Binnenlandsche Berichten.
uitgelokt met het oog op de reis van den heer
Be Brazza naar den Boven-Nijl, zoodat kapitein
Lugard zich zal moeten haasten om de
gansche streek werkelijk in bezit te nemen,
wanneer hij wil dat die Fransche reiziger
Engelands aanspraken ten volle zal erkennen.
OOSTENRIJK.
Verscheidene Landdagen hebben dank-
adressen gezonden aan den keizer voor de
van overheidswege genomen maatregelen
tegen de cholera.
De primaat van Hongarijekardinaal
Vazary, heeft zich bij de regeering ernstig
beklaagd over de heftige aanvallen van den
voormaligen minister-president Tisza, bij ge
legenheid der viering van zijn zilveren feest
als geestelijk hoofd der protestantsche kerk
in Hongarije, tegen de katholieke kerk, vooral
wat betreft het vraagstuk van den doop van
kinderen uit gemengde huwelijken. De minis
ter Szapary moet eveneens ontevreden zijn
dat de heer Tisza, die tot dusver steeds een
getrouw aanhanger der regeering was, haar
thans in moeilijkheden brengt.
Uit Buda-Pest wordt gemeld
Kardinaal Vaszary heeft een herderlijken
brief uitgevaardigd, naar aanleiding van de
beschuldigingen door Koloman Tisza tegen
de katholieke kerk gericht. De kardinaal
zegt daarin o. a.«Indien wij, katholieken,
op zulk een krassen toon moesten spreken
als door onze tegenstanders wordt aange
slagen, zou het met de rust in ons vaderland
gedaan zijn".
De correspondent der N. 22. Ct. teWeenen
schrift vari gisteren:
Eerstdaags zal alhier een monsterproces in
behandeling komen wegens smokkelarij, be
drog en ornkooperij op groote schaal, welke
in de Bukowina hebben plaats gehad en waar
aan zelfs door hooggeplaatste ambtenaren
deelgenomen is. Als beschuldigden zullen 22
personen terechtstaan, onder welken als
hoofdschuldige de Hofrath Trzcieniecki, vroe
ger directeur der rijksfinanciën te Czerno-
witz; verder 13 hoogere en lagere ambtenaren
bij de douane, onder wie personen met adellijke
namen, en 8 Lsraëlietische groothandelaars. De
smokkelwaren bestonden hoofdzakelijk in maïs
en tarwe. Er was eene formeele organisatie
om dit bedrog te plegen, waarvan de winsten
naar eene bepaalde verhouding onder de ver
schillende categorieën ambtenaren werden
verdeeld. Voor zooveel liet gestolen bedrag
berekend worden kan, zijn den staat aan
invoerrechten millioenen te kort gedaan.
Zoolang Dujanewski minister van financiën
was, leverden de klachten, welke bij het
ministerie van financiën alhier over bet ge
pleegde bedrog inkwamen, geen resultaat op;
maar reeds drie dagen na zijn aftreden werd
er een onderzoek ingesteld, hetwelk tot de
ontdekking van het bedrog geleid heeft. De
akte van beschuldiging vormt een dikboek-
gelegen landen bedekt waren. Hij meende ook de
witte koppen te tien van de voortstuwende golven
en berekende misschien hoe snel deze den grooten
weg, waarop hij zich bevond, zouden bereiken, toen
een rauwe gil nevens hem hem opnieuw deed schrik
ken. Liesbeth wees met de rechterhand en met ont
steld gelaat op het geheimzinnige voorwerp op den
wagen, dat haar nu vrij nabij gekomen was. De
oude rilde bij 'tgezicht. Uit liet doek stak eene witte
menschenhand dreigend omhoog, en het doodelijk
verschrikte meisje stamelde: »Gij vervoert een
zieke, vaderLourens hield zich weder doof.
«Vooruit of achteruit, dat is nu gelijk," riep hij
en zette zijn paard aan.
Liesbeth herhaalde hare woorden,
»'tls geen zieke," schreeuwde de oude tegen den
storm in, «maar een doode. Nu weet gc t dan. De
duivel hale je met je gevraag!"
