i f s e i o f jfTIT Gemeiigdo Berichten. Post en Telegraphie, Oude r yy ij s. Het Ell geeft van de zaak de volgende lezing Op den Vijgendam had een incident plaats, dat betrekkelijk nogal goed afliep. Een kar, met runderhuiden beladen, reed in vollen draf door de menigte hen, die onder bedreigingen het voertuig dwong tot stihouden en de lan taarns van den bok vernielde. Een politieagent wist erger dingen te voorkomen. Echter was inmiddels van den St. Pietershal hulp ge vraagd. Een zestiental agenten, onder bevel van een inspecteur, kwamen door de Dam- staat aanrukken en ontmoetten daar een agent, die met uitgetrokken sabel en een bloedende wonde aan het hoofd, van den Vij gendam kwam. Hierin vond men aanleiding, een charge met de sabel te maken, die de menigte deed uiteenstuiven. De politiemacht trok toen af naar het bureau Oudebrugsteeg en de vluchtelingen verzamelden zich weder tot een stoet, die zich later met de voor hoede, welke intusschen was doorgetrokken, in de Amstelstraat vereenigde. Onderweg werd het verkeer van rijtuigen en trams her haaldelijk bemoeilijkt, doch verdere inci denten hadden daarbij niet plaats. Op het Rokin bij den Dam hieven de be- toogers gefluit aan, terwijl een detachement politie uit den St. Pietershal langs de stille zjjde kwam aanrukken. Dit detachement maakte in de Beursstraat een charge met de sabel. Wij kunnen niet met zekerheid de reden hiertoe medededeelenwel weten wij, dat op den Dam onmiddellijk daarop het werpen met blikken voorwerpen aanleiding was tot een nieuwe charge, die de menigte naar alle richtingen deed uiteen stuiven. Vooral op den hoek van Dam en Beursstraat, waar zich veel menschen, ook nieuwsgierigen, hadden opgehoopt, vielen ernstige klappen. Een agent liep een bloedenden neus op vele menschen geraakten onder den voet; tal van hoeden en petten moesten liet in den strijd ontgelden. Van toen af werd herhaal delijk met steenen geworpen, wat weder tot nieuwe charges aanleiding gaf. Zelfs werden cp den Dam bij de Kromelboogsteeg en in de Paleisstraat bij den N. Z. Voorburgwal gaten in de bestrating gebroken. De charges breidden zich over alle toegangen tot den Dam uit; voornamelijk door de Paleisstraat, de Kalversti aat, den Nieuwendijk en het Damrak. Op den N. Z. Voorburgwal en aan het gebouw ïZeemanshoop" werden ruiten ingeworpen, terwijl ook van- een tram, die in de Paleis straat stond, een ruit verbrijzeld werd. Verschillende arrestatiën hadden plaats, ter,wijl betoogers en agenten daarbij gewond werden. Een agent kreeg zelfs een stomp of steen tegen het onderlijf, waardoor hij, ge steund door anderen, de hoofdwacht van het paleis moest worden binnengebracht. Wanneer tal van nieuwsgierigen door het optreden van de politie min aangename erva ringen opdeden, hebben zij dit aan zichzelf te wijlen. Zoo zagen wij iemand op den hoek van Dam en Nieuwendijk, die geen gevolg gaf aan het verzoek van een agent om door ■te loopen, en dientengevolge een slag met een sabel ontving, waardoor hij nederstortte en door burgers moest worden opgeholpen. Nog geruimen tijd, tot ongeveer kwart over elven, bleef het op den Dam en in de omliggende straten woelig, tot de drie detache menten politie naar de bureaux Oudebrug steeg, St. Pietershal en Holsteeg inrukten. Gezegd dient te worden, dat de politie niet overging tot charges, dan na daartoe door steenworpen te zijn geprovoceerd. Een regen bui deed ten slotte de overblijvende groepjes menschen huiswaarts keeren. Het EU. heeft onderzocht hoeveel perso nen Vrijdagavond naar aanleiding van de oploopjes te Amsterdam naar het binnen gasthuis gebracht zijn om verbonden te wor den. De directeur deelde mede, dat aan 22 personen agenten van politie en burgers hulp werd verleend. Na behandeling konden allen terstond weder vertrekken. Een sigarenwinkelier heeft aan de politie kennisgegeven, dat iemand uit de menigte oen revolverschot op zijn woning gelost heeft. De kogel baande zich een weg door een der spiegelruiten, waardoor alleen een gaatje is ontstaan. Gelukkig werd niemand getroffen. Ylaardingen. Door B. en W. werd