kennisgeving.
ffirmi ier Kiezerclijsisn
Feuilleton»
'Onder de Camorristen.
V. 1895
Vrijdag 11 Januari.
N°. 8701.
KENNISGEVING.
r n I? a r «oteritkaat ;o.
egenen veertigste Jaargang.
Versch nt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag,
UITGEVER: .T. ODÉ.
Builenlanclsclic Berichten.
en
nEDJUBGn
n ifi
Abonnementsprijs, per kwartaal
franco per post, door het geneele Rijk
Afeonderlijke nommers
f 1-85.
2.50.
- 0.10.
Advertentieprijs: van i10 gewone regels me
inbegrip van eene Courantf 1.10.
Iedere gewone regel meer- 0.10.
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
Inrichtingen welke gevaar, schade of
hinder kunnen veroorzaken.
'Jurbemeester en wethouders van Schiedam.
Gelet op art. 8 der wet van den 2den Juni
1875 Staatsblad no. 95)
Geven kennis aan de ingezetenen dat op
heden aan de firma DURY HAMMES er
hare rechtverkrijgenden vergunning verleend
is tot uitbreiding barer sodafabriek,
slaande aan het Slop van Makkers no. 4, ka
daster sectie L no. 4599.
Schiedam, den 40den Januari 1895.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
Be secretaris
VERNÈDE.
ÜE VOORZITTER YAN den gemeenteraad van
'SSHIEDAM
Gezien art. 7 der kieswet, zooals dat is gewijzigd
bij art. VII der additioneel» artikelen van de grondwet,
Noodigt de mannelijke ineerdei jarige inwoners
dier gemeente uit om, zoo zij in eene andere ge
meente over het laatstverloopen dienstjaai inde per-
meelt belasting (dienstjaar 1893/94' zijn aangeslagen
naar een hoogere huurwaarde, dan die, welke volgens
art. 1, iitt. o en i, van de wet van '24 April 1843
(riaatélai no. 15), aanspraak geeft op vermindering
tot eeu derde of twee dei de gedeelten der belasting
«aar de eerste drie grondslagen, of in eene andere
gemeente of in meer gemeenten te zamen in de
grondbelasting (dienstjaar 1891) zijn aangeslagen tot
rem bedrag van ten minste tien gulden(hoofdsom
•en rijlsopcenten) daarvan, door overlegging der voor
•voldaan onderteekende aanslagbiljetten, vóór den 15den
"ébuari a s ter secretarie der gemeente te doen
.blijken,
(Volgens art. 7, 3e lid, der kieswet wordt de man
•geacht in de grondbelasting te betalen den aanslag
lijner vrouw, de vader dien zijner minderjarige
kinderen, wegens de goederen, waarvan hij liet vrucht-
genat heeft.)
Ook noodigt hij uit de mannelijke meerderjarige
inwoners der gemeente, die op grond ran het bepaalde
bij art, 1, sub c, of krachtens liet 4e lid van art.
7 der kieswet, aanspraak meenen te kunnen maken
om geplaatst te worden op de kiezerslijsten, daarvan
mede vóór 15 Februari as, aldaar aangifte te doen.
De bi; koninklijk besluit van 28 Noiember 1887
(staatsblad no. 211) vastgestelde modellen A en J3
voor de zoo even genoemde aangiften zijn van lieden,
ter gemeente-secretarie kosteloos verkrijgbaar. Tot
de bewijsstukken, over te leggen in het geval van
het 4e lid van art. 7 der laatstgenoemde wet, moeten
behooren liet aanslagbiljet of authentiek afschrift
daarvan, eene opgaaf van het bediag van het aandeel
in den aanslag en de bescheiden betrekkelijk het
gemeenschappelijk bezit.
Voorts deelt hij mede
1°. dat volgens lett. e van art. 1 der kieswet ook
kiesbevoegd zijn de mannelijke meeiderjaiige inge
zetenen, tevens Nedeilanders, die hetzij hoofden van
gezinnen of alleenwonende peisoiien zijnde, van
den ïnwonenden eigenaar of eersten huurder van een
woonhuis of afgezonderd gedeelte vaneen woonhuis,
waarvan de huui waai de voor de personeele belasting
ten minste op het dubbele gesteld is van bet laagste
in de gemeente voor den vollen aanslag vereischte
bedrag, gedurende negen maanden, voorafgaande aan
den 15n Februari, een en betzelfde pei ceels-gedeelte
onafgebioken in buur hebben gehad en bewoond,
waarvoor geen afzonderlijke aanslag in de personeele
belasting geschiedt, maar waarvan de jaarlijksche
lmurwaaide, ongestudeerd, in verhouding tot de be-
lastbaie huu waarde van liet woonhuis of afgezonderd
gedeelte van bet woonhuis geschat, het sub a van
dit artikel bedoelde bedrag van den vollen aanslag
beieikt, zijnde voor deze gemeente minstens f55.
