A0. 1896.
Donderdag 22 October
N°. 9158,
ij it i g s t J aargang.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag,
IT GEVE
R: J ODÉ.
Buiten landscheBerich ten.
jfljtii
AnoKNCHEN'i'SPRns, per kwartaal
Srancn per poft, door het geheele Rijk
Afzonderlijke nommers
f 1.85.
- 2.50.
- 0.10.
BUKRAl »T
BI AT ?0.
Anvcp.TENTiEPRusvan 110 gewone regels met
inbegrip van eene Courant1.10
Iedere gewone regel meer- 0.10.
Driemaal geplaatst wordt tegen tweemaal berekend.
ODITSCHLAO.
De keizer en de keizerin zijn Zondagavond
van Minden naar "Wiesbaden vertrokken, waar
.zij Maandagochtend te half 10 aankwamen.
In een gesloten rijtuig begaven zij zich door
de feestelijk versierde straten terstond naar
het slot en brachten van daar te 12 uur een
bezoek aan grootvorstin Konstantijn. Kort
daarna vertrok de keizer, alleen door een
adjudant vergezeld, naar Darmstadt, waar
hij door den groothertog van Hessen ver
welkomd werd en met dezen naar het paleis
reed, waar ook de czaar en diens gemalin
gelogeerd zijn. Te 4 uur keerde de keizer
naar Wiesbaden terug.
De czaar, grootvorst Sergius en de groot
hertog van Hessen kwamen gisteren te 12.40
te Wiesbaden aan. Keizer Wilhelm, gekleed
in Russische uniform, ontving zijn gasten
aan het station. De czaar droeg Pruisische
uniform. Troepen waren opgesteld langs den
weg van het station tot het koninklijk slot.
Eene volksmenigte juichte de vorstelijke per
sonen geestdriftig toe.
Te half 3 keerde de czaar naar Darmstadt
terug. Keizer Wilhelm vergezelde hem tot'het
station.
Te Breslau hecht men aan het bezoek, dat
keizer Wilhelm Maandagmiddag te Darmstadt
nan den czaar bracht en aan het tegenbezoek
dat de czaar en de czaritsa gisteren te Wies-
baden aan bet keizerlijk paar brachten, geen
politieke beteekenis, maar beschouwt men die
als gewone familiebezoeken. Dat zij, zooals
men te Weenen onderstelt, bedoeld zouden
zijn als een koudwaterstraal voor de door het
czarenbezoek zoo verhitte Pary zenaars, wordt
door de Nat. Zeitg. en de Kreuzzeitg. beslist
ontkend. De Köln. Zeitg. weet zelfs te melden
dat 's keizers reis naar Wiesbaden alleen ten
doel had de opvoering bij te wonen van eene
nieuwe opera, waai van de tekst door graaf
Sporck, een vriend des keizers, geschreven
is en dat tot die reis reeds maanden geleden
besloten was. Juist wanneer de keizer dat
plan thans had opgegeven, zegt het blad,
zou dit tot politieke gevolgtrekkingen kunnen
leiden.
De voormalige directeur der koloniale af-
öeeling van het ministerie van buitenl. zaken,
dr. Kayser, presideerde Maandag voor de laat
ste maal de vergadering van den Kolonialen
Raad. In zijne openingsrede deelde hij zyn
ontslag mede, met de verklaring dat hij reeds
meermalen verzocht had van den zwaren last,
dien zyn ambt hem oplegde, te worden ont
heven, maar dat dit verzoek telkens werd
van de hand gewezen en dat ook thans nog
van verschillende zijden beproefd was hem
van zijn besluit terug te brengen. En wanneer
h daaraan niet heeft toegegeven :s dat niet
het gevolg van de héftige en laaghartige
aanvallen, waaraan hij heeft blootgestaan van
een kleine kliek van personen, die hij niet
wenschte aan de kaak te stellen, ofschoon
hij alle middelen daartoe beschikbaar had.
