1 A° 1891. Vrijdag 1 Mei. N°. 7746. KENNISGEVING. KENNISGEVING. Vijf-©n veertigste Jaargang Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. Bttitenlandsche Bericliten. UITGEVER: J. ODÉ. Beschrijving der Personeeie Belasting en der Patenten. ENGELAND. Sir James Fergusson heeft Dinsdag in het Lagerhuis medegedeelddat bij de Britsche regeering het bericht is ontvangen, dat geene enkele mogendheid eenige bedenkingvan welken aard ook, heeft geopperd ten opzichte van de voortduring der macht, aan vorst Ferdinand als gouverneur van Oost-Rurnelië verleend. Wat betreft de quaestie van Newfoundland, verklaarde sir James Fergussondat er aan het ministerie van buitenlandsche zaken gee- neilei reclame bestaat van de Fransche regeering omtrent de nederzettingen en koloniën aan de westkust van Newfoundland tusschen 1783 en 1834, maar dat er in de correspondentie van den minister van koloniën een register aanwezig is, reclames behelzende die in 1784 door den Franschen scheeps bevelhebber aan den gouverneur der kolonie zijn gedaan. Bovendien bestaat er aan het ministerie van buitenlandsche zaken eene correspondentie, gedagteekend van 1789 en eene van 1831 betreffende het uitsluitend recht van visscherij. Wat aangaat de vraag om deze correspondentie aan het Parlement té onderwerpen, heeft de regeering het niet geraden geacht voorioopig en gedeeltelijk Stukken openbaar te maken, welke zij waar schijnlijk aan scheidsrechters zal moeten on derwerpen. De heer Howarth zal binnenkort in het Lagerhuis een voorstel doen om de kosten van naturalisatie te verhoogen tot op 10 pond sterling, teneinde de toenemende immigratie van behoeftige vreemdelingen zooveel mogelijk tegen te gaan. Luidens een telegram uit Simla, heeft generaal Graham op 25 April een aanval gedaan op een korps van 1000 Manipoers, die hij op de vlucht joeg. De Manipoers leden daarbij een verlies van 200 man. Het verlies aan Engeische zqde is1 iulandseh officier gedood en 4 Engeische officieren gekwetst. Blijkens berichten uit Calcutta heeft gene raal Collett aan den regent van Manipoer schriftelijk den eisch gesteld tot vrijlating van alle gevangenen, onder opmerking dat dit later eenige reden tot clementie jegens hem zou opleveren. De redevoering van lord Salisbury, in zake liet gebeurde te Beira, is te Kaapstad alge meen met voldoening ontvangen. De burgemeester heeft eene proclamatie uitgevaardigd, waarin hij mededeelt dat het voornemen om eene greote bijeenkomst te beleggen, om tegen de keizerlijke regeering te protesteeren, is opgegeven. Volgens bericht uit Kaïro trekken de der- wischen in massa bijeen in Dongola. Naar hetgeen in de telegraphische berichten uit Chili wordt gemeld, zouden de parle mentairen bereid zijn met een nieuwen staats president in onderhandeling te treden, mits hij zich verbindt zijne benoeming tot het presidentschap te doen bekrachtigen door een nieuw bijeen te roepen, vrij gekozen volkscongres. Balmaceda zou voornemens zijn naar Engeland te vertrekken. Bit Athene wordt aan de Daily New» gemeld dat de befaamde Liapis en vier vol gelingen uit Kreta ontsnapt en te Milos aan gekomen zijn. De zoogenaamde heilige bende van Kreta is geland in de Peleponnesus. De gouverneur van Kreta heeft eene procla matie uitgevaardigd tegen de eilandbewoners, die voortgaan te Athene gewapende benden te vormen. Die benden zullen, zoo zij be proeven op hei eiland te komen, gestreng gestraft worden. Drie colonnes Engeische troepen zijn te Manipoer binnengerukt; zij vonden de stad verlaten en geplunderd. DUITSCHLAND. Be Rijksdag stemde bij het voortzetten der beraadslaging over het suiker-belastings- voorstel tegen paragraaf 67 (uitvoerpremiën); evenzoo met algemeene stemmen tegen par. 2 (verbruiksbelasting) en tegen par. 64 (inko mend recht). •Bij de verdere behandeling der staatsbe- grooting bij tweede lezing in het Huis van afgevaardigden heeft de minister-president Caprivi gezegd, dat er onmogelijk kan worden geconstateerd, hoe het Welfenfonds in de laatste' twintig jaar is beheerd. Alle rekenin gen en quitanfiën werden telken jare verbrand. Men heeft gemeend door middel van het fonds alle rechtstreeksche en zijdelingsche woelin gen