2°, dat ait. 7, 4e lid van laatstgenoemde wet,
luidt:
«Aanslagen iri de grondbelasting WegéllS onver-
sdeelde onroerende goederen gelden ook voor den
«mede-eigenaar, wiens naam niet bij den aanslag ih
«het kohier is vernield, rnits zijn aandeel in dien
«aanslag ten minste tien gulden bedraagt."
En is hiei van afkondiging geschied, waar het be
hoort, den lüden Januari 1895.
De voorzitter van den gemeenteraad van Schiedam,
VERSTEEG.
DUITSCIILAND.
Bij de gisteren in den Rijksdag voortge
zette behandeling van het ontwerp tot be
teugeling der omwentelingspartijen betoogde
de heer Vor Stumm dat de sociaal-demo
cratische party revolutionnair is en slechts
door geweld is te onderdrukken.
De heer Groeber voerde hiertegen aan dat
geweld niets zal baten, maar dat de werking
van binnen moet komen. De houding van het
Centrum ten aanzien van dit ontwerp wordt
aangegeven door zijne vroegere houding ten
opzichte der socialistenwet. Overigens stelt
spreker voor, het ontwerp in handen eener
commissie te stellen. De voornaamste taak in
den strijd tegen de omwentelingsparUjen be
hoort aan de kerk.
De staatssecretaris Nieberding betoogde dat
het ontwerp geenszins tegen de werklieden
gericht is.
Heden voortzetting van het debat.
De Duitschers in de Vereenigde Staten zul
len een deputatie van tachtig personen, allen
oud-strijders uit den veldtocht van 1S70—-71,
uitzenden om aan vorst Bismarck, ter gelegen
heid van zijn tachtigsten geboortedag op 4
April a.s., een geschenk te overhandigen. Dit
geschenk zal bestaan in een obelisk van mas
sief-zilver, ter hoogte van 4.80 M., waarop
een adelaar, houdende een Amerikaansche
en een Duitsche vlag in de klauwen.
De Berlijnsche correspondent der N. JR. Ct.
schrijft van gisteren:
Gelijk de keizer indertijd om het handels
verdrag met Rusland aangenomen te krijgen
en in andere gevallen het gewicht van zijne
persoon in de weegschaal heeft geworpen,
schijnt hij ook nu tot aanmerkelijke verster
king van de Duitsche vloot zelf te willen
ingrijpen. Gisteren had hij een twintigtal
afgevaardigden van den Rijksdag conser
vatieven, nationaal-liberalen en centrumsman
nen op het nieuwe paleis te Potsdam ge-
noodigd, en hield voor hen eene aanspraak,
waarin hij eene versterking der marine be
pleitte. De rede duurde ongeveer twee uren
en werd door uitgebreide teekeningen, die
tentoongesteld waren, opgehelderd. De keizer
vergeleek de Europeesche oorlogs- en handels
vloten met elkander, putte leering uit de zee
slagen tusschen Japan en China en weesop
de noodzakelijkheid van den overzeeschen
dienst der Duitsche marine. De keizer ein
digde met de merkwaardige woorden Doet
prins Bismarck, den grondvester onzer kolo
niale politiek, op zijn 8Qsten geboortedag de
vreugde aan, in de voor de vloot verlangde
en noodige gelden te bewilligen." De keizer
droeg bij zijne voordracht liet groot admiraals-
tenue. De ministers van marine en financiën
waren ook tegenwoordig,
Eugen Richter schrijft hedenavond in zijn
blad »Nog nooit is door een monarch zoo
onmiddellijk op de beslissingen van de Rijks-
dagsafgevaardigdeu gewerkt om hen voor
aangevraagde kredieten te winnen."
E H A N B H IJ R,
Kamer en Senaat hebben Dinsdag de par
lementaire werkzaamheden hervat. Dezen
eersten dag is er niets bijzonders voorge
vallen behalve de herkiezing van den heer
Brissori tot voorzitter der Kamer, met 272
van de 310 stemmen.
In den ministerraad werden door deu heer
Delcassd berichten medegedeeld, van luit.-
kol. Monteil ontvangen over zijn optreden
tegen het inlandsche opperhoofd Samory.
Diens benden werden onophoudelijk terug
geworpen, waar zij met de Franschen slaags
raakten, maar men heeft nog geen kansgezien,
zijne hoofdplaats Khone aan te vallen.
