Zondag 29 en Maandag 30 Januari.
A". 1893.
N°. 8198.
Eerste Blad.
F e u i 11 e t o n.
eve n 3 nveertig-ste Jaargang.
AAN DB GBENS.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag.
UITGEVER: J. ODÉ.
Binnenlandsche Berichten.
SCHIEDKHE
GOURJt
Abonnementsprijs, per kwartaal 1.85.
Jraitco per post, door het geheele Rijk -2.50
Afzonderlijke nommers -0.10.
Schiedam 28 Januari 1893.
De Eerste Kamer is sedert een paar dagen
met de behandeling der staatsbegrootmg
bezig. De algemeene beraadslagingen over
•dit onderwerp waren ditmaal waren ze het
immer? niet van belang ontbloot, of liever
op éen punt waren ze zeer belangrijk. In de
Tweede Kamer namelijk had men er op gewe-
2en, dat de geest onder de onderwijzers hier
te lande te wenschen overliet. Daar echter
bleef het bij een korte woordenwisseling, en
-verklaarde de minister van binnenlandsche
-zaken, dat de proportien, die dit kwaad had
genomen, van weinig beteekenis waren. De
Eerste Kamer nam de zaak hooger op, en ook
voor haar betoogde de minister van binnen
landsche zaken, dat werkelijk deze beschul
diging tegen de onderwijzers niet gegrond
■was. Den minister werd toen optimisme
verweten, want werkelijk het kwaad bestond
in grooter mate, dan de minister wilde be
kennen. De heei Van Boyen was vooral de
tolk van hen, die zoo dachtende heer
Alberda van Ekenstein, evenals de heer Van
Boyen afgevaardigde uit het Noot den, ver
dedigde de houding van den minister. Doch
de beste verdediging gaf de minister in de
zitting van gisteren zelf. Zoolang men had
gespioken van den kwaden geest, die vele
onderwijzers zou beheerschen, had hij niet
Anders kunnen spreken, Jan hij had gedaan.
Doch nu de beschuldigingen tot sommige,
-eindelijk tot enkele onderwijzers is beperkt,
gaf de minister toe, das het feit juist is.
En wanneer er feiten bekend zijn geworden,
Jie aanleiding konden geven tot optreden van
het schooltoezicht, dan heeft dit schooltoe
zicht zulks ook niet nagelaten. Dit echter
BVUEAU: BOTEB8TBAAT, B 2 7.
Adyertentupkije: y*o 1—10 guwnn. regels met
inbegrip v«n «ene Ootir*nt
Iedere gewone regel meer
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal betekend
.AO
vond de minister verkeerd, dat er was ge
generaliseerd, en dat er een smet was ge
worpen op een stand, die zulks in het minst
niet verdient.
Het ronde woord van den minister van
binnenlandsche zaken bleek waai deering te
vinden in de Kamer, maar zal zeker ook naar
buiten een gunstigen indruk maken, niet het
minst bij die overgroote meerderheid der
ondeiwjjzers, die zich bewust zijn van de
zware verplichtingen, die op hen rusten.
Dat de autoriteiten, wanneer het noodig
is, niet schromen met ernst op te treden,
blijkt uit de circulaire, die door den districts
schoolopziener en de arrondissements-school-
opzieners in het distiict Leeuwaiden aan de
onderwijzers is verzonden. We aarzelen niet,
dit stuk zeer belangrijk te noemen, omdat
het de positie van den onderwijzer schetst,
zooals die werkelijk is. Aldus is de inhoud
van dit stuk
»Kunnen wij, Nederlanders, fier zijn op de
vrijheden, ons bjj de Grondwetgewaarboigd,
deze veronderstellen eene ordelievende natie,
die van hare rechten het gepaste gebruik
weet te maken.
»Nu is het een helaas niet te ontkennen
feit, dat bij een deel der bevolking, opgeruid
door volksleiders en volksmisleiders, vooral in
het Noorden des lands, zich een geest van
verzet tegen de overheid heeft geopenbaard,
welke op enkele plaatsen reeds tot betreu
renswaardige tooneelen aanleiding heeft
gegeven.