Zaterdag in het openbaar aanbesteed het maken van een visschershaven. Hiervoor waren ingekomen de volgende inschrijvings biljetten: Jan Smit VII, Haarlemmermeer f 69000; A. PrinsThz., Sliedrecht f 59640; C. L. Kalis, Sliedrecht f57800; W. Lammers, Helder f52686: P. Bos Azn., Dordrecht f52000; L. Brandt, Giesendam f51888; J. van der Plas, Hardinxveld f 51589W. Lammers, Helder f51386; M. de Vries, Lemmer f 51200A. van der Heijden, Har dinxveld f41800. Het werk is aan den laagsten inschrijver gegund. Sedert Vrijdag is een comité, met den com missaris der provincie Limburg als voorzitter, werkzaam om bemiddelend op te treden in <le werkstaking van de glasblazers der firma Dégout te Maastricht. YJanrdingcn. Schipper J. Visser, van de logger Marie Eenriette, Zaterdag hier binnen gekomen, rapporteert dat hij Woensdag, *s middags half een, op 54° 10' NBr. ',0 38' OL. het te Groningen thuisbehoorende ijzeren tjalkschip Martha Cornelia in nood verkee- rende aantrof; de lading was door storm overzij gevallenroer en zeilen waren defect. Onmiddellijk werd van de logger een boot bemand met den stuurman P. Verhey en de matrozen D. van Os en 3Harms, om de opva renden te redden; dit moest echter opge geven worden omdat er zooveel zee was, en de redders zelve in groot gevaar verkeerden. Van de opvarenden, schipper H. Wijnstok, diens vrouw en 4 kinderen, benevens stuur man en 4 matroos, werd het eerst de vrouw met haar zuigeling van 9 maanden aan haar vastgebonden, langs een lijn met een red dingsboei aan boord gehaald, daarna met de grootste moeite en inspanning een kind van 4 jaar, vervolgens 2 kinderen, en eindelijk kapitein, stuurman en matroos het reddings werk geschiedde terwijl het donker viel, bij storm en regen. Tot den volgenden morgen bleef men in de nabijheid van het verlaten schip om het zoo mogelijk op sleeptouw te nemen. Nogmaals gingen de stuurman van den logger en die van de tjalk er heen om eenige noodzakelijke goederen te redden. Zoodra men het schip verlaten had zonk hethet was geladen met steenkolen van Bonerse naar Weener 'a/d. Eems. De opvarenden der tjalk werden door die van den logger liefderijk opgenomen en ver pleegd, en zijn Zaterdag gezond en wel hier binnengebracht; onophoudelijk prijzen zij de zelfopoffering en moedige houding hunner redders. Pasteur's begrafenis. Dat de Fransche natie haar groote man nen weet te eeren, bleek ook weder bij de uitvaart van Louis Pasteur, welke Zaterdag te Parijs heeft plaats gehad met al de plech tigheid en praal, aan eene begrafenis op staatskosten verbonden. De deelneming was algemeen, de aandrang van het publiek bij zonder groot; zelfs aan de koopmansbeurs werden geen zaken gedaan. De eerste plechtigheid, in de doodenkamer, werd aileen bijgewoond door de leden van de regeering, het diplomalenkorps en den staatsraad. De overige deelnemers aan de be- begrafenis stonden geschaard in den tuin van het Pasteur-gesticht. Toen de kist op den wagen werd geplaatst, speelde de muziek der Garde républicaine den doodenmarsch van Chopin. De stoet werd voorafgegaan door de politie, een peloton der garde te paard, den mili tairen gouverneur van Parijs met zijn staf en de le divisie infanterie van het garnizoen. Daarna volgden vijf wagens met de kransen, uit binnen- en buitenland gezonden. De groote krans der Fransche regeering werd afzonder lijk gedragen. Onder die huldeblijken was een krans van »het dankbare Portugal", een van de stad Arbois, bestaande uit blauwe druiven met een opschrift van witte; een van de keizerlijke academie te Berlijn enz. Achter de kransen liepen de geneeskun digen en het verder personeel van het Pasteur- gesticht. De lijkkoets dezelfde die gebruikt werd voor Carnot was met zes paarden be spannen. Op het kleed, dat de kist "bedekte, lagen Pasteur's académie-rok en de insignes van het Grootkruis van het Legioen van Eer. De slippen van het lijkkleed werden ge dragen door den minister Poincaré en de hh. Brouardel, deken der medische faculteit, Ber geron, secretaris der academie van genees kunde, Boisier, secretaris der Académie