V, 18'
Vr dag 21 Februari.
N°. 8986
Feuilleton.
De strijd om het bestaan.
Verschijnt dagelijks,
n I T (t e v K
uitgezonderd Dinsdag,
It,L ODÉ.
Snit ent an (1 sclie B e r i c li ten.
Abonnementsprijs, per kwartaal
franco per post, door het geheele Rijk
Afzonderlijke liommers
f 1.85.
- 2.50.
- 0.10.
IS BI» *5 A ïi 8 O T
KKÜTKAAI1 PO.
Advertentieprijs: van 110 gewone regjs met
inbegrip van eene Courantƒ1.10.
Iedere gewone regel meer- 0.10.
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
D I T S C m A O.
In de Rijksdagszitting van gisteren ver
klaarde vrijheer Von Stumm, van de rijks
pat tij, het voorstel-Auer c. s. in zake het recht
van vereeniging en vergadering niet te zul
len steunen, omdat te dier zake toch geen
.overeenstemming tussclien Bondsraad en
Rijksdag is te verwachten. Aan eene herzie
ning van het in Pruisen geldende recht wil
spreker medewerken, maar hij otelt daarbij als
zijne meening voorop dat vrouwen en kinde
ren belmoren in school, kerk of gezin, maar
niet in openbare staatkuudige vergade
ringen. Verder voer bij heftig uit tegen de
-sociaal-democratie en laakte hij hare aanval
len op vorst Bismarck, die voor den Duit-
sclien werkman meer heeft gedaan dan alle
partijen te zamen.
De nationaal liberale dr. Marquardsen ver
wachtte a an het gaiiseue debai niet het
minste nut en betreurde den tijd, daaraan
besteed, waar zoovele andere gewichtige
zaken op afdoening wachten.
De minster van binnenl. zaken, baron Von
der Recke von der Horst, sprak de meening
uit dat men goed zal doen, het vraagstuk in
zake het recht van vereeniging en vergadering
zonder dringende noodzakelijkheid voor het
oogenbük niet op den voorgrond te plaatsen.
Met den meesten nadruk protesteerde hij tegen
de bewering dat de Pruisische regeering de
wet op het recht van vereeniging en vergade
ring op willekeurige en onrechtvaardige wijze
ten uitvoer legt. Ook het opheffen der sociaal
democratische kiesvereenigingen te Berlijn
achtte hij een volkomen gerechtvaardigden
maatregel.
De sociaal-democraat Gullenberger is van
oordeel dat de regeering zich door hare eigen
houding n groote ongelegenheid heeft ge
bracht, want zij zal nu toch ook wel den
landbouwersbond ontbinden.
De heer Munckel, van de vrijzinnige volks
part., is van oordeel dat de grondwet aan de
verbonden regeeringen niet een recht, maar
een plicht oplegt. De tegenwoordige toestand
is ondraaglijk en het verheugt hem dat ook
de regeering dat eikent, getuige de aanwezig
heid van twee ministers.
liet voorste] werd ten slotte naar eene com
missie van 21 leden verzonden.
De begrootingscommissie uit den Rijksdag
heeft eene motie aangenomen, den wensch
uitsprekende dat de rjjksregeering nog in deze
zitting een ontwerp zal indienen, waarbij de
bepaling van het strafwetboek ten aanzien
van ambtsmisbruik ook ten aauzien der kolo
niën van kracht zijn.
De BerhjnsJ.o afdeeling dar Builsahc kolo
niale vereeniging heeft met Sü tegen oO stem
men di. Peters tot vooizitter verkozen in de
plaats van prins Arenberg, die aan de beurt
van aftreding maar herkiesbaar was. Dienten
gevolge hebben verscheidene invloedrijke leden
der afcleeling bedankt.
Bij de behandeling van de oorlogsbegrooting
in den Rijksdag lokte Bebel een lange gedach-
tenwisselirig uit over den toestand van de sol
daten die ingedeeld zijn in de werklieden-
afdeeling, en betoogde de noodzakelijkheid
van een wettelijke regeling.