De heer Ballot, gouverneur van Dahomey,
zond bericht dat de landengte, die de lagune
van Porto-Novo '""beidt van de zee, nu
doorgegraven i:, zooaat schepen van greater,
diepgang deze plaats kunnen bereiken.
Het Belgische socialistische blad Le Conscrit
IRotnan van W A L D E M A R URBAN.
16.
Bet naaste vermoeden was, dat de dief door
'middel van een touwladder liet torentje be
klommen had.
'Don Luigi dacht en hij hield dit vermoeden
ast geheim dat Checco de dief was. Op deze
«ijie werd het raadsel omtrent zijne toezeggingen
-aan Carmela opgelost. Zelfs gaf liij de politie
té .Pusitano van een en ander kennis en wist
d» zaken zoo voor te stellen, dat zijne verklaring
gfoète waarschijnlijkheid verkreeg,
i Carmela werd op liet hooren er van zoo bleek
i een lijk, maar hare oogen schoten vonken.
"Checco een dief Zou het waar kunnen zijn
Zen hij gevat worden Die vragen lieten haar
oogenblik met rust. Ze bear oorden kon
zij niet, maar zij zou een oog in het zeil houden
en oppassen wat de carabinieri deden.
Ook zij kreeg bezoek van de mannen der
wet, die haar vroegen waar Checco in Napels
verblijf hield. Zij zeide het niet te weten, ofschoon
de jonkman haar had medegedeeld, dat hl bij
eene tante, die te Piedigrotta bij Napels een
vleeschwinkel had, zijn intrek dacht te nemen.
Voor geen geld had zij Checco vet iaden. Want
al had hij schuld, zij zou, als zij het beletten
kon, wel zorgen, dat hij niet gevangengenomen
word. Hoeveel te meer, als hij onschuldig was.
Als bij ingeving geloofde zij het laatste, doch
in elk gevalhij moest gered worden. Met hare
levendige verbeelding stelde zij zich Checco reeds
voor, opgesloten in de kleine gevangenis te
Positano en haar door hot tralievenster, dat op
den weg uitzag, om hulp smeekende. Het hok werd
meest gebruikt om visschers in op te sluiten,
die in gebreke bleven de rechten te betalen, die
de regeering op de koraal- en zeevisscherij
gesteld had. Die rechten werden door de bewo
ners van Positano als een roof beschouwd en
de ambtenaren, die ze moesten innen en de
politie, die daarbij medewerkte, als htm grootste
vijanden. De in hechtenis gestehien waren in
hunne oogen martelaars, en uit dit oogpunt
beschouwde nu ook Carmela de gevangenneming
van Checco.
«Heb ik het niet gezegd, dat het zoo zou
afloopen V' voegde Don Luigi haar op een toon
van verontwaardiging toe. «Het verlangen om
Carmela te bezitten en rijk te worden heeft hem
tot een schandelijken roover gemaakt."
Carmela werd boos, schold den beschuldiger
van Checco onbehoorlijk uit, zette zich toen,
alsof zij van aandoening niet meer staan kon,
op een steen en begon te schreien.
«Ge moest blij zijn," zeide Don Luigi, »dat
ge op deze wijze van hem afkomt. Is het niet
zoo, Pasquaie V'
De oude knikte met hel hoofd.
»Ik had het nooit kunnen denken," zei hij.
sChecco was altijd een eerlijke jongen."
»Dus heeft hij het werkelijk gedaan vroegen
een paar voorbijgangers.
«Zonder twijfel," verklaarde Don Luigi,
«Carmela heeft hom zijne bezinning doen ver
liezen."
Na nog eenig praten en weerpraten kwamen
alien tot de overtuiging dat Cheeco de dief was.
Carmela zat nog roerloos op haar steen, snikte
en hield de handen voor de oogen. Toen zij, na
een half uur zoo gezeten te hebben, opkeek,
zag zij twee carabinieri het pulitie-bureau uit
komen van wie de eene een brief in den
zak stak.
Zij stond op en sloop op een alstand beide
mannen na.
Deze sloegen den weg in naar CasteWamaie.
Carmela verloor hen niet uit het oog. Vervolgens
zetten zij koers naar Monte San Angela, langs
smalle wegen en bergpaden. Carmela volgde hen.
De roode vederbossen op het hoofddeksel dei-
soldaten wezen haar den weg.
Het was reeds donker, toen zij hun doe! ba-
reikten. De mannen gingen naar het station om
met den trein verder te reizen. Daar stond
Carmela, Zij had honger en geen geld om voedsel