Binnenlandsche Berichten. SCHIEDAM, 17 April 1895, Bij de heden plaats gehad hebbende inle vering van stembiljetten ter verkiezing van twee leden van den gemeenteraad, zijn van de 1227 kieïers ingeleverdin de le afdeeling 634 stembiljetten, in de 2e afdeeling 199, totaal 833 biljetten. Het zangkoor der «Evangelisch Hervormde "Vereeniging" gaf gisteravond in nMusis Sacrum" haar tweede uitvoering in ditseizoen, •welke zich in een tamelijk druk bezoek mocht verheugen. Van de liederen, welke gezongen werden, voldeden het best j>Hoft zee I" naar M. A. Brandts Buys en «Lentelied" van Mendelssohn, waarin de goede krachten tot haar recht kwamen. Een eigenaardig slot was «Avondlied", op de melodie van het in termezzo symfonico uit «Cavaleria Rusticana" van P. Mascagni, waarbij het harmoniurn- accompagnement goed voldeed. Op dit instru ment werden, bij wijze van verrassing, een tweetal solo-voordrachten gegeven, n.l. het «Largo" van Handel en «Pax vobiscum", welke voordrachten door het symfonische van dit instrument succes hadden. De directeur van het koor, de heer L. Scheffers, die aan het geheel een goede leiding gaf, zong tot aller genoegen «Mijn Nederland, ik heb u lief" van Van Rossurn en «Ik ken een lied" van De Mol, waarvoor hem, wegens zijn zuivere barltonstem eu sentiment luid applaus ten deel viel. De muzikale avond werd afgewisseld met een letterkundige bijdrage van den heer H. Dubbeld, die «Een oud echtpaar" van E. Weg- hardt Weyersdorff ten beste gaf, de levens geschiedenis van een paar brave menschsn, die de muziek had bijeengebracht en tot steun was geweest onder alle levensomstandig heden. Zoowel om de keuze van het stuk als om de juiste dictie zag de h«er D. zijne moeite ruimschoots beloond. De 6e algemeene vergadering van den een- tralen raad van den Ned. Roomsch-kntho- Jieken Volksbond zal op 20 Mei, des namid dags te 12 uur, gehouden worden in de groote zaal der «Officieren-"Vereeniging"te Schiedam. Bij kon. besl. is bevorderd tot ridder 3e fel. der Militaire Willemsorde, de generaal-inajoor DeijfeerholT, gouverneur vau Atjeh bevorderd tot ridder 4e fel. van den Ned. Leeuw, de heer Kroe-en, assistent-resident te Groot-Atjeh, en toegekend de eeresabe! aan den luit.-kolonel W. C. Nieuwenhuijzen. Bij kon. besl. is mr. R. baron van Zuylen van Nyevelt benoemd tot burgemeester dei- gemeente Wassenaar. Met het oog op de buitenlandsche reis der Koninginnen zal de uitreiking van de deeora- tiën in de Militaire Willemsorde, ter zake van de krijgsverrichtingen op Lombok, in geen geval voor het einde van Juni of begin van Juli plaats vinden. De leden van de Eerste Kamer der Staten- Generaai zijn hedenvoormiddag in de afdee- lingeti bijeengekomen tot onderzoek der aan hangige wetsontwerpen, behalve het wets voorstel van mr. Hartogh. In eene deze week te houden openbare vergadering zullen de voor afdoening vatbare wetsontwerpen behandeld worden. In afwachting van de sectieverslagen en regeeringsantwoorden over de meer omvang rijke wetsontwerpen, is de Kamer voornemens tot het laatste dezer maand uiteen te gaan. De minister van tinanciën maakt bekend, dat het saldo van 's rijks schatkist op 13 dezer bedroeg bij de Nederlandsclie Bank f 3,013.963.3672 en bii de betaalmeesters - 1,777.634.52 Te zamen f 4,791,597".88«A De gewone audiëntie van den minister van marine op "Vrijdag 19 dezer zal niet plaats hebben. Krachtens art. 59 der Grondwet is door den minister van buitenlandsche zaken aan de Tweede Kamer toegezonden een afdruk van het op 29 October 1894 tusschen Neder land en Spanje gesloten uitleveringsverdrag, waarvan de wederzijdsche akten van bekrach tiging zijn uitgewisseld te Madrid op 24 De cember 1894. Jhr. F. BE CASE MB ROOT. De gepens. vice-admiraal jhr. Francois de Casembroot is Zondag ontslapen aan de gevol gen der ongesteldheid, welke hem in de laat ste weken aan het ziekbed gebonden hield. Deze oud-vlagofficier werd geboren te Luik, den 26n Juli 1817, en betrad den IGnNov. 