A0. 1896. Zondag, 16 en iViaandag 17 Augustus. N°. 9111. Tweede Blad. Feuilleton. Jessie's Voogd. Vijftigste J aargang. Buitenlandsche Berichten. Verschijnt dage! ksy uitgezonderd Dinsdag, UITGEVER 7 ODÉ. GOURAIT. Abonnementsprijs, per kwartaal Franco per post, door~het geheele Rijk Afzonderlijke nommers ƒ1.85. - 2.50. - 0.10. B C SA 55 A t BOÏEKSTHAAT STO. Advertentieprijs van 110 gewone regels me inbegrip van eene Courant1.10 Iedere gewone regel meer- 0.10. Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend. EN GELAND. In hel Lage; huis deelde de minister Balfour gisteren mede, dat de jongste voorstellen van den Amerikaanschen staatssecretaris Olney in zake Yenuzuela nog steeds in onderzoek zijn. Zij openen den weg tot eene bevredi gende oplossing en er bestaat alle hoop dat de aanhangige onderhandelingen tot eene spoedige oplossing zullen leiden. De onder-secretaris Curzon deelde ten aan zien van de scheidsrechterlijke beslissing in zake de sCosta Rica-Packet" mede, dat de Engelsche memorie den 17n Nov. 1895 is ingediend, waarop de repliek der Nederland- jsche regeering den lln Maart 1896 is ge volgd. Een latere memorandum van repliek van de Britsche regeering is den lln Juli 1896 ingezonden. De Nederlandsche regeering heeft eene verlenging van termyn van éen maand gevraagd om op dit memorandum te antwoorden, welke verlenging haarden 29sten Juli door den scheidsrechter Martens is toe staan. Bedoeld antwoord moet dus vóór 11 November a.s. zijn ingezonden. De troonrede, waarmee de zitting van het parlement gesloten wordt, begint met de verklaring dat de betrekkingen tot de andere mogendheden steeds vriendschappelijk bljjven. Daarna wordt van de Dongola-expeditie gewag gemaakt. De voornaamste passage heeft be trekking op den toestand op Kreta. De koningin vermeldt dat strikte onzijdigheid tegenover de Turksche regeering en de opstandelingen door Engeland betracht werd, maar dat in vereeniging met de andere mogendheden getracht werd een verzoening tot stand te brengen door het voorstel om een stelsel van bestuur in te voeren, waarmee zoowel chris tenen als muzelmannen zich konden vereeni gen. Verder spreekt de Koningin de hoop uit, dat de rebellen in Zuid-Afrika spoedig gebruik zullen maken van het aanbod van verschoo ning, door de Engelschen gedaan. Eindelijk worden de voornaamste wetten vermeld, welke in deze zitting zijn aangenomen. Aan het Donderdag te Wigan (Lancashire) gehouden banket, zeide luitenant Eloff, de kleinzoon van Kruger, dat de Transvaal zich van Engeland wilde afkeeren, maar met de Britsche regeering eendrachtiglijk arbeiden. Zoolang evenwel Rhodes de heerschende factor van de Zuidafrikaansche politiek was, zouden de Boeren vol argwaan en onrust blijven. Hij geloofde niet dat de verantwoor delijkheid voor den inval op Jameson en diens medegevangenen neerkomt. De begeerde her vormingen zouden ingevoerd worden als de tijd daar wasmaar geen natie kon zich door een gewapeuden inval laten bang maken. De scheepsbouwmeesters langs de Clyde, te Belfast en in het noordoosten van Enge land hebben eene vergadering gehouden te Carlisle, om maatregelen te beramen, tegen de vereeniging van machinemakers, die het ontslag eischen van de werklieden aan de Clyde, die niet tot eene vakvereeniging be- hooren. DUITSCHLAND. De keizer heeft ;n eene proclamatie aan de bevolking der Rijnprovincie zijn leedwezen betuigd dat hij door een lichte ongesteld heid verhinderd werd