cms a.
Biimenlantlsclie Berichten.
AMERIKA.,
Frankrijk zal een protest indienen tegen de
aanwezigheid in Fransche havens van Ameri-
kaansche geneeskundige inspecteurs, belast
met het onderzoek van de naar de Veree-
nigde Staten bestemde pakketbooten.
Duitschiand heeft zich eveneens te Was
hington beklaagd over de eigenmachtige aan
stelling van dergelijke Amerikaansche ambte
naren in Duitsche havens en dreigde zelfs hun
te verbieden met de inspectie voort te gaan.
Waarschijnlijk zal Cleveland over deze aan
gelegenheid eene bijzondere boodschap aan
het congres richten.
Het sensatiebericht uit Montevideo dezer
dagen gemeld volgens hetwelk te San Gabriel
een hospitaal voi gewonde opstandelingen dooi
de regeeringstroepen zou zijn in brand gesto
ken, zoodat alle zieken ellendig in de vlam
men omkwamen, is gebleken geheel verzon
nen te zijn.
Aan de Times wordt uit Buenos-Ayres van
4 dezer gemeld, dat het congres in eene ge
heime zitting de uitgaaf van 2 millioen dollars
sterling voor oorlogsmateriaal bekrachtigd
heeft, waarvan 800.000 moet dienen ten be
hoeve van dadelijke militaire wapeningen en
liet overige, zoo de regeering zulks noodig
oordeelt, kan gebezigd worden met het oog
op mogelijke verwikkelingen met Chili over
de grenskwestie.
De Chileensche minister van buiteniand-
sche zaken heeft in den Senaat verklaard, dat
de geiuehten aangaande eene afkoeling dei-
betrekkingen met de Argentijnsche republiek
valsch zijn.
Uit Shanghai wordt gemeld, dat het ver
trek der Cliineesehe gevolmachtigden tot liet
voeren van vredesonderhandelingen met Japan
voor onbepaalden tijd is uitgesteld, op grond
dat de Japansche regeering op het laatste
oogenbiik bezwaar zou hebben gemaakt tegen
den tweeden gevolmachtigde (den voormali-
gen gouverneur van bet eiland Formosa, die
een prijs gesteld beeft op de hoofden van
Japanneis) en beslist geweigerd zou hebben
Item te ontvangen.
Een telegram uit Peking meldt daaren
tegen, dat de eerste gevolmachtigde Tschan
Ying fiuan zelf zich niet kan vereenigen met
de benoeming van Tsehao Yti lin tot tweeden
Imachtigde, en dit de reden zou zijn van
1 - ertraging zijner reis.
an de Times werd Zondag uit Peking
irul dat de Cliineesehe gezant in Japan
vorigen dag door den keizer in afscheids-
C
gehoor werd ontvangen.
Voorts wordt gerneld dat Japan weigert
een wapenstilstand toe te staan en dat de
gezant der Vereenigde Staten niet gelooft dat
de tegenwoordige onderhandelingen tot iets
zullen leiden daar de Japanners geen vredes
voorwaarden zullen vaststellen alvorens hunne
troepen Peking bezet hebben.
De correspondent van de Standard te Port
Arthur zendt uitvoerige en belangrijke bijzon
derheden omtrent de inname, bevestigend de
gemakkelijke zege der Japanners, maar tege
lijkertijd bunnen omvangrijken en barbaar-
schen burgermoord, drie dagen nadat alle
tegenstand ophield. Deze ooggetuige schildert
eene gruwelijke slachting. Hij vond overal
hoepen Cliineesehe lijken, verminkt op eene
wijze, den Basjibazoeks of Nana Sahib's
trawanten waardig.
De Standarddezen brief besprekend, acht
den Japanschen burgermoord te Port Arthur
thans volkomen bewezen, terwijl hij minder
verschoonbaar blijkt. De Japanners voeren
de voorafgaande gruwelen der Chineezen aan
maar zij kenden de Chineesche manier van
doen en wisten dus welke dingen er te wach
ten waren: dingen, welke Je Japanners toe
zegden n I 5 te zn'lsi: doen. De Standard
verklaart den moord te Port Arthur eene
schandvlek, bewijzende dat het Japansche leger
wel de Europeesche tucht en uitrusting, maar
nog niet de westersche begrippen van men-
schelijkheid overnam,
Volgens bericht uit Antung avanceerden
de Japanners uit hun hoofdkwartier naar
Tuhongtsu. De Chineezen brengen onder Tung
alle mogelijke strijdkrachten bijeen om een
slag te leveren, waarvan de afloop het lot
van Mukden zal beslissen. De Chineezen ronse
len iedereen en brandschatten alle dorpen.
