Burgemeester fx wethouders van
Schiedam,
11
A0, 1896
Vrijdag 7 Februari.
N°. 891 6.
KENNISGEVING.
Neg-enenveert-gete .Taar^an^.
Bu i I en land sch e Berichten.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag,
V I T G E V E~R T. ODÉ.
Abonnementsprijs, per kwartaalf 1.85.
franco per post, door het geheele Rijk- 2.50.
Afzonderlijke nommers- 0.10.
BDKSAt! BOTBir TB S 70.
Advertentieprijs van 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courant. ƒ1.10.
Iedere gewone regel ineer- 0.10.
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
Inrichtingen welke gevaar, schade of
hinder kunnen veroorzaken.
Gezien het verzoek van C. A. KOOLS te
Botterdam, om vergunning tot oprichting
een er fabriek ter bereiding van mest
stoffen uit bloed, in een pand aan de Bakker
straat no. 17, kadaster sectie L no. 195.
Gelet op de artt. 6 en 7 der wet van den
2den Juni 1875 (staatsblad n°. 95);
Doen te weten
Dat voormeld verzoek met de bijlagen
op de secretarie der gemeente is ter visie
gelegd;
dat op Oonderdag den 20sten Februari
a.s., des namiddags ten 2 ure, ten raadhuize
gelegenheid zal worden gegeven, om bezwa
ren tegen het toestaan van dat verzoek in te
brengen en die mondeling of schriftelijk toe
te lichten en
dat gedurende drie dagen vóór het tijd
stip hierboven genoemd, op de secretarie dei-
gemeente, van de schrifturen, die ter zake
jjmchti.'n zijn ingekomen, kennis kan woiden
genomen.
En is hiervan afkondiging geschied, waar
het behoort, den Cden Februari 1896.
Burgemeester *n wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
Be secretaris
VERNÈDE.
De Commissaris der Koningin in de provincie
Zuid Holland
Gezien liet besluit van de Gedeputeerde Staten
van den 28sten Januari 1890, u" 55
Gelet op art. II der wet van den lilden Juni
'1857 (Staatsblad n'1 87)
Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat bij
voornoemd besluit door de Gedeputeerde Staten is
bepaald:
I". dat de uitoefening der jachten op waterwild,
opgenoemd in art. 15, lilt. d, f, en h, der wet van
den ISden Juni 1857 {Staatsblad n". 87), wordt ge
sloten op ZATERDAG den 11 den April aanslaande;
2°. dat de uitoefening van liet weispel vankwar-
telen met steekgaren of vliegnet (art. 15, litt. e,
Ier bovengenoemde wet) is toegelaten van den
Tasten April aanstaande tot en u.et den bdeft Juli
daaraanvolgende, doch dat het vliegnet in geen geval
lot het tiiasseeren van kwarteion mag worden ge
bruikt
3°. dat de visscherij in de binnenwateren, waar
onder ook worden verstaan rivieren, door sluizen
afgesloten, zal zijn gesloten van den 1 aden Maart
aanstaande tot en met den 31sten Mei daaraanvolgende,
met uitzondering
0. van de visscherij door middel van fuiken, aal-
scharen, anlkorven, dobbers en door peuren
naar aal en paling
1. van de visscherij met de gebbe om kleine
viscbjes te scheppen tot aas voor dobbers;
dat het vissehen met kuiiuetten, waaronder
wk belmoren ankei kuilen en staalbooinen, van den
1»fe» April aanstaande tot deu loden Juni daaraan
volgende is verboden
5°. dat de kooilieden hunne kooieenden in dit jaar
Moeten opsluiten of opbokken van den '~2den Juli vot
de opening der jacht op waterwild.
En zal deze kennisgeving, in plano gediukt, wor
den afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen
gebruikelijk is, alsmede in het Provinciaal Blad en
in de Nederlandsche Staatscourant worden geplaatst.
s-Gravenhage, den 1slen Februari 1896.
We Commissaris der Koninqin voornoemd
Ff.CK.
I T S C I A S D,
Bij de gisteren in den Rijksdag voortge
zette eerste lezing van het ontwerp-burgerlijk
wetboek erkende Hodenberg, ook namens
zijne vrienden, dat bedoeld ontwerp een uit
nemend werk is, een toonbeeld van Duitsche
geest en vlijt, maar niettemin vreest hij dat
door aanneming er van de nadeelen, welke
door liberale wetten en liberale rechters wor
den veroorzaakt, nog zullen toenemen. Hij
concludeerde daarom tot verzending van het
ontwerp aan eene commissie.
