1 Li Hmienii der Kiezerslijsten. A0. 1894. Zondag 14 en Maandag 15 Januari! 8446 Tweede Blad. KENNISGEVING. KENNISGEVING. Feuilleton. Voor de kunst geboren. -A^dLtenveertig'ste .Jaargang-. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag, UIT G E VErT j. ODÈ. Biimeiilaiidsclie Berichten. Abonnementsprijs, per kwartaal franco per post, door het geheele Eijk Afzonderlijke nommers t 1.85. - 2.50. - 0.10. BTBEAF: BOTEKITRAAT, E 2 7. Advertentieprijs: van 110 gewone regels met inbegrip van eene Courant1.10. Iedere gewone regel meer- 0.10. Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend. j Burgemeester en wethouders van Schiedam Doen te weten Dat door den raad in zijne vergadering van 9 Januari 1.1. lo. Overeenkomstig het bepaalde bij art. 54 der gemeentewet, de na te melden vaste com- missiën zijner leden zijn benoemd, als A. Tot het ontwerpen der verordeningen, tegen wier overtreding straf wordt bedreigd, ter vol doening aan art. 177 der gemeentewet en ter voorbereiding van hetgeen bij art. 178 dier wet is bevolen, waarvan de burgemeester als zoodanig voorzitter is Bestaande deze commissie uit De lieeren P. J. VAN DIJK VAN MATENESSE, Burgemeester, voorzitter. Mr. H. M. C. POORTMAN, Mr. H. J. SCHUURMAN, K. J. VAN ERPECUM en M. KRANEN. B. Tot het herzien van alle plaatselijke belas tingen, de rechten, loonen en andeie gelden, in art. 238 der gemeentewet bedoeld, daaronder begrepen Bestaande deze commissie uit De heet en Mr. H. J. SCHUURMAN, voorzitter. S. A. MAAS, A. KNAPPERT Lz., G. VISSER Bz. en J. W. J. VAN HARWEGEN DEN BREEMS, en tot hunne plaatsvervangers, wanneer deze zelfde commissie optreedt als vaste raadscommissie, belast met het onderzoeken der bezwaarschriften van aangeslagenen over hunnen aanslag in da plaatselijke directe belasting naar het inkomen De heeren D, F. VV. PRINS, I HOOGENDAM en M. C. AI. DE GROOT. C. Tot het geven van verslag en het dienen van raad nopens de begrooting en de rekening en verantwoording der plaatselijke inkomsten en uitgaven, ingevolge de artt. 203 en 219 der ge meentewet, door buigemeester en wethouders aan den rand aangeboden, en ten aanzien van de begrootingen en rekeningen bij art. 148 dier wet bedoeld Bestaande deze commissie uit De heeren Mr. H. J. SCHUURMAN, voorzitter. D. F. W. PRINS en K. J. VAN ERPECUM. 2o. Ingevolge art. 35 der verordening regelende de heffing der plaatselijke directe belasting bin nen deze gemeente, tot leden der commissie van contróle, om burgemeester en wethouders in die commissie bij te staan, zijn benoemd De heeren C, J. P. VAN DER SCHALK, P. BRILLENBURG, M. C. AL DE GROOT en I. HOOGENDAM. En is hiervan afkondiging geschied, waar het be hoort, den 11 den Januari 1894. Burgemeester en wethouders voornoemd, VAN DIJK VAN MATENESSE. De secretaris VERNÈDE. De voorzitter van den gemeenteraad van Schiedam Gezien art. 7 der kieswet, zooals dat is gewijzigd bij art. VII der additioneele artikelen van de grondwet, Noodigt de mannelijke meerderjarige inwoners dier gemeente uit om, zoo zij in eene andere ge meente over het laatstvirloopen dienstjaar in de per soneele belasting (dienstjaar 1892/93) zijn aangeslagen near een hoogere huui waarde, dainlie, welke volgens ait. 1, litt. a en i, van de wet van 24 April 1843 staatsblad no. 15), aanspraak geeft op vei mindering tol een derde of twee deide gedeelten der belasting naar do eerste due grondslagen, of in eene andere gemeente of in tneer gemeenten te zameii in de grondbelasting (dienstjaar 1893) zijn aangeslagen tot een bedrag van