A". 1891. Zaterdag 2 Mei N°. 7747. KENNISGEVING. PUBLICATIE. schutter!. Feu 11 e t o n. Het goud van de Orion. ij f-en-veer tig-ste Jaargang. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. Oproeping tot de Inschrijving voor de Schutterij. Bii itenlandsch e Be richt en. UITGEVER: J. ODÉ. BVKEAC: BOÏiÏÏiTRAAT, K 2 5. ENGELAND. In het Lagerhuis zeide Worms, dat de regeering niet weet, of de Fransche autori teiten aan de pers iets aangeboden hebben als lokaas, of getracht hebben de visschers in Newfoundland te bewegen inbreuk te make* O) ie reglementen. De regeering heeft van de gedelegeerden van Newfoundland geen andere voorstellen ontvangen dan in het Hoogerhuis ontwikkeld zijn. Smith vroeg de prioriteit voor de wet tot terugkoop van gronden in Ierland. James stelde voor de wet voor de zitting van Woensdag aan de orde te stellen. De regee ring bestreed het amendement, dat aange nomen werd met 218 tegen 159 stemmen. De oppositie juichte deze beslissing toe. Het voorstel van Smith, aldus gewijzigd, werd aangenomen. De pas geschiede volkstelling in de Kaap kolonie stelt het geheele bevolkingscijfer pp 1,524,000, waarvan 377,000 blanken, 848,000 zwarten -en 299,000 anders gekleurden. Volgens bericht uit Calcutta vonden de Engelschen te Manipoer een schrijven van den regent, waarin hij beweert zelf onschuldig te zijn en aandringt op een onderzoek. Volgens bericht uit Kairo moet de mahdi zeer vergramd zijn wegens Osman Digna's nederlaag, alsook over de bezetting van Tokar. Hjj zond daarom aan de emirs het bevel, alle beschikbare mannen te concentreerea tusschen Ondoerman en Dongola, tot oprukken noordwaarts. De Daily Ne uw verneemt uit Moskou dat de vlucht der joden voortduurt Alle niet- Grieksche geestelijken worden overstelpt met aanvragen van joden, die verlangen gedoopt te worden om aan de vervolging te ontgaan. De wet echter laat dergelijken overgang voor joden niet toe, maar beperkt dien tot Pro testanten en ïtoomschen. Abonnementsprijs, per kwartaal Jranco per post, door liet geheele Rijk Afzonderlijke noinmers T 1.85. - 2.50. - 0.10. Advertentieprijs: van 110 gewone regels met inbegrip van eene Courant. f 1.13. Iedere gewone regel meer..- 0.10. Deuemaac geplaatst wordt tegen twekhaai. berekend. Burgemeester en Wethouders van Schiedam. Gezien de Wet op de Schatterijen van den llden April 1827, en in het bijzonder gelet hebbende op -di artikelen der Wet, welke in betrekking staan tot de jaarlijksche inschrijving, zoo tot de bestaande Registers van vroegere jaren als tot de inschrijving welke gedurende de laatste helft der maand Mei ■moet geschieden: Doen te weten: Dat de Registers ter inschrijving voor de SCHUT TERM, van de geborenen in ie jaren 1857 tot I860 ingesloten, zullen worden geopend ter inschrijving van alle mannelijke ingezetenen, die tot het laatst- gemelde jaar behooren, alsmede van hen, die, in de orige jaren geboren zijn en sedert de laatst vorige inschrijving zich alhier metterwoon hebben neder gezet, waaronder ook begrepen zijn de militairen, na •dien tijd gepasporteerd, en de vreemdelingen, fan buiten het Rijk gekomen, die zich alhier hebben gevestigd, voor zooverre deze laatste het voornemen m zich in dit Rijk neder te zetten, hebben aan den dag gelegd, hetzij door eene uitdrukkelijke verklaring, hetzij door de werkelijke overbrenging van den zetel van nun vermogen en de hoofdmiddelen van hun bestaan naar herwaarts, zonder dat de tijdelijke uit oefening van eenig bedrijf of handwerk, in eenige ■ondergeschikte betrekking, als zoodanig voornemen wordt aangemerkt; allen welken zullen worden in geschreven in dat Register, waartoe zij volgens hun nen ouderdom behoore Dat van deze inschrijving niemand der vermelde personen is uitgezonderd, maar dat allen zonder ■onderscheid daarin begrepen zijn, al ware het ook, dat zij zouden vermeenen, volgens de wet, tot vrij gestelden of uitgestotenen te behoorenzullende der- iialve alle de bovengemelde», daartoe bij dezen wordende opgeroepen, moeten verschijnen ten "Raadhuize der Gemeente op Zaterdag den 16den Mei of Dinsdag den 19de» Me 1891, op beide