Gemengde Berichten. Post en Telegraphie. Land- en Tuinbouw. Door liet Utreclitseli genootschap van kun sten en wetenschappen zijn voor 4891 de volgende prijsvragen uitgeschreven «Natuur- en geneeskunde". 1. Een onderzoek der ontwikkelings-geschiede- nis van een of meer soorten nitdeafdeeüng der ongewervelde dieren, waarvan de ontwikkelings geschiedenis nog onbekend is, vergezeld van de ter verduidelijking van den tekst gevorderde afbeeldingen. 2. Een zelfstandig onderzoek naar de oorzaken der beweging van het water in de levende plant, vergezeld van een critiek der vroegere onder zoekingen. 3. Het genootschap verlangt voor verschillende dierklassen door nieuwe proefnemingen onder zocht te zien, welke organische of functioneele eigenschappen door verschil van omstandigheden en levenswijze worden verkregen, en in hoevene die op volgende geslachten worden voortgeplant, zoowel bij terugkeer tot de oorspronkelijke als bij voortzetting der gewijzigde levensvoorwaar den, met en zonder kunstkeus. 4. Een onderzoek naar de werkzame bestnnd- deelen van Ranunculus acris L. en Ranunculus sceleratus L. en naar de uitwerking daarvan op het dieilijk organisme. 5. Het genootschap verlangt een proefonder vindelijk onderzoek tot beslissing van de vraag, of de uitkomsten der bepalingen van de diëlec- tiische constanten veieenigbaar zijn met de ver gelijking MaxwellK iq. «Letteren, wijsbegeerte en geschiedenis". 6. Een geschiedenis van de handelsbetrekkingen tusschen de republiek derVereenigde Nederlanden en de Levant. 7. Welken invloed hebben de uitgewekenen uit de Zuidelijke Nederlanden die zich in de XYIe en in het begin der XVIIe eeuw in onze noordelijke gewesten kwamen vestigenop den bloei van handel en nijverheid geoefend? 8. Het leven en de werken van dr. Samuel Coster. 9. De invloed der treurspelendie op naam van Seneca gaan, op het Nederlandsch tooneel inzonderheid op dat der XVIIe eeuw. 10. Een geschiedenis van de critiek en inter pretatie van iloratius sedert de eerste uitgave der Carmina door Peeiilcamp in 1833. 11. Componuntur fasti quain fieri possit locuplo- tissimiqui facta ad rern scenicam Graeeorum pertinentia complectantur, additis et veterum testimoniis et etuditorum argumentis. «Rechtsgeleerdheid en staatswetenschappen". 12. Het genootschap verlangt de rechtsge schiedenis van een der voornaamste Noord- nederiandsclie steden. 13 Een geschiedkundig onderzoek naar den aard van boedelhoudersrhap volgens het oud- vaderlandsche recht. 14. Een geschiedkundig onderzoek naar het aasdoms- en schependomsrecht in Holland en Zee land en, voor zooveel het daarmede verwant is, naar het erfrecht der naburige provinciën. 15. De rechtstoestand der wegen, vaarten en weteringen, ten openbaren gebrnike bestemd of aangewezen, in een der provinciën van Nederland, ook geschiedkundig toegelicht. 16. De geschiedenis van het kerkelijk rechts wezen in een bepaald gedeelte van het tegen woordig Nederland vóór de Hervorming. 17. Een beschouwing der licht- en schaduw zijden aan de medewerking van het loeken- element inzonderheid van de jury aan de rechtspraak in strafzaken verbondenen een gemotiveerd oordeel, zoowel omtrent dit punt in het algemeen als omtrent de vraag, of de in voering daarvan in ons vaderland wenscheiijk is. 18. Het genootschap verlangt een verhande ling over het arbeidscontract (huur van diensten) en de wijze waarop het bij de wet behoort te u kon stellen, dat die onmogelijkheid alle ander gevoel in mij moest onderdrukken. Nu is onze verhouding anders geworden. Ik ben door mij zeiven geworden, wat ik wilde zijn, heb zonder uw geld aan m ijn lust tot studie gevolg gegeven, heb mij daardoor opgewerkt tot uw gelijke en gij zult nooit kunnen zeggen, dat ik dit aan u te danken heb. En nu -— wanneer gij mij nog wilt, iieve, zooais vroeger, ik bied u hart en hand, het hart en de hand van een man, die u vereert en u, zooveel in zijn ver mogen is, gelukkig wil maken." «Uw hart ook?" vroeg Geesje, beurtelings rood en bleek wordende. «Mijn geheele hart," antwoordde William, «want wanneer ik ooit iets voor eene vrouw gevoeld heb, dan was het voor u, en meer kan ik u niet bieden." «Het is de liefde in kiem," sprak Geesje, ham met hare zachte, blauwe oogen liefdevol aanstarend«dit weet, dit gevoel ik maar ik zal haar kweeben, haar koesteren, Willem, worden geregeld, onder vergelijking van hetgeen ten opzichte van dit onderwerp in de laatste twintig jaren ook in andere landen op wetgevend gebied is verricht. 