l
J
1 Ipii vai Walribt
A". 1892.
Donderdag 4 Februari.
N°. 7942.
Loting
NATIONALE MILITIE.
Kennisgeving.
ZATERDAG ta 21 FIBRÜARI 1892,
KENNISGEVING.
NOTIFICATIE.
Feuilleton.
Ze senveert est© »T aargang.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag,
UITGEVER: J. ODÉ.
AoohnemeNTSVRUï, per kwartaal -
Tram-o per postdoor het geheel© Rijk
Afzonderlijke nominees
J 1.K&.
- 2,50.
- 0.10.
Hri(RjlIT: BOTBBITK.1AT, K 2 7.
Advertentieprijs? van 1—10 gewone regels met
inbegrip in eene Courant. f 1.10.
Iedere gewone regel meer- 0.10
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
VOOR DE
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
Geven bij deze kennis, lat tie LOTING der ia
het vorige jaar voor de Militie ingeschrevenen, door
den lieer Commissaris der Koningin in deze Proving,
bij besluit van den 19 Januari 1892, A, no. 115, (2de
AXd.) Prov, Blad no. 6, is bepaald op;
dos voormiddags ten negen nre.
De belanghebbenden worden mitsdien opgeroepen om
op ge melden dag te verschijnen in het gebouw
Musis san de Lange Haven alhier, alwaar
4e Loting tal worden gehouden.
Gedurende vijf dagen, te rekenen van den dag
waarop de Loting beeft plaats gehad, kunnen tegen de
wyze, waarop tij is geschied, bij Gedeputeerde Staten
betwaren worden ingebracht door belanghebbende
Lotelingenof door bun vader of voogd, bjj verzoek
schrift op ongetegold papier, onderteekend door hem,
die de beiwarer u brengt; welk verzoekschrift moet
worden bezorgd bij den Burgemeester deter Gemeente.
Voorts wordt ter kennis van de Lotelingen gebracht,
dat Op Zaterdag don .3 en Maandag dun ló Februari
1392, telkens des voormiddags van 10 tot 12 ure, ten
Raad huize der Gemeente, zitting zal worden gehouden
tot liet opmaken van de Getuigschriften, bedoeld by
alinea 2 en 3 van art. 53 der Wet op de Nationale
Militie van den1 «O Augustus 1SG1 (tttaahllad no. 72),
en wel tot het opmaken van de getuigschriften
ter bekoming van vrijstelling wegens hróederiienst
op eerstgtmelden dag en voor het opmaken van die ter
bekoming van vrijstelling als eenige wettige soon
op laatstgemcVien dag.
De betrokken Lotelingen zullen tot dat einde moe
ten verschijnen met twee ter goeder naam en faam
staande mceiderjarige Ingezetenen dezer Gemeente,
die de vcreisehte getuigenis kunnen afleggenen het
aldaar op te maken Getuigschrift kunnen onder
teekenen.
;*ai is iiiersan afkondiging geschied, waar het
behoort, den 3n Februari 1892.
Burgemeester en We/houders voornoemd,
VAN DIJK VAN MATENESSE.
Se Secretarie,
VERNÈDE.
Burgemeester en Wethouders van Schie
dam,
Doen te weten
Dat door den Baad in zijne vergadering van
29 Januari 11.,
lo. Overeenkomstig het bepaalde bij art. 54
der gemeentewet, de na te melden vaste com
missie!) zijner leden zijn benoemd, als;
A. Tot het ontwerpen der verordeningen, tegen
wier overtreding straf wordt bedreigd, ter vol
doening aan art, -177 der gemeentewet en ter
voorbereiding van hetgeen bij art. 178 dier wet
is bevolen, waarvan de Burgemeester als zoodanig
voorzitter is
Bestaande deze commissie uit;
De heeren P. J, VAN DIJK VAN MATENESSE,
Burgemeester, Voorzitter.
H. A. M. ROELANTS
Mr. M. J. SCHUURMAN,
G. BERGSMA er,
Mr. tl M. C. POORTMAN,
B. Tot het herzien van alle plaatselijke belas
tingen, de rechten, loonen en andere gelden, in
art. 238 der gemeentewet bedoeld, daaronder
begrepen
Bestaande deze commissie uit:
9e heeren Mr. H. J, SCHUURMAN, Voorzitter.
G. VISSER Br...
A, KNAPPERT Lz.,
J. \V. J. VAN HARWEGEN DEN
BREEMS, en
C. BERGSMA.
C. Tot het opmaken en bijhouden van den
staat bij art, 229 en, desgevorderd, ook van dien
bit art. 230 der gemeentewet vomgeschreven
Bestaande deze commissie uit:
De heeren P. I. VAN DIJK VAN MATENESSE,
Burgemeester, Voorzitter.