«Dit kan u niet onbekend zijn.
sin deze voor de burgerlijke vrijheid moei
lijke omstandigheden is het de plicht van
eiken weldenkende, het openbaar gezag in
zijne zware taak te steunen.
«Deze plicht rust met het minst opu, die
niet slechts als ambtenaren, maar eerder nog
als opvoeders der jeugd, met uw voorbeeld
behoort voor te gaan. De overgroote meerder
heid uwer handelt oveieenkomstig dit be
ginsel.
ïToch valt het niet te loochenen, dat en
kelen den goeden naam van den onderwij
zersstand in opspraak hebben gebracht door
hun optreden in vergaderingen op eene wijze,
waardoor de eerbied voor de wet niet wordt
bevorderd, en zelfs propaganda hebben ge
maakt voorden Soclaal-DemocratisclienBond.
«Nu echter op het te Zwolle den 25 en 26
Dec. j.l. gehouden congres van dien bond
gebleken is dat deze vereeniging beoogt de
omverwerping der bestaande orde met alle
haar ten dienste staande geoorloofde of onge
oorloofde (vredelievende of gewelddadige)
middelen, maken ambtenaars, die haar on
middellijk oï middellijk steunen, zich schul
dig aan ergerlijke plichtsverzaking en stellen
zij zich derhalve bloot aan het gevaar van
uit hunne betrekking te worden ontslagen.
«Zoodra daartoe termen zijn,zal eene voor
dracht van onze zijde ingevolge art. 29, lett.
b en c, en art. dl der wet op het lager
onderwijs niet uitblijven".
Zij, die in dit schrijven een aanranding
zien van de persoonlijke vrijheid van ons volk,
vooral van die der ambtenaren, dwalen. De
ambtenaar, die de wetten kent, waaraan hij
zich in zijn betrekking heeft te houden, is ver
plicht, die na te komen. Kan hij zich daar
aan niet onderwerpen, dan is hij als eeilyk
man verplicht ontslag te nemen, en doet
hij dit niet, dan is het gezag verplicht hem
dat ontslag te geven. De wet, die den onder
wijzer voorschrijft, in de school zich te ont
houden van de verspreiding van leeringen,
strijdig met de goede zeden, en hem verbiedt
aan te sporen tot ongehoorzaamheid aan de
wetten des lands, die wet is op dit punt
klaar, en een onderwijzer, die buiten de
school (zie N. B. Ot. van heden) door een
zangvereeuiging een lied laat zingen, waarin
deze woorden voorkomen
«Maar koningen en advocaten
Verdwijnen slechts door dynamiet",
moet zich niet kunnen verontschuldigen, dat
hij in de school toch het «Wilhelmus" laat
aanheffen. Weg met hemWij zeggen met de
circulaire der schoolopzieners«het gezag
hoog houden 1"
Deze stelling trouwens mocht tegenwoordig
ook door tal van Nederlanders, die geen onder
wijzers zijn, tot hun lijfspreuk gemaakt wor
den. Die geen vreemdeling is in de geschie
denis van den dag, moet zich nu en dan
wel bedroeven over de niet zelden onhebbe
lijke wijze, waarop het gezag miskend wordt,
waarop getracht wordt het gezag te verleggen.
Eu geschiedt dit in de hoogeie lagen, het
gevolg is, dat de mindere onmiddellijk het
voorbeeld volgen.
De tijden zijn ernstig: daarom op elk terrein
het gezag gehandhaafd.
SCHIEDAM, 28 Januari 1893.
Op initiatief van burgemeester en wethou
ders heeft het burgerlijk armbestuur metde
armbesturen der verschillende gezindten Zon
dag j.l. ten raadhuize eene samenkomst ge
houden, teneinde op de meest doeltreffende
wijze te helpen voorzien in de behoeften van
hen, die tengevolge van de ongunstige tijds
omstandigheden gebrek lijden.
Naar wij vernemen, waren de armbesturen
der verschillende gezindten overtuigd dat voor
de door hen bedeelden voldoende gezorgd
wordt, zoodat naar hunne meening buiten
gewone maatregelen overbodig waren.