dagen van des voormiddags 10 tot des ■Middags 12 ure, teneinde zich te laten inschrijven. De opgeroepenen zullen verplicht zijn, bij hunne inschrijving opgave te doen van hunne namen, voor- en bijnamen, van de plaats en den tijd hunner ge boorte, hunner woonplaats met aanduiding van wijk en nommer, het beroep hunner ouders en dat van hen zelf, of zij zijn gehuwd, ongehuwd of weduwnaar, het getal hunner kinderen van beider geslacht, sedert wanneet zij ingezetenen der Gemeente zijn en van waar zij alhier zijn koinen inwonen, en eindelijk van de redenen, die zij zouden vermeenen, hen van de schutterlijken dienst vrij te stellenof daartoe onbevoegd te maken, naar aanleiding van artt. 3 en 4 der Wet, met opgave van het artikel en onderdeel der Wet waarop zij zich beroepen. Wordende voorts ieder hunner, buiten deze Gemeente geboren, aangemaand, om zich tijdig van een geboorte akte te voorzien, en zich alzoo van zijnen ouderdom te verzekeren, teneinde de inschrijving behoorlijk kunne geschieden, ea om te voorkomen, dat iemand door eene verkeerde opgave van zijnen ouderdom vervalt in de straf lij de Wet bepaald. Terwijl Burgemeester en Wethouders voornoemd de hierbij belanghebbenden waarschuwen, om zich van hunne verplichting in dezen te kwijten; vermits uit krachte van art 9 der Wet en art 6 van het K.K. Besluit van 21 Maart 1821, al degenen, welke zich vóór het sluiten der Registers, op den eersten Juni eerstkomende niet hebben laten inschrijven, alsnog ambtshalve zullen worden ingeschreven, en dat zij dientengevolge zullen worden verwezen in eene geld boete, en daarenboven zonder loting bij de Schuttel ij ingelijfd, indien het zal blijken, dat er, tijdens de verzuimde inschrijving, geene redenen tot vrijstelling of uitsluiting ten hunnen aanzien bestonden. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den lsten Mei 1891. Burgemeester en Wethouders van Schiedam, VAN DIJK VAN MATENESSE. De Secretaris, VERNÊDE. Burgemeester en Wethouders van Schie dam, Gelet hebbende op art. 7 van het Koninklijkbesluit van den 7nSeptemberl828(Stea&M«dna55),roepen bij dezen alle personen op, die als gehuwd of weduw- naars met kind of kinderen in het afgeloopen jaar, uit dien hoofde in de tweede klasse van de algemeene rol der Schutterij gebracht zijn geworden, doch sedert dien tijd, door het overlijden hunner vrouw of kin deren, de bevoegdheid verloren hebben om in die klasse te verblijven, en dus alsnu in de eerste klasse der voor dit jaar op te maken algemeene rol gerangschikt moeten worden, om van dusdanige verandering van omstandigheden kennis te geven, of wel zich daartoe ter Secretarie dezer Gemeente aan te melden vóór de aan te vangen inschrijving des morgens van 10 tot 12 ure, en dut uiterlijk op den 15den Mei aanstaandezul lende bij verzuim dezer aangifte, de belanghebbende, ingeval hij, dientengevolge niet op de bijzondere rol mocht zijn overgenomen, dadelijk volgens art. 8 van voornoemd besluit bij de Schutterij worden inge lijfd, tegen ontslag van hem, die in zijne plaats is op geroepen, alles onverminderd de toepassing van de straf bedreigd bij art. 1 der wet van 6 Maart 1818 (Staats blad no. 12), namelijk eene geldboete van ten hoogste vijftig gulden en eene gevangenisstraf uiterlijk van drie dagenhetzij afzonderlijk of wel beide straffen te tarnen genomen, Voorts brengen Burgemeester en Wethouders voor noemd ter kennis van de belanghebbenden, dat zij, die hu» 34ste jaar "hebben voleindigd en tot de reserve be hooren, alsmede van hen, die daarbij vijf jaren hebben gestaan, op grond van artt. 25 en 26 der wet van den llden April 1827, indien zij zulks verkiezen., kunnen worden ontslagen weshalve ieder, die van dit recht loemeht gtiruik te maken, aangemaand wordt om zulks ter ken nis tan het Bestuur dezer Gemeente te brengen, door eene verklaring, schriftelijk te doen, en ter Secretarie voor noemd te bezorgen uiterlijk vóór 30 Juni aanstaande, vermits zijdie zulks niet mochten verrichten, gehouden worden voor Vrijwilligers s die niet vroeger Aan in de maand Juni van het volgende jaar hun ontslag op boven staande wijze kunnen aanvragen. En is hiervan afkondiging geschied, waar het be hoort, den lsten Mei 1891. Burganeester en Wethouders van Schiedam, VAN DIJK VAN MATENESSE. De Secretaris, VERNÉDE Roman van II. ROSENTHALBonin. 