Liesbeth trilde over het geheele lichaam. Het
bloed stolde haar bijna in de aderen. Zij herinnerde
zich eens gehoord ta hebben, dat haar vader nogal
eens zulk eene akelige vracht naar Tilbingen ge
bracht had. Een doode, zonder lijkkist, neergelegd
deel. Toch verklaren de verdedigers der be
schuldigden, dat bij de openbare behandeling
er nog verrassender dingen aan het licht
zullen komen dan in de akte van beschul
diging opgenomen zijnTrzcieniecki zou
slechts het werktuig geweest zqn in de hand
van een nog veel hooger geplaatst en mach
tiger persoon. De eerste advocaten der balie
te Wcenen treden in dit proces op.
RUSLAND.
De czaar heeft nog een millioen roebel
geschonken voor de bevolking in de streken,
die door hongersnood werden geteisterd. Z.
M. is Donderdag met zij n gezin naar Iwangorod,
Polen, vertrokken.
ITALIË.
Admiraal Rieunier, commandant der Fran
sche schepen ter reede van Genua, is gisteren
door den koning ontvangen. Het publiek
juichte hem toe en riepleve Frankrijk I
Op de audiëntie bij koning Humbert zeide
admiraal Rieunier»Sire. De president der
Fransche republiek heeft mij opgedragen, in
zijnen naam Uwe Majesteit te begroeten en
zijne wenschen over te brengen voor Haar
welzijn en dat der koninklijke familie." Ver
volgens overhandigde de admiraal een eigen-
handigen brief van Carnot.
Met hetzelfde ceremonieel werd vervolgens
de buitengewone gezant van den koning van
Rumenië door koning Humbert ontvangen.
AMERIKA.
De regeering ontving berichten uit Vene
zuela, volgens welke Crespo zegevierde en
aan de dictatuur van Mendoza een einde
was gemaakt. Crespo zou naar Caracas terug
geroepen zijn om het gezag weder te aan
vaarden, zoodat het herstel van den vrede
thans waarschijnlijk zou zijn
P E R Z I E.
Blijkens een telegram uit Teheran aan de
Times is de cholera daar thans voorbij. De
bazaars zijn sedert Maandag, 5 dezer, weder
open en de zaken worden hervat. De ziekte
was gedurende 8 of 10 dagen ernstig en
doodelijk, en de dood volgde gewoonlijk bin
nen 2 tot 12 uren. Volgens eene matige schat
ting was de sterfte in Teheran 13,000, maar
sommigen schatten haar op 20,000 met inbe
grip der nabij liggende dorpen. Zes nieuwe
begraafplaatsen werden geopend. Het totaal
getal sterfgevallen in Perzië was niet beneden
30,000, Onder de overledenen zijn ongeveer
20 Europeanen.
Het gebrek aan geneeskundige hulpmid
delen veroorzaakte veel lijden. Er waren
slechts twee Europeesche geneesheeren.
Ziekenoppassters ontbraken en geneesmid
delen waren schaarsch.
ZUID- AFRIKA.
Te Johannesburg in de Transvaalsche
republiek is eene circulaire verspreid, ten
doel hebbende, te trachten eene «Neder-
op de naakte planken als een hond. Dat kon nie
mand anders dan een zelfmoordenaar zijn. Die
gedachte greep baar ijskoud aan. Met bevende
lippen vroeg zij nog
«Gaan wij naar de snijkamer, vader Ach, boe
akelig."
Geraden 1" schreeuwde de oude, dat wil zeg
gen, ais wij heden niet allen te zamen in den vloed
terechtkomen."
Dicht voor zie1» uit had hij de golven reeds over
den weg zien bruisen en hij bad zijn paard inge
houden.
De weg scheen ook verder overstroomd.
De wateren waren met vreeselijke snelheid ge
stegen. Van minuut tot minuut waren zij gezwol
len de storm had ze nog meer opgejaagd. Zij
hadden zich een weg gebaand op een zwak punt
van den slecht onderhouden straatweg en zware
boomen ontworteld. Rechts en links, overal water
en drijvende boomen, stukken van vernielde brug
gen en woningen, ook de lijken van verdronken vee.
