Het geheim van de „Maria' N°. 7651. A0. 1890. Zaterdag 13 December. Feuilleton. V i er-en-veertigste Jaargang. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. Tjiiltenlanflsclie Berichten. UITGEVER: jT ODÉ. Abohnbmisntsprijs, per kwartaal JVonco per post, door het geheel e Dijk Afzonderlijke nomtners 1.85. - 2.50. - 0.10. RCKRJDi. M A RKT, K, 12 4. Advbrtbhtikprijs: van i10 gewone regels met inbegrip van een? Courant.f [.10. Iedere gewone regel meer- 0.10, Drikhaai. geplaatst wordt tegen twrsmaaL berekend. DUITS CHUSB. De rede van den keizer over de inrichting van het gymnasiaal onderwijs heeft natuurlijk keel wat pennen in beweging gebracht en tot zeer uiteeuloopende beschouwingen aanleiding gegeven. De Koln. Zeit. kan er slechts op zeer enkele punten haar instemming mede betui gen. Zij erkent, dat er van de nieuwere letteren en de nieuwe geschiedenis meer werk dient gemaakt te wordenzij juicht toe het woord, door den keizer gesproken tot aanbe veling van de oefening des lichaams; zij geeft toe, dat de school wel veel inspanning van de jeugd vraagt, al gelooft zij dat menigeen, die thans door een scherp geslepen bril in de wereld bliktdit niet aan het schoolwerk maar aan deder jeugd eigenonbedwing- baren drang tot meer weten en tot naspeuren moet geweten worden; zij zal uiet de school, noch het onderwijzend personeel, noch de leermethode aan de gymnasiaonvoorwaar delijk in bescherming nemen, maar zij gelooft tochdat men verkeerdzeer verkeerd zou doen door te breken met liet Latijusche op stel, met de Grieksche oudheid, evenals men in vroeger tijden gebroken heeft metdieder Assyriërs, der Egyptenaren, der oude Indiërs •en der Chineezen. Het blad gelooft, dat het onderwijs der jeugd door meer verwijderd te worden van de classieke oudheid, oneindig veel zou inboeten aan ideale verheffing, aan gemoedelijke warmte, aau bezielende oogen- blikkcndat het de materialistischealleen naar het nuttige zoekende richting in de hand zou werken en dat ten 'slotte daardoor alleen •de sociaal-democratie zou bevorderd worden. De Nordd. AUg. Zeit. zegt: Bij de her- vovmingsquaestie staat men voor zooveel vragen en er zijn zoo velerlei belangen mede gemoeid en vermengd, dat men liet ook alles zins natuurlijk moet achten, wanneer de ziens wijzen omtrent de door den keizer aangegeven punten vooreerst verre uiteenloopen. Dit is echter juist een groot voordeel, want daardoor kan het niet anders of 's keizers woorden zullen eene levendige wisseling van gedachten uitlokken en daardoor zullen de verschillende standpunten van beoordeeling zooveel te meer aan het licht komen. De veronderstelling dat voor den keizer zelf zulk eene wisseling van meeningen ongewenseht zou zijnmag wel veeleer krachtig worden tegengegaan, omdat juist op zijn initiatief de conferentie is bijeen geroepen en het hem dus blijkbaar te doen is om eene openhartige uitspraak te verkrij gen van hen, die in de eerste plaats moeten worden geacht tot eene beoordeeling der zaak geroepen te zjjn. Schijnt het vooreerst nog moeilijk tot eene voldoende overeenstemming te komenomdat juist op het gebied van onderwijs de vertegenwoordigers van verschil lende stelsels geneigd zijn tot taaie vasthou- ding aan hun geloof, zoo laat het zich toch verwachten, dat men de moeilijkheden zooveel te gemakkelijker zal te boven komen naar mate men gevoelt dat het nationaal belang eene vemndet ing volstrekt noodzakelijk maakt. Evenals bij alle hervormingen zullen 's keizers bedoelingen niet eensklaps, maar stap voor- stop kunnen worden verwezenlijkt. Daarin ligt echter voor de hervorming geen gevaar, maar veeleer een waarborg dat het mettertijd zal gelukken, steeds wijdere kringen des volks voor de ondersteuning van werkelijk gewensch te maatregelen te winnen en mobiel temaken. Dit te bereiken is zeker ook de bedoeling van den keizerlijken hervormer geweest. Met het oog op de naderende conferentie tot schoolhervorming hebben de 137 hoog leeraars van al de faculteiten der Berlijnsche universiteit tot den minister van onderwijs