A°. J893.
Zondag 14 en Maandag 15 Mei.
N°. 8271
Eerste Blad
KENNISGEVING.
JAARMARKT of KERMIS.
ev enenve ert gste Jaargang-.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag,
UITGEVER: J. ODÉ.
Biniienlandscke Berichten.
Abonnementsprijs, per kwartaal
franco per post, door bet geheele Rijk
Afzonderlijke nommers
ƒ1.85.
- 2.50.
- 0.10.
BCïtEAr: BOTCU8TKAAT, E 2 7.
ADVERTENTIEPRIJS: van 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courant.1.10.
Iedere gewone regel meer0.10.
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
Burgemeester EN WET H ouders
VAN SCHIEDAM doen te weten:
Dat, indien bijzondere omstandigheden dit
niet beletten, de Jaarmarkt of Kermis
aldaar zal aanvangen op MAANDAG den
8den JULI e.k.
dat de loting tot regeling der plaatsen voor
hen, die zich overeenkomstig art. 47 der ver
ordening van 29 Juli 1881afgekondigd
den 18den Augustus d. a. v. binnen den
vastgestelden tijd hebben aangemeld en wier
toelating door burgemeester en wethouders
kan worden vergund, zal geschieden ten
overstaan van den daartoe aangewezen ge
meente-ambtenaar, in tegenwoordigheid der
aanvragers, wanneer die zich daartoe aan
melden, aan het kantoor bij de buitensluis
aan de Hoofdstraat, op Vrijdag, den 23sten
Juni a. des voormiddags ten ÏO
ure, of zooveel later op dien dag, als
•voor sommige categoriën zal worden noodig
geacht
dat niet meer dan twee draaimolens, be
nevens twee velocïpfede-tentcn of dergelijke
inrichtingen op de kermis zullen worden toe
gelaten, met bepaling, dat, om aan de loting
-te kunnen deelnemen, het marktgeld
door eiken aanvrager moet zijn betaald vóór
den aanvang der loting, en dat het niet zal
•werden teruggegeven, ook dan niet wanneer,
ongeacht om welke redenen, van de bij het
lot aangewezen plaatsruimte geen gebruik
mocht worden gemaakt;
dat met opzetten der kramen, spellen,
tenten enz. kan worden aangevangen op
Woensdag, den28sten Juni e.k., terwijl de plaat
sen, na dien tijd alléén worden bewaard voor
hen, die het marktgeld vóór of op den
SJGsten Juni e.k., uiterlijk des namiddags ten
■wyf ure, ten genoemden kantore zullen
hebben voldaan
dat de kramen, spellen, tenten enz. zullen
moeten zijn afgebroken en weggeruimd uiter
lijk op Woensdag, den 12den Juli 1893.
Gedaan te Schiedam den 13denMei 1893.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
VAN DIJK VAN MATENESSE.
De Secretaris,
VERNÈDE.
SCHIEDAM 13 Mei 1893.
De verwerping van de militaire ontwerpen
door den Duitschen Rijksdag bracht in haar
gevolg het doodvonnis van dit lichaam. De
Rijksdag is ontbonden en met een zenuw
achtige gejaagdheid zijn enkele partijen reeds
bezig met het stellen van candidaten voor
het nieuwe rijksparlement. De keizer heeft
de hoop uitgesproken, dat dit lichaam gun
stiger voor de ontwerpen zal gestemd zijn dan
het ontbondene; en al mocht dit het geval
niet zijn, toch zal hij trachten het leger in
dien staat te brengen, waarin het zal behoo-
ren te verkeeren, zal de vrede verzekerd zij u.
Met' ernst is de tijding van de verwerping
der ontwerpen in Oostenrijk en Italië ver
nomen, en zeer natuurlijkDuitschland, dat
op een gegeven oogenblik te gelijk front moet
kunnen maken tegen Frankrijk en Rusland,
dat groote monster-kanon in Midden-Europa,
zien deze bondgenooten liefst zoo zwaar moge
lijk geharnast. Frankrijk heeft bij 't gebeurde
weinig van zich laten hooren. 't Zal zich be
haaglijk hebben gevoeld *n zich verheugen
over zijn eigen voortreffelijke bewapening.