1832 als adelborst bij het kon. instituut der marine te Medemblik de marine-loopbaan, waarin hij op zoo hoogst eervolle wijze Koning en Vaderland heeft gediend. Den 14n Nov. 1872 werd jhr. De Casembroot als kapitein ter zee ter zake van ongeschiktheid voor den militairen dienst wegens in en door den dienst bekomen lichaamsgebreken op pensioen gesteld onder toekenning van den rang van schout-bij-nacht. Zoowel in den officiers- als in den hoofd- I officiersrang, heeft de overledene op verschil lende bodems in Nederland en in onze kolo niën gediend. De zeeofficier De Casembroot stond bekend als een voortreffelijk artillerist, zooals hij trouwens later in Japan bewezen heeft. Na in 1861 toegevoegd te zjjn geweest als lid aan de commissi voor inspectie van het instituut te Willemsoord werd hij den In Mei 1862 bevelhebber van de korvet Medttsa, het oorlogsvaartuig waarmede hij tegenwoor dig is geweest bij de gevechten voor Simone- seki in Japan op 11 Juli 1863 en 5, 6 en 7 Sept. 1864, en waaraan de toenmalige overste De Casembroot door zijn onverschrokkenheid, voorbeeldigen moed en krachtdadig optreden in de Japansche wateren, den eerenaam van »de held van Simoneseki" heeft verworven. Had hij zich vroeger reeds een eervofie vermelding waardig gemaakt als hebbende zich onderscheiden bij de vermeestering van Sinkel en bij de voorgegane gevechten in de nabijheid van Baros ter Westkust van Suma tra, hij verdiende het ridderkruis 4e klasse der Militaire Willemsorde ter zake van zijn moedig en beleidvol gedrag als commandant van de Medusa, toen hij in Juli op een tocht in de binnenzee van Japan door Japansche batterijen vijandelijk werd aangevallen. Het forceeren der straat van Simoneseki was echter zijn grootste heldenfeit dat hij aan boord van hetzelfde oorlogsvaartuig volbracht. Zijn dapper beleid en moedig gediag werden be loond met de hooge miliLaire onderscheiding van ridder 3e klasse der Willemsorde. Na zijn terugkeer in 1865 uit Oost-Indië inmiddels was hij eervol ontslagen als Zr. Ms. adjudant in gewonen dienst en benoemd tot adjudant in buitengewonen dienst werd hij belast met het tijdelijk bevel van het stoomschip Cycloop ter beschikking van II. M. de Koningin, lot het doen van eene reis naar Engeland. Den 3ri Mei 1877 7 jaar na zijn pen- sionneering werd hem de titulaire rang van vice admiraal toegekend. Ook onder de regeering van H. M. de Koningin-Regentes mocht jhr. De Casembroot verschillende blijken van vertrouwen ontvan gen o. a. in 1891 door zijne benoeming tot buitengewoon adjudant der Koninginin het zelfde jaar door zijne toevoeging aan Z. M. den keizer van Duitschland bij zijn bezoek aan ons land en ruim een jaar geleden in zijne benoeming tot kanselier der Ned. Orden. Op staatkundig gebied is de heer De Casem broot ongeveer 20 jaar werkzaam geweest als lid van de Tweede Kamer van 186G—'J871 voor 's-Gravenhage en van 1875—1883 voor het kiesdistrict Delft. In de Kamer sloot bij zich aan bij de toenmaals vrij sterke conser vatieve partij, die vooral de koloniale-liberale politiek bestreed. Eenïge jaren was jhr. De Casembroot ook lid van den Haagschen gemeenteraad. De overledene was eerelid van de konink