1
Zaterdag 28 Januari.
.A0. 1893.
N°. 8197.
KENNISGEVING.
v© nenveertigst© Jaargang'.
Verschijnt dagel ks, uitgezonderd Dinsdag,
UITGEVER: J ODÉ.
"Buitenlandsche JBericlit en.
COURANT.
kno«W8MSNT8W«nS, per kwarts 1
franco per post, door het geheele Rijk
Afzonderlijke nommers
4.85.
- 2.50
0.40.
B UBtE A It s B OtJBb SïRAAT, E aï,
Adyk&tkntkprus: «s 1—10 gewone regel» met
inbegrip van eene Courant .40
iedere gewono regel meer. - 0.10
DRIEMAAL geplaatst wordt tegen TWEEVttL berekend.
Kleinhandel ln Bierken drank.
Burgemeester en Wethouders \an Schiedam
brengen, ingevolge art. 5 der wet tot regeling
-van den kleinhandel in sterken drank en tot
beteugeling van openbare dronkenschap,
(Staatsblad n°. 418 van 1885), ter openbare
.kennis, dat bij hen is ingekomen een ver
zoekschrift om vergunning tot verkoop van
0 sterken drank in het klein, van L. RIETKERK,
voor het pand aan den Singel, wijk A n°.
«58.
Schiedam, den 26sten Januari 1893.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VAN DIJK VAN MATENESSE.
De Secretaris,
VERNÊDE.
FBANKBUt
Ia den gisteren gehouden ministerraad
■weid gesproken over de Kamer-discussies
aangaande de geheime fondsen van binnen-
landsche zaken. Besloten werd alle amende
menten af te wijzen.
De regeering zal 't waarschijnlijk eens wor
den met de begrootings-commissie over de
beursbelasting. De Fransche rente zal vermoe-
moedelijk van de belasting worden uitge
sloten.
De Oostenrijksche ambassadeur bracht een
bezoek aan den minister van buitenlandsche
zaken, om te spreken over den minder gun-
stigen indruk, op zijn regeering gemaakt door
•de lasteringen, tegen hem ingebracht in de
kranten bij gelegenheid van de verbanning
van den correspondent van een Hongaarsch
blad, den heer Sekely. De minister Develle
betuigde het leedwezen der regeering over
deze onrechtvaardige aanvallen. De minister
zeide, dat hij last had gegeven aan den mi
nister Kalnoky de artikels mede te deelen
•van de kranten, meer bepaald de Hirlap,
"waarin de republiek en president Carnot be-
leedigd werden.
In de Kamerzitting van gisteren zeide
Millevoye, bij het debat over het bepalen van
den dag der interpeliatie-Barboux over de
Panama-zaak, dat het hem niet verwonderde
op de bank der beschuldigden een oud
minister te zien, die van af de tribune erken
de zijn tusschenkomst te hebben verleend,
om aan de pers gelden uit te deelen uit de
Panama-fondsen.
De heer Millevoye vestigde de aandacht op
het nationaal gevaar, voortspruitende uit de
inrichting en de wijze van werken van zekere
nieuws-agentschappen in Frankrijk. Men heeft
getracht in een schandaal den naam te be
trekken van een gezant, die verzekerd kan
®ijn van de meest mogelijke achting en eer-
bied der natiemen heeft aan een buiten-
landsch souverein eene daad toegeschreven,
die een beleediging van Frankrijks vertegen
woordiger zou zijn geweest en een hinder
paal voor den vrede. Het is noodig
tegenover zulke dingen met kracht op
te treden. (Toejuiching.) Er bestaat eene
geheele organisatie, welke ons vjjandig gezind
is; o. a. bestaat nog altoos een Engelsch
agentschap, het agentschap Dalziel uit Londen,
waarvan de Fransche succursaal door contract
verbonden is en alle vrijheid van handelen
derft. (Beweging.) Een dergelijke staat van
zaken levert al te groote gevaren op. Spreker
herinnert aan de Etnser depêche, om te doen
gevoelen waartoe valsche berichten kunnen
leiden. Zij die zulke berichten in de wereld
brengen, speculeeren op het gemakkelijk voor
allerlei indrukken vatbare karakter der Fran-
sclien. Wanneer vreemdelingen het durven
wagen naar Frankrijk te komen om Frankrijk
te belasteren, dan moet hun te verstaan
gegeven worden, dat zoo Frankrijk het
classieke land der vrijheid is, het weigert
tevens het toevluchtsoord voor den laster te
wezen, fToejuiching
Minister Ribot antwoordt. Men heeft den
gezant eener bevriendemogendheid belee-
digd de regeering kon dit niet gedoogen
er zijn dus maatregelen genomen tegen cor
respondenten, die zulke valsche berichten
verspreiden. (Toejuiching.