Het verstandigst, het meest waar is de be
schouwing van het Duitsche blad die Nat ion,
dat den parlementairen toestand in een helder
licht stelt. De schrijver van die beschouwing
meent, dat men zich zeer zou vergissen,
indien men de oorzaak van de heillooze ter
warring, welke er tegenwoordig heerscht,
uitsluitend in het legerontwerp zou gaan
zoeken. Oos geheele constitutioneele leven,
zooals het zich onder prins Bismarck heeft
ontwikkeld, is door en door ongezond, en een
in aantocht zijnde botsing op militair gebied
zou niet anders zijn dan het uitbreken eener
ziekte, die reeds lang in het verborgen heeft
geheerscht.
En dan wordt vervolgens door den schrij
ver de wondeplek in Duitschlands politiek
leven helder aangetoond»De wortel van al
het kwaad", zegt hij namelijk, jligt in de on
macht van het parlement. In een parlement,
dat geen rechtstreekschen invloed oefent op
de samenstelling der regeering, kan geen
gezonde partijvorming zijn. Wenschenreiken
altijd verder dan eischenen eischen zyn
gewoonlijk bescheidener naarmate men zelf
gemakkelijk kan worden geroepen ze te ver
wezenlijken. Bij ons kan tegenwoordig ieder
parlementslid zich de weelde veroorloven er
zijn eigen politieke idealen op na te houden
en deze na te streven, omdat er al heel
weinig gevaar bestaat, dat de kroon hem voor
den eisch zal stellen, eens te toonen, dat die
idealen met de thans beschikbare middelen
en krachten werkelijk te bereiken zijn. Aan
gezien men dus den dwang tot zelfbeperking
mist, groepeeren zich dan ook de partijen
meer om hetgeen wenschelijk dan om het
geen bereikbaar is. Daardoor echter wordt
noodzakelijk echter de klove wijder tus-
schen de regeering en de partijenen
zoo komt het dat men thans ziet hoe
de leidende staatsman in politiek opzicht
met geen enkele partij overeenstemt, op geen
partij zich kan verlaten, en schoon met de
beste en onbaatzuchtigste bedoelingen, die
men zich denken kan, van de óene scheeve
positie vervalt in de andere. Losser wordt
door zulke toestanden het party vei band. Erger,
het geheele staatkundige leven nadert tot
een ontbinding door een hatelijke politiek,
die slechts op particuliere belangen het oog
gevestigd heeft en door deze wordt beheetscht,
een politiek van staathuishoudkundig parti
cularisme, die voor de eenheid van het rijk
een veel grooter gevaar oplevert, dan in het
staatkundig particularisme ooit opgesloten
heeft gelegen. En deze ontbinding noemt de
schrijver de laatste vrucht \an de staatkuude
van Bismarck. Slechts met de meest gewaagde
hulpmiddelen der parlementaire diplomatie
en door niets ontziende politiek van dwang,
kon die staatkunde zich geruimen tijd staande
houden, en de poging van Caprivi om in dit
spoor voort te gaan, mag als geheel mislukt
worden beschouwd. Men komt meer en meer
voor deze keuze te staanof een werkelijk
invloedrijk parlement óf geen parlement.
Het is bekend, dat de reactionnairen liever
vandaag dan morgen het algemeene en
gelyke stemrecht zouden willen opheffen;
dat zij in Duitschlands constitutioneel leven
naar den schijn, want het is eigenlijk
geen constitutioneel leven ook van een
parlement slechts den schijn zouden willen
behouden zien. De poging om een eenmaal
bestaand algemeen en gelijk stemrecht weder
af te schaffen, is nog nooit en nergens ge
waagd. Feitelijk zou die afschaffing beteeke-
nen terugkeer tot het absolutisme. Of een der
gelijke revolutie in het Duitsche rijk moge-
3 ijk zou wezen, kan onbeslist blij ven dat zij
een levensgevaarlijke operatie zou zijn, zal
niemandontkennen. Doch niet in deze, slechts
in de tegenovergestelde richting kan vrucht
bare ontwikkeling worden verwacht. De
volksvertegenwoordiging moet zich bewust
worden van een grootere verantwoordelijk
heid, en dat is alleen dan mogelijk, als men
haar grootere macht toekent. Een staatsman,
die in Duitschland den weg baande voor een
dergehj ken ontwikkelingsgang, zou zich jegens
het vaderland ten hoogste verdienstelijkmaken.
