Kunst en Letteren.
Kerk en School.
Koloniën.
Rechtzaken.
Landbouw en Yeeteelt.
Gemengd Kieuws.
De zaak van Jan Koelman, die den burgemeester
van Edam en de politie aldaar met een mes bedreigde,
is naar de openbare terechtzitting te Haarlem ver
wezen. Hem wordt ten laste gelegd poging tot dood
slag, althans poging tot ernstige mishandeling.
Neb. Heev. Kerk.
Beroepen: te Wijk aan Zee, J. A. Gerth van
Wijk Jr., te Bennebroek.
Bedankt; voor Yelzen, door L. Blanson Hen-
ketnans, te Wolvega.
Geref. Kerken.
Beroepen: te Zaandam, L. van Valk,teSche-
veningen.
Door den minister van koloniën is do heer C. J.
I. Sluyk gesteld ter beschikking van den gouver
neur-generaal van Nederlandsch-Indie, met bestem
ming om aldaar werkzaam te zijn voor de voorzie
ning in de godsdienstige behoeften van de minder
gegoede leden der Christelijke gemeenten en van de
militairen in de garnizoen daar te lande. (St.-Ct.)
Hoogeb Onderwijs.
Leiden. Bevorderd tot doctor in de rechtsweten
schap do heer J. A. Schorer (geb, te Heinkenszand)
met proefschr. get.„De geschiedenis der calamiteuse
polders in Zeeland tot het reglement van 20 Januari
1791".
Amsterdam. Het doctoraal examen in de genees
kunde is met gunstig gevolg afgelegd door den heer
F. H. Keidel.
Toegelaten voor het lBte gedeelte arts-examen de
heeren D. J. Brandon, G. H. de JangenJ.de Hoop,
Aan de universiteit te Beiden is het voorbereidend
kerkelijk examen afgelegd door den heer D. Plan-
tinga.
Noord-Bralantsche Nijverheid
Alom in de provincie Noord-Brabant is men
in de weer voor de tentoonstelling van Noord-
Brabantsc.be Nijverheid. In alle voorname cen
tra zijn plaatselijke comité's gevormd, zooals
in Breda, Tilburg, Bergen-op-Zoom, Waalwijk,
Helmond, Eindhoven, Dongen, alwaar de voor
naamste indusirieelen zich aan liet hoold heb
ben gesteld.
Overal worden groote vergaderingen gehou
den. Te Waalwijk o. a. zal dezer dagen eene
vergadering worden gehouden van industiieelen
uit alle Langestiaatsche gemeenten.
Groote inrichtingen hebben bereids plaats
ruimte gevraagd; van verschillende plaatsen
zal men op groote schaal collectief exposeeren.
Volgens de Noordbr. zal o.a. een compleet
weefgetouw in werking worden gesteld. Ook
inrichtingen" van onderwijs zullen vertegen
woordigd zijn. De Bredasehe Ambachtschool
zal in haren geheelen omvang aanschouwelijk
worden voorgesteld en ook de bekende Bossche
Teekenschool voor Nuttige en Beeldende Kun
sten zal haar beste beentje voorzetten.
Ook van kleinere gemeenten komen bereids
verschillende aanvragen in. Onmiddelijk na de
opening der tentoonstelling zullen een 1000-tal
prijzen, waaronder zeer aanzienlijke, voor de
verloting worden aangekocht.
Aangifte van inzendingen moeten geschieden
vóór 1 Maart.
Vroege zomer.
Werd er reeds melding van gemaakt, dat de
eerste ooievaar en spreeuwen zijn gezien, te
Goiinehem heeft zich een andere vroegete lente
bode vertoond, nl. een meikever.
Een depót van blanke slavinnen.
