iHMnt te Klezersltisien. I 1892. Maandag 18 januari. N°i 7930 Eerste Blad. KENNISGEVING-. Zesenveert g* s t e Jaargan». Verschijnt dagelijks, i tgezonderd Dinsdag. Binnenlandsche Berichten 0 IT GEVER: T ODÉ. A O f\ II B I II ahohnkhknisirijs, fier kwartaal tranen per past, daar liet geheele Rijk Afioiiiiarlijlte «louuners 1.K5. - 2.50. - 0.10. BUKEjlt'; BOTKIt8TIIA,IT, E 37. Al^KRT^NTIICFRlJSt VftR 1—0* uit»l >nb«grip van w»ic Cminkut. f MÖ Iedere gewntie meer ia f>K 1KH Jk M- geplaatst Wordt TWRK*H Al' he-ekemt De VoemZiTTEft VAN DEN Gemscvteraad van Schiedam Gezien Art 7. der Kieswet, zoonis dat is gewijzigd bij art. VU deradditioiieele artikelen vim de Grondwet, Kondigt de ma ui iclijke meerderjarige inwoners dier gemeente uit om, zoo zij $11 eene amiete ge meente over het laatdverloopea iliensljaarindejier- eoneeU betasting {dienstjaar 1800/01zijn aangeslagen paar een lioogere ham waarde, dan die welke rolgeiii Art, 1, litt. a en van de wet van '24 April 1843 (Staatsblad No. 15), aanspraak geeft op vermindering tot een derde of twee derde gedeelten der belasting paar de eerste drie grondslagen, of in ecne andere gemeente of in meer gemeenten te ramen in de grouillelttsiing (dienstjaar 1801) zijn aangeslagen tot een beding van ten minste tien gulden, (hoofdsom en Hij kso peen ten) daarvan, door overlegging de voor -voldaan onderteekende aanslagbiljetten, vóór den 1 "uien Februari a,$. ter Secretarie der gemeente te doea hüjken. (Volgens Art. 7, 3e lid, der kieswet wordt de man gen ei it ia da grond lietrwt in te hetalen 'i-'i- aanslag zijner vrouw, ,1e vader dien zijner minderjarige hinderen, wegetis de goederen, waarvan hij het vrucht genot hoeft.) Ook uoodigt hij uit de mannelijke meerderjarige inwoners der gemeente, die op grond van het bepaalde bij Art. 1, sub c, of krachtens liet 4e lid van Art, 7 der kieswet, aanspraak ineeuen te kannen maken om geplaatst te worden op de kiezerslijsten, daarvan mede vóór 15 Februari} o. s™ aldaar aangifte te doen. De bij Koninklijk besluit van 28 November 188 (SlaatiUad No. 211) vastgestelde modellen .1 en B voor de zoo even genoemde aangiften zijn van heden, ter Gemeente-Secretarie kosteloos verkiijgbaai Tot de bewijsstukken, over te leggen in bet geval van hot 4e ltd van Art. 7 der laatstgenoemde wet, moeten belmoren het aanslagbiljet of authentiek afschrift ■daarvitti, eene opgaaf van het beding van hetanndeel hi den aanslag en de bescheiden betiekkelijk het gemeenschappelijk bezit. Voorts deelt hij mede 1°. dat volgens lelt. c. van Art. 1 der kieswet ook ■kiesbevuegd zijn, de mannelijke meerderjaitge inge zetenen, tevens Nederlanders, die hetzij hoofden ian gezinnen of alleen wonende peisoneii zijnde, van den in wonend en eigenaar of eeisten huurder van een -woonhuis of afgezonderd gedeelte van een woonhuis, ■waarvan de huurwaarde voor de person eele belasting ten minste op liet dubbele gesteld is van het laagste in de gemeente voor den vollen aan sine.: vore he lite ■bedrag, gedurende negen maanden, voorafgaande aan •den l.'m Februari, een en hetzelfde pereeela-gedeelte onafgebroken in buur hebtien gehad en bewoond, waarvoor geen afzonderlijke aanslag in de personeele belasting geschiedt, maar waarvan de jaarlijkschc huui waai de, on gestoffeerd, in verhouding tot de be lastbare huurwaarde van het woonhuis of afgezonderd gedeelte van het woonhuis gesdtat, hei sub a van dit artikel bedoelde bedrag van den vollen at dag beteikt, zjjnde voor deze gemeente minstens f55. 