A0. 1896.
Zondag 7 en Maandag 8 Juni.
N°. 9061.
Eersle Blad.
Vijftigste Jaargang.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag;
UITGEYER J ODÉ.
Nieuwe partijvorming.
Binncnlandsche Berichten.
Abonnementsprijs, per kwartaal
Franco per post, door het geheele Rijk
Afzonderlijke nommers
f 1.85.
- 2.50.
- 0.10.
BUHSSAU: «TKI"» 8Ttt A AT TO.
Advertentieprijs van 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courant1.10.
Iedere gewone regel meer- 0.10.
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
Nog niet heeft het liberalisme een zoo
hevigen strijd te voeren gehad als waartoe
het nu door de omstandigheden zal worden
gedwongen. Het individualiteitsbegrip heeft
een zeer te vreezen tegenstander gekregen
het gemeenschaps- of soiidariteits-begrip. Die
twee zijn zoo absoluut vijandig aan elkaar,
dat van een verzoening van beide geen sprake
kan wezen. Vernietiging van een van beide
is noodzakelijk.
In den strijd tusschen deze beide zal het
niet gaan' voor of tegen het individualiteits
begrip, maar voor of tegen het soiidariteits-
begrip met andere woorden niet wordt het
liberalisme aangevallen, maar een nieuwe
macht met nieuwe ideeën en nieuwe idealen
komt voor zich plaats vragen of, nog anders
gezegd, het positieve van den nieuwen strijd
ligt niet bij het liberalisme maar bij de nieuw-
komende partij. Zooals in den strijd tusschen
Romeinen en Germanen het positieve lag bij
.de Germanende Romeinen hadden het nega
tieve zij wilden niet, dat de Germanen hun
rijk en land veroverden. Evenzoo heeft ook
het liberalisme nu het negatieve het wil
niet, dat het solidariteitsbegrip zijn rijk en
gebied verovert. En aangezien het posi
tieve willen sterker is dan het negatieve, is
niet alleen de overwinning van het solidari
teitsbegrip zeker maar ook de defensieve rol
van het liberalisme een droeve rol.
Het is volop de moeite waard deze dingen
nog wat nader te bekijken, want teil slotte
ligt juist hierin het allervoornaamste, het
opperste voorname van den geheelen nu
nadergekomen partijstrijd. En eerst door dit
in te zien en te erkennen kan men tot een
juiste beschouwing van omstandigheden en
gebeurtenissen komen, en zal men zonder
haat en hartstocht kunnen helpen zorgdragen
voor staat en maatschappij.
De groote tegenstelling tusschen het indi
vidualiteitsbegrip en het solidariteitsbegrip
is dit: het eerste plaatst den individu, den
eenling op den voorgrond, liet laatste de
gemeenschap. Voor het eerste is de maat
schappij een verzameling van individuen,
zoo veel mogelijk gescheiden door particu-
larisatieparticulier initiatief, persoonlijke
belangen, enz.in een dergelijke maat
schappij is het ideaal voor den individuzoo
veel mogelijk eigen voordeel te bejagen, zich
zelf zoo ver mogelijk omhoog te werken, en
zooveel concurrenten mogelijk dood te druk
ken; m. a. w. alle actie berust in zulk een
maatschappij op tegenwerking; alleen naai
de eigen belangen hoeft men dan te vragen,
al wat daar buiten ligt valt buiten beschou-
Vei volg op liet artikel »De Kieswet-kwestie''.
wing en verzorging. Voor het laatste daaren
tegen is de maatschappij een groot orga
niek geheel, voor alle leden waarvan gelij
kelijk en in hun onderling verband zorg
moet worden gedragen; daarbij wordt dus
in niets uitgegaan van den eenling, in alles
van de gansche gemeenschap. In staat en
maatschappij volgens het iudividualiteitsbe-
grip zijn alle wetten en maatregelen daar tot
bescherming van den eenling en des eenlings
bezit. Dat heeft de schatting en beoordeeling
der menschen naar hun bezit gebracht. Van
daar dat een oppositie tegen den bestaanden
toestand wel eens door dwazen en dommen
wordt opgevat als een oppositie tegen bezit.
In een staat en maatschappij volgens het
solidariteitsbegrip zal de bescherming van den
individu slechts een uitvloeisel zijn van de
bestaande wetten en maatregelen en geen
doel. Doel is dande zorg voor de belangen
van alle deelen der gemeenschap naar aller
behoeften en rechten. Het individualiteits
begrip bemoeit zich alleen met den individu
en is totaal onvetsehillig voor de onderlinge
verhouding 4gr individuiin (bijv. de verhou
ding van werkgever en werknemer). Het soli
dariteitsbegrip daarentegen vraagt in de eerste
plaats naar die vei houding en maakt dat aan
de belangen van beide partijen recht geschiedt.
