v m im s
A". 1893.
Zondag 16 en Maandag
17 Juli
Mr. H. J. Schuurman.
/E. Elzevier Dom.
J. H. van Westendorp J.Dz.
A. van Buysen.
J. Loopuyt.
J. W. J. van Harwegen den
Breems.
W. F. Tak.
N°. 8316.
Eerste Blad
F O L I T I E.
i venenyeertigste
Jaargang-.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag,
uitgëvekTT odé.
Binnenlandsche Berichten.
JIB.IT.
Abonnementsprijs, per kwartaal f 1.85.
Franco per post, door het geheele Rijk- 2.50.
Afzonderlijke noramers- 0.10.
BUREAU: BOTËKITRAAT, Ei 2 7.
Advertentieprijs: van 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courantƒ1.10.
Iedere gewone regel meer- 0.10.
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
Aan het commissariaat zijn als op
straat gevonden aangebracht of aangegeven:
een wit sokje en paars kousje, een paar
manchetten, een pak zakken, een rozen
krans, een fustje, gemerkt T. S. 857, een
gebreid keursje, met i0.13, 2 zakken,
gemetkt P. A. 4 en H, een wit kinder-
schortje, het onderstuk van een gouden
oorbel, een servet, een kinderschoentje,
en een stuk zeildoek, waarin 2 schriften
en een JTransch boek.
VAN
Onze lezers vinden in dit nummer den
uitslag van de vergadering van de kiesver-
eeniging «Schiedam".
Zij kunnen daaruit zien, dat de heeren
J. Tak en J. H. Ris Hz. hun mandaat als
raadslid hebben nedergelegddat de heer
C. Bergsma niet zooveel stemmen verwierf,
om op de candidatenlijst der kiesvereenigiog
te komen, en dat dus de candidaten dezer
kïesvereeniging zijn de heeren
Beloofde de voorloopige candidatenlijst een
eenigszinsf andere uitkomst, de kiesvereeniging
«Schiedam" heeft in ieder geval getoond,
ruimte te willen. Ze ga in deze richting voort.
De candidaten, die reeds zitting-.hebben, be
hoeven we niet te bespreken.
De heer W. F. Tak heeft op de vergade
ring in enkele woorden zijn denkbeelden toe
gelicht geen uitgaven dan die met de draag
kracht der financiën rekening houden; de
waterverversching in dier voege te behan
delen, dat er pogingen zullen worden aan
gewend om deze tot een provinciale zaak te
maken. De heer Van "Westendorp ontwik
kelde in het kort zijn denkbeelden over de
hygiënische toestanden, welk onderwerp zeer
zeker spoedig in den .gemeenteraad aan de
orde komt. De heer Van Buysen, tot heden
meermalen tevergeefs aangezocht, eencandi-
datuur te aanvaarden, is thans voor den ver
nieuwden. aandrang gezwicht en heeft de
candidatuur aangenomen.
We hopen, dat de kiezers op aanstaanden
Dinsdag in groot aantal van hun recht gebruik
zullen maken. Hoe grooter toch dit getal is,
hoe meer de gekozenen zich kunnen beschou
wen gekozen te zijn door de geheele burgerij.
Met aandrang wekken we daarom alle vrijzin
nigen op te stemmen op de candidaten der
kïesvereeniging «Schiedam".
SCHIEDAM, 15 Juli 1893.
De kiesvereeniging Schiedam" vergaderde
gisteravond tot het stellen van candidaten
voor het lidmaatschap van den gemeenteraad.
De vergadering, die zeer talrijk was bezocht,
werd geleid door den voorzitter, den heer M.
Horn, die bij de opening de volgende toe
spraak hield:
Mijne Heeren!
