De afdeelingen van de Eerste Kamer der Staten-Generaal hebben heden een aanvang gemaakt met het onderzoek van de slaats- begrooting voor 4891. Bij kon. besl. >is benoemd tot- lid van den Hoogen Raad van Adel de algemeene archivaris des rijks jhr. mr. Th. H. F. van Riemsdijk, te 's-Gravenhage. H. M. de Koningin-Regentes heeft, naar wg vernemen, den heer A. C. baron Snouckaert van Sehauburg, met 1 Mei, eervol ontheven van zijn betrekking van kamerheer en stal meester, en hem benoemd tot kamerheer in b. d. en tot haar bibliothecaris. Tot stalmeester is benoemd de ritmeester C. A. baron JBentinck, thans instructeur aan de rij- en hoefsmidschool te Amersfoort. De opper-ceremoniemeester maakt bekend dat het Hof, met ingang van Maandag den 26n Januari, den lichten rouw zal aannemen voor den tijd van acht dagen, wegens het overlijden van Z. K. H. prins Boudewijn van België, hertog van Saksen, prins van Saksen- Cüoburg en Gotha. Deze rouw wordt gelijktijdig gedragen met dien voor wijlen Zijne Majesteit den Koning. De hofmaarschalk baron De Constant Rebecque is door H. M. de Koningin-Regentes belast met het terugbrengen aan de koningin .van Groot-Brittannië van de door wijlen Z. M. den Koning bezeten teekenen der orde van den Kouseband en heeft zich daartoe naar Londen begeven. De gewone audiënties van de ministers van oorlog op Donderdag 29 en die van marine op "Vrijdag 30 Jan. a.s., zullen niet plaats hebben. De minister van financiën maakt bekend, dat het saldo van 's rijks schatkist op 24 dezer bedroeg bij de Nederlandsche Bank f 499,895.24Ys en bij de betaalmeesters - 4,132,056.17 Te zamen f 4,631,951.41Va De minister van binnenlandsche zaken heeft bepaald dat de verkiezing van een lid der Tweede Kamer van de Staten-Generaal in bet hoofdkiesdistrict Rotterdam (ter vervan ging van wijlen den heer Verniers van der Xoefl) zal plaats hebben op Dinsdag 47 Fe bruari e.k., en dat de herstemming, is die Hoodig, zal geschieden op Dinsdag 3 Maart daaraanvolgende. De nHolland Society" te New-York heeft den 24n November jl., op het bericht van het overlijden van den Koning, het volgende telegram aan II. M. de Koningin-weduwe gezonden The Holland Society of New-York, descen dants of supporters of the house of Orange in the sixteenth century, tender respectful condolence. Roosevelt, President. Van Siclen, Secretary. „Den volgenden dag is voor dit telegram door den adjudant van dienst, uit naam van H. M., op de gebruikelijke wijze dank betuigd. Gisteren had op de begraafplaats »Eiken Duinen", onder Loosduinen, de teraarde bestelling plaats van het stoffelijk overschot van den heer mr. Verniers van der Loeff. De vier boden der Tweede Kamer gingen den stoet vooraf. Op het lijkkleed lagen zes kransen en palmtakken van vrienden en vereerders. Op het kerkhof had zich een groot aantal leden der beide Kamers van verschillende richtingen vereenigd, zoomede de griffiers en de kommiezen-griffiers der beide Kamers, de ministers De Savornin Lohman, Havelaar, Godin de Beaufort en Dyserinck, de commissaris des Konings, de vice-president van den Hoogen Raad, de hoofdredacteuren van de JV. B. Ct. en Vaderland, en een groot aantal Rotterdamsche en Haagsche vrienden. Toen de lijkkist boven den grafkelder was geplaatst, sprak de heer Viruly Verbrugge, namens de Rotterdamsche afgevaardigden der Tweede Kamer. Geen levensschets gaf hij, maar stipte slechts aan de eervolle plaats door Van der Loeff in de Rotterdamsche balie inge nomen, hoe hij later als lid van Provinciale en Gedeputeerde Staten door administratieve kennis uitblonk, hoe hij daarna tot afge vaardigde