Tweede Blad
e u i 11 e t o n.
A0. 1894
Zondag 23 en Maandag 24 September
N°. 8624
£en verongelukt Huwelijk.
.A. ch tenveertigste
Jaargang.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag,
uitgeverT j. odé.
jginnenlandsclie Berichten.
Abonnementsprijs, par kwartaal
Franco per pose, door het geheele Rijk
Afzonderlijke nommers
t 1,85.
2.50.
- 0.10.
B£T U EAU: BOTEK8TKA&T 7 O.
Advertentieprijs: van 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courant. 1.10.
Iedeie gewone regel meer. 0.10.
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL.
Het gewijzigd ontwerp-adres van antwoord
der Tweede Kamer op de troonrede luidt
als volgt
Mevrouw
Iloogelijk waardeerde de Tweede Kamer het
-voorrecht Uwe Majesteit te midden van de
vertegenwoordigers van het Nederlandsche
volk te zien tot opening van de gewone zitting
der Staten-Generaal in naam der Koningin.
Voor de gedane mededeelingen omtrent den
toestand des lands en der overzeesche bezit
tingen betuigen wij Uwe Majesteit onzen eer
biedigen dank.
Ook wij herdenken met diepen weemoed
de zware offers, die opnieuw van de krijgs
macht in Nederlandsch Indië werden gevor
derd. Terwijl wij deelen in den rouw over het
veilies der dappere officieren en manschappen,
die hun leven voor het vaderland hebben
gelaten, vertrouwen wij met Uwe Majesteit,
dat de eer dér wapenen op Lombok, ook na
den ondervonden tegenspoed, krachtig zal
worden gehandhaafd.
Dat de gunstige verwachtingen, die de te
velde staande oogst aanvankelijk opwekte, in
onderscheidene deelen des lands niet verwe
zenlijkt zijn, wordt ook door ons betreurd.
Wij hopen, dat intrekking van de verbods
bepalingen, welke den uitvoer van vee naar
Aangrenzende rijken beletten, spoedig zal
voigen.
Met levendige belangstelling vernamen wij
■de aankondiging der gewichtige werkzaam
heden, waartoe wij zullen worden geroepen.
Aan de vervulling dezer ernstige en moeilijke
-taak wenschen wij onze beste krachten te
wijden, terwijl wij het vertrouwen, waarmede
Uwe Majesteit op onze toewijding een beroep
doet, op hoogen prijs stellen.
Moge de arbeid van Uwe Majesteit en van
de volksvertegenwoordiging onder Gods zegen
strekken tot het welzijn van ons dierbaar
Vaderland
Het weder-antwoord der Koningin-Weduwe,
Regentes, op het adres van de Eerste Kamer,
ter beantwoording van de Troonrede, luidt
als volgt:
dMijne Heeren!
»Met genoegen ontvang ik van de Eerste
Kamer der Staten-Generaal de hernieuwde
verzekering van hare toewijding ter vervulling
van hare ernstige en moeilijke taak.
»Ik hoop van harte dat Gods zegen op haren
arbeid moge rusten.
»Ik verzoek u, Mijne Heeren, aan de Eerste
Kamer mijnen dank over te brengen voor haar
adres van antwoord."