Wij maakten melding van het bericht in de
Liml. Koerier, dat te Venlo een depót van
blanke slavinnen is ontdekt. Omti ent deze zaak
schrijft genoemd blad nog het volgende:
De geruchtmakende gebeurtenissen der laatste
dagen hebben meer dan ooit de aandacht doen
vestigen op de verdachte huizen, die hier in de
laatste jaren als paddestoelen uit den grond
oprezen. Eerst een enkele, toen meer en ver
volgens een heeie zwerm van die vampyren
lieten zich in onze gemeente neer, om hun
schandelijk bedrijf bier uit te oefenen.
De houders dezer huizen zijn zonder uitzon
dering allen Duitscheis, die in hun vaderland
meestal wat op hun kei fstok hebben. Voor deze
heeren was het bier een eldorado, waar zij naar
hartelust hun vuile streken konden bot vieren.
In den beginne bescheiden, werden zij bij de
wetenschap, dat ze straffeloos waren, hoe lan
ger hoe driester, en veroorloofden zij zich prak
tijken, zoo laag, zoo gemeen en zoo dierlijk,
dat wij het verbaal daarvan niet onder de oogen
van onze lezers durven brengen. Al spoedig
had zich een geregelde handel in blanke sla
vinnen gevormd, overal waren agenten aan
gesteld en zelfs in onze stad vond men per
sonen laag genoeg om tegen een vergoeding
van M. 10 niets kwaad vermoedende meisjes
naar deze huizen heen te brengen.
Zij zochten en vonden gewoonlijk hun slacht
offers ouder dorpsche dienstmeisjes, die buiten
betrekking waren. In die huizen aangekomen
werden zij aangenomen als werkmeid, doch al
spoedig met list en desnoods met geweld in de
armen der ontucht gedreven* Er zijn feiten
voorgekomen, dat meisjes dagen lang werden
opgesloten en dat zij niet in de gelegenheid
waren aan verwanten of politie van haar treu
rig lot kennis te geven.
En meestal waren dat nogjeugdige meisjes.
Werden zij van hier uit dan verder verhandeld,
dan kregen zij papieren, waarin een ouderdom
vermeld stond, als door de wet wordt gevor
derd, om in de publieke huizen te worden op
genomen.
De ziel van al die huizen van ontucht, de
brutaalste en vermetelste van allen was zekere
Siemes, op den Kaldenkircher weg, wiens hoogst
achtbare ega, herinneren wij ons goed, onlangs
wegens koppelarij in Pruisen veroordeeld we>'d
en die thans naar de gevangenis te Roermond
is overgebracht in hoofdzaak wegens niet te
noemen, afschuwelijke feiten. Reeds sedeit lang
hadden eenige Duitsche bladen tegen deze huizen
gewaarschuwddoch werd daarop door de politie
een onderzoek in loco ingesteld, dan weid nooit
iets verdachts gevonden. De reden daarvan is
thans bekend; men was gewaaischuwd en de
minderjarige meisjes werden hier of daar ver
borgen.
Armoede te Scheveningen.
H. M. de Koningin-Regentes stelde een be
langrijke gift beschikbaar tot leniging van de
armoede te Scheveningen onder de verschil
lende gezindten. Een eerste uitdeeling van le
vensmiddelen, biandstoffen enz. vindt reeds
plaats; spoedig volgt een tweede.
De werkloosheid onder de vakken, in ver
band staande tot de visschcrij te Scheveningen,
is groot, vooral onder de scheepstimmeilieden,
kuipers enz, Eenige van de eeistgenoemde am
bachtslieden zijn onlangs aangesteld tot poli
tiedienaren, anderen doen moeite om weik te
vinden.
Ambtsijver.
De gelegenheid, om zich te doen plaatsen
op de kiezerslijsten wordt door den burge
meester der gemeente Leiden nog opengesteld
op Maandag 15 dezer, van 's voormiddags 9
uur totmiddernacht.
Diefstal.
