N°. 8753. Berde Blad A". 1895 Zondag 24 en Maandag 25 Maart. s ©eenenveertigste Jaargang. Binnenlandsche Berichten. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag, UITGEVER: J. ODÉ. (2V R. Ct.) GOURA IT iBOMNEHEHTSPBiJS, per kwartaal f t.85. Ttateo per pori, door het geheele Rgfc2.50. A&onderlijke nommers>0.10. BCREtCi BOTERITRAiT 8s O. Advertentieprijs: van 1—10 gewone regels reet inbegrip van eene Courantf 1,10 Iedere gewone regel meer- 0.10. Driemaal geplaatst wordt tegen tweemam, berekend. TWEEDE KAMER DERSTATEN-GENERAAL. De heer De Kanter heeft op het wetsvoor- stel-Hartogh een negental amendementen voorgedragen, waarvan de voornaamste ten doel hebben lo. Den rechter de verplichting op te leg gen, om na het voldingen en bepleiten der zaak zich de stukken te doen overgeven en terstond aan partijen den rechtsdag aan te zeggen, waarop hij uitspraak zal doen; 2o. om, nu (hetgeen hg gewenscht zou hebben) het geheele verhoor op vraagpunten niet uit de wet zal verdwijnen, de partij in persoon niet bloot te stellen aan een exami neerend verhoor van deD advocaat der tegen partij, ook al moge aan den rechter veel dis- cretionnaire macht gegeven zijn om gestelde vragen te weigeren; 3o. voorschriften te geven, om ook in casu van scheiding alle geschillen gelijktijdig voor den rechter te brengen 4o. om van de verbetering ten opzichte der verstekvonnissen ook te doen profileeren al de personen, wier staat onzeker is, door dien de verstekvonnissen, die zij verkregen, niet te executeeren zijn. De meeste overige amendementen bedoelen alleen eene redactie-verbetering. Wijziging Schoolwet. De heer de Savornin Lohman heeft aan de Tweede Kamer zijne memorie van antwoord ingezonden over zijn wetsvoorstel tot wijziging van nrt. 5ihis der wet op het lager onderwijs. De voorsteller plaatste zich op het stand punt, dat het onderwijzend personeel voldoende zou zjjn om te voldoen aan de bepalingen der wet, zoowel als op het standpunt, dat ailks niet het geval is. Ook in het eerste geval kan zonder eenige schuld van het school bestuur een vacature onvervuld moeten blijven tot groot financieel nadeel van de school. Werd dit voorstel wet, dan zou tevens voor zien worden in het geval, dat de machteloos heid van het schoolbestuur haar oorzaak vindt het gebrek aan onderwijzend personeel in bet algemeen. Toch zou het daarom nog geens zins overgangsbepalingen overbodig maken, terwijl evenmin door overgangsbepalingen, boe voortreffelijk ook, dit voorstel overbodig zou worden. Naar des voorstellers meening loopen de waarborgen, die de wet voor de deugdelijk heid van het bijzonder onderwijs heeft ge- steld, door dit voorstel geenerlei gevaar. Maar bet schoolbestuur zal de zekerheid hebben dat bet de bijdrage niet behoeft te verbeuren, wanneer het tijdig in staat gesteld wordt óf eene vacature aan te vullen óf de bewijzen van zijn goeden wil en zijne onmacht te kun- overleggen. Met den minister is de heer Lohman van meening, dat door het ontstaan van eene nieuwe onderwijzersplaats eene vacature ge boren wordt, zoodat eene afzondei lijke rege ling voor dat geval niet noodig schijnt. Er kunnen zeer zeker practische bezwaren ontstaan uit het veileenen van dispensatie, maar men moet die niet overdrijven. Men moet het recht, dat dit wetsvoorstel beoogd aan de regeering te geven, eenigszins verge lijken met het recht van gratie. Een school bestuur zal niet verzuimen voortdurend alle krachten in te spannen om aan de bij de wet gestelde eischen te voldoen. De regeering moet eenige vrijheid van handelen in deze houden. Zij zal de noodige inlichtingen steeds kunnen inwinnen. Ten overvloede heeft de voorsteller in het ontwerp nog deze bepaling ingelascht, dat het schoolbestuur, hetwelk voornemens is zich op de wet te beroepen, voor of op het oogenblik, waarop de vacature uiterlijk had moeten zijn aangevuld, het schooltoezicht in kennis moet stellen van den onvoldoenden toestand der school. Van bevoorrechting der bijzondere school kan hier geen sprake zijn. Ten opzichte van R.