Onder de Camorristen. A0. 1894. Zondag 18 en Maandag 19 November. N°. 8664. Tweede Blad. e u 11 e t o n. .A. ch. tenveertigst© Jaargang. Versch nt dagel ks, uitgezonderd Dinsdag, UITGÊvIr: J, ODÉ. Builenlaud s cli e IIerichten. gov urn Abonnementsprijs, per kwartaal t franco par pose, door het geheele Rijk2.50. Afzonderlijke 0.10. B r R E A E BOTEI18TRAAT 7 0. Advertentieprijs: van 110 gewone regels rae inbegrip van eene Courant. f 1.10, Iedere gewone regel meer0,10. Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend. D U I T S C II L A S D, Donderdag had de beëediging plaats der recruten uit de garnizoenen te Berlijn en voorsteden. Nadat de jongelieden door ver schillende geestelijken op het gewicht van dien eed waren gewezen, hield de keizer eene toespraak waarin hij de recruten aanmaande zich steeds dien eed te herinneren en nooit te vergeten dat zij geroepen zijn tot verde diging des vaderlands en tot bescherming van orde en godsdienst in liet binnenland. Na een hoch op den keizer, ingesteld dooi den bevelhebber der garde du corps, keerden de troepen naar hunne kazernes terug. De onbarmhartige critiek waaraan Bebel Woensdag op een sociaal-democratische ver gadering te Berlijn den toestand der partij en liet Frankforter congres heeft onderwor pen, hebben groot opzien gebaard. Het con gres is volgens Bebel de grootste teleurstel ling geweest, welke de partij heeft onder vonden, zoolang zij bestaat; de sociaal-demo cratische partij is grooter geworden, maar wat hare qnaliteit betreft aclitei uitgegaan. Burgermenschen, die met de principes van de sociaal-democratie en de internationale beweging volstrekt niet instemmen, zijn onder den valschen naam van gematigden in de partij ingedrongen. Deze beweging wordt door Yolimar naar een te voren gemaakt plan ondersteund. Het is een gebrek aan energie, dat zich zwaar zal wreken, dat de partijdag niet kracli- tig opgetreden is tegen Yolimar en zijne aanhangers. Door liet opportunisme, door het particularisme en door de wijze waarop Yoli mar de agrarische kwestie behandelt, zou de partij ten gronde kunnen gaan. Bebel ziet een kleine partij, die weet wat zij wil, liever dan een grooten ongedisciplineerden hoop. Hij zou de dingen zoo niet lang meer kunnen aanzien; hij zou spoedig aan de leiding der partij niet meer deelnemen, verklaarde Bebel. Ten slotte werd een motie in den geest van het gesprokene, door Bebel voorgesteld, aangenomen. F It A N K R IJ K. De Kamer benoemde Donderdag de leden der commissie voor de kredieten ten be hoeve van Madagascar. Negen leden zijn voorstanders, 2 tegenstanders van de voor stellen der regeering. De kruiser Primang is uit Madagascar te Port-Louis aangekomen, met een depêche in cijferschrift, voor de Fransche regeering. De heer Le Myre de Yilers bevindt zich nog te Tamatave, dat door de Hova's ver laten is De handel staat geheel stil. Te Tamatave wachten de oorlogsschepen Papin en Ilvgon op nadere orders. Naar een later bericht meldt, houdt dit telegram de mededeeling in, dat de Fransche uitgewekenen, die zich gezamenlijk uit het binnenland naar Majunga begeven, hun weg vooi tzetten zonder verontrust te worden. De wegen zijn echter zoo slecht, dat hun aan komst te Majunga eerst tegen het einde der maand kan worden te gemoet gezien. Een particulier bericht uit Toulon ver zekert dat al de maritieme prefecten door den Hoogen Raad van oorlog aangeschreven zijn, hun meening kenbaar te maken over de ont