A0. 1894, Zondag 21 en Maandag 22 Januari. N°. 8451 Eersfe Blad Achtenveertigste Jaargang. Binnenlandsclie Berichten. TER GEDACHTENIS. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag, y~ ODÉ. UITGEVER: .ïfi zi.' Abonnementsprijs, per kwartaal Franco per post, door het geheele Rijk Afzonderlijke nommers f 1.85. 2.50. - 0.10. Heeft ooit een doodstijding verplette rend geklonken, dan was het wel deze Ds. Haver Schmidt is overleden. Ds. Haver Schmidtde man met het fijne geestige gelaat, die bijna dertig jaren onder ons heeft geleefd en gewerkt. Ds. Haver Schmidt dood"! Och, wij wisten het wel, het was niet goed met ds. Haver Schmidt; de vreeselijke zielsziekte, die melancholie heet, en waarvoor, als voor de tering, geen kruid op aarde wast, had hem reeds maanden aan zijn arbeid ont trokken als we hem zagen, dan hadden we deernis met hemdat waren niet meer die sprekende trekken, waarover bij wijlen zich zulk een schalke lach kon verspreidendat was niet meer dat heldere, kalme oog neen, dat was ds. Haver Schmidt niet meer; maar toch we hoopten immers had hij zelf niet zijn stonden van hoop Had hij nog zelf niet het aandeel bepaald, dat hij zou nemen in de leiding der bijeenkomsten van de Protestanteovereeniging, welke in dit jaar worden gehouden Zijn mond is gesloten, voor altijd gesloten, en wij, zijn treurende vrienden, we zetten ons neder en herdenken de dagen van weleer, en voegen elkander toesWeet ge 't nog, dien Zondag, 't was de eerste Zondag van de Octobermaand van 1890. Daar trad hij op in het lokaal »Paulus", en sprak met buitengewone geestdrift over de woorden sSteek af naar de diepte" en wij hebben hem gevraagd, die rede in druk te geven en voor een weldadig doel was weldoen niet zijn lust en zijn leven voor een weldadig doel gaf hij zijn kostelijk woord, en nu wij deze bezielde taal nog eens lezen, bewonderen we de kloekheid van zijn betoog, de kracht, waarmede het „Kust u ten strijd!" door hem werd uitgesproken. Kracht brengt het kampen, en sterk maakt het streven. Mensch, wie gij zijt, Op uw hanier zij de leuze geschreven Kust?... Ja rnst na den strijd! Wat hebben we het ernstig den toen zoo kvachtigen strijder nagezongen We hoopten hem nog lang aan onze spitse te zien. 't Heeft niet mogen zijn. Fiat Voluntas. Wat was hij goed, wat was hij deelnemend, wat leed hij mede met de zijnen't Was op Zondag den 13n September 1891. Niet lang te voren had hij een zwaar verlies geleden, en weder trad hij in jPaulus" op, en 't moest ieder uit den toon van zijn spreken wel duidelijk worden, dat hij in een bijzondere stemming was. Dat eigenaardige in zijn stem buiging, dat weeke, kwam dien morgen bij— ÏB1AT, E 2 7. KV F: B 41"? K K f Advertentieprijs van i10 gewone regels met inbegrip van eene Courant1.10. Iedere gewone regel meer- 0.10. Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend. zonder uit. sVergeten worden", dat was het onderwerp van zijn rede, en bij voerde zijn vrienden naar die welbekende pastorie van zijn grootvader, ons uit zijn Familie en Ken niseen" overbekend. Daar hield hij, de kleine jongen, den grijzen mnn bezig met allerlei vragen; ook met deze: nol grootvader, als hij eens gestorven zou zijn, wel ooit vergeten zou kunnen worden En grootvader had toen eerst niets gezegd, maar in huis gekomen had hij toen den ouden Bijbel opgeslagen en een plaats in den profeet Maleachi opgezocht, en toen had hij gelezen»De wet der waar heid was in zijnen