D. F. W. PRINS en
I. HOOG EN DAM.
D. Tot het geven van verslag en het dienen
van raad nopens de begrooting en de rekening
en verantwoording der plaatselijke inkomsten en
uitgaven, ingevolge de artt, 203 en 219 der
gemeentewet, door Burgemeester en Wethouders
aan den Raad aangeboden, en ten aanzien van
de begrootingen en rekeningen bij art. 148 dier
wet bedoeld;
Bestaande deze commissie uit:
De heeren G. VISSER Bz., Voorzitter,
Mr. J.H. SCHUURMAN on
J. W. J. VAN HARWEGEN DEN
BREEMS,
J:\ Tot het verrichten van al hetgeen bij de
wet op de schutterijen aan het plaatselijk be
stuur en niet bepaaldelijk aan het hoofd daarvan
is opgedragen
Bestaande deze commisrie uit:
De heeren A. KNAPPERT Lz,, Voorzitter, en
C. J. P. VAN DER SCHALK.
En tot hunne plaatsvervangers
De heeren J V, J, VAN HARWEGENDEN
BREEMS en
P. BRILLENBURG.
2o. Ingevolge an. 35 der verordening regelende
de heffing der plaatselijke directe belasting bin
nen deze gemeente, tot Joden der commissie van
contiöle, om Burgemeester en Wethouders in
die comtni-sio bij te staan, benoemd zijn
De heeren J. TAK,
C. J, P. VAN DER SCHALK,
P. BRILLENBURG en
M.C.M. BEGROOT,
En is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den 3n Februari 1892.
Burgemeester en Wethouders noornaemd,
VAN DUK VAN MATENESSE.
De Secretaris,
VERNÈUE.
De Gedeputeerde Staten der provincie Zuia-
Kollano,
Gelet op de Wot van den Oden November 1887
(Staatsblad n". 193), houdende veranderingen in de
Additioneele Artikelen der Grondwet en op art, 73,
alinea 2 der Wet van den 4den Juli 1850 (Staats
lied u» 37);
Moedigen de inwoners der provincie Zuid-Hol tand die
elders in 's Rijks directe belastingen zijn aangeslagen,
uit, om daarvan ixfór den lef en April. 1892 aan bun
College te doen blijken, door overlegging van bet
aanslagbiljet of van een uittreksel uit do kohiereu
der tijks directe belastingen '.eneinde daarop worde
gelet bij iiet opmaken der Lijst van de Hoogstaan
geslagenen, verkiesbaar tot Afgevaardigden ter Eerste
Kamer van de Staten-Gen oraal.
De aanslagbiljetten of uittreksels uit de kohieren
moeten, wat de grondbelasting aangaat, den dienst
1892 betieffen.
De bedoelde stukken behooren door belanghebben
den te worden ingezonden aan bet lokaal van het
Provinciaal Bestuui van Zuid-Holland, met opgave
van
1», den naam, de voornamen en de woonplaats
van den aangeslagene
2». de gemeente en de dagleekening zijner
geboorte en
X
Eene Schets naar het leven.
Naar het Hoogduitse)! door Grecor Saharow.
63.
sDoet dat, mijne heeren," zeide de genontai,
rik voeg hier nog het verzoek bij, namens mijn
vriend Waltber, ook voor hem een goed woord te
willen doen bij de officieren van uw korps, daar
ook wel niet jn de gelegenheid zal zijn in eigen
kring spoedig zijne secondanten te vinden. Een
paar der uwen zuilen hem dezen dienst wel willen
bewijzen. Bij weigering wil ik twee officieren doen
overkomen uit het regiment, dat ik voor kort de
-eer had te commandeer en. Ik ben zeker, dat zij
oogenblikkehjk gereed zullen zijn aan mijn verzoek
te voldoen,"
rOok aan dezen wensch van den generaal
aullen wij gevolg geven)" hernam Vdn Deren burg;
»ik vertrouw, dat het niet noodig zal zijn aan deze
treurige zaak nog meer rucbtbaardeid te geven."
»Nog een enkel woord, mijne heeren," sprak
Koenraad nu. sHet geldt eene voorwaarde die ik
moet stellen. Graaf Helsberg heeft zich tegenover
den generaal beroepen op getuigenissen, brieven
van 4a betrokken dames, die In zijn bezit zouden
zijn. Ik wil mij onthouden van eene beoordeeling
van dergelijk misbruik vuii vertrouwen, indien het
te eeniger tijd tot eene openbaring mocht komen.