- „9 nCff
Ss A- .(„o) .P
•<Jc~
lEPf
D E W A1L
3i.
Terwijl dit alles geschiedde, had Peter den
Joodschen handelaar voorzichtig door de gang
geleid, met hem het huis door een zijdeur ver
laten en hem onopgemerkt achter de brouwerij
langs en door de schuren in het vrije veld
-gebracht. Hij beloofde hem dat hij een oog
op zijn voertuig zou houden en raadde hem
aan, zich zoo spoedig mogelijk van daar te ver-
-wijderen. Met een listig, triomfeerend lachje
volgde hij den -vluchtendetot deze het bosch
'bereikte, waarin hij spoedig verdween. Hij
knikte, kneep het oog toe, zette de handen in
•de zijden en begaf zich haastig weder in huis.
Doch de sluwe Peter jnichte een weinig te
wroegtoen in den derden daarop volgenden
nacht twee donkere schaduwen door de achter
deur slopen, den ouden knol voor het voertuig
spanden en daarmede wilden wegrijden, ontdekten
zij dat het voertuig niet voort kon. Eene
onbekende hand had tusschen het rad en de as
van de achterwielen wiggen gedreven die zij
niet konden verwijderen. Dientengevolge moesten
Lobel Pinsus en zijn sluwe zoon onverrichterzake
weder ve; bekken.
Tegen den avond van denzelfden dag was er
in de ontvangkamer en de aangrenzende kamers
te Wicelowiec een bijzonder levendig gezelschap
vergaderd. Het gesprek in de taal liep over de
politiekwaaraan voor het meerendeel door de
oudere heeren en dames werd deelgenomen; in
de naaste kamer luisterde men naar de mede-
deelingen van de beide lichtgewondendezen
laatsten werd altijd weer opnieuw verzocht te
verhalen en in de derde zaal speelde men
om hooge sommen.
Een eigenaardig aanzien kreeg het gezelschap
door de omstandigheid, dat allen druk aan het
werk waren. De dames maakten pluksel, terwijl
zij opmerkzaam naar de helden luisterden of
aan het gesprek deelnamensommige heeren
en dames giepen naar stukjes papier, die overal
op de tafel voor hen vespieid lagen, en knipten
deze in langwerpige vierkante stukjes van een
bijzonderen gelijkmatigen vorm terwijl weder
anderen deze over een rond hout rolden met
een weinig gom bestrekenen ineenplakten.
Men maakte patronen in de Poohche salons
alsof men in een laboratorium was, en zelfs de
zachte handen der damesdie anders slechts
sierlijke sigaretten draaiden, verleenden daarbij
hulp geheel Polen was eene wapen- en
ammunitie-fabnek.
In weerwil van het afschuwelijke weer er
hing buiten een dikke neveldie allengs in
sneeuw en regen overging - waren in den
loop van den dag eenige rijtuigen aangekomen,
waaruit zwart gekleede heeren die het voor
komen van samenzweerders haddenen ook
verscheidene dames gestegen waren.
Wloeluwiec was een gastvrij huiser was
plaats voor velenmaar deze lieden hadden
zeker een ander doel voor oogen, dan de gast
vrijheid van den gastheer op de proef te stellen.
Het was een feit, dat de dictator roem
loos gevlucht was genei aai Mieroslawski was
te Krakauniet om te strijdenmaar om te
intrigeeren. Hij had zijn intrek daar in een
hotel genomen en had ook nog een ander
kwartier in de staddeze zvfsrte kunstenaar
bezat echter de gave om zich onzichtbaar te
kunnen maken voor diegenen, die hemzochleni
men hoorde alleen iets van hem door zijne
hoogdravende bulletins en door de couranten.
De partijstrijd was hiermede weder geopend
het strijdperk stond open en men stortte zich
er koortsachtig binnen. De stroom was dezen
keer zoo sterk dat de oudeangstige genei aal
Kruszéwski den grond onder zijne voeten'voelde
wankelen. De partij der adellijken in het bijzonder
spande alle krachten in om bij deze onver
wachte gelegenheid het verloren terrein te
heroveren en aan het roer te komen. Braniczkt
werd oogenblikkelijk het eerst door haar genoemd,