Binneiilaiidsclie Berichten. Gemengde Berichten. STATEN-GEN ERA AL. -wel melding gemaakt van eoncessiën, welke de ultramontanen zouden hebben gedaan, maar die toch door de liberalen niet vol doende worden geacht om aan de stemming deel te nemen. Onder deze omstandigheden heeft de bonds- commissaris Künzli aan de Bondsregeering volmacht gevraagd om zich te mengen in de beslissing op de bezwaarschriften. De Bonds regeering heeft echter geweigerd, op grond dat er in het kanton nu eenmaal een ge mengd bestuur (van ultramontanen en libe ralen) is ingesteld, hetwelk omtrent de bezwaarschriften het recht van beslissing heeft. Maar tevens heeft de Bondsregeering het bestuur gesommeerd, stipt naar wet en recht te handelen, terwijl zij zich voorbehoudt zoo noodig zelve omtrent de bezwaarschriften nader te beslissen en naar bevind van zaken de verkiezingen te vernietigen. ITALIË. Prins Leopold van Pruisen wordt dezer dagen te Rome verwacht, tot het overhan digen van een eigenhandigen brief van keizer Wilhelm aan koning Humbert. De Italiaansche afgevaardigde Barzilai zal de regeering interpelleeren over de wijze, waarop ze voornemens is te voorzien in de handhaving van de wet, waarbij aan de ge meente Rome vrijstelling is verleend van elke bijdrage in de kosten van armverzorging. Hij doet dit naar aanleiding van het feit, dat de goederen der Romeinsclie liefdadig heids-instellingen niet toereikend zijn. Het hof van cassatie te Rome zal weldra over eene belangrijke zaak te beslissen heb ben. De familie Murat doet namelijk den staat een proces aan tot teruggave van de goederen, die Joachim Murat, toen hij koning van Napels was, in zijn bezit heeft gehad. Het geldt hier de rechtsvraag, of hij die goederen bezeten heeft eenvoudig als koning, krachtens het recht van verovering, of als zijn persoonlijk eigendom. De eisch der erf genamen loopt over eenige dozijnen millioenen. AMERIKA. Uit Buenos-Ayres wordt gemeld dat recht- streeksche tijdingen uit Santiago bevestigen, dat er revolutionnaire onlusten in Chili zijn uitgebarsten- Het is niet mogelijk de gevolgen daarvan te voorzien. De commandant der Unietroepen in den veldtocht tegen de Indianen, kolonel Forsyth, is van zijn, post ontheven, wijl zijne onbe kwaamheid duidelijk is gebleken. Zoo moet aan zijne verkeerde maatregelen te wijten wezen, dat veie manschappen van zijn troep door eigen vuur gedood zijn en dat zooveel vrouwen en kinderen der Indianen den dood thans hebben gevonden. In verband met den aandrang ook bij het onderzoek der staatsbegrooting in de Tweede Kamer uitgesproken om voort te gaan met de verbouwing van het Binnenhof, en wel het eerst van bet departement van binnenlandsche zaken, is door de regeering, behoudens nadere wettelijke goedkeuring aangekocht het leeg staande perceel naast den schouwburg, vroeger bewoond door baron Van Wassenaer ven Catwijck, thans eigen dom van den heer J. Simons. Het plan bestaat om, als tot de vei bouwing wordt besloten, het aangekochte perceel tijdelijk in te richten voor huisvesting van een aantal bureelen van het departement. Aan de Tweede Kamer is toegezonden een wetsontwerp tot bekrachtiging van een krediet van f500.000 door den gonv.