Dat alles zag de oude bij 't flikkerend licht van
zijn, lantaarn, en hij huiverde.
landsche Vereeniging" te dier stede op te
richten. De onderteekenaars der circulaire
hebben zich tot een voorloopig comité
gevormd. Zij stellen zich geenszins ten doel,
aan die vereeniging vooralsnog eene sociëteit
te verbinden. Het doel omschrijven zij als
volgt
1. Het bij bijzondere gelegenheden ver
tegenwoordigen van de Nederlanders te
Johannesburg.
2. Het onderhouden van de betrekkingen
tusschen het moederland en Zuid-Afrika.
3. Het bevorderen van deNederlandsche
taal en gewoonten.
4. Het bevorderen van de belangen van
Nederlanders in Zuid-Afrika in het algemeen
en in Johannesburg in het bijzonder.
5. Het zedelijk, geestelijk en financieel
ondersteunen van Nederlanders als voorzegd,
die in medelijdenden, vervallen of armoedigen
toestand verkeeren buiten eigen schuld.
Dat de vereeniging geen politiek doei
hoegenaamd zal hebbenbehoeft geene
vermelding.
De onderteekenaars zijn de heeren N. van
den Berg, Van Stipriaan Luïscius, S. H. van
Diggelen, H. G. Djjkerman, W. van Hulsteyn,
jhr. A. von Geusau, Arie van den Broek, jhr.
mr. W. H. de Savornin Lohroan en Evert
J. van Gorkom.
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL.
Thans is bij de Kamer ingekomen het
vroeger aangekondgde wetsontwerp tot wijzi
ging van de Indische comptabiliteitswet, waar-
het beginsel is nedergelegd (art. 4), dat het
rijk van de geldmiddelen, die de Indische
belastingschuldigen opbrengen, geene bijdra
gen moet vorderen tot dekking van uitgaven
in het belang van het rijk, doch alleen ver
goeding voor uitgaven, die door het rijk
rechtstreeks ten behoeve van Indië worden
gedaan.
De minister van justitie heeft hij de Tweede
Kamer een wetsontwerp voorgesteld tot in
trekking van art. 87 der wet op de rechter
lijke organisatie en in verband daarmede tot
wjjziging van eenige bepalingen der bestaande
wetgeving.
De bedoeling is om te doen vervallen de
bepaling, waarbij aan den Hoogen Raad de
berechting is opgedragen van de rechtsvor
deringen, waarin het Hoofd van den Staat,
de leden van het Koninklijk Huis of de Staat
als gedaagden worden aangesproken.
Bij de bestaande rechterlijke organisatie is
reeds aan den gewonen rechter de kennis
neming opgedragen van alle rechtsvorderin
gen door den Koning, de leden van het
Koninklijk Huis en den Staat als eischer
ingesteld, en tevens van de zakeligke rechts
vorderingen, waarin de genoemde partijen
«Pak aanschreeuwde hij weer tegen den
wind in en duwde Liesbeth het licht in de hand.
«Ik wil zien, of wij er nog over kunnen."
Hij klom van den wagen, schreed, al had hij
moeite op de been te blijven, op den bruisenden
stroom toe, dat hem zoo onverwachts in den weg
getreden was, en was straks in de duisternis ver
dwenen.
Liesbeth begon levendig besef te krijgen van het
gevaar, meer door ingeving dan door nadenken.
Het angstzweet, dat haar van 't voorhoofd drup
pelde, vermengde zich met de tranen, die de wind
haar uit de oogen perste.
Een geduchte rukwind deed het voertuig ram
melen en Liesbeth klemde zich doodelijk beangst
aan den zijwand vast.
Daar was het of zij van achteren werd aange
grepen.