mond, en er werd geen onrecht op zijne lippen gevonden; hij wan delde met My in vrede en oprechtheid, en hij bekeerde er velen van ongerechtigheid". En toen had grootvader hem trachten dui delijk te maken, dat de mensch, van wien dit gezegd kan worden, zal blijven vooitleven, ook nadat lnj gestorven is, dat deze mensch niet zal vergeten worden. En daaraan nu knoopte de goede Haver Schmidt van die innige beschouwingen vast, waarvan hij het geheim bezat, en Waren allen geroerd de treurenden hadden een zware ure. Maar wie vertoonde zich nog dienzelfden middag op hun drempel? 't Was de trouwe vriend, die, kon het zijn, balsem ia de weer meer ge opende wonden kwam gieten. Goedheid was de grondtoon van zijn gemoed. Wat leefde hij mede met zijn zieken I Nog niet zoo heel laDg geleden was hij de primus in een feestcommissie, 't Eerste gedeelte, de plechtige receptie, was afgeloopen. Hij had een woord gesproken, dat behoort tot de schoonste bladzyden van hetgeen hij ooit heeft ge schreven. En tusschen die receptie en den feestmaaltijd moest nog een poos verloopen, en we vroegen hem zoo»wat gaat ge nu doen En met zijn toen van opgewektheid stralend gelaat zei hij»ik heb nog iets nood zakelijks te doen ik ga naar(hier volgde de naam van een sedert lange jaren kranke), och, weet je, die ziel weet nog zoo graag alles van de buitenwereld, en ziet er niets ,van. Ik wil haar nu vandaag eens vertellen, wat we alzoo gedaan hebbendan blijft voor mijn volgende visite het verhaal van den maaltijd bewaard, 't Goede mensch moet toch ook iets hebbenZoo was hij I 'tWas een heerlijke Paschen, die van 1893. 't Was de tweede April, maar het groen was als van Meiwe beleefden een lente, zooals er ons geen heugde. Op den eersten Paaschdag trad Haver Schmidt op in de Groote Kerk met een rede naar aanleiding van de woorden uit de Openbaring van Johannes sik ben dood geweest, en zie, ik ben levend tot in alle eeuwigheid", 't Was duidelijk, hy had in de schoone dagen, die aan Paschen waien voorafgegaan, de natuur bespied. Haar ontluiken had hij blijkbaar van dag tot dag ia onze poldeis medegeleefd. Hooggestemd was zijn woord, indrukwekkend zijn schilde ring. O. wo zijn er zeker van, de talrijke vrienden, die hem toen hoorden, zullen zich den Haver Schmidt van dien eersten Paasch dag blijven herinneren; zijn onvergetelijk woord op dien morgen zal, telkens als de gezegende voorjaarstijd weder aanbreekt, drin gen tot weemoedige herinnering aan hem, wiens laatste goddelijke poëzie hun toen werd geschonken. Want, beloofde de lente veel,in den sehoonen zomertijd reeds kwam de krankte over hem, die hem niet meer verliet. Onze kinderen zullen hem, de ziel hunner Kerstfeestvieringen, niet meer hooren. Onze armen zullen zijn troostend woord en zijn gulle gaven niet meer ontvangen. Zijn heen gaan veroorzaakt om de eigenaardige plaats, die hij hier innam, een leemte, welke niet licht zal aan te vullen zijn. Mogen zijn vrienden zich daarom te nauwer aaneensluiten, om mei elkander in zijnen geêst, ïden geest der liefde en der vrijheid", elkander de lasten des levens te helpen dragen. H ij ruste in vrede SCHIEDAM, 20 Januari 189*. Vergadering van den raad der gemeente Schiedam, Dinsdag den 23n Januari 1894, des namiddags ten kwartier voor 2 ure. 1. Ingekomen stukken. 2. Benoeming van een lid der commissie voor het butgerlijk armbestuur. Beraadslagen over 3. Adressen van G. Diependaal, M, van den Bos Sr., P. van der Velden Cz., J. Tak, W. A. J. Wittkampf, L. Wendt Co. en J. van der Burg Cz. om restitutie van betaalde pl. dir. belasting over 1893. 