-gen. van Ned. Indië, geopend boven de begrooting van 1890, tot af betaling der schulden, waaronder de leden der panembahano-familiën en de voormalige regent schappen Sumanap en Baugkallen gebukt gaan en een klein gedeelte tot hulp van eenige in financieelen nood verkeerende leden der panem- bahano familie in Pamekassan. SCHIEDAM, 10 Januari 1891. De invoer van Nederlandsch vee inFrankr jk is weer geopend. Het Fransche regeeringsblad behelst een besluit tot herroeping van het verbod van in- en doorvoer van runderen, schapen, geiten en varkens komende over zee uit Nederland. Voor den invoer van die dieren blijft echter vereischt een gezond heidscertificaat van het bestuur der gemeente waaruit zij herkomstig zijn. Door den minister van oorlog is ter kennis van de autoriteiten der landmacht gebracht, dat in de beide vorige maanden met het oog op de weersgesteldheid door hem in het belang der verpleging van de troepen enkele maat regelen en voorzieningen zijn bevolen met betrekking tot sommige dienstverrichtingen, de nachtligging, het uitreiken van warmen drank aan het personeel der wachten, enz. De minister acht het niet ondienstig'er de aandacht op te vestigen dat in omstandigheden als hier bedoeld, ook van de zijde der betrokken militaire autoriteiten op eigen initiatief, het i.oodige behoort te worden verricht tot bevor dering van het welzijn van den soldaat en het voorkomen van nadeelige gevolgen voor zijne gezondheid. De minister beveelt dan ook aan, voor nu en later, in voorkomende gevallen in dien zin te handelen. Voor zooveel de bestaande reglementen.en voorschriften het toelaten, kunnen maat regelen en voorzieningen van bedoelden aard, desvereischt, in overleg tusschen de verschil lende daarbij betrokken autoriteiten, uit den aard der zaak ten allen tij de door die autori teiten zelfstandig in toepassing worden ge bracht. Wordt het een en ander noodig geacht, waarin bij de reglementen of voor schriften niet is voorzien, bjjvoorbeeld het beschikbaar stellen van groote bedragen voor verwarming van lokalen, het wijzigen van de tenue bij bijzondere gelegenheden als o. a. militaire begrafenissen, enz., dan behoort daartoe zoo mogelijk tijdelijk een voorstel aan de bevoegde autoriteit of aan den minister te worden gedaan. In dringende gevallen zullen evenwel in afwachting van de later, meer in 't bijzonder wegens gedane uitgaven, ter zake te vragen goedkeuring, zoodanige maatregelen op eigen gezag en verantwoorde lijkheid, door die autoriteiten moeten worden bevolen. De ongesteldheid waaraan de heer Keu- chenius, lid der Tweede Kamer, lijdende was, kan als geweken beschouwd worden. De wervingskosten voor het korps mari niers, zijn met ingang van 1 Januari 4891 vastgesteld als volgt: bij engagement voor6 jaren, van onderofficieren en manschappen, niet jonger dan 49 en niet ouder dan 34 jaren f450; idem boven 34, doch beneden 40 jaren, voor ieder jaar, dat tot het 40ste levensjaar verloopen moet; bij engagement voor 8 jaren, van jongelingen van boven de 18, doch beneden de 19 jaar f100; idem boven de 17, doch beneden de 18 jaar f85, en idem boven de 16, doch beneden de 17 jaren oud f70. Bij reëngagement voor 6 jaren f 175. Te Sappemeer heeft de vrouw van den heer Bos bij het omvallen eener petroleumlamp zulke hevige brandwonden gekregen, dat zij aan de gevolgen is overleden. Eene vrouw te Stadskanaal, die voor eeni- gen tijd een krab aan den arm ontving van eene kat, tengevolge waarvan dit lichaams deel op verontrustende wijze opzwol, is aan de gevolgen overleden. De Oprechte Saarlemsche Courant vierde Donderdag jl. haar 235n verjaardag. Zekere heer F. J. Edlmann, die kort geleden te Londen overleed en ruim 100.000 pd. st. naliet, had een zonderling testament gemaakt, waarin hij vooral nadruk legde op zijn haat voor alles wat Rootnsch was. Geen enkel gedeelte zijner bezittingen in Chiseihurst mag verkocht worden met het doet om de Roomscb-katholieke kapel aldaar uit te breiden of voor eenige andere Rqomsehe instelling. Alleen mogen aan de ex-kei- zerin