eene verklaring gerichtwaarbij zij in iiet belang van het academisch onderwijs er tegen opkomendat er op de gymnnsiën aan het ouderwijs, in verband met de classieke oud heid, feitelijk afbreuk gedaan zou wordee. Terwijl in Pruisen de wet op de openbare volksschool ln den Landdag aau de orde is en er eene conferentie over hervorming der scholen voor hooger onderwijs wordt gehouden, heeft de Pruisische minister van eeredienst en onderwijs thans ook eene enquête omtrent de scholen voor middelbaar onderwijs inge steld. Naar aanleiding van geruchten omtrent de voornemens der rijksregeering aangaande de economische politiek zegt de Norddeutsche Allgemeine Zeitmg met zekerheid te hebben vernomen, dat een hooggeplaatst staatsambte naar aan een der voornaamste landhuishoud kundigen heeft medegedeeld, dat de regeering bepaaldelijk voornemens is, het tarief van invoerrecht aan zoodanige herziening te onder- werpen, dat er over het algemeen tot het lager tarief van voor 1887 wordt teruggekeerd. De Mag de. burger Zeitung verklaart, »uit eene goede bron'' te kunnen melden, dat het de regeering hierbij bepaaldelijk te doen is om verlaging van' invoerrechten op voort brengselen van landbouw. De Reiehs-Anzeiger verklaart, dat het bericht in de dagbladen, als of de regeering stellig voornemens zou zijn de invoerrechten op landbouwproducten to verminderen tot het bedrag, dat geheven werd voor de laatste verhooping dier-vechten in 1887. allen grond mist. E N II E U S I), Onder voorzitterschap van den lord-mayor had er Woensdag in sGuildhall" te Londen eeue vergadering plaats legeu de vervolging der joden in Rusland, waartoe eene massa invloedrijke lieden, kerkvorsten en andere personen van naam en van alle belijdenissen den lord-mayor hadden aangezocht. De zaal was overvol. Velen waren verschenen met h urne dames, onder welke barones Bnrdett Coutts, maar er was geen Engclsch regeerings- persoon aanwezig, om Ruslatuls teergevoelig heid niet te kwetsen. De hertog van Westmin ster stelde de eerste motie voor, ondersteund door den bisschop vanRipon. Daarin werd te kennen gegeven, dat men de vernieuwde ver volging der joden in Rusland, op grond van verdrukkende uitzonderingswetten, ten diepste Bono gowlgraversgeschiedenis uit California. 23. Nauwelijks had Martollos Bill ontwaard, of hij snelde op hem toe. »Gij komt van Sacramento, 'Ahldorf 7" riep lnj hem toe, »vveat men er daar ook al van 7 Da sluizen te plunderenDat heeft nog niemand gewaagd, zoolang de mijnen in Cali- - fornig zijn dan wordt toch allo arbeid on mogelijk!" vWat is er dan aan de hand?" had Bifl •eindelijk gelegenheid to vragen »in Sacramento weet men van niets, ten minste «Ten minste niet in het beminnenswaardige gezelschap, waarin gij verkeert, niet waar, ror. Ahldorf," zoo mengde Fimey zich in't gesprek. «Of wnnrt gij misschien in dat gezelschap niet 7 Bet is reeds laatDat ik u niet ontmoet heb, is opmerkelijk. Ik kwam toch ook langs denzelfden weg. Of zijt gij een anderen weg gegaan, mis schien we! die langs de sluizen leidt Onwillekeurig zagen allen Bill nan, die plotse ling kleurde en onvast antwoordde: sinderdaad, ik koos den Imogen weg langs de sluizen". Met opzet had hij namelijk dezen weg gekozen, om niemand, in 't bijzonder Fimey niet, tegen te komen, daar hij zijne bezoeken aan Sacramento geheim wilde houden. »Wilt gij mij overigens eens mededeelen, Mar- tellos," zoo vervolgde hij, #wat er eigenlijk ge beurd is 7" ïDo sluizen zijn beroofd, geheel uitgeplunderd!" antwoordde deze toornig. »Nu mag de drommel langer goudwasscher zijn. Men kan toch alle dagen de sluizen niet reinigen. Deze waren vanouds bij eiken goudwasscher heilig; de grootste spits boef zou er zich niet aan vergrijpen." «En bestaat er niet de minste aanwijzing, die tot de ontdekking 'van den dief kan leiden?" hernam Bill. rNiet do minste!" merkte Fimey op, »Onder do hier wonende mijnwerkers vindt men hem niet; wij kennen elkaar allen, 't Zal wel een vreemdeling zijn, misschien wel van Gold Bill." aZottekiap, van Gold