van' koning George te kunnen tegengaan. De regeering was daartoe ten volle gemach tigd. Ten onrechte heeft men haar daarover ver wij tingen doen hooren. In het begin des vorigen jaars was de regeering voornemens, de administratie over liet fonds te regelen. Het tijdstip scheen daarvoor niet geschikt, doordien de Welfische beweging in Hannover destijds toenam. Een gedeelte der uitgaven, zooals bijv. pensioenen, waren van zeer delicaten aard. Bovendien rees de vraag, of de inkomsten, die het fonds opleverde, alleen voor Hannover moesten worden ge bezigd. Daarom heeft de regeering tot nog toe niet kunnen besluiten tot eene verande ring over te gaan. Zij is echter voornemens, in de eerstvolgende zitting van den Landdag een ontwerp te dier zake in te dienen. Daarbij wil zij de tot nu toe gevolgde be stemming van het fonds veranderen, liet onder een meer openlijk bestuur brengen en den lande eene contróle daarop verleenen. Eene spaarkas voor het Huis van Hannover moet het fonds niet zijn. In antwoord op eene vraag, verklaarde Caprivi ook nog, dat de regeering voornemens is, nog voordat de nieuwe wet betreffende het fonds zal zijn uitgevaardigd, de daarin nedergelegde begin selen in toepassing te brengen. Het verbranden van quitantiën was intusschen niets buiten gewoons geweest, daar het in den aard der lOliRJtl Abonnkmentspkïjs, per kwartaal1.85. franco per post, door liet geheele Rijk- 2.50. Afzonderlijke Hommers - 0.10. BUREAU: BOTKRlïKAAT, B 2 7. Advertentieprijs; van 1-10 gewone regels met inbegrip van eene Courantf 1.10, Iedere gewone regel meer- O.10. Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal betekend. Burgemeester en Wethouders van Schiedam Gezien de besluiten van den Heer Commissaris des Konings in de Provincie Zuid-Holland van den 23sten April jl. litt. A. Nos. 338/1 en 2 (3e Afd.) JProv. Bladen Nos. 27 en 28, betrekkelijk de beschrijving .der Personeeie Belasting en van het Patentrecht voor •het dienstjaar 1891..92. Doen te weten: j. Dat de uitreiking van de verklaringen aan de patent- plicMigen, met uitzondering van die, hierna onder nos. 3 en 4 genoemd, voor het dienstjaar 1891/92 zal aanvangen op Woensdag den 6den Mei aan staande, en dat de wederinzameling dier verklaringen acht dagen daarna zal geschieden, binnen welken tijd deze verklaringen door de belanghebbenden be hoorlijk zullen moeten worden ingevuld; 6, Dat de registers der patentplichtigen zullen worden gesloten uiterlijk op den 31sten Mei aanstaande, en later geene verklaringen meer mogen aangenomen wordenwordende wijders de belanghebbenden ver wezen naar het bepaalde bij artt. 1 en 37 der wet van den 21 sten Mei 1819 (Staatsblad na. 34), handelende, zoo over de verplichting van hen, welke bij de algemecne beschrijving zijn overgeslagen, als over de boeten tegen verzuim van en gebreken in de aangifte zelve te verbeure*; 3. Dat de tijd tot het doen dei-aangifte door Schippers, Eigenaars van of Directie-Voerenden over Vaar tuigen, mitsgaders reizende Kooplieden, Commis- siounairs, Fabrikanten, Factoren, Kantoorbedien den, Inlandsche Kramers, Pebitanten van Loterij briefjes en Ondernemers van Publieke Vermakelijk heden aanvang; op den 1 sten Mei aanstaande en eindigt op den 15den derzei fde maand, voor zooveel het beroep niet in den loop des jaars wordt aangevangen, en met dien verstande, dat de Schippers, of Directie-Voerenden over Vaartuigen, welke gebruik zonden kunnen maken van het vermogen, hun krachtens 19 en 20 der XVIe tabel toegekend, tot aan den laatsten Mei, met de vertooning van het bewijs van gedane aan gifte zullen kunnen volstaanwelk# aangifte zal belmoren te geschieden ter Secretarie der Gemeente van 9 uur des morgens tot 3>/, uur des namiddags '4. Dat de uitreiking van de verklaringen aan de patentplichtigen, vermeld onder nos. 37 tot 40 van tabel XIV der wet, zijnde Slijters iu wijnen, sterke dranken en likeuren, Tappers, Kroeghou ders, Koffie hu ishouders enz., zal moeten geschie den onverwijld na het ingaan van het belastingjaar, zijnde voor het jaar 1891/92 op den eersten Mei a.s., terwijl deze na verloop van drie dagen zullen afgehaald worden; 5. Dat de beschrijving voor de Btrtoneele