-k. scholen van con gregaties zegt de heer Lohman, dat de maat regel ook op dezen wel zal kunnen toegepast worden. Zoo de besturen van congregaties soms niet over een voldoend personeel zouden te beschikken hebben, zullen zij niet aarzelen om voor vacatures, welker aanvulling niet kan worden uitgesteld, buiten hunne congre gatie geschikte personen te zoeken, zoodat alsdan ook zal kunnen blijken, dat men door het aanbieden van eene behoorlijke jaarwedde zijn best heeft gedaan om het personeel aan te vullen. De heer Lohman heeft overigens zijn wets voorstel nader aldus gewijzigd, dat het be stuur na afloop van het schooljaar eerst aan de regeering ontheffing zal moeten vragen van de verplichting omtrent het minimum aantal onderwijzers. Is deze toegestaan, dan zendt het alsnog, op de gewone wijze, zijne aanvrage in aan Gedeputeerden, die dan daarop be slissen. Voor indieuing van de aanviage om de bydrage moet dan een nieuwe termijn worden gesteld. SCHIEDAM, 28 Maart 1805. Den Israëlietischen militairen der land macht, die niet aan de strengere tucht bij het algemeen depot van discipline onderwor pen ziju en die hun eerlang invallend Paasch- feest ten hunnent wenschen te vieren, zal daartoe de gelegenheid worden gegeven door lo. aan hen, wier ouders of betrekkingen in hunne garnizoensplaats wonen, op de feest dagen vrijstelling van den dienst te verleenen 2o. aan de overige militairen een verlof te veileenen van en met 8 tot en met 17 April a.s. 3o. aan hen, die mochten zijn opgeroepen om gedurende het tijdvak van 26 Maart tot 13 April a.s. voor herhalingsoefeningen onder de wapenen te komen, reeds op 8 April a.s. groot verlof te verleenen. De minister van oorlog heeft aan de land macht medegedeeld het kon. besluit, bepalende dat het doen van bijdragen aan het fonds voor onderofficieren na 1 Mei 1895 niet meer ver plicht zal zijn. Tevens deelt de minister mede, dat bij een voorloopig onderzoek door een deskundige van den geldelijken toestand van het fonds al dadelijk aan het licht is gekomen, dat aan de bij het reglement vastgestelde bepalingen op den duur niet volkomen zal kunnen worden voldaan, en dat derhalve de noodzakelijkheid zich voordoet maatregelen te nemen, als bij a.t. 40 van gezegd reglement zijn aangege ven, en dat, in afwachting van den volledigen uitslag van bedoeld onderzoek, echter nu reeds wordt kenbaar gemaakt, dat tenzij zich later eene zeer gunstige wending in den stand van zaken mocht voordoen van de na ultimo April a.s. te storten contributiën niet meer dan het enkelvoud zal kunnen worden teruggegeven. Ten voordeele van haar pensioenfonds ont ving het bestuur der typografische vereeni- ging: nDoor Costers Fakkel voorgelicht, is deze Vriendenkring gesticht" te Rotterdam, door tusschenkomst van een zeer geacht inge zetene dezer gemeente eene som van t 425. Men schrijft uit Sliedrecht aan de N. E. Ct. Wat door velen reeds bijna drie weken werd verwacht, is thans werkelijkheid ge worden de burgemeester dezer gemeente is Donderdag te Dordrecht in voorloopig arrest gehouden, nadat reeds den 11 n dezer rechts ingang tegen hem was verleend. Daardoor is een