Zoolang dit vraagstuk niet is opgelost, zal
er voor ons aan het onvruchtbaar geharrewar,
de tegenstrijdigheden en de botsingen geen
einde komen".
Nu, men kan vooruit reeds berekenen, dat
de laatste wensch van dezen schrijver voor-
loopig niet zal worden vervuld. De Rijks
dag, die komt, zal het evenbeeld zijn van
het parlement, dat hij vervangtmisschien
zal het er wat socialistisch gekleurd uitzien,
-en dat de hooge regeering bereid zal worden
bevonden, aan het parlement een invloed toe
te kennen, die ook maar eenigszins zou doen
denken aan de Engelsche of Nederlandsche
volksvertegenwoordiging, is onaanneembaar.
Om bij parlementen te blijven, het Fransche
heeft zich buitensporig lang met een eigen
aardige quaestie beziggehouden; 'tis name
lijk deze, of bij de betooging op 1 Mei, toen
de afgevaardigde BautI'n in hechtenis is ge
nomen, deze dan wel de politie begonnen is
klappen uit te deelen. De Bigaro heeft met
deze historie onbarmhartig den draak gesto
ken. Geheel Frankr c, zegt de redacteur van
dit blad, houdt zich met deze gewichtige
vraag bezig. De minister Dupuy, men her
innert het zich, heeft persoonlijk een onder
zoek naar het gebeurde ingesteld, en het einde
de zaak is, dat de ministerraad een verzoek
ran den procureur ontving om een vervolging
te mogen instellen tegen het Kamerlid Baudin
wegens mishandeling van politie-agenten op 1
Mei. Dit verzoek zal aan de Kamer worden
overgelegd, die er zeker wel een zitting aan
wijden zal. Heeft Duitschland zijn Ahhvardt,
Frankrijk heeft zijn Baudin, en het Spaansche
parlement? Ja, dit heeft het in de afgeloopen
week tot een zitting van over de 24 uren
gebracht. De Carlisten hopen, en de repu
blikeinen zijn druk aan het woelende toe
stand is netelig op het Iberische schiereiland
SCHIEDAM, 13 Mei 1893.
Vergadering van den raad der gemeente
Schiedam, Dinsdag den 16n Mei 1893, des
namiddags ten kwartier voor 2 ure.
Onderwerpen:
Ingekomen stukken.
Voorstellen van burgemeester en wet
houders
a. Tot wijziging der gemeente-begrootin
gen voor 1892 en 1893.
5. Tot toekenning eener belooning aan
eenige gemeente-ambtenaren voor verrichte
buitengewone weikzaamheden, als gevolg van
de invoerjng der pi. dir. belasting naar het
inkomen.
Voorstel van d-A commissie voor de pl. be
lastingen om de'bemerkingen van het raads
lid, den heer Elzevier Dom, op de door haar
ingediende ontwerp-verordeningen op het
havengeld, om onderzoek en rapport in hare
handen te stellen.
Beraadslagen over
1. Bezwaarschriften van aangeslagenen over
hunnen aanslag in de pl. directe belasting
naar het inkomen, dienstjaar 1892/3; met
het advies daarop der betrekkelijke commissie
van onderzoek.
2. Adres van J. P. Koppenhagen om eer
vol ontslag als onderwijzer.
3. Adres van L. Koster c. s. te Pernis om
vrijstelling der betaling van haven- en sluis-
geld voor de roeibooten waarmede zij alhier
visch ter markt brengen.
4. Voorstel van het raadslid, den heer
M.C.M. de Groot,om burgemeester en wethou
ders op te dragen te trachten eene veihoo-
ging te verkrijgen van 't rijkssubsidie voor
de H. Burgerschool; alsmede verzoek van
datzelfde raadslid, om verlof tot het richten
van een tweetal vragen tot burgem. en wet
houders, betrekking hebbende op het gym
nasium en de inrichtingen van M. onderwijs.
5. Missive van de raadsleden, de heeren
Maas c. s., ten geleide van een door hen ont
worpen instructie voor de gezondheidscom
missie, met het daarop door burg. en weth.
uitgebracht rapport.
G. Ontwerp-strafverordeningen betrekking
hebbende op de openbare reinheid en ge
zondheid.
En verdere voorstellen en mefledeelingen.
Door burgemeester en wethouders is be
noemd tot vischwegerD. Krabbendam alhier.