Nu mijne mede-bestuuiders mij hebben aange
wezen, om in het vervolg uwe vergaderingen als
voorzitter te leiden, zij mijn eerste woord een
woord van dankbare hulde aan mijn geachten
voorganger voor de groote toewijding, waarmee
hij steeds de liberale zaak in het algemeen en
deze kiesvereeniging in het bijzonder heeft ge
diend. Hem daarin te overtreffen is mij onmogelijk,
hem te evenaren zal mijn streven zijn. Dat ik
met dit woord van hulde tevens de meening der
leden uitspreek, waarborgt het feit, dat bij met
nagenoeg algemeene stemmen opnieuw weer in
het bestuur werd verkozen; hij heeft echter ge
meend die benoeming niet te moeten aannemen.
Wij berusten daarin, maar dit feit bier nog eens
in herinnering te brengen, acht ik plicht. Ook
de andere bestuursleden verdienen onzen dank
voor de groote toewijding, die zij eteeds hebben
getoond, het »Ehre dem, dem Ebre gebtlhrt"
dwingt tot de verklaring, dat zij steeds de be
ginselen onzer vereenïging hoog hebben gehouden
en - die met groote toewijding hebben gediend.
Wat hebt gij te verwachten of te vreezen van
den tegenwooidigen voorzitter? Het antwoord
op die vraag kan kort zijn. Mijne Heet en, ik heb
het reglement onderteekond, datzelfde leglement,
dat ook de vorige bestuurders geen aanleiding
zou hebben gegeven heen to gaan, wanneer al
de bestuurders waren hei kozen. En nu wil ik
hier de verklaring afleggen, dat ik mij bij al
mijne handelingen streng door dit reglement zal
laten leiden en daarvan geen haai breed zal afwij
ken. Welnu, volgens dit leglement is de verga
dering souvereine zij zegt, hoe zij het hebben
wil, ik zal de eeilijke uitvoerder zijn van hare
bevelen en nooit dulden, dat op hare souvereine
macht door het bestuur of door wien ook
de geringste inbreuk worde gemaakt. Natuurlijk
zal het herhaaldo malen kunnen voorkomen, dat
de vergadering anders wil dan ik gewild had,
dat de candidaten der vereenïging anderen zijn
dan die ik gaarne gezien had, maar dat zal mij
niet alhouden met alle kracht voor de candidaten
der vereenïging te wei ken en te trachten die
bij de stembus te doen zegevieren. Wie ik als per
soon wil candidaat stellen, kan ik op mijn biljet
zetten als elk ander hd, maar heeft eenmaal de
vergadering gesproken, dan zijn de candidaten van
den voorzitter geen andere dan die der vergade
ring. Omdat ik het beginsel van de souvereimteit
der vergadering van begin af streng wenschte te
handhaven, heb ik dan ook mijne mede-bestuurs
leden zelfs niet tot eene vergadering opgeroepen
om over de voorloopige candidaten voor de ge-
meenteraads-verkiezing te spieken. Mocht dus
hedenavond door bestuursleden het woord worden
gevoetd, dan spreken the heeren uitsluitend en
alleen hunne subjectieve meaning uit.
Laat ik voordat ik deze vei gadenng open
ten slotte nog een wensch uitspreken, en wel
deze: dat deze vergadering zich kenmerke door
eene ernstige bespreking van zaken, met weg
lating van alles, wat naar personaliteiten ook
maar mocht zweemen, en daar, waar personen
moeten worden besproken, geschiede dit naar
hunne beginselen, met het oog op de gemeante-
raads-verkiezmg.
Het is niet te loochenen, onze stad gaat achter
uit, terwijl hare schoone ligging haar aanspraak
geeft te zijn een van de bloeiendste en wel
varendste steden van het gansche land. Laat
dan bij onze discussie alleen voorzitten de ge
dachte, dat wij allen willen weikzaam zijn ora
den bewoners dezer stad de grootst mogelijke
welvaart en de minst mogelijke lasten te bezor
gen. Zeer zeker zal er verschil van gevoelen be
staan over de middelen, om dit doel te bereiken,
maar wanneer goede trouw ook tegenover hem,
die het in de middelen met ons oneens is, richt
snoer der discussie is, dan zeker zal deze ver
gadering haren plicht naar behooren kunnen
vervullen. Met den wensch, dat wij heden be
sluiten zullen nemen in het belang en tot heil.
onzer gemeente, open ik deze veigadering.