De geheimraad Sohm sprak zijne ingeno
menheid uit met den bijval, dien liet ontwerp
bij alle partijen vindt, uitgenomen die van den
heer Stadtliagen (de sociaal-democraten). Te
midden van herhaalde bijvalsbetuigingen der
vergadering en rumoer van de sociaal-demo
craten bestreed bij de beweringen van Stadt-
hagen, terwijl hij liet betwistte dat de werk
lieden in de commissie voor de samenstelling
van het ontwerp niet vertegenwoordigd zijn
Baron Von Stumm verklaarde, dat hij het
niet eens is met de positie die in liet ont
werp aan de vrouw wordt toegekend, en
evenmin met de bepalingen daarin die over
het eifrecht handelen. Maar ondanks haar
bedenkingen zal zijn partij het ontwerp niet
ten val brengen.
De voorzitter Von Buol deelt mee, dat door
Schuider en Buchka een voorstel is ingediend,
strekkende om het ontwerp te stellen in
handen van een commissie van 21 leden, en
deze de bevoegdheid te verleenen, de afzon
derlijke hoofdstukken met meerderheid van
stemmen zonder beraadslaging aan te nemen.
Förster verklaart zich eveneens voor het ver
wijzen naar een commissie van 21 leden.
Door de nalionaal-liberale partij is bij den
Rijksdag een motie ingediend, om de ver
bonden regeeringen te verzoeken het daarheen
te leiden, dat bij den invoer van tarwe, rogge,
haver, gerst, peulvruchten, raap- en koolzaad,
voor zoover niet tot doorvoer bestemd, geen
krediet meer worde verleend voorde betaling
van invoerrechten.
De inargarinewet-commissie uit den Rijks
dag nam de volgende bepaling aan sliet
bereiden van kaasachtige zellstandigheden
uit margarine of elk ander niet vau melk
afkomstig vet, zoowel als het verkoopen daar
van in het binnenland, is verboden."
Naar de Post verneemt, is prins Frederik
van Hohenzollern, op zijn verzoek om ontslag
als commandeerend generaal van het Be
legercorps op disponibiliteit gesteld.
De Vossische Zeitung, die in de Nederland-
s;he pers sedert de geschiedenis met Trans
vaal blijken van vriendschappelijker gevoelens
jegens Duitschland opmerkt., meent daarin
een votledigen ommekeer van de gezindheid
in Nederland ten aanzien van Duitschland te
zien, en wordt daarin voornamelijk versterkt
door een artikel vau het Utrechtsch Bagllad,
zoodat de Vossische Zeitung zpgt«Tamelijk
Dat, maar toch eindelijk zijn onze Hollandsche
neven tot het inzicht gekomen dat het Duit
sche rijk niemand bedreigt, inaar integendeel
ten allen tijde bereid is. de onafhankelijkheid
van de kleinere staten met een stamverwante
bevolking te beschermen en behoeden. Wij
begroeten deze toenadering van de Neder
landen met blijdschap, want wij hebben onzen
nabuur nooit voor zoo machteloos gehouden
a's hij door enkele van zijn eigen bladen
wordt voorgesteld; en in den Indischen Ar
chipel heeft hij ten allen tijde getoond, dat hij
de taak van beschaver kon vervullen en dat
militaire kracht niet heeft geleden. Het
bondgenootschap van het Nederlandsche broe
dervolk is voor ons veel waard en wordt door
ons op prijs gesteld, en wij meenen te moeten
aannemen dat ons inzicht gedeeld wordt door
de Duitsche rijksregeering."
De uitvoer van goederen uit Duitschland,
met uitzondering van edele metalen, is in het
afgeloopen jaar van 2961.5 millioen mark
gestegen tot 3310.7 millioen. Een merkwaar
digheid van deze vermeerdering is, dat zij
zich uitstrekt over bijna alle groote takken
van nijverheid.
B E L G 1 E.