Een keizerlijk decreet maakt Li Hung Chang
aansprakelijk voor de tekortkomingen der
zich schuilhoudende generaals Huangchao en
Weijuchang, met bevel om hem te vatten en
over te leveren.
J A P A N.
De mikado heeft aan keizer Wilhelm de
orde van de chrysanthemum, de hoogste
onderscheiding waarover hij te beschikken
heeft, toegekend, als blijk van dankbaarheid
voor de uitstekende diensten, welke Duitsche
instructeurs aan zijn leger hebben bewezen.
SCHIEDAM, 8 Januari 1895.
Vergadering van den gemeenteraad op
Dinsdag 8 Januari i895 des namiddags ten
kwartier vóór twee uren.
Voorzitter de heer H. J. Versteeg, burge
meester.
Tegenwoordig zijn 19 leden. Afwezig de
heeren Knappert en Van der Schalk, de
eerste met kennisgeving.
Bij de opening der vergadering sprak de
burgemeester het volgende
Wilt mij vergunnen, heeren, bij de opening
der eerste vergadering van dit jaar andermaal
mijn lieilgroet te brengen en door u aan de
ingezetenen dezer gemeente, en daarbij den
wensch uit te spreken, dat dit jaar voor de
gemeente en voor hare ingezetenen een voor
spoedig jaar moge zijn. De gemeente rekent
er op, heeren, dat ieder liet zijne er toe zai
bijdragen om tot voorspoed der gemeente
werkzaam te zijn. Maar in de eerste plaats
rekent zij op ons, op deze vergadering. Wij,
die de eer hebben om aan het hoofd der
regeering dezer gemeente gesteld te zijn, laat
ons, heeren, zooals ik reeds eenige weken ge
leden gezegd heb, eendrachtig samenwerken
om de belangen der gemeente te bevorderen
laat ons getrouw blijven aan den eed door
ons afgelegd hier, en mogen wij dan bij het
einde van het jaar allen de overtuiging met
ons wegdragen, dat wij onzen plicht hebben
gedaan.
Nadat deze woorden met luid applaus wa
ven begroet, nam de heer Hoek met de vol
gende rede het woord
Geachte Burgemeester. Als oudste lid in
jaren zij het mij vergund de tolk te zijn
mijner geachte medeleden dezer vergadering,
met u dank te zeggen voor de wemcheri door
u in het belang der burgerij en der gemeente
uitgesproken. Wij willen den oprechten wensch
uitspreken, dat liet de Voorzienigheid beliage
u gezondheid te schenken, u en uw huisgezin.
Hij geve u de kracht om de moeilijke taak,
die gij hebt aanvaard, te vervullen in liet
waarachtig belang onzer gemeente. Mag ik
ook hetzelfde toewenschen aan het dagelijksch
bestuur en den geachten secretaris.
Ook op deze woorden volgde algemeen
applaus.
Na vaststelling der notulen der vorige ver
gadering van 18 December j.l. kwamen de
volgende stukken in, welke reeds voor de leden
ter visie hadden gelegen
Missive van de Gedeputeerde Staten dezer
provincie ten geleide van een uittreksel uit
het koninklijk besluit van 20 December j.l. no.
23 en uit den daarbij behoorenden staat,
houdende goedkeuring van het raadsbesluit
tot heffing van belasting voor het gebruik
der terreinen van de zoogenaamde werf »de
Nijverheid", kennisgeving van burgemeester
en wethouders, proces-verbaal der door ben
op den 31n December j.l. gedane opneming
der boeken en kas van den gemeente-ontvan
ger, waaruit blijkt dat alles in behoorlijke orde
bevonden is.