der Kamer werd benoemd, slechts afgewisseld door een tweejarig verblijf in den Raad van State. Wat hij als Kamerlid ge weest is, is hekend. Buiten de Kamer muntte hij mede uit door groote scherpzinnigheid enkennis. Als er een eerezuil op het graf van Van der Loeff moest verrijzen, men zou er de Enquête op moeten plaatsen. Namens zijne vroegere academie-vrienden sprak mr. Fangman, kantonrechter te Dor drecht. Hij roemde hem als een voorbeeld van ijver, zeldzaam talent en ongemeene werk kracht. Als vriend huidigde hij zijn levendigen geest, zijn aangenaamheid in den omgang. Niet enkel in woorden, in de daad ook was hij altoos hulpvaardig en onveranderlijk trouw. Eenige weinige, welgemeenden woorden sprak de minister van binnenlandsche zaken, jhr. mr. De Savornin Lohman. Hij had niet tot de oud-vrienden behoord, maar kende Van der Loeff slechts eerst tijdens zijn Kamer lidmaatschap, maar hij had hem leeren kennen juist als tegenstander, die eerlijk en frank medewerkte met hen die tegenover hem ston den, zonder zijn eigen standvastig onafhan kelijk standpunt prijs te geven. Een der schoonzoons van den overledene bedankte alle aanwezigen, waarna allen aan gedaan de plek, waar 't stoffelijk overschot rust van een braaf Nederlander en een braaf mensch, verlieten. Het Vaderland wijdt de volgende woorden aan de nagedachtenis van mr. Verniers'van der Loeff: Wie, die hem eenmaal gezien en gehoord heeft, kon ooit dien Caesarskop met die scherpe en energieke trekken vergeten, kon ooit zich losmaken van de bekoring van dat welsprekend woord, zoo snijdend, zoo over tuigend, zoo meesleepend Van der Loeff was een geboren redenaar. Zijn redevoeringen waren zeker geen model len van stijl en de stadhuis- en basterd woorden waarvan zij wemelden, deden de fijne taaiproevers vaak de haren te berge rijzen. Maar in de kunstige ordening der gedachten, in scherpzinnige dialectiek, in onverbiddelijke logica, bovenal in gloedvolle en indrukwekkende dictie zocht hij zijn wederga. Bovendien was het hem nooit om ledige praatjes te doenhij sprak alleen als hij zijn onderwerp geheel meester was en door een innige overtuiging werd bezield. Doorkneed in het recht, vooral in het han dels- en het fiscale recht, en in Gnancieele zaken, heeft hij zijn eerste triomfen behaald en zijn naam gemaakt in de pleitzaal zijner vaderstad Rotterdam, waar hij 7 Maart 1834 is geboren. De praktijk zeide hij vaarwel in 4874 om na korten tijd als lid van Gedep. Staten onzer provincie op te treden, en om in Maart 1876 lid der Tweede Kamer te worden voor het kiesdistrict Rotterdam. In 4878 benoemde het ministerie-Kappeyne hem tot lid van den Raad van State, totdat in 1884 Rotterdam hem opnieuw in de Kamer bracht, als opvolger van den heer Van Rees. Daarna zag hij telkens zijn mandaat her nieuwd, dat hij steeds met onverzwakten ijver en trouw vervulde, totdat bijna een jaar geleden een folterende kwaal den rustelooze dwong tot onafgebroken rust. Veel had men nog van hem verwacht, ja er waren velen in den lande, die hem be schouwden als den aangewezen leider voor een herhoren liberale partij, al is hem van sommige zijden zijn houding ten gunste der onderwijswet, vrucht o. i. van warme vader- landsliefde en politiek doorzicht, zeer kwalijk genomen. /Zeker is het, dat hij vele quaü- teiten voor het leiderschap bezat, en dat hg •met zgn veelzijdigheid, zijiiTalent,.rijn werk kracht wel voor meer dan éen portefeuille was berekend. Die kans is afgesneden, maar in de herin neringen der liberale partij zal hij blijven leven, als een der grootste en der beste krachten, uit haar midden opgestaan. Het