Belasting voor het dienstjaar 1891 '92 insgelijks een aan vang zal nemen op Woensdag den Oder: Mei aanstaandeterwijl zijdie op den 20sten dier maand geen biljet mochten ontvangen heb ben, verplicht zullen zijn, er een ten kantore van den Ontvanger der Directe Belastingen te doen afhalenen aldaar, behoorlijk ingevuld, terug te bezorgen vóór den 31 sten derzelfde maandstrek kende verder tot naricht met betrekking tot de berekening van den aanslag voor de Huurwaarde, de Beuren en Vensters en de Haardsteden, dat de bevolking van de kom dezer Gemeente be draagt een aantal van 25152 zielen; 4, Dat; ingevolge art. 29 2 der wet van den 29sten Maart 1833 Staatsblad no. 4), tot Tegen- schatters in deze gemeente zijn benoemd de Heeren: AUGUSTINUS NO.LEN, MARTIN US WOUTERLOOD, JOHANNES PBANCISCUSROZE- STRATEN en JAN JACOB VORMER; 7. Dat bij bezwaarschriften tegen de aanslagen in zake de personeeie belasting en het patentrecht, ingevolge art. 1 der wet van den 4n April 1870 Staatsblad no. 60) behoort te vorden overge- .legd een duplicaat van het aanslagbiljet, tegen Ci betaling, van 5 cents bij den ontvanger verkrijg baar gesteld. Wordende voorts de 'ingdzalenen aandachtig ge smaakt op hunne verplichtingen om in- en uitwonende ienstboden der eerste, en de in- en «ifwonende dienstmeisjes der vierde klasse, die op 1 Mei 1891 reeds en leeftijd van 15 jaren zullen hebben bereikt, in «Ie belasting aan te geven, alsmede op de wijzigingen welke door de Wet van den 9 April 1809 Staatsblad no. 59) in de Wetter betreffend# de Personeeie Belasting van 1833 en 1843 zijn gebracht, en wel bijzonder op de volgende artikelen der Wet van 1869, te weten Art 5, waarbij is bepaald, dat de belasting niet is verschuldigd wegens de eenige vrouwelijke be nendeoverigens naar de eerste, derde of vierde klasse belastbaar, in dienst van den belastingplich tige, welke geene andere bedienden houdt en vier of ineer eigen of aangehuwde kinderen, kindskinderen of pupillen bij zich heeft inwonen, die op den eersten Mei des jaai-s, waarover de belasting loopt, jonger slan een en twintig jaar zijn. Art 7 houdende bepaling dat de eerste twee paragraphsn van art. 27 der bovengenoemde wet van 1833 worden gelezen als volgt: §1 Die na den 15 Mei een perceel in gebruik neemt, is voor dit perceel de belasting naar de eerste vier grondslagen voor den tijd des dienstjaars, die dan nog over is, verschuldigd. 2. Aan den belastingplichtige, die in den loop des dienstjaars een perceel verlaat, zonder daarin eenige roerende goederen of iemand in zijn dienst achter te laten, wordt ontheffing verleend van zijn aanslag naar de eerste vier grondslagen voor den tijd des dienstjaars, die dan nog over is, indien daarvan door hem, binnen den tijd van eene maand, vol gende op die waarin hij het perceel verliet, tegen bewijs, schriftelijke aangifte is gedaan ten kantore van den ontvanger, op een aldaar kosteloos verkrijg baar biljet De ontheffing wordt ook verleend over het drieriiaande- lijksche tijdvak waarin het perceel werd verlaten, indien de belastingplichtige daarna, doch iu den loop van hetzelfde tijdvak een "ander perceel, waarvoor hij belastingplichtig is, in gebruik neemt Bij overlijden van den belastingplichtige treden zijne erfgenamen in dezelfde rechten en verplichtingen. De aangiften, volgens het eerste en derde lid inge diend, worden als gewone bezwaarschriften aan gemerkt en behandeld. En is hiervan afkondiging geschied, waarhet- "behoort, den 29sten April 1891. Burgemeester cn Wethouders van Schiedam, NAN DIJK VAN MATENESSE. De Secretaris, VERNÈDE. Inrichtingen, welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken. Burgemeester en Wethouders van Schiedam Gelet op Art. 8 der wet van den 2den Juni 1875 Staatsblad no. 95); Geven kennis aan de ingezetenen, dat op heden aan H. L. BREVE en zijne recht verkrijgenden vergunning verleend is tot oprichting eener steenhouwerij in het pand aan de Schie alhier, wijk D no. 95, kadaster sectie A no. 1. S c li ie d a m, den 30sten April 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VAN DIJK VAN MATENESSE. De Secretaris, VERNÉDE.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1891 | | pagina 1