deel te nemen aan het bezoek te Wezel, Ruhrort en Essen en zijn dank voor de hartelijke ontvangst, aan zijne gemalin en zijn broeder bereid, terwijl hij voorts aan de stad Wezel zijn portret heeft geschonken, om te worden opgehangen in het schilderijen-museum in het raadhuis, dat reeds eene gansche reeks van portretten zijner voorvaderen bezit. De rechtbank te Regensburg heeft een student, die twee officieren tot een twee- gjvecht had uitgedaagd en in het duel ge wond was, veroordeeld tot zes maanden ge vangenisstraf. De officieren vermelden niet of ook de officieren vervolgd zijn. De prins van Wales is te Hamburg aange komen tot het maken eener badkuur. Iemand te Dundee heeft in een brief aan Bismarck dezen geïnterpelleerd over zijn be kende weinig welwillende gezindheid jegens de Kretenzeis. Bismarck zond het volgende antwoord uit Friedrichsruhe: «Geachte lieer, ik dank u voor uwen vriendelijken brief en voor de goede meening die gij over mij hebt. Tot mijne verontschuldiging tegenover de Kretenzers verzoek ik u wel u te willen herinneren aan hetgeen de apostel Paulus in zijn brief aan Titus, hoofstuk I vers 12 en 13 zegt." De door Bismarck bedoelde verzen luiden »Een uit hen, zijnde hun eigen profeet, heeft gezegd De Kretenzers zijn altijd leugenach tig, kwade beesten, luie buiken. De getui genis is waar. Daarom bestraf hen scherpelijk, opdat zij gezond mogen zijn in het geloof." B E L G I E. In tegenspraak met het bericht van de Times, verneemt Reuter uit goede bron dat koning Leopold geen meening hoegenaamd te kennen heeft gegeven betreffende de uit spraak in het proces Lothaire. De koning was overigens reeds den 23n Juli naar de Noordkaap vertrokken, terwijl het vonnis eerst den 7n Augustus werd uitgesproken. De Brusselsche correspondent der Times meent te weten, dat koning Leopold van plan is alsnog zijn afkeuring over het geval- Lothaire uit te spreken een poging van het hoofd van den Congostaat om, na de vrijspraak door den hoogen raad te Brussel, België en den Congostaat weer wat te doen rijzen in Engeland's achting Volgens de Fransche Politique Coloniale zou Frankrijk verboden hebben, dat soldaten en arbeiders voor den Congostaat in het Sen- gnlgebied zouden worden aangeworven. Dit bericht wekt in Belgische koloniale kringen veel bezorgdheid. Alle weiklui in de weverijen-Beernaert te Wetteren hebben het werk hervat op de oude voorwaarden. Te Brussel zal binnenkort een vereeniging van Belgische uitvinders worden opgericht. ZWITSERLAND. Volgens het officieel verslag van den stede- raad aan den gemeenteraad zijn te Zürich bij de Itaiiaansche opstootjes 28 personen gekwetst, geen enkele doodelijk, terwijl er 197 in hechtenis zijn genomen, waarvan 60 aau het gerecht uitgeleverd zijn. ITALIË. Een cfficieuse nota, in de bladen verschenen, beweert dat door de pers verkeerde con- clusiën worden getrokken uit de oorlogstoe bereidselen voor Afrika. De regeering doet slechts wat zij kan, om zich tegen verrassin gen te vrijwaren, maar heeft tot nog toe geen enkelen maatregel genomen, welke kan doen gelooven dat een nieuwe krijg ophan den of waarschijnlijk is. Zij houdt geen lich- 24. «Zoo, Tip was hat verraste antwoord -snaar het gezicht des advocaats stond ook dade lijk weer in de plooi en hij sprak, zich tot den dokter wendende «Mijn beste heer, zoudt gij wel zoo goed wil len zijn een oogenblikje op het bureau te wach ten tot ik weer tot uwen dienst ben. Gelukkig heeft uwe