De minister van oorlog maakte opmerk
zaam op de opruiende bedoeling van de
sociaal-democraten bij het ter sprake brengen
van enkele gevallen, die zooals de minister
aantoonde, vaak overdreven of objectief
onwaar blijken te zijn.
Ft ohme was wegens een uitroep, die tegen
den minister van oorlog was gericht, tot de
orde geroepen.
Bebel beweerde verder dat de ring van kruit
fabrieken zich door het legerbestuur hooger
prijzen voor het kiuit laat betalen dan door
particuliere firma's.
Ger.eraul-majoor Falkenhausen vestigde er
de aandacht op dat het legerbestuur de par
ticuliere kruitfabrieken inzonderheid in geval
van een oorlog noodig heeft, en toonde met
cijfers aan dat men van beetnemen van den
staat door particuliere fabrieken niet kan
spreken.
He. overige van de gewone uitgaven werd
goedgekeurd heden wordt over de oorlogs-
begreting verder beraadslaagd.
I' R A N K 1 IJ K.
Wat zal het ministerie doen Ziedaar het
nog altijd onopgeloste raadsel. Men spreekt
thans^.an Je mogelijkheid era de zitting van
de volksvertegenwoordiging voor een maand
te doen schotsen, waartoe de president der
republiek het recht heeft.
fntusschen zal het ministerie heden opnieuw
in de Kamer geïnterpelleerd worden over
de zaak der rechters van instructie, waarbij
dan ook de tweede motie van wantrouwen
van den Senaat zou ter sprake komen.
Bovendien zou de vraag gesteld worden of
den rechter Rempler zijn opdracht in de
Zuider-Spoorwegenzaak naar aanleiding van
een besluit van den ministerraad ontnomen is.
Is dit zoo, dan is deze verplaatsing van den
rechter van instructie een politieke daad van
het geheele kabinet geweest.
Het ministerie zal zich door de radicaal-
socialistische partij in de Kamer heden nipt
laten interpelleeren. Het zal wachten totdat
morgen in den Senaat de interpellatie van
Demóle behandeld wordt over de interpretatie
van artikel 6 van de con"titutie, bepalende
dat een ministerie moet regeeren met de
beide Kamers der volksvertegenwoordiging.
In die vergadering zal de regeering in haar
geheel vei schijnen, daardoor betoogende dat
een votum van den Senaat dus niet voldoende
is om een ministerie te laten vallen.
B E L G I E.
De Kamer van volksvertegenwoordigers
zette gisteren de bespreking van het tabaks-
ontwerp voort. Artikel 6, onder anderen in
stellende een vergunningsrecht voor alle tabak
winkels, wordt in zijn geheel verworpen met
staking van stemmen.
De verwerping geeft aanleiding tot een
heftige gedachten wisseling, waarbij de minis
ter van financiën verklaart dat hij af zal
treden, als de Kamer bij de tweede stemming
en de Senaat de afschaffing van den Uhak-
accijns handhaven zonder de schatkist ver
goeding toe te staan.
Woeste, van de rechteizijde, poogt zijn
partij over te halen om terug te komen op haar
besluit omtrent artikel 6 in zijn geheel, bij
de tweede stemming. Daarna wordt de ver
gadering gesloten.
OOSTESRIJ K-II ON6AKIJ E.
De Hongaarsche onafhankelijkheid-partij
verheugt zich zeer over de motie der Oosten-
rijksche Kamer, waarin de regeering wordt
uitgenoodigd het handelsverdrag met Hon
garije op te zeggen. Op zulk een succes had de
partij van Kossuth niet durven hopen. Nu is
Roman van Reiniiold Ortmann.
31.
iMenig slecht speler heeft door goeden wil
het gebrek aan talent weten te vergoeden,"
schertste liij. vMet een goeden wil brengt men
het ver. Kijk eens, mijn schat, er zou heel wel
wat goeds te zeggen zijn, als gij uw vader eerst
in de rechte stemming hebt weten te brengen.