19. Het genootschap verlangt een verhandeling over de vereenigingen tot het monopoliseeren van bepaalde takken van bedrijf (rings, pools, trusts, Kartelle) haar ontstaan, haar werking, baar econo mische beteekenis haar voor- en nadeelenen haar invloed op den toestand der arbeidende klassen, benevens de houding door den wetgever tegenover haar aan te nemen. De verhandelingen, bestemd oro naar den uit geloofden eereprijs te dingen, moeten vóór 1 Dec. 1892 in handen van den heer R. Mei vil van Lijnden secretaris des genootschaps zijnmet uitzondering van antwoord op vraag 1, die blijft doorloopen en waarop dus telken jare vóór 1 Dec. een antwoord kan worden ingezonden, en van dut op viaag 3, waarvoor de termijn van beant woording tot 1 December 1894 openstaat. Voor de best gekeurde beantwoording van elk der bovenstaande vragen wordt een prijs uitge loofd bestaande in een eere-diploma en 300 gulden. De heer dr. P. F. van Hamel Roos schrijft in het jongste nummer van de ïtevae inter nationale des falsifications sik ben in de gelegenheid geweest monsters boter, in blikken doozen bewaard, te onder zoeken. Op deze doozen stond de naam van den verkooper met de bijvoeging: seerste qualiteit". De inhoud geleek meer op kunst boter van slechte, dan op natuurboter van de allerslechtste hoedanigheid. En dan moest ik nog vernemen, dat dit smerige goed in de O.-I. bezittingen betaald werd met denzelfden prijs als echte boter! Op die manier lijkt het my niet twijfelachtig, dat een eerlijk koopman de mededinging niet kan volhouden. sik vestig de aandacht van ieder, dien het aangaat, op dezen staat van zaken. Is de boter- wet in de koloniën niet van kracht, laat dan ten minste de voor die gewesten bestemde koopwaren onderzocht worden, terwijl zij nog in het land zijn, waar ze vervaardigd worden. sik ben voornemens, met de meest moge lijke voorzorgen monsters te nemen, teneinde zeker te zijn dat de naam, die op de vaten vermeld staat, ook die van den fabrikant is. Ik twijfel niet of de wet is in staat, dit bedrog te straffen, al houd ik het er ook voor, dat de bedriegers middelen zuilen zoeken om de wet te ontduiken. Zij zullen bijvoorbeeld hunne waar, bij den uitvoer, opgeven voor hetgeen zij werkelijk is, bij voorbeeld: soud vet eerste qualiteit", en haar later, om ze te ver- koopen, weer den naam van boter geven. »Er is sedert kort ta Londen eene Neder- landsche Kamer van koophandel opgericht, met het doel de Hollandsche zuivelnijverheid uit haar verval op te heffenmaar indien het onkruid niet wordt uitgeroeid op de plaats waar het groeit, dan staat het te vreezen, dat het Engelsche snoeimes, hoe nuttig ook op zich zelf, niet de wortelen en de vertakkingen van het kwaad zal afsnijden." De letterkundige vereenigiug »Jan Frans Wiilems" van Antwerpen schrijft een prijs- en het plantje zal een boom worden en onder zijne takken zullen wij ons huis bouwen en er zal geluk en vrede in wonen." »Ik geloof, dat gij dit kunt," was het harte lijk antwoord van William, terwijl hij het bevende meisje tot zich trok en haar teeder aan het hart drukte. De vriend, die Geesje's vader bezighield, was een denkbeeldig wezen, dat moest dienen om hein een vrijen avond te verschaffen, ten einde eens ongezien en ongestoord met William te kunnen spreken. Terwijl Geesje bij de Lom bardi's was, bleef ktj fflstig thuis tot aan den