In de Donderdag gehouden zitting van de
Tweede Kamer zijn ingekomen 24 koninklijke
boodschappen ten geleide van de volgende
ontwerpen van wet:
a. tot bekrachtiging van de overeenkomst
met Pruisen tot verbetering van het grens-
gedeelte van den Ouden IJsel;
l. tot naturalisatie van W. E. Bierman en
zeven anderen;
tot bekrachtiging van eene overeenkomst
met de maatschappij tot exploitatie van
staatsspoorwegen, betreffende den Nederland-
schen Zuid-Oosterspoorweg;
tot onteigening voor den aanleg van eene
haven met zwaaiplaats enz. te 's-Gravenhage
tot bekrachtiging van den verkoop van een
stuk grond voor het post- en telegraafgebouw
te Haarlem aan de gemeente Haarlem;
tot naturalisatie van T. M. Kiesel en zeven
anderen
tot verandering van de grens tusscben de
gemeenten Zwarte waal en Ileenviiet eener-
zijds en de gemeente Rozenburg anderzijds;
tot onteigening voor den aanleg van een
weg in de gemeente Ketel en Spaland
tot wijziging en verhooging van het Vilde
hoofdstuk J3 der staatsbegrooting voor het
dienstjaar 1894
tot bekrachtiging eener provinciale heffing
in Overijsel;
tot wijziging van het Vide hoofdstuk der
staatsbegrooting voor het dienstjaar 1893;
tot onteigening voor den bouw van eene
nieuwe brug over den IJsel bij Westervoort
in den staatsspoorweg, gedeelte Arnhem
Zevenaar
tot vereenigiDg der gemeenten Rotterdam,
Kralingen en Charlois en tot verandering der
grens tusschen de gemeenten Rotterdam en
Overschie en de gemeenten Rotterdam en
IJselmonde
tot wijziging van hoofdstuk IX der staats
begrooting voor 1893
houdende machtiging op de Algemeene
Rekenkamer tot verevening van niet in
uitgaaf aangenomen pensioenen
tot vaststelling der begrooting van Ned.
Indië voor het dienstjaar 1895;
tot wijziging van hoofdstuk VIII der staats
begrooting voor het dienstjaar 1893
houdende nadere bepalingen omtrent het
raffineeren van ruwe suiker van hoog gehalte
tot wijziging van het krediet, dat beetwortel-
suikerfabrikanten voor den accijns genieten
tot regeling van het baken wezen op open
bare wateren;
tot afschaffing der heffing van scheepvaart
rechten aan de oude sluizen op hetZederik-
kanaal te Vianen, aan den Arkelschen Dam
en te Gorincheo;
tot wijziging vau de tarieven van invoer
en van uitvoerrechten in Ned. Indië
tot vaststelling der begrooting van uit
gaven ten behoeve van de voltooiing van het
vestingstelsel dienst 1895
tot wijziging van hoofdstuk IV der staats
begrooting voor 1893.
SCHIEDAM, 22 September 1804.
De statistiek der sterfte over Juni 1894
wijst aan, dat in Zuid-Holland, met eene
bevolking van 1,021,430 inwoners, het
aantal oveiledenen met levenloos aange-
gevenen op 1000 inwoners per jaar bedroeg
18,37.
Op de 1000 inwoners komen in die statistiek
de volgende gemeenten voor: Delft met 19,94
overledenen, Dordrecht met 20,25, Gouda
met 23,39, 's-Gravenhage met 18,17, Leiden
met 1G,74, Rotterdam met 20,17 en Schiedam
met 17,60.
Kaode Kruis.
Woensdag werd te 's-Hage de zeer talrijk
bezochte gewone tweejaarlyksche algemeene
vergadering van afgevaardigden der verschil
lende comité's en correspondenten van de
sNederlandsche Vereeniging tot het verleenen
van hulp „an zieke en gewonde krijgslieden
in tijd van ooilog" door den voorzitter, IC. J.
G. baron van Harden broek van Bergambacht,
geopend met een hartelijk welkomstwoord en
een hulde aan ons Indisch leger.
Daarna deelde de voorzitter mede welke
fondsen reeds verstrekt zqn door het «Roode
Kruis" en welke maatregelen nog genomen
worden om het den zieken en gewonden
krijgslieden in de tropen aan niets te doen
ontbreken.
Met waardeering werd daarna door den
voorzitter gewag gemaakt van de tentoonstel
ling dan verplegingsmiddelen door den heer
6.