Shlad verneemt dat de heer A. Gil- derneester, die sinds 4883 door Amsterdam werd afgevaardigd naar de Staten-Generaal, bij de eerstvolgende verkiezing voor het lid maatschap van de Tweede Kamer zich niet weder beschikbaar stelt. Tot voorloopige candidaten voor het lid maatschap der Tweede Kamer (vacature- Cremers) zijn, naar men uit Grootegast meldt, geproclameerd de heerenG. Zglma, land- houwer en lid der Prov. Staten te Westpolder, en prof. Gort v. d. Linden, te Groningen. Nu het zich hij de verandering van weers gesteldheid laat aanzien, dat spoedig hulp en hijstand hg watersnood zullen worden ge vraagd, wordt bij dezen in herinnering gebracht, dat hij de aanschrijving van 26 Februari 1861, no. 49 B. (beknopte uitgave van het Becudl Militair, blz. 851) aan de verschillende mili taire autoriteiten uitdrukkelijk aanbevolen is, om, wanneer de omstandigheden zulks vor deren, op eigen verantwoording zelfstandig te handelen, zonder den kostbaren tijd door het vooraf vragen van hevelen verloren te laten gaan. De bedoelde hulp en hijstand moeten dus worden verleend, niet alleen wanneer waters nood onverhoopt mocht zijn uitgebroken, maar ook wanneer ze in dringende gevallen tot voorkoming van rampen en onheilen worden ingeroepen. Stct De riviercorrespondentie op den IJsel is ingesteld. De ambtenaren hebben gisteren hunne posten betrokken. Door het dooiweder der laatste dagen zijn op sommige plaatsen de rails, voornamelijk tusschen Den Haag en Rotterdam, van de spoorbaan der Holl. IJzeren-Spoorwegmaat schappij, gezakt. In het belang der veiligheid zgn dienten gevolge op afstanden signalen geplaatst om langzaam te lijden. Te Katwijk-aan-Zee is door den plotseling ingevallen dooi veel verwoesting aangericht. Vele woningen werden door dammen tegen het instroomen van het water beveiligd. Som mige bewoners moesten hunne huizen ver laten; in een stal stond een paard tot den buik in het water. Den geheelen nacht was men druk aan het hoozen, om het van de duinen stroomende water uit de huizen te krijgen. Een gedeelte van het dorp was in een meer herschapen. Van de 650 leerlingen der openbare lagere school waren heden ochtend 2 aanwezig. De tram, die door lof- waardigen ijver in het verkeer bijna geen vertraging bracht, moest op haren tocht naar Leiden telkens langzaam rijden, daar anders de vuren der machines door het water wer den gedoofd. De spoorbaan tusschen Asselt en Apeldoorn en tusschen Bussum en Hilversum staat door den snellen dooi en hevige regens onder water, een gevolg van het niet wegzakken van het water in den bevroren grond. Een trein ging Zaterdagochtend door. Het water reikte tot over de assen. De dienst is daarna op deze trajecten gestaakt. Ook de dienst op de lijn Amersfoort Zutfen is gestaakt. De lijn AmsterdamAmersfoort wordt met overstappen door een enkelen trein he reden. Uit Apeldoorn wordt van Zaterdag gemeld r Een goederentrein, van Amsterdam naar Zutfen, .geraakte hedenochtend 't0 :5 ,uren bij Asselt';in 1 Bet .water, dat door '.den dooi wan de bergen was gestroomd. De trein, die met-kracht stoomde, derailleerde. Er staat daar ongeveer anderhalve meter water, waardoor moeilijk hulp'kan worden verleend. Ongelukken zijn er niet bij voorgekomen. Men gelooft, dat die toestand zeker wel drie dagen zal duren. De reizigers van Deventer en Zutfen vervolgden de reis naar Amsterdam over Hattem en Dieren. Van Hilversum tot Apeldoorn is de dienst ge- staakt, zoo ook op den Centraalspoorweg. Apel doorn is nog met Deventer en Zutfen in rommu- nicatie, doch men vreest meer verzakkingen.