4. Adres van M. Uhlenberg, oppasseres in het stads-ziekenhuis, om ten haren aanzien de toepassing van art. 7 der pensioen-ver ordening voor gemeente-ambtenaren opnieuw met éen jaar op te schorten. 5. Adres van het comité tegen werkloos heid alhier, met verzoek om, ter voorziening in den thans bestaanden nood door vverkge- brek, zoo spoedig mogelijk te doen overgaan tot de werkzaamheden in dat adres genoemd en rapport daarop der commissie van fabricage. 6. Verordening regelende de keuring van en het toezicht op vleesch en visch. En verdere voorstellen en mededeelingen. Het stoffelijk overschot van ds. Haver Schmidt zal Maandagmiddag te 2 uur op de algemeene begraafplaats worden ter aarde besteld. Dezer dagen deelden wij mede dat door de politie een vervolging is ingesteld wegens het naar deze gemeente overbiengen van een 3-jarig kind uil een door pokken be smet gezin van Rotterdam. Het kind en het gezin waarin het hier werd opgenomen zijn onder toezicht gesteld van den geneesheer dr. B. de Bruijn, die gis teren constateeide dat liet uit Rotterdam ge komen kind lydende was aan pokken. Het kind werp daarop naar de barak aan het ziekenhuis oveigebracht, terwijl de woning waarin het hier een onderkomen vond, wordt ontsmet. Het gezin is tijdelijk onder dak gebracht in een lokaal der barak. Het is aan de vVereenïging tegen Bede larij" gelukt een onderkomen voor Machiel Sonius te vinden in het >IIuis van B irm- hartiglieid" te Wagenborgen. Alle verdere bezwaren tegen zijn verplaatsing van hier zijn nu ook uit den weg geruimd alleen moet het kostgeld nog bijeengebiacht worden. Het zal echter zeker wel niet noodin zijn iemand aan tc •r pi te- werking te verleenen, wanneer hem binnen kort een inteekenlijst voor dat doel zal wor den aangeboden. Iedereen zal toch wel willen medewerken om aan dien ongelukkigen 67- jarigen een i ustiger tevenseinde te bezorgen en aan de jeugd een aanleiding tot wreed en demoraliseerend vermaak te ontnemen. Voor de ijzer-en metaalbewerkersvereeniging sOnderlinge Hulp" is het afgeloopen jaar niet ongunstig geweest, dank zij de goede zorgen van het bestuur. Aan contributie werd ontvangen f '1601.05, terwijl werd uitgegeven aan zie kengeld f'1417.59, voor drukwerk en kosten van een feestavond gezamenlijk f 159 55. Het reserve-kapitaal, dat bij het sluiten van het boekjaar 1892 f 743.12 bedroeg, is door toe voeging van de rente en het batig saldo van 1893 gezamenlijk f 45.31, geklommen tot f 788.43. In het vorig jaar kwam een regle- mentsherziening tot stand, waai bij tevens bepaald werd dat het ziekengeld aanvangende met lo Jauuari 1894 zou bedragen f5 per week, en dat daardoor atle geldelijke uit- keeringen vervallen. Door dezen maatregel heeft de vereeniging getoond dat onderliuge hulp bij ziekte haar eenig streven is. De president en de penningmeester, die beiden aan de beurt van aftreding waren, werden met groote meerderheid herkozen. De brandersknecht A. van 't Hof, werkzaam In de branderij van den heer G. M. Ham in de Westfrankenlandsche laan, heeft gister namiddag aldaar bij het afslaan van den helm van een ketel door eigen onvoorzichtig heid zijn rechterbeen gedeeltelijk verbrand. Hij kon nog te voet naar zyne woning in de Bakkerstraat gaan.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1894 | | pagina 1