In de Kamer interpelleerde de socialist
Defnet gisteren den minister van binnen-
landsche zaken aangaande de benoeming van
burgemeesters. Er zijn ruim tweeduizend
burgemeesters benoemd, zegt hij, en daarvan
is geen enkele socialist. Is de minister van
plan, op de socialisten het ostracisme toe te
passen De minister antwoordde, dat hij ver
antwoordelijk is voor de handhaving van de
orde, en dus ambtenaren moet hebben, die
voldoende waarborgen geven dat die orde niet
zal worden verstoord. Als er in den gemeente
raad geen leden zijn, die die waarborgen
geven, dan mag de burgemeester gekozen
worden buiten den raad. Voorshands zal hij
geen enkelen socialistischen burgemeester
benoemen.
De Kamer heeft met 86 tegen 12 stemmen
de aanvrage tot het instellen eener vervol
ging tegen Van der Velde toegestaan.
Te Forest bij Brussel is liet tusschen cle-
ricalen, liberalen en socialisten tot een heftige
kloppartij gekomen, nadat de regeering de
voor de liberalen zoo gunstige gemeenteraads
verkiezingen had vernietigd. Er moeten ver
scheidene personen zwaar gewond zijn.
ENGELAND.
Nadat Dinsdag de kist, waarin het stoflelijk
overschot van prins Heinrich van Battenberg
rust, van den kruiser Blenheim, te Ports
mouth aan boord van het koninklijk jaciit
Alberta was overgebracht, werd de doode
naar Cowes vervoerd. Daar aangekomen, had
de begrafenis plaats. De lijkkist werd op een
met zes paarden bespannen affuit met groote.
militaire praal van de landingplaats naar de
kerk van Whippingham overgebracht. Rijtui
gen met de koningin, prinses Beatrix, de
overige prinsessen, de beide prinsen van Bat
tenberg, broeders van den overledene, en
diens kinderen volgden den stoet; alle prinsen
volgden den lijkstoet te voet, welke uit onge
veer 200 personen bestond.
John Morley, de oud-minister van Ierland;
heeft iu een tweede verkiezingsrede te Mont
rose Burghs ernstige waarheden gezegd aan
het adres van lord Salisbury, naar aanleiding
van diens opzienbarende redevoering van LI,
Vrijdag, waarin de minister-president zulk een
dwaze parallel trok tusschen Ierland en Trans
vaal. «Een meer ongelukkige, een meer be
treurenswaardige uitdrukking is zelden geko
men van de lippen van een man in een hooge
en verantwoordelijke positie", zeide de heer
Morley. «De rede van lord Salisbury was een
vergoelijking van de strooptocht in Transvaal,
en dat, terwijl zijne regeering een vervolging
tegen Jameson heeft bevolen. Terwijl de mi
nister van koloniën den inval veroordeelt,
maakt de minister-president er een grap van
en zegt, dat de strooptocht niet erger is dan
een inval van Schotten iri Ulster zou zij n, indien
Ulster in moeilijkheden kwam onder een
homerule-regeering. Terwijl de koningin aan
den president van Transvaal een brief schrijft,
waarin zij de grootmoedigheid en wijsheid
van zijn beleid erkent, geeft de minister-pre
sident te verstaan dat Kruger nooit eenige
macht had belmoren te bezitten. Terwijl zijn
eigen minister van koloniën terecht verklaart,
dat de toekomstige voorspoed van Zuid-
Afrika afhangt van de hartelijke en eendrach
tige samenwerking van Hollanders en En-
gelschen, onthaalt lord Salisbury zijn gehoor
op aardigheden over de vereeniging van har
ten in Transvaal. En let wel, hij bezigt
zijne kwaadspellende woorden tegen de Trans-
vaalsche regeering op het oogenblik, dat zijn
eigen minister vau koloniën onderhande
lingen van den meest kieschen en moeilijken
aard aanknoopt inet diezelfde regeering, en
terwijl hij moest weten, dat die onderhande
lingen alleen zullen slagen, indien de Trans-
vaalsche regeering overtuigd is, dal de Britsche
regeering geheel oprechten te goeder trouw :s."
Niet minder scherp was de afkeuring, die de
heer Morley uitsprak over hetgeen lord Salis
bury ten opzichte van Armenië had gezegd.
«Waartoe, zoo vroeg hij, hebben nu al de
bedreigingen tegen den sultan gediend In
November zeide lord Salisbury aan het feest
maal in de Guildhaii, dat de Europeesche