45. Maar terwijl Alaf nog sprak, trof hem een slag, die hem deed omtuimelen. Als eene leeuwin, wie •men liare jongen rooft, schoot Njetta op hem toe, zette hem de knie op de borst en greep reeds oaar zijn keel, schreeuwende: sVoor die woorden zult gij sterven, hond, ja, sterven zult gij toen Björn op het alarm toeschoot en nog juist bij tijds zijne dochter van den half bedwelmden en weerloozen man afrukte. Terwijl Alaf overeind krabbelde, wrong zij zich los. «Neem dat woord terug 1" schreeuwde zij, nu geheel buiten zich zelve. De andere had door den onverwachten bijstand weer moed gekregen en antwoordde: iDat doe ik niet-en ik zeg er bij, dat ik het aan den strandvonder zal vertellen, die uw liefje wel '.achter slot en grendel aal weten te krijgen. Ik hoop Wf bij te zijn." ïAIs gij dat doet, zijt gij een man des doods, Alaf!" zeide Njetta op zoo kouden, snijdenden toon, dat Björn er van verbleekte en Alaf er van rilde. Deze kalme waarschuwing werkte meer uit dan de wilmie, woedende uitval van daareven, al nam Alaf nog de houding aan van er niet aan te geiooven. Nog even rustig vervolgde Njetta:. nZoodra ik van uw gang naar den strandvoogd het minste verneem, zult gij sterven, even zeker als ik dit doode hout ter aarde werpEn zij liet het hout, waarom hare hennep gewikkeld geweest was, met eene eigenaardige beweging op den grond vallen. «Och Alaf," met deze woorden trad nu Björn tusschen beiden, a>ga nu naar huis en laat haar met rust. Gij kent haar en weet wel dat zij in bare opgewondenheid soms dingen zegt, die zij zoo niet bedoelt." «Behoud uwe dochter," sprak Alaf trotsch. vAls zij geen vrouw ware, dan zou ik haar wel anders onder handen genomen hebben. Door een man had ik mij niet laten slaan." De booze blikken, die deze woorden vergezelden, troffen Njetta. dVergeet het niet," riep deze, sals gij gaat, dan kunt gij uw testament maken!" Alaf girig lachende heen en Njetta begaf zich in huis. sAlafriep Björn. De jonge man bleef staan en Björn ging naar hem toe. sDoe het niet," zeide deze: sik ken mijne doch ter; als gij uwe bedreiging vervult, beleven wij een ongeluk." sik ben niet bang vóórhaar," was het antwoord, smaar wil toch toegeven, als zij mij verschooning vraagt voor den slag. Daarvoor wil ik nog eens terugkomen, Björn." Met deze woorden keerde Alaf zich om en sloeg het rotspad in. »Gij zult ons allen nog in het ongeluk storten," zeide Björn tegen zijne dochter, die hij schijnbaar rustig weer aan den arbeid vond. «Hij moet sterven, als bij tegen de strand- voogdij een mond opendoet," riep Njetta; ieder ander zou hetzelfde gebeuren." Vol onrust schudde Björn het grijze hoofd. «Zij beeft een ijzeren wil," mompelde hij, «zij zal doen wat zij zegt, als wij geen middel weten om het 4e verhinderen. Wat doet de man ook in die nood lottige zaak te roeren." En de grijsaard, van wiea de dochter het volkomen evenbeeld was en die toch ook weer zoo vreedzaam, zoo afkeerig van alle twist en tweedracht was, peinsde er den gau- schen nacht over, hoe het dreigende onheil af te wenden. •14e Hoofdstuk. Stuurman Ritschard's geduld werd zwaar be proefd. Overal had het schip, waarop hij dienst genomen had en dat met stukgoederen geladen was, oponthoudhier om te lossen, daar om nieuwe lading in te nemen. Te Marseille lag het zelfs twee maanden stil. Charles had daardoor wel gelegenheid om navraag te doen naar den door hem omschreven persoon, maar die onder zoekingen hadden geen resultaat. Er rees bij hem twijfel of de gezochte wel naar het Zuiden en niet veeleer naar Engeland of naar Amerika getrok ken zou zijn. Doch de omstandigheid, dat hij geett geld had, nu hij de vijfhonderd pond van den kapitein had afgegeven en er bij hem nog slecht» eene som van vijftig thaJer gevonden was, pleitte^ naar 'sstuurmans inzicht, tegen deze onder stelling. Wonll vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1891 | | pagina 1