tijd, dat de werkzaamheden aan de fabriek waren afgeloopen. Toen nam hij een gondel en voer naar Murano. Hij verzocht William om een onderhoud. «Gij zult niet licht raden, Willem, waarom ik heden alleen tot u kurn," zoo ving hij het gesprek aari. «Neen," zeide Willem, die niet kon weten, kamp voor oorspronkelijke novellen uit, waarop de letterkundigen van Zuid-Nederland worden uitgenoodigd, de leden der vereeniging uitgezonderd. De volgende prijzen worden aan de best gekeurde novellen toegekendEerste prijs: 100 fr. en een verguld eere-metaal. Tweede prijs: 50 fr. en een zilveren eere metaal. De bekroonde stukken blijven, gedu rende een jaar na de uitspraak van de jury, eigendom der vereeniging en kunnen door haar uitgegeven worden. De novellen moeten vrachtvrij ingezonden worden voor 1 Novem ber 1894 aan M. J. B. van den Oever, schrijver- schatbewaarder der vereeniging, Steenhou- wersvest 20, Antwerpen. Zij moeten voorzien zijn van eene kenspreuk, welke herhaald wordt op den omslag van een gesloten briefje, bevat tende den naam en de woonplaats van den schrijver. Ernst Possart heeft de afgeloopen week een engagement naar Amerika voor twee jaar afge sloten, op zulke buitengewone voorwaarden als in de geschiedenis der Amerikaansche contracten nog niet bekend zijn. Possart' ontving namelijk voor zijn optreden in Amerika niet minder dan een haif millioen mark. Hiervoor verbindt hij zich om gedurende twee jaar, acht maanden van ieder jaar te spelen, en wel van begin October 1892 tot einde Mei 1893, en van October 1893 tot einde Mei 1894. Ieder jaar zal hij opzijn reis door Amerika minstens 200 avonden optreden tegen een honorarium van 250 dollars per voor stelling en op minstens 50 matinées tegen 200 dollars per keer. Als waarborgsom zijn 30.000 dollars bij een bank gedeponeerd. Possart zal slechts in twaalf verschillende, bij contract be paalde, rollen van zijn repertoire optreden, van welke bij 11 met een Engelsch ensemble zal spelen. Slechts den Shylock zat hij in het Engelsch vertolken. Het contract verzekert den heef Possart nog boven het halve millioen, vrije logement 1ste klasse voor drie personen en nog menig voordeel van verschillenden aard. De beroemde tuinen, de Orti Oricellari genaamd te Florence, zullen eerstdaags tot iiet verleden behooren. Reeds is de bijl bezig de prachtige boomen te veilen van die beroemde plek gronds, die onafscheidelijk verbonden is met de lite rarische en kunstgeschiedenis van de schoone stad. Na in verschillende handen te zijn geweest, is de plaats eindelijk in 't bezit gekomen van iemand, die te Parijs woont en die, na de beelden en kunstschatten naar Parijs te hebben doen overbrengen, het paleis heeft verkocht. De ver tegenwoordiger van een der beroemdste FJoren- tijnsche familién was de kooper, doch de tuinen, waaraan nog wel zoovee! herinneringen verbonden zijn als aan het paleis, werden niet-door dezen aangekocht, en zoo zal weldra geen spoor over blijven van de plek, die door alle vreemdelingen werd bezocht, als een der schoonste gedenkplaatsen van Florence, en zelfs van geheel Italië. dat Geesje haar vader nog niet gesproken had. «Met al uwe kennis zijt gij niet vlug van begrip," zeide Jansen. «Ik kom om u te zeggen, dat eene verklaring uwerzijds noodig wordt omtrent de verhouding tusschen u en mijne dochter. Het meisje lijdt onder de onzekerheid waarin gij haar laat." «Dus heeft Geesje u nog niets gezegd vroeg William. «Natuurlijk heeft zij mij iets gezegd," her nam Jansen. «Zij heeft er tegenover mij nooit een geheim van gemaakt, dat die betrekking bestaat en heeft er zich ook laten afbrengen. Het moet af of aan zijn." «Ik ben nu in staat eene vrouw te onder houden," zeide William. «Dat begrijp ik," was het antwoord, «en buitendien, zij kan beschikken over zestig duizend daalders van moeders zijde. Gijlieden behoeft geen honger te lijden." «En dus viel Willem in. «En dus liet antwoord op die