Van verschillende andere zijden is zijn werk,
dat hij steeds met de grootste toewijding
vervulde, erkend. Vervolgens gaf hij een over
zicht van wat tijdens zijn directeurschap op
koloniaal gebied verricht is en van de moeilijk
heden, welke daarbij moesten overwonnen
worden, terwijl hij zijne afkeuring uitsprak
over de onbescheidenheid van alle, zelfs de
meest ondergeschikte ambtenaren, die uit
Afrika terugkeeren om als helden te willen
poseeren en de middelen le willen aangeven,
die alleen tot den bloei dier kolonie dienstig
zijn. Tot zijne verdediging voerde dr. Kayser
alleen aan dat tijdens zijne ernstige ziekte
het Ryksdagslid dr. Arendt herhaaldelijk bij
hem heeft aangedrongen om dr. Peters tot
gouverneur van Oost-Afrika te benoemen,
waarbij zelfs bedreigingen werden gebruikt.
De vergadering hoorde met de grootste
aandacht deze rede aan, betuigde dr. Kayser
haren dank voor wat hij in het belang der
koloniën gedaan heeft en haar leedwezen over
zijn heengaan.
f It A N K It IJ K.
De minister van oorlog, generaal Billot,
heeft Zondag te Brily de onthulling bijge
woond van het gedenkteeken voor den aldaar
geboren militairen arts Meillot, die bij het
Afrikaansche leger de chinine tegen koorts
ingevoerd heeft. Vooral in de eerste tijden der
verovering hebben geheele contingenten, die
anders aan moeraskoortsen zouden bezweken
zijn, hieraan hun behoud te danken. In Algerië
is reeds vroeger een standbeeld voor hem
opgericht. Op het feestmaal wees de afge
vaardigde van het arrondissement op de vader
landsliefde der grensbevolking. De minister
antwoordde dat zijn geheele leven aan het
leger gewijd was geweest en hy daarom aan
de verminkte grens gekomen was, waar by"
overtuigd was eene verzameling van bevriende
harten aan te treffen.
De Figaro stelt voor, een gedenkzuil te
bouwen bij het station Ranelagh-Passy, waar
de czaar ontvangen is door den president der
republiek.
Tynan is Maandag te Cherbourg aange
komen en vertrekt met de Saaievan de
Nordd. Lloyd, naar de Vereenigde Staten.
Door de regeering is de benoeming van
mgr. Clary, bisschop van Viterbo, tol nuntius
te Parijs, bekrachtigd.
DENEMARKEN.
De minister-president Von Reedtz-Tott
heeft in zyn antwoord bij de begrootings-
debatten o. a. verklaard dat de zoo beruchte
svoorloopige" begrootings-decreten, waaraan
het Folkething zijn goedkeuring niet heeft
gehecht, voor de toekomst wel niet geheel
onmogelijk zijn, maar dat de regeering zich
hield aan het bestaande compromis, volgens
hetwelk door regeering en oppositie zooveel
mogelijk naar vermijding van begrootings-
conflicteu zou worden gestreefd.
De minister van oorlog verklaarde dat van
het bouwen van een nieuw fort op Amagar
voorlopig was afgezien.
De minister van justitie besprak in nogal
onbeduidende termen de Kopenhaagscho
politie-kwestie, vei zekerde dat de agitatie
hem niet ongegrond maar wel wat overdreven
voorkwam, en dat hy" bezig was met de zaak
te onderzoeken.
ZWEDEN en NOORWEGEN.
De Zweedsche regeering zal bij deri Rijksdag
een krediet van 10 millioen kronen aanvragen
voor den bouw van nieuwe pantserschepen,
grootere bedragen voor torpedobooten en
kruisers, benevens 6 millioen als eerste termijn
voor den aanleg van vestingwerken te Norr-
botten.
Volgens het Morgenllai van Christiania zijn
de Noorsche en Zweedsche leden van de com
missie voor het handelsverdrag tusschen
Zweden en Noorwegen eenparig van oordeel
dat er een nieuw verdrag moet worden ge
sloten, maar is omtrent de verschillende
onderdeelen van het verdrag geen eenstem
migheid verkregen. Het ontwerp voor een
voorloopig verdrag berust op vrijdom van
rechten, maar met uitzondei ing van indus-
trieele en verschillende landbouwvoortbreng-
selen,
OOSTENRIJ K-H O N G A li IJ E.
