partij steeds voort te zwee- pen en aan de beloften en goede voornemens te herinneren, aan welke zij hunne meer derheid en hun optreden te danken hebben. Dat is een ondankbare taak en men maikt er zich geen vrienden, meö, maar niettemin moet het geschieden. Ook dien plicht heeft dr. Kuyper niet naar eiseh vervuld. Nu en dan eens een artikel, waarin de handelwijze van de kamerclub wat flauw werd gevonden, niets meer. Ten slotte bleef zijn steun steeds verzekerd, wat ook regeering en kamerclub deden of verzuimden. Meegaander heeft zich nooit een volksleider betoond dan Kuyper. Meegaander ook nooit de gaucho eener regecringspartij, dan de gaucho der anti revolutionairen." "We bevinden 011s ten volle op het terrein der hooge politiek. Wre willen burger plicht gebiedt het ons den heraut der aan staande verkiezingen op zijn wegen volgen. AsoNnkmf.NTSprus, per kwart»*! ƒ1.85, Franco per post, door het geheele Rijk - 2.50, AfiomlerUjke '-,0111100050.10. BVRDAC: MAItKT, K12 4. Advertentieprijs: van 110 gewone regels met inbegrip vmi eene Courant1,10. Iedere gewone regel meer - 0.10. Dit 1 KMA At. geplaatst Wordt tegen twekmaai. berekend. Burgemeester en Wethouders van Schiedam Brengen ter kennis ran de Ingezetenen: Pat liet ie Suppletoir Kobier der plaatselijke Directe Belasting dezer gemeente, voor de dienst van liet jaar 1800, den 29 October jl. door den Gemeenteraad astgesteld en den 3 November daaraanvolgende door lieer en Gedeputeerde Staten dezer provincie goedgekeurd, aan den Ontvanger der Gemeente ter invordering is uitgereikt en in afschrift gedurende vijf maanden, te rekenen van heden, op de Secretarie der Gemeente vooreen ieder ter lezing is nedergelegd. Wordende voorts een ieder aangemaand zijnen aanslag op da Bepaalde termijnen te voldoen, op straffe van vervolging volgens de Wet. lün is hiervan afkondiging geschied, waar het be hoort den 8 November 1890. Burgemeester en Wethouders van Sctiiedam, P. J. VAN DIJK VAN M.VTENESSE, De Secretaris A. W. MULDilR.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1890 | | pagina 1