Er is met spoed gehandeld, gelijk men
verschuldigd was aan Ruslands gezant. De
minister erkent, dat er landen bestaan, die
het nieuws uit Frankrijk van buitenlandsche
agentschappen ontvangen en uit welke het
nieuws langs denzelfden weg tot ons komt:
de regeering zal hare waakzaamheid over
deze zaken laten gaan, inzonderheid waar
het naburige landen betreft. De regeering
houdt zich trouwens bezig met de geheele
organisatie van al die agentschappen te onder
zoeken; zij weet dat het haar plicht is de
zaak nauwlettend na te gaan.
De heeren Flourens zegt, dat wat men nu
gedaan heeft, eene herhaling is van de tactiek
welke in 1870 met de Emser depêche zoo
wel geslaagd is. Hij wijst er op, hoe het
telegram van de Hirlap door de dagbladen
in de landen van het drievoudig verbond is
overgenomen. Het was er om te doen, aan
de verstandhouding tusschen Rusland en
Frankrijk een einde te maken. (Toejuiching.)
De tot nu genomen maatregelen zijn volgens
spreker onvoldoende. Men moet zorgen, dat
zulke dingen niet opnieuw kunnen voorko
men. Het land moet zich wapenen tegen het
gevaar, het moet zich verdedigen tegen de
ons vijandig gezinde agentschappen.
Het incident is hiermede geëindigd.
De Kamer neemt de eerste 28 hoofdstuk
ken van de begrooting voor binnenlandsche
zaken aan.
In antwoord op eene redevoering van den
Boulangist Chiché, toonde de heer Ribot de
noodzakelijkheid der geheine fondsen aan tot
handhaving van de openbare orde. Deze zijn
met 303 tegen 18*2 stemmen toegestaan.
Het einde der ziiting was echter zeer ru
moerig. De heer Provost de Launay zeide,
dat de Panama-zaak geen gelegenheid moet
worden voor den heer Ribot om het kapitool
te betrekken. De Panama-zaak was vierjaar
lang een bekend geheimmen wachtte slechts
op de verjaring. (Gemompel.)
De heer Deschanel sommeerde hem, die
de Panama-lijst openbaarmaakte, zich bekend
te maken. De geheele linke! zijde juichte
deze woorden toe
De heer Delahaye zeide, dat de regeering
vier jaar lang het stilzwijgen be waai de.
Allerlei uittoepen en kreten van protest
volgdeniemand riep den spreker toeGij
zijt een lasteraar. De heer Delahaye ant
woordde, dat men de bewijzen der corruptie,
de lijst der 104 omgekochten had, welke
bewijzen dat hjj geen lasteraar is
Het tumult werd nochtans hoe langer hoe
grooter. Waar is dan die lijst? weid er ge
roepen. Te midden van allerlei kreten, feite
lijk uitgejouwd, verliet de heer Delahaye de
tribune.
De heer Deschanel zeide, dat Delahaye zich
aan zqne sommatie had onttrokkenaan de
zaak van eer, voor welke hij hem had ge
steld. (Langdurige toejuichingen
Minister Bouigeois betreurde het, dat de
bediijveis van zulke schandelnkheden niet
kunnen vervolgd worden.
De heer De Ramel verklaarde, dat als men
de zaak had willen ophelderen, men Artoa
zou hebben gevangengenomen. Vóór tien
dagen bevond deze zich nog te Parijs.