Gij kondet hem bijvoorbeeld vertellen, dat het u
moeilijk begint te vallen met uw huishoudgeld
rond to komen en dat wij ten koste van onze
reputatie ons aan allerlei maatschappelijke ver
plichtingen moeten onttrekken ook dat uw toilet
zoo noodig eenige aanvulling behoeft en dergelijke
kleine belangen meer zoudt gij hem voor oogen
kunnen houden."
Nu voor het eerst sedert den aanvang van
hun gesprek sloeg Ingeborg de oogen op en
zag haien echtgenoot zoo scherp in het gezicht,
dat deze onwillekeurig de zijne neeisloeg.
»Van dat alles zal geene syllabe over mijne
lippen komen," verklaarde zij op bedaarden maar
vasten toon. Wilt gij mij nog met opleggen mijn
vader om geld te vragen V'
Artois lachte, maar het werd duidelijk, dat
zijn geduld ten einde liep.
sOjidat hij u misschien grootmoedig een briefje
van honderd raas k in de handen stoppe Beware
Niets ligt minder in mijne bedoelingen. Hem
wat gunstiger voor ons stemmen, dat is het
eenige wat ik van u etsch. Het andere kunt gij
gerust aan mij overlaten."
Verontwaardigd stond Ingeborg op. Genoeg,"
riep zij. »Nu ik uwe bedoelingen doorgrond,
verklaar ik u, dat ik niet ga. Ik meen met de
weigei ing om tot zoo iets mede te werken vol-
stiekt niet aan mijne verplichtingen ais echtge
noot te kort te doen."
Nu was hij zijn toorn niet meer meester. Hij
zag haar aan als wilde hij haar met zijne oogen
dooi boren.
sNeem u in acht 1" krijschte hij. nik heb uwe
luimen tot rtu toe met bijna bovenmenscheltjk
geduld vei dragen, maar ik verkies niet door u
behandeld te worden als een knecht, met wien
gij willekeurig kunt omspringen. Ik ben uw ge
bieder, weet dat wel En wee n, als gij mij
zoo lang waagt te tergen, dat ik van het recht,
mij door de wet verleend, gebruik ga maken om
u tot gehoorzaamheid te dwingen."
Ingeborg was bij die bedieiging volkomen
lustig gebleven. Koele verachting sprak uit hare
houding en geiaat. „Weet dan," sprak zij, Bdat
uwe dreigementen nnj geen viees aanjagen, veel
minder nog dan uwe vleierijen. Ma.ik vnj ge
bruik van uwe gewaande meet dei beid; gij zult
er mij niet ongelukkiger door maken dan ik leeds
ben. Al wat gij nog voor slechts en gemeens
veizinnen wilt, zal minder indruk op mij maken
dan het feit dat gij mij eens door schandelijk
bedrog het jawoord hebt afgeperst."
Artois stond met gebalde vuisten voor haar.
't Scheen of hij gereedstond haar aan te grijpen
en zijn physiek overwicht te doen gevoelen. Doch
haar onbevieesde blik en hare waardigs hou
ding hielden hem terug en hergaven hem zijne
bezinning.
Ilij wierp het hoofd in den nek, keerde haar
onder een krijschend hoongelach den rug toe en
verliet het vertrek.
DERTIENDE HOOFDSTUK.
ïDe professor is van huis; misschien kan ik-
de boodschap overbrengen."
Met deze woorden, waarvan Artois alleen in
staat was da ware beteekenis vatten, werd deze
dien avond door Edith ontvangen. De jonge vrouw
scheen geen bezoek meer verwacht te hebben,
want zij had haar kleed reeds verwisseld met een
elegant licht nachtgewaad, waarvan de lange
sleep over het tapijt ruischte en de wijde met
kant afgezette mouwen bij elke beweging den
schoonen blanken benedenarra bloot lieten.
Terwijl zij zelve op een der kleine divans
plaats nam, wees zij Artois een daar dicht bij
staanden stoel aan. Deze aarzelde nog aan die
uitnoodiging gevolg te geven.
»Ik had uw man willen spreken," antwoordde
hij. .vWat ik hem te zeggen heb, kan moeilijk
aan een tweede woiden opgedragen."
sO, dan wil ik iiet ook niet weten. Doch hebt