De Hongaarsche minister-president, baron
Banffy, hield Maandag eene redevoering voor
zijne kiezers te Szilagy-Somlyo, waarin hij
verklaarde dat omtrent het aandeel van Hon
garije in de kosten van gemeenschappelijk be
stuur nog geen overeenstemming met Oos
tenrijk is getroffen maar dat hij hoopt dat
de voortdurende onderhandelingen tot eene
bevredigende oplossing zullen voeren. De be
slissing der kroon zal in deze echter in geen
geval worden ingeroepende koning heeft
tijdens de jongste feesten duidelijk bewezen
dat hy met zijne Hongaarsche onderdanen
medeleeft en dat het zijn streven is Hongarije
als onafhankelijken staat te laten gelden, ook
tegenover het buitenland. Daarom mag de
kroon niet voor zulk een dilemna worden
gesteld.
De minister van financiën Lukacs trad
Maandag voor zijne kiezers te Erlau op, waar
hij verklaarde dat het voor Hongarije r.a-
deelig zou zijn, aan het vergelijk van 1867
te tornen of het wederzijdsch tolgebied te
scheiden. Ook hij hoopte een bevredigende
oplossing van het quoten-vraagstuk en erkende
de bewering der oppositie, dat Hongarije
een eigen bank kon stichten, omdat de door
zoodanige bank uit te geven biljetten zeker
niet voor het volle bedrag door het buitenland
zouden genomen worden, terwijl de voorge
nomen munthervorming Hongarije's krediet
zal veriioogen.
ITALIË.
Vorst Nikita van Montenegro is met kroon
prins Mirka, de prinsessen Helena en Anna
en den prins van Napels, die zijne bruid uit
haar ouderlijk huis is komen afhalen, uit
Cettinje naar Italië vertrokken.
Vreemde gasten, weet men, komen niet op
de bruiloft. Maar daaiom vergeet men het
jonge paar toch niet. De Russische keizer in
de eerste plaats laat zich ganschelijk niet on
betuigd. Te Parijs heeft hij een diamanten
parui e ter waarde van 2 millioen francs ge
kocht als geschenk voor de bruid, en de
prinses krijgt voorts ook van den keizer den
bruidschat van een millioen roebel, die zijn
vader, keizer Alexander III, indertijd aan de
andere dochters van verst Nikita toen nog
Rusland's neenige vriend" bij baar huwe
lijk heeft gegeven.
De koningin-moeder Maria Pia van Portu
gal om de hertog van Oporto zijn over
Marseille naar Rome vertrokken. De Portu-
geesche gezant bij het Italiaansche hof de
Carvalho, die na de weigering van den koning
van Poitugal om naar Rome te komen werd
teruggeroepen, zal nu ook op zyn post weder-
keeren.
De Maandagavond verschenen bladen deelen
mede dat gisteravond de termijn verstreken
is voor de inlevering van documenten door
de belanghebbenden bij de in beslaggenomen
JjoehdjJc. Zij voegen er bij, dat tot dusver
het eenige verzet, bij de commissie ingeko
men, afkomstig is van den reeder der Boel-
wijh, die beweert dat de wapenen ontscheept
hadden moeten worden te Djiboeti.
De Capitole uit Rome verzekert, dat de
paus aan de zangers van de Sixtijnsche kapel
verboden heeft zich te Ban doen liooren bij de
overgangsceremonie der prinses van Monte
negro tot de katholieke kerk. Deze zal, naar
men verneemt, maar zeer kort zyn.
SPANJE.
"Volgens een te Madrid ontvangen bericht
uit Cuba heeft de kanonneerboot Oontra-
maëstro bij Trinidad gevuurd op een vrijbui
tersboot die ontsnapt is en die men veronder
stelt de Laurada te zijn geweest.
In Havanna is men zeer ontstemd tegen
de Vereenigde Staten wegens de laatste
ontscheping van vrijbuiters, die ondanks do
verzekeringen van de regeering te Washington
heeft plaats gehad.
Het moet er voor de Cubaansche opstan
delingen nu wel wanhopig uitzien. Sedert de
laatste opgaaf zijn zy verslagen te Guanta-
nama, Cabucito, Pueblo Viego, Olimpo, Ruda,
Guillobar, Herradura, Rio Hando, Caridad,
Algarrobas en Esperanza. Zy hebben verloren
vyf met name genoemde aanvoerders gedood,