En zoo voort. Tot in het oneindige is dit
uit te breiden.
De gevolgtrekking, hieruit te maken, is
ditdat het essentieel?, het kenmerkende,
van het individualiteitsbegrip wegvalt bij de
geringste aanpassing aan het solidariteits
begrip. En aangezien het individualiteits
begrip in ons land door de regeerende klasse
wordt aanbeden, en deze klasse reeds een
langen tijd aan het bewind is, kan het niet
anders of deze klasse stelt zich vijandig tegen
over het solidariteitsbegrip en aanvaardt
daarmee een strijd op leven en dood.
De niet te ontgane strijd zal dus gaan om
het recht en de verwerkelijking van liet
solidariteitsbegrip.
Aan de eene zijde staat liet individualiteits
begrip met liberalen en gedeelten van andere
partijen als kampvechters.
En aan de andere zijde T Nog geen krach
tig gevormde partij, zelfs nog in het geheel
geen partij. Overal verspreid denken en wer
ken de verdedigers van het solidariteitsbegrip,
ieder op zich zelf, vaak in geheel verschil
lende richting. Verder is het nog niet geko
men. En dat kan ook niet, omdat ook het
solidariteitsbegrip door de omstandigheden is
geboren en nu ook zijn voedsel vindt ;u de
regelmatig zich ontwikkelende toestanden.
Het is geboren uit de behoefte aan samen
werking en verdediging. Naarmate de kapi
talen scherper tegenover elkaar gingen optre
den en daartoe meer den ai beid exploiteerden,
en naarmate voor alle mogelijke ambten en
werkkringen meer sollicitanten kwamen, ont
wikkelde zich ook liet gevoel van niet elkaar
te moeten vernietigen en verdringen maar
met elkanders hulp vooruit te komen. En
hoe meer allerlei arbeid beneden de waarde
werd gekocht, hoe meer er behoefte kwam
om door gemeenschappelijk optreden die
waarde te herstellen. Zoo ontstond uit mate-
rieele gegevens het solidariteitsbegrip. Maar
logisch volgt hieruit, dat het ook alleen daar,
waar die materieele gegevens aanwezig waren,
ontstond. En zoolang die niet overal aan
wezig zijn, zal ook dat begrip niet overal
heerschen. Want de intellectueele kracht, die
noodig is om een aldus ontstaan begrip de
heerschappij te bezoigen, sluit zich eerst zeer
langzamerhand daarbij aan. Dat het solidari
teitsbegrip door een machtige partij zal ver
dedigd worden in de eerstvolgende jaren, is
daarom onmogelijk. Maar dat het met onver
biddelijkheid een krachtige partij zal vormen,
is evenzoo zeker. En die nieuwe partij zal de
nu bestaande partijen overhooploopen, omdat
een aanpassing daaraan, een verzoening daar-
^•fnee onmogelijk is.
De beste medewerkers aan de vorming dier
nieuwe partij zijn de omstandigheden. Een
werkstaking als bijv. die der bootwerkers te
Rotterdam is een zeer belangrijke factor in
de ontwikkeling er van. Maar ook alleen dooi
de omstandigheden kan dat werk worden
verricht. Illusies met veel teleurstelling blijft
het, een dergelijke partijvorming te willen
dwingen, zooals radicalen en anderen willen.
Want waar liet motief van aaneensluiting
ontbreekt, kan men geen aaneensluiting ver
wachten.
Ook hier zal liet blijken dat wachten wel
moeielijk maar toch het eenig mogelijke is.
Maar wachtende,kan men zich voorbereiden,
en bovenal, waehteude kan men de menschen
trachten te brengen tot het komen en erken
nen van de beteekenis der gebeurtenissen.
SCHIEDAM, 6 Juni 18M6.
Op verzoek van de gymnastiek- cn scherm-
vereenigirig »0lympia" alhier wordt den 28n
Juni a.s. een turndag gehouden in het ge
bouw der Officieren-Vereeniging.
Er zullen uitgevoerd worden door alle tur
ners de staafoefeningeri, samengesteld voor
het turnfeest te Groningen, te houden in
Juli a.s.