Tegen een viertal in het roomsch-katholieke
weeshuis te Vlissingen verpleegd wordende
knapen, is door de politie proces-verbaal op
gemaakt wegens hunne eigenaardige opvatting
van verkrijging van zaken, met den verkoop
waarvan vele menschen een broodje zien te
verdienen.
Reeds sedert eenige dagen kwam nu eens
deze, dan weer een andere winkelier tot de
ontdekking, dat de voorraad in lninne winkels
minder werd, zonder dat de geldlade er bij
proliteerde. De politie, met dit verschijnsel in
kennis gesteld, snapte het bovenbedoeld viertal
knapen, dat vooral voor het kapen van tabak
en sigaren eene bijzondere liefde toonde.
Voor pleizier uit.
Te Beesel (Limburg) kwam dezer dagen een
deftig gekleed heer bij den herbergier S. en
vroeg om daar een koffertje tot den volgenden
dag te mogen laten staan. Toen hij echter
met terugkeerde, deed de herbergier aangifte
bg den burgemeester.
Bij onderzoek bleek, dat het achtergelaten
koffertje den ransel en de sabel van een koloniaal
bevatte, toebehoorende aan den koloniaal H. v.
N., die de grenzen over is met een minderjarig
meisje uit Roermond.
Ecu vriendelijk briefje.
Een hoofdfder school van een onzer plattelands
gemeenten ontving dezer dagen, toen hij bij de
ouders van een schoolgaand kind naar de reden
van liet verzuim informeerde, onderstaand
schrijven, waaruit mot aileen bhjkt dat het
stoffelijk belang de verstandelijke en zedelijke
vorming van liet kind vaak op den achtergrond
dringen, maar ook dat de verhouding van ou
der tot onderwijzer dikwijls te wenschen over
laat.
«meester ik liep u kompelement ontvangen.
En u krijgt van mij te Groettenis terug en
laat u wete als Treesje 25 Cent per dag ver
dienen kan, dan komt zij niet naar school,
want Je zou maar aardige op slaan als u ook
eens van 50 Cent per dag moest leven en
wanneer ze kan dan zal ik ze sturen en dan
mag je ze weer rond haar ooren slaan, maar
dan zal ik weten wat of mij te doen staat nu
Gegroet."
Een geheimzinnige moord.
In een coupé van een trein van den Engel-
schen Zuidwestcrspoorweg is bij aankomst te
Waterloo liet lijk van een reizigster gevonden.
Het lichaam was nog warm. Het hoofd was
zoo zwaar verminkt, dat liet onmogelijk was
uit te maken of de wonden waren toegebracht
met een revolver of met een knuppel. Dat het
slachtoffer zich hevig had verzet, bieek uit de
wanorde in de coupé en uit de bJoedspatten
die de wanden rondotn bedekten. In den
waggon werd geen wapen gevonden, ook had
geen der overige reizigers in den trein een
schot gehoord.
Aljch.
Uit Kota-Radja werd den 4en Januari aan de
Deli-Ct geschreven
Bijna was '96 ten einde, toen we den 'iOsten De-
sember verrast werden door treurige berichten en
wel van een kant van waar we ze het minst ver
wachtten. De le luitenant Korfmncher, postkonnnan-
dant te Lemtih, was bij het maken eener ronde door
een artillerist, die op post stund, doodgeschoten.
De reden dier wandaad was, dat de vrouw van dien
kanonnier op zijn eigen verzoek door den postkom-
mandant uit do benting verwijderd geworden was.
Toen nu diezelfde kanonnier weer toelating zijner
verwijderde vrouw verzocht, weigerde de postkom-
inandant daarin toe te stemmen.
Een tweede treurig bericht kwam, dat op de
Atjeh-rivier bij Indrapoeri een prauw omgeslagen
was, terwijl twee compagnien van het 14e bataljon
werden overgezet. Een hoornblazer verdronk, ook
de cotnpagnie's kas ging verloren en 3 officieren
zagen hunne sabels door den stroom wegvoeren; de
luitenant-adjudant verloor zijn harnachcmcnt.