hullingen, welke kapitein Dreyfus aan Italië zou hebben verstrekt ten aanzien der kust verdediging aan de Middellandsche zee, en het verdedigingsstelsel van Hyères Jen Corsica, De algemeene opinie moet zijn, dal er geen reden bestaat zich over de gevolgen dezer onthullingen ongerust te maken. Volgens sommige dagbladen zouden twee Duitschers te Parijs en eeu Spanjaard te Satory in hechtenis genomen zijn wegens spionnage. Andere arrestatiën moeten nog te verwachten zijn. De douane-statistiek over de eerste 10 maan den van '1894 wijst de volgende cijfers aan: Invoer 3,136,450 frs. tegen 3,121,980 frs, in 1893; uitvoer 2,620,051 frs. tegen 2,666,272 frs. in 1893dus een overschot van 311,470 frs. ten gunste van den invoer. B E L G I E. Blijkens ministerieele mededeeling zal het gouvernement heden bij de Kamer van afge vaardigden wetsontwerpen indienen betreffen de toekenning van rechtspersoonlijkheid aan beioepsvereenigingen, uitgifte van beurswaar den en wijziging der successierechten voor een langstlevend echtgenoot. Verder zullen er nog ontwerpen volgen betreffende: werk- contiacl; verzekering ter zake van ongevallen, bij den arbeid, met betrekking tot de voor- zieningskassen van mijnwerkers; bevordering van liet sparen door gehuwde vrouwen wetswijziging aangaande den raad van nijver heid en arbeidgemeentelijk kiesrechtwij ziging der organieke wet op het lager onder wijs. Voorts zal het gouvernement ook voor stellen indienen tot eene billijker verdeeling van militaire lasten. De minister zeide, dat de oprichting van een departement van arbeid bevorderlijk zal zijn ter ontwikkeling en vol making van den arbeid, zullende aan de inspectie op den arbeid worden opgedragen, inlichtingen te verzamelen en openbaar te maken, omtrent arbeid, betrekking tusschen kapitaal en arbeid, werkstaking en werkloos heid. liet gouvernement zal den landbouw steunen. EÏGEIAO. Naar aanleiding der herhaalde weigering van den minister voor Ierland, den beer John Morley, om de politieke gevangenen vrij te laten, is in eene vergadering van den Dublin- schen gemeenteraad met 29 tegen 7 stemmen eene motie van wantrouwen in de regeering aangenomen. Het Parnellistisclie blad Irish Independent zegt: »De heer Morley is zijn zout niet waard. Hij is een nabootsing van Balfour (den vorigen conservatieven minister voor Ierland) zonder diens kracht. Hij steelt Fransche denkbeelden, die bij in houten proza nieuw leven tracht in te blazen. Hoe spoedi ger bij zelf uit zijne regeering verwijderd wordt, hoe beter.'' Dan volgen nog eenige regels met scheldwoorden. Balfour heeft Donderdag te Newcastle-on- Tyne een rede gehouden voor eene vergade ring van zesduizend kiezers, waarin iiij de voornemens van de regeering, met name den aangekondigden aanval op het Hoogeihuis, besprak. Deze aanval, zeide de conservatieve oud-minister, wordt alleen door bijbedoelin gen, in het voordeel van lord Rosebery's pai tij ingegeven. Het gevolg van deze beweging, die zeker vijf, zoo geen tien jaar zou duren, zou alleen zijn een verlamming van alle wet gevende krachteenig resultaat zou zij toch niet opleveren. En dat zou ook niet mogen; het wel en wee van Engeland mag niet af hankelijk zijn van éen stem in het Lagerhuis, liet lloogerbuis heeft nooit de vrijheid des volks bedreigd en zich eveneens nooit verzet tegen den wil des volks, maar het is een Roman van WAL DEM AR URBAN. Checco stak het hoofd verschrikt op. Hij zou op dit oogenbük wel gewenscht hebben