einde gekomen aan den pijnlijken toe stand, waarin de gemeente verkeerde, want, vreemd genoeg, nog altjjd nam hij de functie van burgemeester waar. Wel had de daartoe benoemde raadscommissie reeds in het begin dezer maand zich van hare opdracht gekwe ten en Gedeputeerde Staten volledig van tal van gepleegde onregelmatigheden op de hoogte gesteld, doch tot heden blijkbaar met geen ander gevolg, dan dat men vernam, dat Ged. Staten te hunner tijd, bij het nazien der rekening, dus over eenige maanden, daarop zouden letten. De justitie evenwel schijnt de zaak al spoedig als van meer ernstigen aard te hebben beschouwd en, naar wij vernemen, worden dan ook nog dagelijks de verhooren voortgezet en inlichtingen ingewonnen betref fende zaken, waaromtrent zelfs niemand eenig kwaad vermoeden had. De onregelmatigheden schuilen niet in de boeken van den gemeenteontvanger, maar ter secretarie, afd. financiën. Een kleei maker bijv. moet, naar wij vernemen, een mandaat van f165 voor nvoldaan" hebben geteekend, zonder dat van 30 el laken een diaad was geleverd. Een rijtuigverhuurder, die B. en W. niet eens reed, kreeg, naar het schijnt, van de gemeente tevens toertjes betaald van anderen, die tot de gemeentekas in niet de minste betrekking staan. Mandaten ten name van werklieden schijnen geteekend zonder dat de menschen er iets van afweten. Wijn en zalm doch genoeg, waar zouden wij moeten eindigen, indien wij van de tallooze geruchten melding maakten, die al weken, en dag aan dag meer, de ronde doen en zooveel waarschijnlijkheid ei langen, dat de naam van geruchten haast minder gepast schijnt en ze wellicht eenmaal als feiten ge- qualificeerd zullen worden? Zeker zal de justitie het noodige licht in deze doen opgaan, doch het belangrijkst van al schijnt de brughistorie te zijn. Bij het ma ken van de spoorwegbrug bij Baanhoek over de Merwede hebben 1200 schippers van rijks wege eene vergoeding ontvangen voor de kosten, die ze moesten maken, om de masten hunner schepen zoo te doen inrichten, dat ze gemakkelijk de brug konden passeeren. De burgemeester was in deze aangelegen heid de vertegenwoordiger van het rijk. De mandaten, waarop de schippeis betaling kon den ei langen by den betaalmeester, moesten ter gemeente-secretarie in ontvangst woi den genomen. En nu voor dit in ontvangst nemen moeten, naar men zegt, geregeld betalingen gevorderd zijn, waarop men geen recht schijnt gehad te hebben. De som, daardoor geïnd, is vrij belangrijk; de toenmalige secietaus is reeds lang overleden, doch de eerste ambte naar ter secretarie, die onlangs door den raad werd geschorst en tegen wien, naar het ge rucht wil, ook door de justitie rechtsingang is verleend, was ook dest'ijds reeds op de secie- tarie werkzaam. Men zal zich heunneren, dat de comptabiliteit der gemeente-secretarie, buiten den secretaris om, geheel dooi bui ge- meester en eersten ambtenaar weid behandeld. Het behoeft geen betoog, dat met belang stelling de afwikkeling dezer zaak wouit te gemoet gezien. Er is deze week nog bepi oefd een adres te doen teekenen, waarin de moge lijke onderteekenaars den wenscli uitspra ken, den tegenwoordigen burgemeester nog lang in het belang der gemeente weikzaain te zien. Wjj hebben niet gehoord, dat iemand geteekend heeft, het adres zal dus ook wel niet verzonden zyn. Thans vragen velen zicli afhoe is het toch mogelijk dat bij eenige conti öle zulk een toestand zoovele jaren heeft kunnen vooitdu- ren, hoe enkelen hebben kunnen zwijgen, hoe velen en onder dezen in de eei ste plaats

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 9