Woensdag 4 Juli. N°. 8565. Uf- A", 1894. Eersie Blad jBaifeiilaudsclie Berichten. Achtenveertig-ste Jaargang. Versch nt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag, üitge^rTT odé. II l! ii fö „-■y*2 ■*- ^bonnementsphus, per kwartaal Franco pur Poic> door het geheele Bijk jUiouilerlijke nommers F It A ,N K R IJ K. De ministerieele kwestie heeft opgehouden ie bestaan. De heer Dupuy heeft den pre sident der republiek medegedeeld, dat hij blijft met allen die zijn ambtgenooten waren. De boodschap van den president der repu bliek zal heden bij de Kamers inkomen. De plechtige begrafenis van Carnot op Zondag j.l. heeft een rustig vei loop gehad. Het spreekt vanzelf dat, in weerwil der buitengewone warmte, de toeloop van volk langs den weg, die door den stoet genomen weid, ontzaglijk groot is geweest. Reeds den voivjen avond begonnen zeer velen op de Place de la Concorde te kampeeren ot hun plaatsen langs den weg in te nemen. De stem ming onder die honderdduizenden werd echter «eigens verstoord, zelfs niet door uitroepen ■of baldadigheden. Even over '10 uur gaf generaal Saussier het sein tot liet vertrek en presenteerden de tioepen hel geweer voor het lijk van den lieer Carnot, dat in een met zes paarden be spannen lijkwagen uit het Elysée werd ge voerd. De trommen roffelden, treurmuziek tveid gespeeld, en van tijd tot tijd weer klonken van de Seinekade de kanonschoten. Achter het lijk volgden de drie zoons van den heer Carnot, eenige familieleden en het personeel van het Ely«ée, Onmiddellijk daar op verscheen Casimir Périer, achter wien generaal Borius, de voorzitters van Kamer en Senaat, de ministers, Kamerleden en mili taire en burgerlijke autoriteiten zich aan sloten. De ambassadeurs van Rusland,Duitsch- tand en Italië openden den stoet van diplo maten. Over de Place de la Concorde en door de Rue Rivoli ging het naar Notre Dame. Daar werd de stoet door den aartsbisschop ont vangen. De eerste rij zitplaatsen was bestemd voor de bloedverwantende tweede rij voor de ministers, de derde voor de gezanten. President Périer nam een afzonderlijken ®tel in. De muziekuitvoering was indruk wekkend schoon. Faure zong zijn iPie Jesu" Saint-Saëns bespeplde het orgel. Door den aartsbisschop, mgr. Richard, werd ■fiane belangwekkende toespraak gehouden, gevolgd door een lofrede op wijlen den heer Carnot. Met uitzondering van Clovis Hugues, wa- rea de radicale en socialistische afgevaardig den niet bij de kerkelijke plechtigheid aanwe- »g. i e twee uur was deze afgeloopen. Niet ver van Notre Dame bracht de me nigte een ovatie aan den ouden maarschalk Canrobert, die, door twee bedienden onder steund, zich bij den stoet had aangesloten. Het was drie uur toen men het Pantheon t 1.85. 2.50. - 0.10. B C RE AU: BOTE It STRAAT, E 2 7. Advertentieprijs: van 110 gewone regels met inbegrip van eene Courant. 1.10. Iedere gewone regel meer. - 0.10. Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend. bereikte, waarbij alle muziekkorpsen een treurmarsch deden hooren. President Périer ontblootte het hoofd en riepuLeve de Republiek De aankomst voor het Pantheon leverde een prachtig gezicht op. De met zwart laken bekleede trappen werden het eerst bestegen door president Périer. Een zeer fraai en in drukwekkend geheel werd gevormd door de versiering van het inwendigeoveral was de grond niet bloemen bestrooid, en een pyramide van kransen verhief zich langs de katafalk die in het grootsche gebouw was opgeslagen. De heer Dupuy hield nu eene redevoering, waarin hij grooten, lof bracht aan Carnot, die steeds een overtuigd voorstander, een verlicht aanhanger van den