A°. 1894
Woensdag 18 April.
N°. 8511.
Tweede Blad.
Achtenveertigste Jaargang.
Binnenlandsche Berichten.
Letteren, Kunst en Wetenschap.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag,
UITGEVER: J. ODÉ.
B 17 KB AU: BOTERSTBAAT, E 2 7.
-
O
Post en Telegraphie,
Abonnementsprijs, per kwartaal
franco per post, door het geheele Rijk
Afzonderlijke nommers
f 1.85.
2.50.
- 0.10.
Advertentieprijs van 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courant. 1.10.
Iedere gewone regel meer- 0.10.
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
SCHIEDAM, 17 April 1891.
Naar men verneemt, zou thans ook de
artillerist K. in de instructie bekend hebben
den persoon R., in het Alexandersveld te
's-Gravenhage stervende gevonden, mede een
slag te hebben toegebracht.
Te Durgerdam (aan den Waterlandschen
Zuider-Zeedijk) kwamen Zondag eenige socia
listen, onder wie 3 dames. Eene roode vlag
omhooghoudende, trokken zij (de bekende
liederen zingende) door het dorp. Eenige
burgers gingen toen vaderlandsche wijzen
aanheffen. Het vaandel werd afgenomen, en
de socialisten op de vlucht gejaagd naar het
naburige Scheliingwoude.
Te Avenhorn is een tienguldenstuk in be
slag genomen, dat onecht is.
Door den bekenden oudheidkundige uit de
Betuwe, den heer G. J. Brenkman te Lienden,
is een steenen bijtel uit het steentijdperk
gevonden. De bijtel is 12 cM lang, heeft eene
schuine snee, en is gepolijst. Op dezelfde
plaats (de Maatsteeg) werd voor eenigen tijd
eene bronzen speer gevonden. Beide voor
werpen zijn in het bezit van het museum
voor oudheidkunde te Utrecht.
Te Lent werd dezer dagen nabij het fort
üSprokkelenburg" opgegraven een fraaie en
goed geconserveerde helm, dateerende uit het
Romeinsche tijdperk. Vroeger werden daar
drie dergelijke helmen gevonden. Waarschijn
lijk zjjn ze afkomstig van eene Romeinsche
nederzetting in die streek.
De boschbaas van »Middachten" heeft zich
reeds sedert jaren tot taak gesteld om den
eersten groenen tak uit deMiddachterallde aan
gravin Bentinck aan te bieden. Dit jaar kon
hij dit reeds den 2n April doen, iets wat hem
gedurende 30 jaar nimmer zoo vroeg mocht
ten deel vallen.
Men meldt ons uit Dokkum
ïYoor eenige jaren werd de onderwijzer
I- te B. vermist. Dagen daarna vond men zijn
lijk onverminkt, midden in een eenzaam veld
Blijkbaar was hij daar, onder den invloed van
sterken drank, verdwaald en omgekomen.
ïDe kastelein, waar hij in gezelschap van
anderen vertoefd had, had hem wel op het
pad geholpen, maar zich toen verder niet
om hem bekommerd. Later speet het hem,
en hrj verzweeg dit ook niet, dat hij den
man niet beter den weg had gewezen.
ïOp zijn sterfbed schijnt hij zich daarover
nog beklaagd te hebben, en nu doet het ge
rucht ijverig de ronde, dat J. deor hem en an
deren zou ;vermoard en daarheen gesleept zijn.
ïDe justitie heeft zich de zaak aangetrokken,
ofschoon het destijds bij onderzoek bleek,
dat dat ongeluk zich eenvoudig en natuurlijk
had toegedragen". (N. v. d. D.)
Reeds langer dan eene maand verkeert de
familie Van Thiel, te 's-Hertogenbosch, in de
grootste ongerustheid. De oudste zoon des
huizes ging iu het begin der maand Maart
voor zijn vader, een geacht koopman, op reis
en keerde tot heden toe niet in de ouderlijke
woning terug. Niettegenstaande alle genomen
maatregelen is het aan de bedroefde ouders
niet mogen gelukken eenig bericht omtrent
hun kind, een tweeent-wintigjarig jongeling,
te vernemenalleen heeft men hem half
Maart te Luik gezien. Eene ook maar eenigs-
zins aannemelijke reden voor een moedwillig
wegblijven valt niet aan te gevenhoogst
waarschijnlijk heeft men ook hier weer aan
een ongeluk of wel aan misdaad te denken.
Natuurlijk is de politie, zoo hier te lande
als elders, met deze verdwijning in kennis
gesteld.
Een «natuurvriend" meldt aan de Haarl.