lijke vereeniging «Het Eereteeken voor be langrijke Krijgsverrichtingen". Het stoffelijk overschot van jhr. De Casem broot zal Vrijdag a.s. op de begraafplaats «Eikenduinen" worden ter aarde besteld. De stoet verlaat ten 11 ure het sterthuis. Op uitdrukkelijk verlangen van den overledene zal de begrafenis in allen eenvoud plaats hebben. Frof. dr. F. J. VET II. De oud-hoogleeraar, dr. Pieter Johannes "Veth, van wiens overlijden wij reeds in ons vorig nummer melding maakten, werd den 2en December 1814 te Dordrecht geboren, stu deerde en promoveerde te Leiden en werd in 1838 leeraar aan de militaire Academie te Bredain 1841 werd hij hoogleeraar in de Oos- tersche talen aan het athenaeum te Franeker, in 1843 aan dat te Amsterdam, en in 1864 lector aan de Indische instelling te Leiden. Veth was een goed docent en werd door zjjn leerlingen geacht en bemind. Na de invoering van de wet op het hooger onderwijs werd Veth lioogleeraar aan de Leidsche universiteit. Toen zijn diensttijd verstreken was verhuisde Veth naar Arnhem en bleef daar werken. Verleden jaar vierde hij nog onder groote be langstelling zijn 80en verjaardag. Bij die ge legenheid bleek hoe hoog de geleerde en metisch in Veth gewaardeerd werden. Uit- de lijst van zijDe geschriften blijkt, hoe hij een man was van groote werkkracht en uitgebreide kennis. Behalve afzonderlijk uit gekomen geschriften in het Latijn, zijne He- breeuwsche grammatica, «Het eiland Timor", zijne bijdragen aan het Bijbelsch Woorden boek, aan De Geschiedenis der Christelijke kerk in Tafereelen, schreef hij, als redacteur van De Gids, tal van merkwaardige artikelen. Maar vooral als kenner van Oost-Indië heeft Veth zich een wereldberoemden naam ver worven. Hij was daar nooit geweest; dat hij nochthans met zoovee! kennis en als uit aan schouwing van Indië spreken kon, was alge meen bekend en gold als een bewijs van z(jne kunde en zijn meesterschap over de stof. Zijn standaardwerk is zijn ».lava", dat in 1873 en 1874 verschenen is. Maar ook zijne ver taling van Wallace's slnsulinde", zijn werk over «Borneo's Westerafdeeling," zijne bij dragen aan het «Aardrijkskundig Woorden boek voor N.-I." mogen, onder meer, ge noemd worden. In 1889 gaf de onvermoeide geleerde nog «Uit Oost en West", eene ver klaring van eeriige uitheemsche woorden, uit. De 9e lijst van den secretaris-penningmees ter van het centraal-comité voor het bijeen brengen van een nationaal fonds tot onder steuning van de nagelaten betrekkingen van in N. I. gevallen militairen bedraagt f2055.33. Vormende met de 8 voorgaande lijsten een totaal van f 159,300.88<fa (onder dit totaal is het bedrag, te Amsterdam ontvangen, niet begrepen.) Blijkens kennisgeving van den voorzitter der commissie te Paramaribo ten behoeve van het nationaal fonds tot ondersteuning van nagelaten betrekkingen van leger en vloot, in of door den strijd in Indië gesneuveld of overleden, bedraagt het totaal der tot 10 Maart ingekomen giften f 2887.79'/s. Het Londensche blad World komt met het dwaze bericht aan, dat, bij 't a. s. bezoek onzer Koninginnen aan Londen, de verloving bekend zal worden gemaakt van Koningin Wilhelmina met den erfprins van Coburg (zoon van den hertog van Edinburg en klein zoon van koningin Victoria.) Voor de verkiezing van een lid der Pro vinciale Staten in het kiesdistrict Rotterdam hebben van de 8172 kiezers slechts 1001 gestemd; van onwaarde 24; aantal geldige stemmen 977. Gekozen is de heer J. Drost (liberaal) met 952 stemmen. De heer H. G. Vaandrager, het bij de jongste verkiezingen voor den raad der nieuwe gemeente