Offl te beletten dut dit ooit plaats hebbe, eisch ik,
ook namens den generaal, dat de graaf de bedoelde
brieven in uwe tegenwoordigheid vernietige of
zijné daarop betrekkelijke verklaring herroepe."
De generaal knikte toestemmend met het hoofd.
De heer Van Derenburg, zich tot dezen wendende,
antwoordde
rik heb mij reeds de opmerking veroorloofd,
dat ik de houding des graven in deze zaak over
het geheel niet kan goedkeuren; ik herhaal
evenwel, dat bij persoonlijk aansprakelijk is voor
zijne handelingen. De billijkheid van den gestel den
eiscb moet ik alweder erkennen en ik zou ook in
dezen gaarne bemiddelend opt: edentoch moet ik
opmerken, dat het gevraagde niet past in dein
zaken als deze algemeen aangenomen vormen. Ik
geloof niet, dat het mogelijk zal zijn in bedoelden
zin eenigen beslissen den invloed op den graaf te
oefenen".
»Doe wat gij voor recht en billijk houdt, mijne
heeren," sprak de generaal, alk hoop, dat de graaf
zelf doordrongen zal zijn van den eiscb der bili.jk-
hetd en zich dienovereenkomstig zal gedragen.
Hij moge bedenken, dat het hier geldt de eer van
twee dames, waarvoor de graaf verplicht is op te
komen, misschien meer nog dan de heer Waltber."
De generaal groette en de officieren ver
trokken.
sWij hebben geenerlei recht," zeide nu de oude
man tegen Koenraad, vdon graaf to dwingen tot
teruggave der brieven. Die zaak staat met de
quaostie slechts indirect in verband. Hij is belee-
digd, hij heeft zonder nader beding het recht
voldoening te eischen. Geen eeregeriebt zou anders
beslissen, en ik geloof niet, dat de graaf genoeg
ridderlijk gevoel bezit om deze wapenen tot bevre
diging zijner lage wraakzucht vrijwillig uit han
den te geven."
s Welnu, riep Koenraad, terwijl de veront
waardiging een bles ovpr zijne bleeke wangen,
spreidde, sdan verdient de schelm te sterven. Geve
God, dat mijn kegel hem het hart doorbore I"
Zwijgend drukte de generaal hem de hand, en
zij scheidden.
De oude heer zette zich aan zijne schrijftafel
en schreef oen korten, duidelijk laatsten wil. Hij
voegde er een schrijven bij aan zijnen neef, wien
hij de uitvoering van zijn uitersten wil opdroeg,
ingeval hij in bet duel met den graaf Van Mels-
berg mocht komen te vallen. Hij verzocht hem
tevens niet naar da aanleiding tot tiet tweege
vecht te inform eeren en deze noodlottige zaak aan
de vergetelheid prijs te geven.
Koenraad ging naar zijn bureau. Met den beer
Brückner hield bij op kalme wijze eene bespreking
over de loopende zaken, sloot zich toen in zijne
kamer op en schreef een langen brief aan Bianca,
Hij verklaarde haar rond en open zijne liefde, die
van zijne jeugd af dogteekendo. met het klimmen
zijner jaren was toegenomen en thans zijn gebeele
wezen beheorsehte, eene liefde, zoo vast en innig,
als geen ander, die er tneJe te koop liep, kon
koesterenhadden de omstandigheden hem vroeger
vrijheid gegeven dit gevoel kenbaar te maken op
de wijze ais bij liet nu in het aangezicht van den
strijd op teven en dood aan het papier toever
trouwde, wellicht waren de venvikkelingen, die
tot zoo noodlottig einde hadden gevoerd, voor
komen. Bladzijde na bladzijde werd volgeschre
ven. Al, wat jarenlang in dat vurig gemond was
teruggedrongen, werd thans door de vaardige pen
in hartstochtelijke woorden vertolkt, ook dat hij
bereid was geweest ter wille van Bianca*s geluk
zijne dierste wenschen op te offeren, haar in weer
wil van baars vaders uitgedrukten wensch de volte
vrijheid te laten en zelf in den vreemde eene
ongelukkige liefde te betreurende plicht eischte
thans grooter offerook dit zoo hij met vreugde
brengen, en wanneer hij in den ongelijken kamp
het leven liet, dan vroeg hij slechts van haar,
voor wier eer en goeden naam hij in den dood
gegaan was, een liefderijk herdenken, zij het ook
slechts aan oen trouwen vriend on broeder.
{Wordt vervolgd.)