In vertwijfeling wendde zij zich om-
De storm had het kleed, waarmee de doode ge
dekt was, losgescheurd en haar dit tegen den rug
geslagen. Bij 't opheffen van de lantaarn staarde
zij in het bleeke gezicht van het lijk, waarvan het
als gedaagden betrokken zijn. Terwijl dit
heeft plaats gehad, zonder eene goede recht
spraak te belemmeren of immer tekort te
doen aan den hoogen eerbied voor den per
soon des Konings en zijn Huis of aan het
gezag van den Staat, is er, meent de minister,
geen afdoende reden om bij uitzondering
de gewone jurisdictie uit te sluiten voor
het geval, dat de genoemden in andere dan
zakelijke rechtsvorderingen de gedaagden zijn.
Is er geen grond voor handhaving van
dien exceptioneelen toestand, voor de ophef
fing bestaan buitendien alle termen, omdat
de toekenning van het zoo geheeten forum
privilegiatum, in vele gevallen het recht van
verdediging en eene regelmatige procesorde
belemmert en zelfs tot rechtsonzekerheid kan
leiden.
De overige bepalingen van de wetsvoor-
dracht zijn een uitvloeisel van het boven
vermelde.
Krachtens eene overgangsbepaling zullen
de rechtsvorderingen, hetzij in eersten aan
leg, hetzij in revisie, bij den Hoogen Raad
op het tijdstip van het in werking treden
dezer wet aanhangig, behandeld worden op
dezelfde wijze als thans is voorgeschreven.
Van de in eersten aanleg alsnog te wjjzen
of gewezen arresten zal mitsdien ook revisie
mogelijk blijven, ingevolge art. 90 van de
wet op de rechterlijke organisatie en het
beleid der justitie.
SCHIEDAM, 10 September 1892.
{Vervolg en slot.)
We ontleenen verder nog het volgende aan
het advies van prof. Legebeke
Bij de burgerlijke ambtenaren kan het pen
sioen niet stijgen boven het twee derde ge
deelte der gemiddelde jaarwedde, noch het
bedrag van drie duizend gulden te boven gaan.
Ten einde den pensioenlast niet al te drukkend
te maken en tevens te bereiken, dat geen
pensioenen van een te groot bedrag ten laste
der gemeente komen, geef ik in overweging
het maximum van het pensioen vast te stel
len op de helft der wedde. De ambtenaren
der gemeente Schiedam zijn dan wel onder
ongunstiger omstandigheden dan die van het
rijk, maar staan in dit opzicht gelijk met
hunne ambtgenooten in verschillende groote
steden als Amsterdam, 's-Gravenhage, Haar
lem enz. Ontstaat do vrees, dat het geringe
bedrag van het pensioen ten gevolge zal
hebben, dat de ambtenaren trachten ook op
hoogen leeftijd nog in dienst te blijven, dan*
kan daarin voorzien worden door het opne
men van een bepaling van dwingenden aard
n.l. dat onder alle omstandigheden het pen
sioen op 70-jarigen leeftijd ingaat. Zooals
bekend is, geldt deze bepaling voordehoog-
leeraren aan de Rijks-Universiteiten.
Het is uiterst omslachtig, merkt prof-
Legebeke aan, den pensioenlast, die op de
gemeente zal drukken, te berekenenboven-
hoofd op een bundel stroo rustte, 't Was of de balf
geopende oogen naar haar opzagen. Het in den
wind fladderend baar gaf aan dat hoofd een spook
achtig aanzien, vreeselijk om to zien bij het
flikkerend licht in den donkeren nacht.
Als door zooveel akeligheid aangetrokken, boog
Liesbeth zich voorover.
Daar klonk eensklaps een doordringende gil, die
met den storm wedijverde in kracht en tegen de
nabijgelegen heuvels weerklonk. En toen zonk zij
nevens den doode op de kniéen, drukte de ijskoude
hand tegen haren boezem, streek de wilde bloedige
lokken van het voorhoofd en drukte een kus op de
bleeke lippen.
«Arnold kreet de ongelukkige«Arnold, mijn
goede, beste Arnold. Zie mij aan. Gij zijt niet
dood. Ik ben uwe Liesbeth, de uwe, ja eeuwig de
uwe!"
fan smart verteerd zonk zij aan 2ijne borst-
{Slot volgt.)