vraag past Generaal Booth heeft een nieuw middel be dacht om de denkbeelden van het heilsleger op het platteland te verspreiden. Hij is van plan eenige vliegende colonnes in het leven te roepen heilssoldaten op rijwielen, die van dorp tot dorp zullen vliegen, zaaiende langs hun weg de door het heilsleger voorgestane denkbeelden. Evenmin als de reizende fanfare-korpsen zullen de wielrijders daarvoor betaald worden. Vijf honderd man heeft hij noodig. Den eersten dag na zijne oproeping ontving hij reeds 1400 aan biedingen. Men schrijft uit Zuid-Afrika aan het Ulrechlsck Dagblad Naar aanleiding der vele klachten, die in Zuid- Afrika gerezen zijn over de telkens herhaalde beboeting der brieven kan ik u het volgende mededeelen. De postmeester, een zeer bereidwillig man,\vien ik reeds eenige malen gevraagd had naar de reden van de beboeting der brieven, deelde mij mede dat de fout te Kaapstad lag. En dit schijnt werkelijk het geval te zijn. De postmeester-generaal van de Kaapkolonie ■heeft geantwoorddat de brieven uit Holland belast moeten zijn met 7 (zeven) stuivers. En dat in weerwil van de aankondiging in de Hol!, bladen, dat 25 cent de vracht zal zijn voor brieven naar Zuid-Afrik?. Hier wordt algemeen de aandacht op die zaken gevestigd. En terecht. Het is niet aangenaam, telkens boete te betalenzooals schrijver dezes- nu reeds 18-maal deed18-maa! 4 stuivers. Maar bovendien komt het weinig overeen met de waardigheid van een land als van staatswege in Nederland gepubliceerd wordt, dat het brieven- port 25 cent zal bedragen en een postmeester te Kaapstad zegtneenhet is niet zoo, maar 35 cent, en dan alle brieven beboet. Hier staat een land tegenover een persoon, ergoeen iets tégenover een niets. Een ieder zij intusschen ge waarschuwd in Holland en bevrachte zijnen brief met 35 cent De stand van hot koren in het Westland en in geheel Delfland is algemeen zeer bevredigend de wintertarwe, welke totaal was afgevroren, is vervangen door vroege voorjaarstarwe, die welig te velde staaf. De gerst heeft veel geleden van het vele vocht; ook de rogge, welke den winter goed was doorgekomen, beeft het met het hemel- water nogal te kwaad gehad, daar zij door den hevigen regen tegen den grond is geslagen. Erwten en boonen staan mooi en beloven een goed gewas. De krieken, welke Donderdag te Oud-Beierland werden geplukt, werden reeds vóór markttijd in de boomgaarden voor Engelsche rekening opge kocht. Er werd tot f 13 per 50 kilogram opge kochtbehalve enkele bestelmandjes gaat alles naar Engelandook de vraag naar roode en zwarte aalbessen voor Engeland houdt steeds aan. De aardappelen in de Hoeksche Waard dragen, sporen van ziekte. Zij staan evenwel, zooais de overige veldgewassen, die door de wolkbreuk op 1 Juli niet beschadigd zijn. zeer goed. De hooi oogst is niet tegengevallen, doch de opbrengst der appel- en pereboomen blijft verre beneden de verwachtingbij de zetting hebben te veel vruch ten van de koude geleden, en nu vallen zij af. Verscheidene boomen, vruchtboomen, linde- en- iepeboomen, die voor eenigen tijd in blad stonden, gaan nu dood. Men schrijft dit toe aan de vorst van den jongston winter. u. Wilt gij of wilt gij niet, zeggen de Friezen, en zoo moet het zijn. Ja, of neen. «Wat zoudt gij mij raden, lieve heer Jansen vroeg William, als om den man te beproeven.- «Wel," antwoordde deze, «wanneer zoo iets van eens anders aan- of afraden moet afbangen, dan is de zaak niet pluis," en bij liep, zonder op William's geroep acht te geven, naar zijn vaartuig. Thuis gekomen, kwam Geesje hem met een van vreugde stralend gelaat te gemoet en viel hem om den hals, «Ik krijg hem, ik krijg hem, alles is in orde 1" riep zij. «Wien krijgt gij? Wat is in orde?" vroeg Jansen. «Wat kunt gij wonderlijk vragen, vader.- Wien anders dan Willem «Dat is niet waar, meisje 1" riep Jansen. (Slot volgt.).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1891 | | pagina 6