Eugenie ongeveer 1000 yards grond worden aangeboden voor een mausoleum voor de kei zerlijke familie. De dochters van den overledene ;krijgen ieder 10.000, pd. st., behalve wanneer zij een Roomsch-katholiek huwen, in welk geval zij slechts 2000 pd. st. krijgen. De zoon krijgt het leeuwenaandeel in de erfenis, tenzij hij Roomsch- katholiek wordt, in welk geval hij slechts 5000 pd. st. krijgt. Het testament wordt aangevuld door een codicil, waarin de haat tegen het Roouisch- katholieke geloof niet zoozeer op den voorgrond I gesteld wordt. De Amerikaansche courantenkoning Pulitzer heeft zijn dagblad De Wereld onlangs voor hst bagatelletje van nagenoeg tien millioen gulden aan eene maatschappij overgedaan. De man is Hongaar van geboorte en kwam indertijd met ledige zakken, maar veel wilskracht naar Ame rika. Hij moest om zijn brood te verdienen, aan- pakken wat hij krijgen kon en diende onder anderen als koetsier. Dank zij zijn kunde en inspanning wist hij zich weldra op te werken-, hij beproefde zijn gelui op letterkundig gebied, verdiende met onder, scheidene ondernemingen veel geld, kocht eindelijk De Wereld en maakte er een blad vnn groote beteekenis van. Op zekeren dag, toen Pilitzer reeds een rijk en aanzienlijk man was, kwam eene zeer scboone, jonge dame hem een bezoek bren gen. iKenl u me niet?" vroeg de bekoorlijke vreemdelinge met een lieflijk lachje. »Ik kan mij heusch niet berinneren ooit de eer te hebben gehad kennis met u te maken", gaf Pulitzer ten antwoord. »En toch is u bij ons te huis geweest." Werkelijknja, als... koetsier." Thans eerst herinnerde Pulitzer zich den mik lionnair in wiens huis hij in zoo nederige be trekking was geweest, dat hij de oogen niet tot de betooverend mooie dochter had durven ophef fen. De dame had zich den knappen koetsier des te beter herinnerd en zij had gewacht dat hij het tot iets in de wereld zou hebben gebracht,, om hem baar kleine hand en de daarin liggende millioenen aan te bieden. Natuurlijk liet de ge lukkige Pulitzer haar geen blauwtje loopen. In Mei 11. werd te Colomo in Californië een standbeeld opgericht ter eere van den ontdekker van het goud, James W. Marschalk Het gedenk- teeken bestaat uit een voetstuk ter hoogte van 30 meter, waarop het 9!/s voet hooge standbeeld van den goudontdekker verrijst. Het beeld houdt in de eene hand een grooten massief gouden bal (hetgeen ongetwijfeld wel met de enorme hoogte van het voetstuk in verband zal staan), terwijl de andere hand naar de plaats wijst, waar Mar- schalt het eerst goud ontdekte. Een gedenksteen in den onderbouw van het standbeeld bevat het volgende opschrift: De Staat Californië, ter na gedachtenis van den goudontdekker James W. Marscbali, geb. 10 October 1810, gest. 10 Augus tus 4888". De eerste goudklompen werden in de nabijheid dezer plaats gevonden op den 9n Januari 1848. Gedurende de pokken-epidemie, welke thans afnemende is, zijn er in Guatemala 20,000 per sonen aan die ziekte gestorven. Vergadering van de Kamer van koop» handel en fabrieken te Schiedam, van Vrijdag 9 Januari 1891. Aanwezig zijn de hh. J. J. G. Nolet, voorzitter, op indrukwekkende wijze aan hen geopenbaard en deden hen beven in 't diepst hunner ziel. Een krachtige Noordoostenwind woedde op een Decemberavond van het jaar 1856 op de Noord zee tot ver in de duinen stormden de schuimende golven en wierpen een spookachtigen glans van zich. Vreeselijk bruiste de zee en huilde de wind. Slechts voor enkele seconden kon de vuurtoren- lamp de donkere waterwoestenij verlichten, door dien haar schijnsel aanhoudend werd onderschept door de tegen haar opslaande baren. Opmerkzaam