Verder zal iedere meewe) kende vereeniging
naar vei kiezing een serie vrije of staafoefe-
ningen of een oefeningenreeks aan rek, biug,
paard enz. ten beste geven.
Reeds hebben een vrij groot aantal tur
ners hun medewerking beloofd, zoodat deze
dag waarschijnlijk worden zal, wat de veree
niging sOlympia" zich voorstelde, dat hij zou
zijn: n.l. een propagandadag voor de gym
nastiek hier Ier stede. Daarom ook heeft het
bestuur besloten, introducties op ruirne schaal
te verleenen. Alle belangstellenden kunnen
zich bij een der bestuursleden vervoegen.
De Nieuwe Nederlandsclte Dootvveikers-
bond" te Rotterdam heeft een openbare ver
gadering belegd voor brandersknechts op Zon
dag 7 Juni, des avonds te 7 uur. in het lokaal
van den heer Gerards, Hoofdstraat alhier.
Spreker zal zijn de heer J. de Jonge, van
Rotterdam; onderwerp: Lotsverbetering.
Hedennacht tusschen 2 uur en halfdrie is
door de commiezen aangehouden de branders
knecht V. D,, die uit de branderij kwam van
den heer T. J. M. Zoetmulder aan de Bakkers
straat alhier, met twee emmers moutwijn.
Door den heer Zoetmulder is van dezen
diefstal bij de politie aangifte gedaan.
De N. li. Ct. ontving lieden van haren
correspondent te Batavia het volgende tele
gram
j)De laatst vermelde excursie is geëindigd.
De IV en VI Moekims werden doorzocht en
bijna verlaten bevonden. Wij leden geen
vei liezen."
De excursie in de IV Moekims. waarvan
in het gisteien door ons medegedeelde regee-
ringstelegram sprake was, strekte zich, blij
kens de Staatscourantuit tot Lampoeoek
aan zee. (In ons bericht stond Lam Poesah.)
In het IIandehblad schrijft de gep. kapi
tein ter zee A. F. Meijer te Arnhem over Aljeh.
Hij herinnert er aan dat hij vroeger in het
Marineblad schreef
»De gemeenschap met de zee is gebrekkig en
wordt gevormd door een in zee uiigebouvvd
lioofd te Oleh-leh, het hoofd zelf ligt binnen een
paar diii/erid AI alstand van het teirein door de
Atjeheis lip/et en is dus met geheel veilig voor
hunne kogels Onze veiligheid eiselu dat wij
de tout, in 1885 begaan, herstellen en de Atje
heis verjagen uit Pakan Badak en Lampagger
en het Parangehergte weder bij ons gebied
voegen. Hoe eerder wij daaitoe overgaan hoe
boter, want on/e tegenwoordige stelling is aan
die zijde het zwakst."
En dan zegt de heer Meijer verder:
De ondervinding van den laatsten tijd heeft
het bewijs geleverd, dat mijn inzicht juist was.
Men is gedwongen geworden de kloof van
Beiadin te heroveien, 't welk ons aan riooden
en gewonden een paar honderd manschappen
heeft gekost, en zouden wij dat schiereiland van
Aljeh's hoofd nu voor de detde maal weder aan
de Atjehers teruggeven? 't Is ongelooflijk. De
voordeelen aan het behoud van het heroveide
gebied verbonden zijn: Atj'eh wordt er door in
tweeen gedeeld, daar behalve de wegen door do
Beradin en Ghtataioem bergpassen geen andere
wegen, dan een enkel slecht beigpad, de com
municatie daarstellen tusschen Westkust en de
Atjehvallei.
Ons gebied wordt vergroot met het Patan-
gebeigte, naar gezondheidetablissenioriten kun
nen aangelegd woiden en waai door de zoo
kostbaie evacuatién naar Java vei meden worden.
Wij krijgen een door de natuur gevoiuide
haven In de Lagune, die met w-img kosten tot
een piachtig dok is te maken, en aan twee
zijden goede gemeenschap mot de zee.
Onze veidedigingslijn wordt niet noeniens-
waaidig langer, als men die dooi trekt van Larn-
baroe over Tjot Goee, door den Glitaroem beig-
pas naar Kioeng Raba en dan de hme san
Lambara, Ketapan Doea, Oleh-leh intrekt. Het
terrein woidt dan geheel m ons voordeel ver-
andeid, zoo dat wij het gioote gebied mot es en
veel troepen veel beter kunnen betchei men.
Zooals bekend is, woideti al onze bentings,
die do gpconcentreeide linie voinien, beheeischt
door hoogei liggend teiieui van den sijanu. De