De heer Ribot antwoordde, dat de regee
ring haien plicht heeft gedaan. Zich tot
Delahaye wendende, vervolgde hijmaar gij
hebt dei uwen niet gedaan.
Hierop ontstond eene heftige woorden
wisseling tusschen Ribot en Delahaye.
De aanneming van den post voor de ge
heime fondsen was voor de linkei zijde en
het centrum eene aanleiding tot toejuiching.
Ten slotte nam de Kamer de artikelen 57
tot 60 van de behandelde begrooting aan.
De heer Bourgeois heeft, wegens een arti
kel in de Autorite'zijne getuigen gezonden
aan den heer De Cassagnac.
In het Panama-proces heeft advocaat Du-
buit den heer Fontanes verdedigd, wiens
vrijspiaak hij vraagde.
Zekere Peyramont, in Boulanger's dagen
bestuurder van een blad Xa Revanche
heeft Bebel gesommeerd de omkoopbaarheid
van een Fiansch blad, waarvan Bebel in den
Rijksdag gewaagde, te staven.
De Temps zegt, dat de gezant Waddington
in de quaestie van Egypte een voorbehoud
heeft gemaakt ten opzichte van Frankrijks
nadere houding, welke zal afhangen van de
verklaringen en ophelderingen, door Engeland
te geven.
1) U 1 1 S C U L A N D.
Bij het déjeuner van het Alexauder-grena-
dier-iegiment bracht de keizer een toost uit.
Wij allen zien in den czaar niet alleen den
hoogen regimentschef, zeide hij, niet alleen
onzen voornaam"! en kameraad, maar den
drager van de oude monaichistische tradities,
van menigmaal bewezen vriendschap en in
nige banden, in vroeger eeuwen door Russi
sche en Pruisische regimenten op het slag
veld met bloed bezegeld. Hij stelde een hoerah
in op den 7nar. De grootvorst-troonopvolger
dankte en dronk het welzijn des keizers.
Naar aanleiding van de beraadslaging over
de begrooting in den Rijksdag verklaarde de
staatssecretaris Marschall bij de behandeling
van het budget voor den rijkskanselier, dat
Rusland, bij de onderhandelingen over een
handelstractaat concession heeft gedaan ten
aanzien van ons conventioneel tarief Niets
meer. Wij verlangen van Rusland vei laging
van zijn tarief. De door ons gesloten tracta-
ten hebben onze handelsbalans niet verergerd.
Het sluiten van tractaten is eene consequen
tie van onzen geheelen commercieei-politie-
ken toestand. Bevordering van onzen uitvoer
handel is bevordering van den nationalen
arbeid, dien wij niet onbeschermd aan de
willekeur van andere «taten mogen prijsge
ven. Eén voordoe) hebben de handeistractaten
in elk geval, het voordeel van de stabiliteit.
Handeistractaten waren een weldadig en
nuttig werk vooi de Duitsche staatshuishou
ding. Wij moeten den Rijksdag dankbaar zijn,
dat hij daarop spoedig en met eene groote
meerderheid zijnegoedkeuring heeft verleend.
De zitting van den Rijksdag eindigdehier-
mede, dat de secretaris van staat Yon Mar
schall het handelsverdrag met Zwitserland
verdedigde.
De begiooting van den rijkskanselier werd
aangenomen. Morgen behandeling der be
grooting voor binnenlandsche zaken.
ENGELAND.
De eigenaars van de steenkolenmijnen in
het land van Wales hebbeu te kennen ge-
gegeven, dat zij tegen 28 Februari a.s. de
contracten met de werklieden, wier aantaf
90,000 bedraagt, opzeggen, daar het vraag
stuk betreffende den veranderlijken loon-
standaard nog met opgelost is.
OOSTKNUIJK.
De afgevaatdigde Ugron heeft Woensdag
in den Hongaai "dien Rijksdag den minister
van oorlog geinteipelieerd over het geval van
den kolonel, commandant van het regiment m
garnizoen te ICarlsburg. Genoemde officier
moet bij wijze van straf twee bataljons in een
verschrikkelijke kou een marsen hebbeu doen
maken, waai door 114 man bevroren handen.