ten minste tien gulden(hoofdsom en rijksopcenten) daaivan, door overlegging der voor voldaan onderteekendeaanslagbiljetten, \óor den Dden Februari a s ter secretarie der gemeente te doen blijken. (Volgens art. 7, 3e lid, der kieswet wordt de man geacht in de giondbelastiug te betalen den aanslag zijner vrouw, de vader dien zijner mindeijarige kinderen, wegens de goederen, waai van hij liet vrucht genot heeft.) Ook noodigt hij uit de mannelijke mi-erdeijarige inwoners dei gemeente, die op giond van liet bepaalde bij art. 1, sub c, of krachtens het 4e lid van art. 7 der kieswet, aanspraak meenen te kunnen maken om geplaatst te worden op de kiezerslijsten, daarvan mede vóór 15 Februari as, aldaar aangifte te doen. De bij koninklijk besluit van 28 November 1887 staatsblad no. 211) vastgestelde modellen A en B vcor de zoo even genoemde aangiften zijn van heden, ter gemeente-secrecane kosteloos verkrijgbaar. Tot de bewijsstukken, over te leggen in liet geval van het 4e lid van art. 7 der laatstgenoemde wet, moeten belmoren het aanslagbiljet of authentiek afschrift daarvan, eene opgaaf van het bedrag van het aandeel in den aanslag en de bescheiden betrekkelijk het gemeenschappelijk bezit. Voorts deelt hij mede 1°. dat volgens lett. c van art. 1 der kieswet ook kiesbevoegd zijn de mannelijke meerderjaiïge inge zetenen, tevens Nederlanders, die hetzij hoofden van gezinnen of alleen wonende peisonen zijnde, van den inwonenden eigenaar of eersten huurder van een woonhuis of afgezonderd gedeelte van een woonhuis, waarvan de huurwaatde voor de personeele belasting ten minste op het dubbele gesteld is van het laagste in de gemeente voor den vollen aanslag vereisclite bedrag, gedurende negen maandenvoorafgaande aan den Ion Februari, een en hetzelfde pereeels-gedeelte onafgebroken Hl huur hebben gehad en bewoond, waarvoor geen afzonderlijke aanslag in de personeele belasting geschiedt, maar waai van de ja.nlijksehe huurwaarde, ongestolleerd, in veiliouding tot de be lastbare huurwaarde van liet woonhuis of afgezonderd gedeelte van liet woonhuis geschat, liet sub a van dit artikel bedoelde beding van den vollen aanslag bereikt, zijnde voor deze gemeente minstens f55. 2°. dat art. 7, 4e lid van laatstgenoemde wei. luidt: «Aanslagen in de grondbelasting wegens onver- «deelde onroerende goederen gelden ook voor dea «mede-eigenaat, wiens naam niet bij den nanslagin »het kohier is vermeld, mits zijn aandeel in dien «aanslag ten minste tien gulden bedraagt." En is hiervan afkondiging geschied, waar het be hoort, den l?den Januari 18114. De voorzitter van den gemeenteraad van Schiedam, VAN DIJK VAN MATENESSE. SCHIEDAM, 13 Januari 1894. Aanvangende met het le kwartaal dezes jaars, zullen de pensioenen ten laste van het rijks-pensioenfonds voor weduwen en weezen van burgerlijke ambtenaren in stede van den 20n der maand, volgende op het kwartaal, reeds betaalbaar gesteld worden in de tweede maand van het kwartaal waarover de be taling loopt. Het pensioen over het lste kwartaallS94 zal derhalve ongeveer den 15n Februari ajs. reeds ontvangen kunnen worden en vervol gens het pensioen over het 2de kwartaal den 15n Mei, over het 3de kwartaal den 45n Augustus, over het 4de kwartaal den 15n November, enz. Het centraal comité tot bevordering vaa de aansluiting van Nederland bij de Middea- europeesche tijdregeling heeft o. a. aan de gemeentebesturen verzocht, om bij gezegeld request aan de Tweede Kamer der Staten- Generaal instemming te betuigen met de motie van de heeren Beelaerts van