*1 Bij Apeldoorn en Beekbergen an elders komen stroomen van de bergen. Enkele huisjes zijn. verlaten. Veie plaatsen staan blank. De beken zijn gelijkgronds gezwollen. Enkele papierfabrieken verkeeren in gevaar. Uit Apeldoorn .meldt men nader Vijf wagens met vrachtgoed en steenkolen liggen nog dwars over de rails. Over eene lengte van ongeveer vijf kilometer is de lijn bedorven onder- zand, door het water meegevoerd, dat groote stuk ken uit den spoordijk sloeg. Zondag waren 4 70 werklieden aan het ontruimen- bezig, waarbij vele nieuwsgierigen een kijkjenamen. Gisteren waren 200 werklieden bezig om zoo spoedig mogelijk, na de ontruiming van de lijn, de gevallen wagens te verwijderen en de lijn te herstellen. Indien het werk goed vlot en de weg: en rails in voldoenden toestand gebleven zijn, kan vermoedelijk Donderdag de dienst hervat worden. Zaterdagavond bleef de locaaltrein Hattem Apeldoorn te Ernst in het water steken, dat onge veer 30 centimeter op de lijn stond. De reizigers voor Epe enz. konden slechts tot Ernst worden gebracht. Zondagmorgen was echter de dienst aldaar hersteld. Uit Beekbergen wordt van 24 dezer aan de N. B. Ot. gemeld Door den eigenaardigen geographischen toe stand van Beekbergen gelegen midden op de Veluwe en bijna geheel door een krans van heu vels omgevenverkeerden dezen nacht en ook thans nog velen in kommervolle omstandighe den. De met kracht ingevallen dooi, gevoegd hip den nedergevallen regen, deed bij ai Ie laag ge legen huizen bet water binnenstroomen, tot aar», de vensterbanken toe. Overal werd het waarge nomen in de keldersdie de winterprovisie bevatten, en in de stallen, waar het vee tot aan den buik -in het water-stond. Voor velen is dit een treurig onheil. Uit Eibergen De Berkel is in 24 uur zóo ge wassen, dat het water weder een voet hoog in de dorpsstraat staat. Er wordt ijverig gewerkt om het ijs, dat zich voor de brug in den Haaksbergschen weg vast zet, op te ruimen. Te Elburg heeft Zaterdag eene aardverschui ving op de'spoorbaaniplaats gehad. Dientenge volge konden de treinen de reis niet voortzetten. Te Venlo is gistermiddag de Maas met groot- geraas los geraakt. iDrie schepen werden als het ware platgedrukt en zonken onmiddellijk, terwij! drie anderewaaronder eene stoombootzeer gehavend werden. Het zware drijfijs bedekt de geheele oppervlakte der rivier en vertoont een- ontzaglijk gezicht. De Maas blijft steeds wassende en heeft hedenochtend te 8 uren eene hoogte van 5,95 M. boven nul, of 5.36 M. was sedert gisteren. De rivieren de Geul en de Gulp bereikten II- Zaterdag eene nooit gekende hoogte en traden buiten hare oevers. De woningen langs de Gulp te Gulpen gelegen liepen onder water. De be woners moesten naar den zolder vluchien en- konden slechts door het dak langs eene ladder de- woning verlaten. Vele woningen te Maasniel, Leeuwen, Asselt en Herten zijn onder water geloopen. Op «Kruis— heerenhof' onder Herten heeft men hetveenog- bijtijds gered, het water stond reeds tot op eene aanzienlijke hoogte in.de stallen. Te Lobith is de Rijn hedennamiddag te 1 uur losgeraakt. Waterstand 14.70. Te Horst staan gansche vlakten diep onder wa ter. Vele woningen liggen ais eilanden te midden- dezer watervlakte en zijn van alle verkeer versto ken. Bij verscheidene landbouwers is het water de stallen binnengedrongen en heeft men het vee, dat tot den buik in het water stond, naar hooger gelegen stallen moeten overbrengen. Uit Ruhrort -wordt ons van gisterochtend" 6 uur gemeld: Gisteravond tegen 10i/3 uur ging ook het nog boven onze stad vastzittende deel des

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1891 | | pagina 2