liill!" hernam Martellos wrevelig. »Nii, dan moet de dief zich onder ons bevinden en gij zult toch zeker geen dezer hoeren hiorvoor willen houden? Allen oude bekenden op mr. Ahldorf nul", zei Fimey, de opmerkzaamheid op nieuw op Bill vestigende, die in zijne verstrooidheid Fimey's« bedoeling niet doorzag. De veiligheid van de sluizen was voor dc goud- wasscliers eene levensvraag, want het stofgoud, dat zich in de reten en spleten der goot vasthechtte, benevens het van goud nog niet gezuiverde erts, de zoogenoemde nspecinsenten,''welke het water bij het goudwasschen meevoerde, verzamelden zich aan de sluis en bedroegen vaak in verloop eener week eene beduidende som. Besluis stond onder de algemeene bescherming, zij was voor eiken goudwasscher een heiligdom, dat jzelfs de laagst gezonketie niet waagde^te borooven. De dagelijksche schoonmaak der sluis kostte te veel tijd, weshalve deze slechts oonmaal lij de week plaats had, waarna dan liet daar vergaarde goud gelijkelijk onder aliegoudwasschers verdeeld werd. lieden echter het was Vrijdag was ze geledigd en al het goud, dat,zich daar sinds den betreurt en dat op liet einde der negentiende eeuw de geloofsvrijheid algemeen en prin cipieel onder de natuurrechten erkend moet worden. Eene tweede motie kondigde het zenden van een adres aan den ezaar aan, waarin hij uitgenoodigd wordt de uitzonderingswetten tegen de joden op te heffen en hun gelijke rechten als aan des czaars overige onderdanen toe te kennen. Dit adres zal de lord-mayor uit naam der Londensche burgerij den czaar toezenden. Eene derde motie stelde voor den lord- mayor den dank der vergadering te betuigen. De drie voorstellen zijn met eenparige stem men aangenomen. De meeste redevoeringen waren gematigd. Het houden der vergroei ing werd daarin voorgesteld nis de natuurlijke uiting van Engelands neiging om belangrijke zaken openlijk te behandelen, en geenszins om zich eene beleedigende inmenging te veroorloven in Ruslands binneüiandsche zaken. De czaar werd dan ook geprezen,?» er werd twijfel geopperd of hij me! den toestand zijner joodsche onderdanen wel bekend is. Omtrent hunnen toestand werden vele ergerlijke staaltjes, bijgebracht, voorn' dpor de» welrpco kenden bisschop van Ilipon. Lord Meath beweerde dat de czaar de Engelsehe deputatie, die hem het adres zal brengen, ten gehoore behoort te ontvangen, gelijk zijn voorgangei sir Moses Montiliore ontvangen heeft. Hier werd lord Meath toegejuicht, doch bij de staaltjes omtrent de vervolging der joden werd er gesist. Dit was ook liet geval, toen de naam werd genoemd van mevrouw NovikolF, die herhaaldelijk nan de Times een brief heeft geschreven, waarin zij die vervolging ver dedigde. Onder de aanwezigen waren er velebekende Israëlieten, doch geen hunner voerde het woord. Tal vuil personen, die verlangd hadden in de zaal te komen, konden geen plaats krijgen. Toen Parnell zich gisteravond te Dublin in het rijtuig van den lord-mayor naar de voiigen Zaterdag had verzameld, weggeroofd. Allo mannen waren eenstemmig van oordeel, dat men alles in 't werk meest stellen om den dief meester te worden en hem voorbeeldig te straffen. Onder stormachtige toejuichingen werd er eene commissie benoemd. Deze loofde een boegen prijs uit voor de aanhouding van den dief en stolde eene nachtwaak in bij de sluizen. Do inrichting, tijd en plaats, kortom de gehoele uitvoering van dit plan bleef bet geheim van den voorzitter der commissie, van John 'Stewart, eon man, die het algemeene vertrouwen genoot en als de grootste mijnbezitter in Norcross litj den diefstal het meest was betrokken. Gedurende de behandeling dezer zaak, welke door hot verstandige voorstel van John Stewart op kalme wijze werd gevoerd, sloop Fimey het lokaal rond en fluisterde nu dezen dan genen iets in 't oor, wat hen een vluchttgcn maar wantrou wenden blik op Bill deed werpen. Dit ontging Martellos niet, en hij dacht er het zijne van, doch bij uitzondering ditmaal in stilte. H'ordl vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1890 | | pagina 1