Crt. het volgendeAls een staaltje van de
inderdaad buitengewoon vroege en snelle ont
wikkeling in het plantenrijk in dit voorjaar
moge hier worden vermeld, dat niet alleen
de pereboomen reeds den 8n dezer maand
in vollen bloei stonden, hetgeen anders ge
middeld eerst in de eerste dagen van Mei
plaats heeft, maar dat zelfs de eiken den lön
dezer maand blad ontplooiden, hetgeen met
het volste recht een ongekend verschijnsel
mag heetcn.
In de lente van liet voorgaande jaar, welke
eveneens zeldzaam was, had de bladontplooi
ing den 17n plaats, dus dit jaar nog een
week vroeger.
De Nederiandsche kegelbond za) den 3n Juni
zijn jaarlijkseh bondsfeest te Rotterdam vieren.
Een groote kegelwedstrijd zal gehouden worden.
Door verschillende RoUerdamsche kegelvereeni-
gingen is te dien emde voor dien dag de Doele
afgehuurd.
De heeren Frederik Muller Co., te Amster
dam, hebben het prospectus verzonden van een
nieuw boek over Heraldiek door Jan II. Junius.
De verschillende afdeelingen behandelen het
wapenschild, de emails, de stukken, de schild-
bedekking, de uiterlijke versiering, blasoneeren
en breuken, zegels, ridderorden, invloed van stijl
en landaard op het wapen, en woordenlijst. Het
werk, dat rijk wordt geïllustreerd, zal in éen
band compleet zijn.
Men is voornemens de Nederl. hervormde kerk
te Hattern, die zoowel romaansche als laat-go-
thische gedeelten aan te wijzen heeft, volgens
een vooruit vast te stellen plan met zorg te
herstellen.
Het hoofdbestuur der Nederiandsche maat
schappij tot bevordering der geneeskunst is voor
het jaar 1894 vastgesteld als volgt: prof. G. H.
van der Mey Jr., voorzitter, dr. Haakma Treslong,
onder-voorzitter, dr. Jh. van Geuns, secretaris,
dr. M. Juda, penningmeester, dr. C. E. Daniels,
bibliothecaris, en de heeren dr. A. J. van Rhijn,
dr. S. J. Halbertsma, dr. J. F. Ph. Hers, prof.
C. A. Pekelharing, dr. G, J. Meilink en dr. D.
Mestingh.
IIet Tooneel in Japan.
Een Japanner, de heer Motoyosi, heeft in de
Revue brilannique een artikel geschreven over
den schouwburg in Japan en de zeden der
Japansche tooneelspelers.
De schouwburg in Japan heet shibai, van
shibagras, en i plaats, grasveld dus. Er bestaat
een lieve legende die de ai komst van de benaming
blootlegt. Een meisje, Okouni, placht, het is al
vele eeuwen geleden, geregeld te komen dansen
op een grasveld in de omstreken van Kioto,
waar zij tot eenige begeleiding het gezang der
vogels had en het gemurmel van een beekje. De
jonge Okouni danste daar, uitsluitend voor haar
eigen plezier. Maar langzamerhand werd het ïr.
de heele stad bekend, dat zij zoo mooi kon
dansen, en men noodigde haar uit het ten
aanschouwen te doen van vele liefhebbers, die
zich op matten op het grasveld uitstrekten. Zóo
beioemd werd Okouni nu, dat de prinses
Yodoghimi, de vrouw van Taikó-Hidéyoshi, haar
grond schonk en haar in de gelegenheid stelde
een schouwburg te bouwen. Toen deed Okduni
meer dan enkel dansenmet andere menschen
samen voerde zij pantomimes uit, waarvan het
onderwerp geheel uit hare verbeelding was voort
gekomen. Om het tooneel heen waren prachtige
schilderingen aangebracht met planten en bloemen
en vreemde dieren er öp. Het pueüek stroomde
naar Okouni's gebouw toe. Japan had zijn
schouwburg.
En de Japanners zijn er verzot op geraakt.
Een van de meesterstukken van het Japansch
theater: sDe kruisiging van Sagoura-Sögoró",
beziolt thans nng èn tooneelspelers èn toeschou
wers met godsdienstige geestdrift. Teneinde beter
in hun spel te slagen, zonderen de tooneelspelers
die de rollen van Sógoró en zijn gezin vervullen
zich van te voren af in den tempel van Sógoró.
Gedurende vier weken verblijven zij daar, zonder
vleesch te eten en zich geregeld wasschende met
reinigingswater. Een weinig gekookte rijst met
zout is hun gansche voeding. Zij lezen da heilige
boeken vóór de graven van Sögoró's geslacht,
vestigen al hun denken op S&gcró's
1 ij den en laten zich door niets af
leiden. Indien zij in den droom Sógoró te
zien krijgen, achten zij het welslagen van hun
spel verzekerd zoo niet, dan oordeelen ze zich
onbekwaam de rol te vervullen en wijten hun
misslagen aan Sögoró's ontevredenheid Zij zouden
dan niet durven optreden in het als heilig
beschouwde werk. Het is een droevig en gevoelig
stuk, dat van Sógorö's kruisiging, en het publiek
stroomt naar den schouwburg om het te zien.