Na de lezing van de notulen tot de eigenlijke
■werkzaamheden overgaandebleek uit de
ingekomen stukken, dat waren voorgesteld
als candidaten de heeren: O. Bergsma, JL.
Elzevier Dom, J. W. J. van Harwegen den
Breems, J. Loopuyt, J. H. Ris IIz., mr. H. J.
Schuurman, J. Tak, Joh. Plooy, G. W. Snel,
J. H. tan Westendoi p JDz ,W. F. Talc, H. R. M.
A. van Gent, J. J. G. Nolet en W, A. J.
Wittkampf,
Van liet bestuur der vereeniging »De
Giondwet" was bericht ingekomen, dat bij
I deze gelegenheid door deze vereeniging geen
candidaten waren gesteld. Van het bestuur
der kiesveieeniging «Nederland en Oranje"
dat haar candidaten waren de heeren H.
Dïenske, C. Klein en C. van der Vlies, en
dat zij van de lijst der kiesveieeniging
«Schiedam" had overgenomen den heer J. Tak.
Alle voorloopige candidaten waren uitgenoo-
digd deze vergadering bij te wonen. Da
heeren Wittkampf, Nolet, v. Gent, Plooy,
Loopuyt, Schuurman. Elzevier Dom gaven
kennisdat zij de vergadering niet kon
den bijwonen. De vier eerstgenoemde heeren
bedankten daarbij voor de candidatuur,
hetgeen de voorzitter noopte, aangaande de
katholieke heeren te verklaren, dat deze klaar
blijkelijk geen zitting in den raad wenschen
te nemen. De heeren J. Talc en J. H. Ris Hz.
berichtten, dat zij hun mandaat niet wensch-
ten hernieuwd te zien. Een woord van warme
hulde viel hun van de zijde des voorzitters
ten deel. Van de heeren Dienske en Klein
was een schrijven ingekomen, waarbij zij zich
omtrent het program uitspraken. Het bleek,
dat zij in meerdere of mindere mate daar
mede instemden zij werden dus op de voor
loopige lijst gebracht. De heer Van der Vlies
had door afwezigheid niet kunnen antwoorden.
Nog werden, als door tien leden gesteund,
op de candidatenlijst gebracht de heeren
A. van Buysen en P. Loopuyt Wel ver
klaarde de laatste, dat hij in geen geval een
candidatuur zou aannemen, en we meenen
te moeten constateeren, de heer P. Loopuyt
deed dit op de meest kiesche wijze doch
op een vraag van den voorzitter, of de heeren
voorstellers de candidatuur toch wenschten
te handhaven, werd een bevestigend antwoord
gegeven. Ons moet een enkel woord van het
harthet antwoord van den heer P. Loopuyt
toch was van ernstige beteekenis. «Zijn vader
stond op de candidatenlijst, en had niet be
dankt!" Bedachten de voorstellers niet
neen, ze bedachten het niet, anders hadden ze
het niet gedaan hoe wreed, hoe onmensche-
lijk wreed ze waren, toen ze den zoon uitnoo-
digden in plaats van den vader op te treden,
van den vader, die immers vroeger niet in den
raad wilde zijn, maar er slechts op ernstigen
aandrang toe overging, het lidmaatschap van
dien raad weder te aanvaarden, dat hij
vroeger vrijwillig had nedergelegd.
Over de candidaten werd weinig gesproken.
Toen de candidatuur van den heer G. W.
Snel aan de orde kwam, verzocht hij niet
in aanmerking te komen.