Fran- paise, Perrot, directeur der normaalschool en Bertrand, secretaris der Academie van Weten schappen. Vier ceremoniemeesters droegen de orde- teekenen van den overledene. Achter den wagen volgden de zoon en de schoonzoon van Pasteur, commandant Bour geois, als vertegenwoordiger van den presi dent, de ieden van den staatsraad, generaals, aanzienlijke staatsambtenaren, de faculteiten, enz., enz. De leden van het diplomatenkorps reden rechtstreeks naar de sNötre Dame", waar een plechtige lijkdienst werd gehouden, onder leiding van kardinaal Richard. President Faure, de kroonprins van Grie kenland en de Russische grootvorst Constan- tijn waren daar tegenwoordig. Na de kerkelijke plechtigheid hield de mi nister van onderwijs Poincaié de lijkrede, welke president Faure staande en blootshoofds aanhoorde. Zij wordt geroemd als een toon beeld van degelijke welsprekendheid. Pasteur's beteekenis voor de wetenschap werd daarin kort en helder uiteengezet. y> Vaarwel, groote meester", zoo besloot de minister, »de wetenschap, die gij zoo trouw hebt gediend, de onsterfelijke, grootmachtige wetenschap, door u nog machtiger gemaakt, zal tot in de verste eeuwen de sporen toonen van uw genie. De menschheid, die gij gehol pen hebt in hare nooden, zal immer uw roem rijken naam vereeren. Zij zal allen nationalen naijver zien verdwijnen, maar in volle kracht en leven het geloof behouden, dat allen ge meen hebben, het geloof in den oneindigen vooruitgang." Een défilé besloot de plechtigheid, na afloop waarvan de kist in een grafwelf der kerk werd neergezet, vanwaar het stoffelijk over schot later naar het Pasteur-gesticht overge bracht zal worden. Het geheel wordt eenstemmig als eene zeer indrukwekkende plechtigheid beschreven en geroemd. Ook het Nederiandsche gezantschap was er bij vertegenwoordigd en de Utrechtsche hoogeschool had een krans gezonden. Bit Brussel wordt gemeld, dat Zondagavond tusschen Wurre en Ottigmes een vreeselijk spoor wegongeluk heeft plaats gehad. Een locomotief kwam in botsing met een propvoilen trein met passagiers. De oud-minister-president Beernaert bevond zich in den eersten waggon met zeven leden van zijn gezin. Zijne schoonzuster, mevrouw Mourlon, de echtgenoote van den bekenden inge- nipur, werd terstond gedood. Mevrouw Beernaert werd licht aan de borst gewond. De heer Beer naert bekwam geen verwondingen. Mejuffrouw Crets uit Parijs, die de familie vergezelde, werd aan het hoofd gewond. Het aantal dooden bedraagt 18, dat der ge wonden wel honderd dertig zijn ernstig gewond, waarvan velen den dag niet meer zullen door komen. Onder de dooden is een geneesheer en een vicaris de anderen zijn kooplieden enz. uit de omliggende plaatsen. Het ongeluk is gebeurd tusschen de stations Ciroux, Mousty en Ottignies. Tegen kwart voor achten kwam een trein uit Nijvel, waar feest was geweest ter gelegenheid van de inwijding van het gebouw van de katholieke werkluide trein was overvol met reizigers en reed in volle vaart voorteen locomotief uit Ottignies botste er tegenaan. Een oorverdoovend gekraak weer klonk, en toen noodgeschrei uit vijf verbrijzelde waggons. De stukken van de waggons geiaakten in brand. De inwoners van Ottignies en het personeel van de stations Ottignies en Court Saint Etienne haastten zich naar de plek des onheil» en gaven zich de grootst mogelijke moeite om de menschen die luide om hulp schreeuwden te redden en bij te staan. De dokters uit de omliggende plaatsen verleenden hulp. Men zegt dat de ramp weer te wijten is aan de slechte inrichting van den dienst op Zondag. De tijdelijke onderchef verving den gewonen ambtenaar, die vrijaf had, en een baanwachter den wisselwachter, die ook vacantie bad. De rechtbank te Straatsburg heeft eene kaart legster wegens oplichting tot 3 jaar gevange nisstraf en 1800 mailt boete veroordeelt). De gelegenheid tot vervending der correspon dentie naar New-York (via Rotterdam) bestaat door middel van het stoomschip Maasdam. De laatste buslichting aan het postkantoor te Rot terdam is bepaald op 9 dezer, des namiddags ten 2.30 ure. De wijze van verzending behoort