vrede was, wat dan ook de algemeene sympathie verklaart, welke hem thans wordt bewezen. Hij wees daarna op de liefdadigheid, de verdraagzaamheid en de staatkundige houding van Carnot. Dupuy zeide verder, dat het aan de samenwerking der mogendheden zal gelukken, de anarchis ten tot machteloosheid te doemen. De vice-president der Kamer van afgevaar digden, De Mahy, hield eene rede, waarin hij de aan Carnot opgedragen taak in herinnering bracht. Men kan gerust zeggen, zeide hij, dat nog nimmer het vei lies van een staatsman grooter leedwezen wekte dan thans met Carnot het geval is, niet slechts in Frankrijk, maar onder koningen, keizers en presidenten van republieken, en men moet dan ook werkelijk het verlies betreuren van een Franschmau, die zijn land zooveel bewijzen van belang stelling heeft bezorgd. De spreker gaf zijn afgrijzen te kennen over den moordenaar, die gelukkig geen Franschman is. In den verderen loop zijner rede herinnerde De Mahy aan het Fransch-Russiscli verbond. Carnot, zeide hij, heeft de kracht van het vaderland versterkthij werkte mede tot de handhaving van den wereldvrede, maar maakte Frankrijk ook in staat om weerwraak te nemen bij een aanval van buiten. De spre ker verklaarde zich voor sociale hervoi mingen en voor krachtige onderdrukking van de misdadige aanslagen op de maatschappij. Ten slotte bracht hij in indrukwekkende bewoordingen hulde aan Carnot, wiens naam onsterfelijk zal blijven. Challemel-Lacour brandmerkte den ver foeilijken aanslag, verkondigde den lof van Carnot en betreurde het noodlot, dat juist die mannen treft, die met de grootste toe wijding voor hun land bezield zijn. Vooral de rede van generaal André gouverneur de polytechnische school en een bijzonder vriend van den overledene, wekte groote ontroering. De overige redevoeringen gingen bijna onopgemerkt voorbij. Alle aanwezigen defileerden na de ceremo niën en redevoeringen die anderhalf uur geduurd hadden, voor de katafalk. Des avonds werd het lijk in den grafkelder afgelaten. Dit geschiedde in tegenwoordigheid der familieleden en slechts enkele genoodig- den, in het geheel niet meer dan 22 personen. Mevrouw Carnot woonde des middags een mis bij in de kapel van het Elysée. Graaf Von Munster, de Duitsehe gezant, had aan Dupuy en Hanotaux mededeeling gedaan van het besluit van keizer Wilhelm, om bij gelegenheid der heden volvoerde plechtigheid aan de twee Fransche officieren, die bij het proces wegens spionnage veroor deeld waren, gratie te verleenen. Dupuy gaf hiervan onmiddellijk kennis aan Casimir Péiier, die den keizer zijn dank liet betuigen voor de grootsche gedachte, welke het hart der beide natiën weldadig zal aandoen. Het bericht van deze handeling van keizer Wilhelm verspreidde zich spoedig onder den stoet en maakte een diepen indruk. Er zijn in den loop van den dag natuurlijk ongelukken gebeurd. Bij de Arcole-brug is een vrouw die van een ladder viel, zwaar gckvvdst; een jonkman die in de Rue des Pyramides van een muur viel, werd gedood. Drie of vier soldaten werden, toen de stoet eerst op de Place de la Concoide gekomen was, op brancards weggedragen, door zonne steek getroffen. Onder de menigte kwamen ook tal van gevallen voor van plotselinge on gesteldheid. Een hoofdofficier die het lijk van den presi dent volgde, zakte, door zonnesteek getroffen, ineen. De toevloed van het publiek naar de kata falk op het binnenplein van het Elysée was Zaterdag zoo groot, dat de rijen agenten werden doorbroken en bereden politie moest aanrukken om de orde te handhaven onder de menigte, die zich intusschen behoorlijk en eerbiedig gedroeg. Eerst na