Er zijn veertien bedrijven, die van zeven uur
's morgens tot middernacht duren. De vertooning
van het stuk heeft gewoonlijk zes maanden
achtereen geregeld plaats.
Over de tegenwoordige inrichting der schouw
burgen in Japan zijn reeds meermalen bijzon
derheden in Europa gepubliceerd. Maar ziehier
iets uit een schets van de opleiding der Japan
sche tooneelspelers.
Een tooneelschool bestaat er in Japan niet.
Gewoonlijk vormt de tooneelspeler zich in den
dienst van een acteur van naam, door wien hij
reeds op zijn zesde of zevende jaar in de leer
wordt genomen. Een tooneelspeler beschouwt
zulke leerlingen als zijn kinderen. Overigens is
het in Japan als eldersnog altoos heeft men
er een zekere mirachting voor den tooneelspe
ler. Gedurende te langen tijd heeft alleen de
de samouraï, de krijgsman, er in een goed blaadje
gestaan
De eerste bezigheid der leerlingen is een
vast lied, ghidaïyou genaamd, van buiten te
leer en het opzeggen er van strekt tevens tot
oefening in het gebarenspel. Slechts zelden be
zoeken die kinderen vooraf een gewone school
in den omgang mat gewone kinderen zouden
zij, zoo wordt er geredeneerd, te licht het thea
traal accent en de theatrale manieien weer
afleeren. Daarom ook houden hunne leeraars hen
zooveel mogelijk bij zichzij moeten wonder-
kindertjes blijven, met blank teint, met delicate
bewegingen en manieren. Aiie dagen oefenen
zij zich in het dansen, waai bij natuurlijk de
waaier wordt gebruikt. En verder leeren zij
geschiedenis, poezie, schrijven, de «ceiemome
van de thee" thanoyouhet schikken van bloe
men liana-ikêen de «kunst der samenleving".
Na deze voorbereidende studiën bepaalt de leer
meester of zijn leerling jongens- of meisjesrol-
len zal venoiken in het laatste geval wordt
er zorg voor gedragen dat de knaap veel in
het gezelschap van meisjes verkeert, teneinde
hare wijzen van te spreken en zich te bewegen
en hare gevoelens te leeren kennenzelfs kleedt
en kapt hij zich voortaan als een meisje.
Is de knaap voldoende ontwikkeld, dan treedt
hij op in stukken waar zijn leermeester eene
hoofdrol in heeft; hij heet dan koyahou (leer-
ling-tooneelspeler). Eenmaal ten volle tooneel
speler, krijgt hij van zijn leermeester een too-
neelnaam die van den naam des meesters is
afgeleid.
Wie het niet tot acteur kan brengen, stelt
zich tevreden met de rol van souffleurhij
gaat dan geheel in het zwart gekleed met een
dunnen sluier voor het gelaat, en volgt zijn
roeester, den tooneelspeler, op het tooneel, ten
einde hem, achter hem staande met de rol in
de hand, als het noodig is de zinnen voor te
zeggen. Een enkele maal gelukt het hem dan
toch nog wel eens om zelf het tot acteur te
brengen, zoodoende een bewijs leverend voor de
juistheid der mooie Japansche volkswijsheid
»Wie eene zaak werkelijk liefheeft met al zijne
ziel, slaagt er altoos in zijnen naam beroemd
te doen zijn over de wereld".
De directeur van het postkantoor te Schiedam
geeft aan verspreiders van strooibiljetten voor
de aanstaande verkiezingen in overweging de
adressen volledig te vermelden, teneinde een
spoedige bestelling dier slukken te verkrijgen.
Bij de laatste verkiezing liet dit veel te wenschen
over. De directeur,
G. F. Penning.
De gelegenheid tot verzending der correspon
dentie naar New-York (via Rotterdam) bestaat
door middel van het stoomschip Werkendam. De
laatste buslichting aan het postkantoor te Rot
terdam is bepaald op 18 dezer, des voormiddags
ten 10 ure.
De wijze van verzending behoort duidelijk op
het adres vermeld te worden.
De gelegenheid tot verzending der correspon
dentie na&r Bergen (Noorwegen) bestaat door
middel van het stoomschip Ingcrid, De laatste
buslichting aan het postkantoor te Rotterdam is
bepaald op 20 dezer, des voormiddags ten 4.30
«re spoortijd.
De wijze van verzending behoort duidelijk op
het adres vermeld te worden.