Don Luigi maar aan zijn lot te hebben overgelaten, toen hij hem voor dood uit de boot haalde. «Hij heeft u wat op de mouw willen spelden, Carmela." «Dat weet ik nog niet," was het spijtig ant woord. «En ge zoudt hem werkelijk willen trouwen, Carmela 1" «Waarom niet? Hij is rijk en ik zal het goed ij hem hebben. Ik zal als de dames te Napels in eene koets rijden, fraai gekleed gaan en mij met een parelsnoer kunnen tooien, veel mooier Jan uwe koralen, Checco. Ik zal niet meer den geheelen dag netten behoeven te verstellen en te di ogen hangen. O, wat zou dat heerlijk wezen Ik zou uit spelevaren gaan, als de mevrouwen te Sorrento en te Napels komen wonen in een groot huis met prachtige meubels." Bij deze woorden blonken de schoone oogen van het meisje zoozeer van begeerte, zoo vroolijk, dat het Checco angstig om het hart werd. Die vurige wensch naar een genotvol leven, waarvan Carmela te Sorrento eenige malen getuige was geweest en waartegen zij toen reeds met af gunstige, begeerige blikken had opgezien, perste hem de tranen uit de oogen. «En wat moet er dan van mij worden, Carmela vroeg hij op een zoo droevigen toon, dat het meisje op hare beurt verschrikt de oogen opsloeg. «Checco klonk het verlegen antwoord. «Zal ik het u zeggen, Carmela? Op den dag van uw huwelijk met Don Luigi verdrink ik mij in de zee." «Bah Onzin «Geen onzin, Carmela De eerste dag van uw geluk is de laatste van mijn leven." «Wees nu verstandig, Checco, en ga anders maar heen. Als ge zoo praat, spreek ik nooit weer eon woord tol u." In plaats van te gaan, greep hij hare hand vaster in de zijnetrok haar met geweid naar zich toe en fluisterde haar op hartstochtelijken toon in het oor: «Gij moet en zult de mijne worden, Carmela 1" «Laat mij los «Bij alle heiligen, de mijne moet gij worden, of gij stort ons alle drie in het verderf. De mijne zijt gij en blijft gij 1" Zij trachtte zich los te wringen, en toen zij eindelijk eene hand vrij had, diende zij den al te vurigen minnaar een Hinken oorveeg toe, terwijl zij hem toornig toeriep «Zult gij nu loslaten, Checco?" «Carmelasmeekte hij nu, bijna weenend. «Ik houd wel van u, Checco, meer dan van alle jongens te Positano maar als gij u zoo gedraagt, dan moet gij afwachten, wat er ge beurt." Ilij durfde nog alleen hare hand vasthouden zij zou hem anders misschien in de duisternis ontloopen zijn. Maar het was grappig om aan te zien, hoe het kleine ding over den forschen, sterken jongeling de baas speelde. «En waarom," waagde hij nog eens te vragen, «waarom wilt gij de mijne niet zijn, als gij toch van mij houdt «Omdat gij zoo arm zijt," antwoordde zij koi taf. «Ik bezit al wat wij noodig hebben." «Zoo En ik zou al mijn leven te Positano blijven Dat gaat niet meer. Ik heb le veel van de wereld gezien. Ik wil met geen visscher uit Posiiano trouwen, waar de eene dag in niets veischilt van don anderen. Ik wil naar Sotrento, naar Napels, naar kortom, overal heen, waar het beter is dan hier. Waarom gaat gij niet naar Napels, om ook rijk te worden Waar om hargt gij jaar in jaar uit te Positano om, waar niets te verdienen valt Als gij geld hebt, dan trouw ik met u, Checco, anders niet 1" Men ziat, dat de zeventienjarige wijsneus zich vrij wat op hare wereld- en menschenkennis liet voorstaan. Vandaar, dat dat mondje zich zoo roerde en zoo vol zelfvertrouwen en vast beraden doorpraatte. Dat geld verdienen en rijk

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1894 | | pagina 5