duidelijk op het adres vermeid te worden. De gelegenheid tot verzending der correspon dentie naar Bergen (Noorwegen) bestaat door middel van het stoomschip Ingerid. De laatste buslichting aan hot postkantoor te Rotterdam is bepaald op 11 dezer, des voormiddags ten 4.30 ut e. De wijze van verzending behoort duidelijk op het adres vermeld te worden. Mej. A. van Vlaardingen, onderwijzeres te Schiedam, staat no. 1 op de voordracht voet- onderwijzeres aan een openbare school te Arnhem. Aan dc Scldcdamsche Courant Alhier. Gaarne had ik nog eenige ruimte ter beant woording der heeren Beekman en Poortman. Ik zag met vreugde, dat beiden netelige zaken, met karakterappreciatiesop waardige wijze weten te behandelen. Als eerste aanvaller fin den raad) acht ik het mijn plicht dit opent,jb te etkennen. De heer B. geeft mijne woorden onjuist weet ik heb niet gezegd, dat men den lageren scholen geen patailelklassen geven jwll", maar dat men er daar sde olfets niet voor overheeft"ook heb ik gezegd, dat ze daar sm. i." dringpnder noodig zijn. Dit maakt eenig verschil en de heer B. zal toegeven, dat nauwkeurig aanhalen en weerge ven wederzijds plicht is. Eenig verwijt" heb ik den heer B. niet willen doen en ook niet gedaan; als diiecteur mag hij m. i. voor zijne school aan de gemeentekas do grootste eischen stellen alleen de raad heeft te zorgen, dat, zekere billijke evenredigheid tegen- ov»- de verschillende instellingen in acht geno men worde. Op dit laatste punt blijk ik voor den heer B, nog niet duidelijk genoeg te zijn geweest. Zijn vergelijking van afgunstige kinderen rteetn ik ter verduidelijking var. mijn bedoeling gaarne, eenigszins uitgewerkt, over. Een vader, die 4 kinderen heeft, wier lichamelijke ontwikkeling te wenschen ovet laat, en maar versterkend voed sel voor éen, zal het geven aan het zwakste. Gaf hij 'taan het kiachtigste, hij zou m, i. onrecht vaardig handelen en de schuld dragen van een mogelijke afgunst der anderen. Dat hij de zwak ste 3 niet alle helpen kan, mag geen i eden zijn het aan den krachtigste te geven. Toegepast op het onderhavige geval er bleek een zekere som uit de gemeentekas gemist te kunnen worden die bad m. t. besteed moeten worden aan de lagete schoolslechts éen nieuwe klasse had er voor gevormd kunnen worden welnu dan hadden bijv. de 20 achterlijkste kin deren der verschillende scholen bijeengevoegd kunnen worden onder éen onderwijzerdit zon voor deze kinderen een zegen zijn geweest en eveneens voor de 100 a 200 kinderen der van hinderlijke elementen gezuiverde kUssen. Blijft natuurlijk over de kwestie, of inderdaad de behoefte aan verkleining der klassen bij de lagere scholen grooter is dan bij de II B. S. Dit is een onderwijskundige kwestie, die 2 per sonen volkomen te goeder trouw verschillen I kunnen beantwoorden. Slechts dit meen ik thans te mogen constateeren, dat tegenover de 4 door mij genoemde ongunstige omstandigheden op da lagere scholen, door mijn tegenstanders alleen aangevoerd is de aard en de veelheid der vakken aan de H. B. S. Welnu m. i. weegt hiertegen reeds op het grooter bevattingsvermogen der boogere-burgerscholieren, gevolg van hoogeren leeftijd en meer ontwikkelde omgeving. En bij die verschillende beantwoording kan, behalve zakelijke gronden, ook belang van eigen kinderen, vrienden, kennissen in 't spel zijn. Eu naar mijn innige overtuiging is dit hier't geval geweest. Ik meen, dat 't vrij wel algemeen wordt aangenomen, dat de regeerende klasse in ons land de laatste 25 jaar haar eigen belangen meer in 'toog heeft gehouden dan billijk te achten is; dat in overeenstemming hiermee en juist daarom een meer algemeene deelneming aan het bestuur van staat en gemeente vrij een parig wordt wenschelijk geacht. En dergelijke eenzijdigheid, partijdigheid meen ik de laatste jaren ook herhaaldelijk in onzen raad gezien to hebben. En deze uitspraak, die ik eerst na lang op merken en lang nadenken waag te doen, is in geenen deele gelijk aan een beschuldiging van bewuste partijdigheid. Wij zijn allen onder den

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 3