zaak niet zoo'n groote haast? En zich tot Tip keerende, vervolgde hij Breng hem dadelijk hier, dadelijk, hoort gij Mr. Jefferson moogt gij niet buiten laten staan." «Ah, Mr. Jefferson, liet dokter Commins zich ontvallen. Mr. Bernard Jefferson ken ik wel." «Toch niet geraden, mijn beste," zei Finding; »Sir Bernard is een half jaar dood. Dien ik verwacht is zijn broeder, Mr. Simon Jefferson. Ha, daar is hij al," vervolgde hij, toen hij Simon zag binnentreden. Mag ik de heeren aan elkander voorstellen Dokter Nathaniel Commins Mr. Simon Jefferson." waarop natuurlijk twee beleefde buigingen volgden. Jefferson was eenjweinig verrast, den advocaat niet alleen te ontmoeten. De dokter scheen dit te begrijpen en trok zich na nog een buiging terug. «Nu zijn wij alleen," begon Finding. «Mag ik u verzoeken plaats te nemen Ik moet er even aan herinneren, dat ik tweemaal eene boodschap gezonden heb om u tot een onderhoud uit te noodigen." «Jawel, mijn waarde maar als gij eens wist, hoe voihandig ik het tegenwoordig heb «Ik weet dat. Maar gij hadt u de moeite kunnen sparen, als gij op den bepaalden tijd ons contract had nageleefd. Gij weet, dat ultimo ge passeerd is en nog steeds zijn de actiën, waarop ik volgens onze overeenkomst recht heb, niet geleverd." Maar maak u daar toch niet zoo ongerust over, waarde Finding. Gij zult hebben wat u eerlijk toekomt." «Dus gij hebt ze meegebracht?" «Dat juist niet, maar «Zoo niet Simon schrikte van den boozen blik uit Fin ding's aschgrauwe oogen en zweeg. En toen ook Finding niets zei, ontstond een pauze, die echter op dit oogenblik meer zei dan alle woorden. En was beiden verzwegen, zeiden wel hunne oogen. Daarmee schenen zij eikaars ge heime gedachten te willen doorgronden. Simon Jefferson brak bet eerst de vreeselijke stilte af. Hij was zich reeds weer geheel meester en sprak op vriendelijken, vertrouwelijken toon «Beste Finding, dring daar nu niet zoo hard op aan. Wij beiden zijn mannen van zaken, die elkaar verstaan. Gij krijgt uwe aandeelen in de reederij, en dat woord moet u genoeg zijn. Waar om gij ze nog niet hebt, dat kunt gij even goed weten als ik." «Zeker", zei Finding op ijskouden toon. »Z liggen op bet kantongerecht. Ik moet ze daar eerst van terug hebben eer ik ze u geven kan." «Alsof er geen andere actiën in Londen te be komen zijnAls gij de stukken daartoe leveren wildet, dan waart gij daartoe zeer goed in de gelegenheid. Maar gij wilt niet, Sir!" Daarop volgde alweder die scherpe, doordrin gende Wik, die Simon een oogenblik van zijn stuk gebracht bad. «Gij krijgt uwe actién, zoo waar ik Simon Jefferson heet," hernam deze op gemoedelijken toon. Finding wist nu genoeg. Hij wist, dat, als Simon zich niet nader verklaren wilde, hij niets verder met hem kwam. Hij kende zijn vastheid van wil, zijn ondoorgrondelijk karakter. Steeds vastbesloten, steeds gereed om het uiterste te wagen, wist Simon met ongelooflijke volharding zijne ware bedoelingen te vei bergen onder het masker van welwillende, beleefde, eerwaardige vormen. Alsof bij zich door het wantrouwen van zijn tegenstander gekrenkt gevoelde, vervolgde hij op ernstigen toon «Plaag mij nu toch niet meer. Wij hebben wel ernstiger, belangrijker zaken te bespreken. Ziehier; lees dezen brief, dien ik zooeven van mijn zoon uit Westhampton-Court ontvangen heb." Die brief luidde y> Lieve Vader! Ik haast mij u mede te deelen, dat de zaken

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 5