stonden de bewoners van het visschersdorp voor de lage besneeuwde ruiten ep luisterden of niet een noodschot boven den strijd der elementen uitklonk en den doodstrijd van een schip aan kondigde. Alleen de oude vrouw Steven in het kleine huisje, dat het verst zeewaarts stond en het meest aan den storm blootgesteld was, scheen zich om het noodweer volstrekt niet te bekommeren. Zij zat in haar ouden leuningstoel bij den haard en staarde met blijden glimlach in den gloed, welks stralen bare zilveren lokken met purper doorweefde. Vaak schudde zij het oude gerimpelde hoofd en biggelde eene traan langs de wangen, met diepe voren doorploegd. In hare vermagerde hand hield zij twee bladen, 't Schenen brieven te zijn. Het eene was erg geel, verscheurd, versieten, het andere scheen fonkelnieuw, zoo glansde het papier. Dit las zij steeds weer over, met den vinger den regel vol gende «Geve God, dierbare moeder, dat gij dezen brief nog in volle gezondheid ontvangt. Gij hebt zeker lijk nooit aan mijne onschuld getwijfeld, maar behalve u iedereen. Thans is zij daghelder ge bleken ik duif weer in 't vaderland terug- keeren en mijne geboorteplaats terugzien. Met Kersttijd hoop ik bij u te zijn in het kleine lieve kamertje. Voor een Kerstgeschenk, dat u veel ge not zal geven, heb ik gezorgd. Hopende u spoedig weder te zien, Uw Willem." Wat ging haar de storm aan of het koken der branding! Haar zoon kwam immers terug en hoeveel heviger stormen hadden haar ziel niet beroerd nu juist acht jaren geleden. Wat was dat Een gerinkel weerklonk te mid den van het stormgedruis Kwam het van de zee Doch dat klinkt geheel anders. Ondanks den sneeuwstorm ijlde alles naar de deureneene slede suisde onder belgerinkel voorbij en wierp een roodachtig licht over den weg. De slede hield voor bet huis van moeder Steven stil, doch deze hoorde daarvan nietszij bladerde juist in den almanak en telde voor de honderdste maal de dagen, die nog moesten verloopen, voor het Kerstmis was. Ook zag zij het mannelijk ge laat niet, dat door de vensterruiten gluurde. sNog acht dagen schenk mij nog zooveel dagen levens!" fluisterde zij met gevouwen handen. Daar werd de deur stilletjes geopend en trad een krachtige man het vertrek binnen. Nog steeds keek de oude vrouw niet opzij dacht dat het Roelof Alen, haar buurman, was, die haar meermalen opzocht en heden ter rechter ure kwam om haar geluk te vernemen. iiKom binnen, Roelof," riep zij, zie eens! en stak hem den nieuwen brief toe. »Van mijn Willem bij komt gauw thuis, mijn jongen 1" sllij is ei' al, moeder!" juichte nu de man en knielde voor het ontstelde oudje neder, dat met ge opende armen den vreemdeling verbaasd aankeek. Doch dit duurde slechts éen oogenbtik toen fon kelde er een jeugdig vuur uit hare oogen, bare handen vouwden zich samen op het blondgelokte hoofd van haren lieveling en tranen van ontroe ring en sprakelooze dankbaarheid biggelden langs hare wangen. ïMijn kind, mijn zoon 1" snikte zij,- toen werd het stil, doodstil. De dame, die achter Wil lem in de kamer was gekomen, was onopgemerkt getuige van dit wederzien tusschen moeder en zoon. Thans sloeg de oude vrouw hare van vreugde stralende oogen op. »En is dat uwe vrouw sta melde zij in overmaat van geluk en strekte de armen uit naar die bemelsche verschijning, »Mijne vrouw, moeder, en nwe dochter, Alice, antwoordde Willem. Tevergeefs koelde de storm zijne woede aan het kleine huisje, welks binten hij deed kraken.; zij hoorden hemniet, deze drie gelukkige men- schen, want het was lente in hunne ziel!

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1891 | | pagina 6