Rotterdam gekozen raadslid, vroe ger lid van den raad der gemeente Charlois. is overleden. Bij wijze van proef is aan enkele rijtuigen van de stoomtram der H. IJ. S. M. naar Scheveningen de vacuum-rem aangebracht waardoor het mogelijk is met vollen gang binnen een afstand van 20 meter te stoppers, De proefnemingen zijn goed geslaagd en met 1 Mei a.s. zal dit remtoestel aan alle- rijtuigen van deze stoomtram worden aange bracht. De open rijtuigen van de Baagsche tram wegmaatschappij zullen, te beginnen met het a.s. zomerseizoen, voorzien worden van glazen voor- en achterschotten tot wering van tocht en wind. Zondagavond is te Gorinchem aan den over weg van de Schelluinsche Vliet, waarschijn lijk door den trein van 10.29, een man over reden. Om 1 uur vond de baanwachter den ongelukkige met het hoofd geheel afgesneden. Uit eenige bij hem gevonden brieven en dien dag betaalde rekeningen, bleek het de schoen maker v. K. te zijn uit Noordeloos, een manr die eene vrouw met zeven kinderen nalaat. Te Sneek werden den 16n dezer aangevoerd ruim 6500 kievitseieren, die voor 12 en 13 ct. weiden opgekocht. Uit Schoterlands Oosthoek vertrekken eer lang onderscheidene arbeiders naar Turn in Schotland, waar hun werk in de veenderijen is toegezegd. Per stok zal hun 18'/s ct. wor den uitbetaald (een stok is omstreeks 320 turven). Zijn de werkzaamheden binnen den tijd van drie maanden afgeloopen, dan ontvan gen de arbeiders vergoeding van de helft der reiskosten. Alg. Med. Werkliedenverbond. Als gewoonlijk vergaderde dit verbond op de Paaschdagpn. De heer Heldt, de vergadering met eene rede openende, sprak eerstover de kies rechtuitbreiding. Hij betreurde hot dat wij in dat opzicht minstens vier jaaracliteruitgegaan waien. Geruststellend is het, dat de heer Van Houten als Kamerlid heeft beweerd, dat zijn stelsel niet minder, -zoo niet meer kiezers zou geven dan het ontwerp-Tak. Wanneer die kiesrechtuitbrei ding helaas voorloopige zal komen is niet te zeggen. Twee omstandigheden zijn, meende spr., in ons voordeel. De eerste is, dat in 1897 weder de algemeene verkiezingen voor de Tweede Kamer moeien plaals hebben de tweede, dat in 1898 onze jonge Koningin meerderjarig wordt en het bewind zal aanvaarden. Za! men het er op kunnen laten aankomen, in 1897 weer voor 4 jaar een nieuwe Tweede Kamer te laten verkiezen door het tegenwoordig beperkt getal kiezers, en zou het voorzichtig zijn de troonsbestijging der jeugdige Koningin te doen plaats hebben, terwijl het grootste deel van het volk alle recht en reden heeft tot groote ome— vredenheid Trouwens, jhr. Roëll heeft als Kamerlid zelf gezegd, dat het wenschelijk is de kiesrechtregeling gedurende het Regentschap tot een goed einde te brengen. De regeering heeft in de Tweede Kamer beloofd, het wetsentwerp voor het kiesrecht tijdig in te dienen. Daarom zuilen wij voorioopig afwachten. Wij nemen nota van de verklaring der regeerii g, d. w. z. wij schikken ons in de omstandigheden, ons gereed houdend tot handelen. Zoodra het kiesrechtontwerp is ingediend, za! men zich ver staan met andere landelijke bewegingen en democratische groepen, tot het in 't leven roepen eener algemeene beweging welke ten doel zou hebben, om ten eerste de grieven na te gaan, die een nieuw kiesrechtontwerp voor de voor standers van finale kiesrechtuitbreiding zeker zal bevatten en op voorziening daarvan aan te dringen, en in de tweede plaats om te verhoeden, dat de behandeling en afdoening der kiesrecht- ontwerpen door de Staten-Generaal niet tenger

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 2