Blokland, In de huiskamer teruggekomen, zette zij zich aan de tafel om de beste huurceelen te onder teekenen. Daarna stond zij up en hem de pen overhandigende, zag zij over zijn schouder naar den naam. «Mijnheer Fioeliard, niet waar!" «Neen, neen, Brochard. Kent gij mij niet 1 Ik ben de directeur van het «Theatre Lyriqur."" Een zonderlinge gewaarwording overviel haar, maar zich weldra heratellendezeide zij bij zich zelve«Wat kan mij dit nu eigenlijk schelen, als hij maar geregeld zijn huur betaalt, dat is immers de hoofdzaak 7" Maar hoe zij er zich ook tegen verzette, het plotseling vernemen van •die betrekking maakte haar zenuwachtig. Zij vroeg verschooning voor haar onwetendheid zij ging nooit naar Parijs en las zelden cou ranten zij was maar een gewone huissloof, die van niets afwist. Dit zeide zij met een heven glimlach, die voor een oogenbhk de weemoedige uitdrukking van haar gelaat verhelderde. Nu de zaken waren afgedaan, hei nam haar huurder zijn gewone beleefde, wereldsche manier, en begon druk te piaten, daar hij sympathie gevoelde voor de melancholie van het aardigemooie vrouwtje. Ondanks het voor haar zeldzame genoegen met een Parijzenaar te praten nam zij weldra afscheid, toen zij door de half ge opende deur van het salon een piano zag staan, en juist op dezelfde plaats waar zij die in haar verbeelding steeds had gezien. Hoe lang was dat niet al geleden 1 Met een kloppend hart en alle zelfbeheeiselling verliezende, riep zij met verhoogde kleur en geheel in vervoering «Een piano 1 Hebt ge een piano laten komen 7" «Natuurlijk kan ik die moeilijk ontberen als ik artislen moet beoordeelen. En ik stel alleen vertrouwen in mijn eigen ooren. Zijtgij misschien een goede musicienne7" «Och," zeide zij veiiegen, «vroeger heb ik op de kosiscbool wel een weinig gespeeld. Goede musicienne ben ik niet, maar ik houd dol veel van muziek." De weemoedige uitdrukking was nu weder op haar gelaat verschenen, en daar zij zoo gehaast was geweest om heen te gaan, wilde htj haar niet langer ophouden an hij zeide dus beleefd «Als gij zooveel van muziek houdt, mevrouw, dan zal hel mij aangenaam zijn indien gij 'savonds met uw echtgenoot van tijd tot tijd hier wilt komen Zij vergat hem te bedanken, want zij luisterde niet meer. Als vastgeworteld stond zij in de opening van de salondeur naar de piano te staren. Zij voelde een dwaas, alles overheerscliend verlangen bij zich opkomenwaaraan zij niet langer kon weerstand bieden. «Als u er niets tegen heeft, mijnheer," zetde zij met onvaste stem, «zou ik gaarne eens eves op uw piano spelen alleen maar om te zien of ik niet alles verleerd heb," «Welzeker! Waarom niet7" En vroolijk lachend schoof hij een stoel voor de piano. Na een laatste aarzeling zette zij liaar vingers op da toetsen en begon te spelen. Na eenige maten barstte zij plotseling in een schaterlach uit, met een gelaat zoo stialend van vieugde, dat de heer Brochard verbaasd was haar zoo jeugdig en opgewekt te zien. Zij zag zijn vei wondering en stond verlegen op, waaimt hij haar plaats innam en in haar een artistenn.ituui vmmnedend, zacht begon te preludeeren, maar met zooveel smaak en zulk een (raaien aanslag, dat zij als betooverd achter hem bleef staan, aan geen heengaan meer denkend. Een invallende gedachte deed hem ophouden. «Gij hebt een klankrijke stemzeide hij «hebt gij nooit beproefd te zingen 7" Zij verbleekte bij deze vraaggevoelende d*t het haar plicht was een ontkennend antwoord

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1894 | | pagina 5