2°. dat Art. 7, 4e lid van laatstgenoemde wet, duidt: Aanslagen in de grondbelasting wegens onver- deelde onroerende goederen gelden ook voor den n mede-eigenaar, wiens naam niet bij den aanslag in ■shet kohier is vernield, rnits zijn aandeel in dien vaanslag ten minste tien gulden bedraagt." En is hiervan afkondiging geschied, waar het be hoort, den lüden Januari 1802. De Voorzitter van den Gemeenteraad van Schiedam, VAN DIJK VAN MATEN ESSE. Schiedam, 16 Januari 1892, {Vervolg en slot.) Koning Lode tv ijk Napoleon meende 't goed «met zjjn volk. Dat hij liet van het hoogste .belang achtte de betrekking tusschen de natie en haar vorst te bevorderen en te bevesti gen en steeds op de hoogte te zijn of gebracht te worden van haar belangen en verzoeken van welken aard ook, bleek uit oen decreet van Z. M., dat de ministers en de directeurs- generaal elke week een publieke audiëntie moesien houden, dal zij zich door niemand anders mochten doen vervangen dan in geval van afwezigheid of ziekte, en dat er 's Maan dags 's Woensdags en 's Vrijdags van elke week van 92 uur gelegenheid zou zijn tot liet aanbieden van requesten, verzoeken en reclames. Doch hoe goedgezind ook, dezen vorst was zijn positie te machtig. De Franschgezinde partij hier te lande hinderde hem door haar intrigeshij wendde zicii van haar af en wierp zich indearmenderEugelschgezinden, waartoe het grootste deel der Nederlandsche natie behoorde. Voorwaar lofwaardig in een vorst, die vóór alles Hollander wilde zijn; onstaatkundig echter om zijn betrekking tot een vorst, die van hem eisclite, dat hij voor alles Franschman zou blijven. Dit is dart ook de oorzaak van zijn val geweest. Een der zaken waarin koning Lodewjjk het meest belnngsteldewas liet financie wezen. Reeds voor zijn vertrek naar ons land had lig zich daaromtrent doen inlichten, 't Was om er wanhopig van te worden. Zijn bekwame minister Gogel stelde het volgende voor»De uitgaven zouden worden verdeeld in 1o, le- paalde en noodzakelijke en 2o. die, welke af hankelijk warm van den staat en de hoe grootheid van de inkomsten, liet totaal bedrag der bepaalde en noodzakelijke uitgaven be droeg 49 en een half millioen gulden. Deze som, afgetrokken van het totaal van 's lands inkomen, leverde een overschot van 1 mülioen driehonderd duizend gulden, welk bedrag, vermeerderd met de 3 millioen die men van het eenmaal goed gevestigde nieuwe belas tingstelsel verwachtte, de nederige som van 4 millioen driehonderd duizend gulden ver schafte voor buitenlandsche zaken en de lands verdediging. Hoe deze sommen klopten met de behoeften blijkt hieruit, dat de gewone en buitengewone aanvragen voor beide posten ruim 27 millioen tweehonderd duizend gulden beliepen. Onafhankelijk van de publieke schuld be stond er een achterstallige schuld van 35 rnilüoen en een tekort van 8 S millioen, waar onder begrepen was 34 en een half mülioen rente voor de openbare schuld. Om de zware militaire lasten, waaronder het land gebukt ging, te verlichten, besloot de koning het leger en de marine te vermin deren. Maar hij had buiten zijn broeder ge rekend. Keizer Napoleon achtte het tafereel van Hollands financieelen toestand overdre ven. Geen vermindering van leger of vloot dus. »Be geheele natie," zoo schreef de keizer aan Lode wijk, vraoet medewerken tot het verkre gen van den vrede ter zee en tot den bloei van het keizerrijk." En hij kreeg er het com pliment hij»gij handelt als een dwaas, zon dei- de gevolgen der dingen vooruit te zien". Om de conscriptie tegen te houden, moe digde Lode wijk de vrijwillige dienstneming op alle wijzen aan. Zoo bestemde hij o. a. de weeskinderen, die op kosten van den slaat werden opgevoedvoor tien krijgsdienst. Deze maati-egel ondervond echter grooten tegenstand bij het volk, dat de weeskinderen beschouwde onder de algemeene bescherming te staan. Toen dan ook drie jaar later dat voornemen ten uitvoer gebracht werd en eenige officieren te Rot lord am de jongelingen uit de weeshuizen haalden om hen naar Utrecht te geleiden, waar hel depot gevestigd was, ontstond er een oproer, dat door kracht van wapenen onderdrukt moest worden. In liet eind schikte men ziels in de zaak uit vrees voor de conscriptie. De afkondiging van liet stelsel van het vastelanddat allen handel met Engeland verbood, was koning Lode wijk een doorn In het oog. Hjj durfde er tegen don keizer echter niets van laten blijken, maar rekende liet zich toch tot plicht zijn broeder