De heer Van Erpecum zou gaarne zien,
dat dit proces-verbaal (en dergelijke stukken
in het vervolg ook) werd opgenomen in het
gedrukt verslag. Dat is gemakkelijk voor de
raadsleden en ook wenschelijk voor het belang
stellende publiek. Het nut van dit voorstel
kon de heer Hoogendam niet inzienen ook
de voorzitter maakte den voorsteller opmerk
zaam, dat een dergelijk stuk ten allen tijde
voor de raadsleden ter visie is. Nochtans
bleef de lieer Van Erpecum zijn voorstel
handhaven, waarop de voorzitter toezegde,
dat burgemeester en wethouders zouden zorg
dragen, dat in het gedrukt verslag een eenigs-
zins uitgebreid uittreksel zou worden opge
nomen.
Missive van de commissie voor het burg. arm-
best., eene aanbeveling bevattende ter benoe
ming vaneen lid in die commissie, wegens perio
dieke aftreding op 4 Januari j.l. van den heer
J. C. H. Kramers, Op die aanbeveling, waar
mede burgemeester en wethouders zich heb
ben vereenigd, zijn geplaatst de heeren J.C.
H. Kramers en E. M. Beukerster visie
gelegd om in de volgende vergadering tot
eene benoeming over te gaandankbetuiging
van den heer C. R. Bentfort voor zijne be
noeming tot gemeente-ontvanger, kennisge
ving; dankbetuigiug van mej. E. de Goederen,
J. J. van Vliet en M. van Rossen voor de ver
hooging barer jaarwedden als onderwijzeres
sen in nuttige handwerken aan de herhalings
school voor meisjes, kennisgeving bezwaar
schriften van C. L. Roelofs en J. W. Meul-
man, respectievelijk ingekomen den 19n en
20n December j.l., tegen hunnen aanslag in
de plaatselijke directe belasting naar het in
komen, dienst 1894/5, aan adressanten zal
worden bericht dat op hunne bezwaarschrif
ten als niet ingediend binnen den termijn
bij art. 265 der gemeentewet gesteld niet
kan worden beschikt.
De later ingekomen stukken zijn adressen
van M. van deri Bos Sr., P. van der Velden Cz.,
F. E. Numan, G. Odé, J. Tak, T. Voogd,
A. IJ. Nolet, II. A. Oosterweghel en W. A. J.
Wittkarnpf om restitutie van betaalde plaatse
lijke directe belasting over 1894, om onder
zoek en rapport in handen gesteld van bur
gemeester en wethouders; goedkeuring door
Gedep. Staten van liet raadsbesluit van 4 De
cember tot aanstelling van een tijdelijk leeraar
in handteekenen aan de burgeravondschool
op eene jaarwedde van f200, aangenomen
voor kennisgeving; en bezwaarschrift van J.
Schot tegen zijn aanslag in de plaatselijke di
recte belasting naar het inkomen, alsmede ver
zoek om ontslagen te worden van de bedrijfsbe
lasting op het eerste gedeelte van bet verzoek
kon niet worden gelet, als niet ingediend binnen
den wettelijken termijn, terwijl het tweede
gedeelte voor kennisgeving werd aangeno
men, als niet betrekking hebbende op eene
gemeente- doch op eene rijksbelasting.
Aan de oide was nu de benoeming van
leden der vaste raadscommissiën, wegens
periodieke aftreding op 31 December j.l.
Van de bevoegdheid verleend bij art. 27 van
het reglement van orde voor den raad werd
gebruik gemaakt om al de leden van iedere
commissie gelijktijdig te benoemen.
De leden der commissie tot iiet ontwerpen
der verordeningen tegen wier overtreding
straf wordt bedreigd, van welke commissie
de burgemeester, als zoodanig, volgens de
gemeentewet, voorzitter is, werden allen her
benoemd die der commissie tot het geven
van versing en het dienen van raad, nopens
de begrooting en rekening en verantwoording
der plaatselijke inkomsten en uitgaven en de
bij de gemeentewet bedoelde verdere begroo
tingen en rekeningen, werden mede herbe
noemd die der commissie van controle voor
de plaatselijke directe belasting, waarin bur
gemeester en wethoudeis als zoodanig zitting
hebben, werden allen herbenoemd even:
die der commissie tot het herzien van
belastingen, de rechten, loonen en andere
den, bedoeld in art. 238 der gemeentewei
ook de drie plaatsvervangende leden uit
commissie om eventueel zitting te neng j
wanneer deze commissie optreedt als vasi
commissie belast met het onderzoeken de»
bezwaarschriften van aangeslagenen ots
hunnen aanslag in de plaatselijke direct
belasting naar het inkomen, werden herfce l
noemd. Tot leden van de stembureaus vos t
de, gedurende 1895, te houden verkiezing?
voor leden van de Tweede Kamer der States!