Ik sprong van mijne bank en liep op haar
doe. Hoe gaarne had ik mijne hand vaderlijk op
laar hoofd gelegdmaar daartoe ontbrak
mij de moed. Ik vergenoegde mij dus met te
vragen wat haar deerde, en of zij mij haar leed
niet wilde toevertrouwen, en zoo al meer.
»Ach, ach snikte zij rik ben het on
gelukkigste, het rampzaligste schepsel op aarde
«Maar waarom dan toch
«Dat kan ik u niet zeggen.Het is iets
verschrikkelijks Ik durf het niet uit
spreken
«Maar kind wat is het dan toch
«Dat kan ik niet zeggen! Dat kan ik niet
zeggen
En daarbij bleef zij, wat ik ook praten mocht.
Maar van lieverlede veranderde haar gezicht, het
schreien hield op, zij staarde weer strak en wild
voor zich uit, en eindelijk mompelde zij tusschen
hare tanden
sik houd het niet langer uitIk loop
weg
sHemelsche goedheid Met wien 1" vroeg ik,
heel onthutst.
Zij haalde de schouders op. »Met wien
Mooie vraag Alsof er nog iemand hier
was, op wien men zich verlaten kon Maar
weg moet ikHier stik ikHier ben ik nog
erger dan levend in een graf 1En omdat er
niemand komt, daarom loop ik alléén weg
ïMaar mijn lieve, beste freuletje," zeide ik
»ik begrijp wel dat ge u hier op Krakowitz
min of meer verveelt. Een beetje eenzaam is
het zeker wel en meneer uw vader behoort
ook niet tot de gemakkelijksten. Maar daarom
behoeft men toch nog niet weg te loopen 1 Een
huwelijk, dunkt mij.Zoo iemand als u, zou ik
meenen, behoeft toch maar een vinger uit te
steken
lOch, loop heen viel zij mij in de rede
Dat zijn allemaal phrasen Wie zou mij willen
hebben? Weet tl iemand die mij zou willen
hebben
Mijn hart bonsde verschrikkelijk Ik mocht
het haar niet zeggen. Het was immers waanzin.
Maar toch, voordat ik het wist en zonder dat
ik het wilde, had ik het haar tóch gezegd:
dat ik wenschte haar te kunnen bewijzen hoe
het van mijne zijde geen phrasen waren of
iets van dien aard. Want tot een regelrecht,
formeel huwelijksaanzoek kon ik ook nu nog
den moed niet bijeenrapen.
Zij sloot de oogen en zuchtto diep. Hierop
vatte zij mij bij den arm en zeide
2 Voor u verder gaat, mijnheer de baron,
moet ik u iets zeggen, opdat u niet al te zeer
bedrogen wordt.Mijne ouders, moet u weten,
slapen niet. Toen ?ij uw rijtuig hoorden komen,
hebben zij zich opgeslotendat wil zeggen,
mama liet zich door papa dwingers.Onze
geheele ontmoeting hier in den tuin is afgesproken
werk. Ik moest met u een beetje koketteeren,
om u te verlokken tot een huwelijksaanzoek.
Sedert uw eerste bezoek malen mijne onders
mij den ganschen dag aan het hoofd papa
al scheldend, mama al smeekend om toch
deze kans niet te laten ontglippen, aangezien
zulk eone goede partij zich nooit weer zal voor
doen Mijnheer de baron, houd bet mij ten goede
ik wilde nietEn al zou ik u ook nog zoo
gaarne hebben mogen lijden daardoor zou
men mij tégen hebben gemaakt. Maar nu, nu
ik deze bekentenis van mijn hart heb nu
wil ik wèl Als u mij hebben wil neem mij
dan maar.Ik behoor u toe."
Mijne heeren verplaatst u maar weder eens
in mijne positie 1Een jong, mooi meisje,
een stuk Thusnelda, een stuk Venus, dat zich
uit spijt en wanhoop in mijne armen werpt
en ik zelf een brave, corpulente heer van bij
de vijftigWas het in mijn geval niet eene