nogmaals op den beti-eui-enswaai-digen toestand van zijn rijk te wijzen. Doch tevei-geefs, j>Val mij niet lastig met uw klaagliedercu. Ik ken de Hol landers reeds lang. De voornaamste zorg eens konings geldt zijn leger. De vrouwen schreien en kiagende mannen weten partij te trek- trekken", aldus heette liet als eenig antwoord. In 1807 begonnen de klachten van Napoleon over den smokkelhandel. Hem was medege deeld, schreef hij aan Lodewijk, dat die han del tusschen Engeland en Holland nooit be- drjjviger, noch de middelen van verkeer tal rijker en sneller geweest waren dan sedert het blokkade-decreet. En werkelijkLodewijk liet dezen zoo streng verboden sluikhandel oogluikend toe, en het was voor niemand een geheim, dat langs de geheele Noordzeekust zich een me nigte visschersvaartuigen bevonden, die open lijk den verboden handel uitoefenden. De regeering deed echter, of ze van niets wist, en ziedaar een der redenen van den val van het koninkrijk. Wil men een voorbeeld van 's konings goeden wil, men vindt het bij gelegenheid van een reis door Noord-Holland, toen hij Helder bezocht. Hij was daar getuige van het hintienloopen van verscheidene Ameri kaanse lie en Zweedsche schepen. Een der grootofficieren van zijn Huis maakte hem opmerkzaam op de laatste' schepen, daar Frankrijk, met Zweden in oorlog en allege- meenschnp met dat rjjk verboden was. De koning keerde den groolofficïer den rug toe, zeggende: »Ik zie alleen handelsschepen". Dit antwoord des konings, eenigeu tijd later den keizer ter oore komende, had ten gevolge, dat Holland aan Zweden den oorlog verklaren en zijn havens voor dat rijk sluiten moest. Verraders omringden liern steeds, en daarom zocht Lodewijk steun bij de Hollan ders; zijn gemalin, met wie hij bet volstrekt niet vinden kon, zocht liet met de Franseh- gezinden te vinden. Iloe Napoleon, die alles wist, over de ver houding der echtgenüoten oordeelde, kan blijken uit het volgend schrijven aan Lode wjjk»De oneenigheden met de koningin dringen tot het publiek door. Toon in uw huiselijk leven dat vaderlijk en verwijfd karakter, dat in uw bestuur doorstraalt, en heb in uw zaken de gestrengheid, welke gij in uw naaste omgeving toont. Gij hebt de bes ie en de deugdzaamste vrouw en gij maakt haar ongelukkig. Laat haar dansen zooveel zij wil, dat brengt haar leeftijd mede", en met een ruobeid, die aan het onbeschaamde grensde, voegde hij er bijindien uw vrouw een coquette was, zou zij u bij den neus leiden. Gij Iiaclt een vrouw moeten hebben, zooals ik er wel te Parijs ken. Zij zou u onder den duim gehouden en aan haar voeten gekluis terd hebben. Het is mjjn schuld niet, ik heb het uw vrouw dikwijls ge2egd", zdlortense de Beauharnais de deugd zaamste vrouw"! Deze weinige regelen ken schetsen den keizer geheel in zijn zedelijke ontwikkeling. Het boek van den lieer "Wichers geeft tal van authentieke stukkeu, waaruit de mishan delingen blijken, die Lodewjjk van zijn hceochzu duigen broeder nioest ondergaan. Het tijdvak van zijn koningschap is vont- hem een ware marteling geweest. Adviezen als deze, die Lodewjjk ontving, als hij de lasten, die het koninkrijk te di-agen had, als onhoudbaar beschreef: nBreng geen verande ring in uw leger, uw zuinigheid is die, welke de wijsheid bedreigt. Geld, troepen en gestrengheid in de toepassing der wetten, ziedaar de plichten der vorsten. Laat die koop lieden maar schreeuwen; denkt gij, dat die van Bordeaux niet pruttelen?" Zulke advie zen waren dolksteken voor liet gemoed van dezen edelaardigen man. Was 't wonder, dat hjj eindelijk, al die bel eed i gingen en al die martelingen moede, afstand deed van den troon en een kroon nederlegde, die een martelaarskroon voor hem was geweest? Hij is het land, waarover hjj vier jaar regeerde, steeds in lielde blijven gedenken. SCHIEDAM, 16 Januari 1892. De heer G. P. Houtkamp, sedert 8 jaar als ambtenaar bij den goederendienst der

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1892 | | pagina 1