Generaal, de Provinciale Staten en den ge j
meenteraad werden herbenoemd, in be l
hoofdbureau, waarin de burgemeester al f
zoodanig als voorzitter zitting heett, de h» 1'
ren H. A. M. Roelants en AZ. Elzevit I
Dom in het onderbureau tot voorzitter
heer G. Visser Bz., tot plaatsvervangend voor f
zitter de heer C. J. P. van der Schalk tt
leden de heeren D. F. "W. Prins en J. W.J 'i
van Harwegen den Breemsterwijl ook
vier plaatsvervangende leden (de heeren Jac
Hoek, J. H. van Westendorp J.Dz., A. Knap
pert Lz. en C. J. Loncq) herbenoemd werden;
voorts werd bepaald dat bij ontstentenis dei
leden en hunne plaatsvervangers al de ledei
van den raad als plaatsvervangers zitting
kunnen nemen, te beginnen met het jongstt
lid in jaren en zoo vervolgens.
Tot lid van de gezondheidscommissie werd
herbenoemd de heer dr. J. Endtz; het 1e
suppletoir kohier der plaatselijke directe be
lasting naar het inkomen, dienst 1894/5. tea
bedrage van f649 87'/s, werd vastgesteld
evenzoo het ontwerp-besluit tot betaling uit
den post voor onvoorziene uitgaven der ge-
meentebegrooting voor 4894 en het ontwerp
besluit tot bet doen van af-eri overschrijving
op de gemeentebegrooting voor 1894; aan
W. van Steenoven, G. Wagemaker en C. de
Wolf werd, op hun verzoek, de door hen
bewoonde gemeentewoning bij continuatie
verhuurd voor den tijd van drie jaren op
dezelfde voorwaarden en denzelfden huurprijs
als nu met hen was overeengekomen.
Thans kwam in behandeling het adres van
Meijntjes c. s. met verzoek om 'lo. in het
belang der burgerij eene verordening in liet
leven te roepen, waarin wordt bepaald, dat
droge waren (zooals aardappelen, peren,stpen-
kolen enz.) langs de straten aan de huizen
niet bij de maat ten verkoop zullen mogen
worden aangeboden, doch die verkoop bij het
gewicht zal moeten geschieden2o. om als
nog zoo spoedig mogelijk te voldoen aan de
reeds vroeger door bewoners van de Villa
straat, Oosterstraat enz., tot den raad ge
richte verzoeken om die straten te doen ver
lichten. Door burgemeester en wethouders-
was schriftelijk gepraeadviseerd om wat het
le verzoek betreft, het adres in handen te
stellen van de commissie voor de strafver
ordeningen: terwijl zij voorstelden om het
2e verzoek aan te houden, daar dit in ver
band stond met de uitbreiding der gasfabriek,
en zoolang daartoe nog niet was besloten,
kon aan die verzoeken geen gevolg worden
gegeven.
Sub lo. besloot de raad overeenkomstig
het praeadvies zonder discussie. Sub 2o. vroeg
de heer De Groot of de capaciteit der gas
fabriek op het oogenbiik riiet groot genoeg
was om ook maar een straat te verlichten,
waarop de voorzitter antwoordde, dat liet
praeadvies was gegeven met het oog op nog
meerdere adressen van dien aard. De heer
Hoogendam zou ongaarne zien, dat deze ver
zoeken werden afgewezen, ook met liet oog
op de laatste groote uitbreiding der gasfabriek.
Na het antwoord van de heer Visser, dat
wanneer aan de fabriek niet steeds wordt
voortgewerkt, de stad niet een geheelen avond
lang zou kuunen worden verlicht, werd ook
op dat punt besloten overeenkomstig het
praeadvies van burgemeester en wethouders, -