urenlang wachten kon men voor de lijkbaar van Carnot defi- leeren. Vele lieden uu, het volk wierpen stui- vers-bouquetjes aan den ingang der praal- kamer; mevrouw Carnot was vooral door deze huldebetuigingen der nederigsten zeer getroffen. Bij honderden waren de kransen naar het Elysée gebracht. Onder de fraaiste merkte men op die van Casimir Périer (roode rozen), van den czaar (een krans van 6 M doorsnede, uit orchideeën, chrysanthemen en seringen bestaande), van den keizer van Duitschland, van de koningin-regentes van Spanje, den koning van Italië, den koning van Portugal, de koningin van Engeland, de Kamer van afgevaardigden (geheel van Fransche rozen) van admiraal Avelane (witte seringen en vergeet-mïj-nietjes), enz. Men schat dat de kransen meer dan drie millioen hebben gekost. De Parijsche correspondent der W. li. Ct. schrijft van gisteren; De invrijheidstelling door Wilhelm II van de Fransche zee-officieren, die wegens spion nage te Glatz gevangenzaten, heeft hier een buitengewoon gunstigen indruk gemaakt. Voor deze daad op een dag als gisteren is ieder den Duitschen keizer erkentelijk. St. Cèrein de 'Figaro spreekt van eene hooggeplaatste persoonlijkheid, die op het vernemen van dit keizerlijk besluit zou hebben uitgeroepen T>Dècidement c'est un monsieur tres chic". Degouy in de Justice, die altijd bang is van niet voor vaderlandlievend genoeg te wor den gehouden, erkent ditmaal toch dat het onmogelyk is om geen akte te nemen van Frankrijk te verzachten, en in de Fetite Pépuhlique stelt Viani onder het opschrift Une Lepon, de daad van Wilhelm aan de Fransche regeering ten voorbeeld. In dit land verhaalt men en wij gelooven het gaarne, schrijft iviani, heeft het besluit van Duitsch- lands keizer eene diepe emotie teweegge bracht aan de Fransche regeering de taak om dat voorbeeld door eene politieke am nestie te volgen. Het is nu toch zeker dat Caserio niet uit eigen beweging handelde, maar de moord van president Carnot door een aantal anarchisten beraamd is. Het verhaal van Lc Petit Mar- setllais, waaivan eenige bijzonderheden door de Gaulois verbeterd zijn, komt hierop neer: Een sjouwer uit Cette had zich aan den militairen dienst onttrokken, maar gaf zich eenige dagen geleden bij de autoriteiten aan. Toen hij den moord op Carnot vernam en eenige bijzonderheden gevraagd had, riep hij' uit»dat moet Caserio zijn Hij verhaalde verder hoe hij in het hospitaal te Cette ken nis had gemaakt met Caserio, die anarchis tische propaganda maakte. »A!s wij hem niet te Parijs dooden kunnen", had Caserio gezegd, »zal het bij zijn aanstaande reis naar Lyon gebeuren, en met de ponjaard wij zijn met ons twaalven, Franschen en Italianen, vast besloten, onzen slag te slaan." De milicien gaf nu verscheidene namen op, waarna eenige anarchisten in hechtenis ge nomen werden de anderen hadden zich uit de voeten gemaakt. Caserio zal nog met den milicien worden geconfronteerd. Een Italiaansch blad, de Lomhardia, maakt een artikel openbaar, waarin, gegrond op het getuigenis van den anarcliistisclien advocaat Gori, betoogd wordt dat de moordenaar van Carnot Santo Caserio niet is, maar alleen diens naam heeft aangenomen. Verschillende om standigheden moeten er voor pleiten dat de moordenaar een Spanjaard is uit de Baskische provinciën. Omstreeks 300 van anarchisme verdachte personen zijn in den nacht van Zaterdag op Zondag te Parijs gearresteerd. Men heeft daarbij vooral de hand gelegd op verdachte vreemdelingen, of personen die sedert kort uit het buitenland waren teruggekeerd. jvllit >r'|

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1894 | | pagina 1