Dit waren de laatste offers die in '96 geeischt
werden.
Het jaar 97 zou helaas mede niet lang wachten
met het vragen van offers. Reeds voor drie weken
begon men inet toebereidselen voor een 2en tocht
naar Lohong. Daaraan zouden deelnemen: het 12e
bataljon, repeteergeweeren van het 3e bataljon en
dc mareebaassées, zoomede een sectie mortieren.
Wegens aanhoudende regens werd het vertrek
steeds uitgesteld.
Eindelijk werd het weder gunstiger en vernam
men op 31 Dec., dat den volgenden dag het vertrek
zou plaats hebben. De commandant dezer colonne
zou overste Soeters zijn.
Op 1 Januari tusschen 3 en 5 uur kwamen de
troepen aan het station; de stemming liet niets te
wenschen over. Al was het nieuwjaarsdag cn al was
de cantine dien dag druk bezocht geweest, geen
enkele fuselier behoefde achter te blijven.
Men had nauwkeurige berichten ingewonnen om
trent het verblijf van Toekoe Oemar; hij zou zich
ophouden in de kampong Gentoct.
Het 12e bataljon kwam aan boord van do Maet-
sugekerhet korps marechaussée en de le compagnie
van het 3e bataljon aan boord van de Havik. Het
12e bataljon zou landen bij de kampong Bang Moj,
de Havik zou zuid-westwaarts daarvan in de nabij
heid van een klappertuin de troepen aan wal zetten.
De marechaussées en de repeteergeweren landden
daar dan ook om 11 uur 's avonds en marcheerden
naar kampong Gcntoet, die ze zouden omsingelen,
doch toen zoo groot bleek te zijn, dat daarvoor
meer troepen noodig waren. De afbtand van het lan-
dingspunt tot de kampong is ongeveer een uur
gaans
Op lmn weg daarheen kregen ze twee salvo's van
zeer dichtbij, die geen verliezen toebrachten, daar
de kogels te hoog gingen. Het 12e bataljon landde
echter niet bij Blang Mej, maar op het zelfde punt
waar de eerste troepen geland waren.
De kampong Gentoet vras evenwel nu ai leeg en
Oemar was al naar de hergen gevlucht, daar onze
komst voor hem in 't geheel geen geheim was, zoo
als dc kedjoeroean dan ook meedeelde.
Hij houdt zich nu met zijn volgelingen in de
hergen op, vanwaar zij étage-vuur op onze troepen
afgeven en waar zij zich versterkt hebben.
De mortieren bleken nu niet voldoende te zijn,
zoodat hedenmorgen in dc vroegte een sectie berg-
artillerie alsnog is overgebracht. De eerste berichten
zijn nu niet hijzonder gunstig; van verrassing was
geen sprake en onze verliezen zijn niet gering.
Heden morgen hebben reeds 5 offers een laatste
rustplaats op Petjoet gevonden, terwijl er nog zwaar
gewonden in het hospitaal liggen, waaronder oen
Europeesch sergeant, die een schot door beide oogen
kreeg. In het geheel 10 gewonden, waarvan 7 licht.
Heden morgen kwam bericht dat de le luit, adj.
Heidens gewond was; een schot in 'tbeen en ge
lukkig niet gevaarlijk. De andere drie eompagmën
van het 3c bataljon die zijn achtergebleven, moeten
zich gereed houden elk oogenblik uii te rukken,
wellicht om hier of daar een toegang af te sluiten.
Het is te hopen dat ze opgevraagd wordende
kans op het pakken van Oemar zou dan nog niet
verkeken zijn.
Den 2cn Januari is het 6e bataljon to Kroeng-
Raha afgelost cn vervangen door 2 compagnien van
het 15e bataljon onder majoor Bakkers, die er nu
als vaste bezetting zullen blijven, Het 6e bataljon
zal in den loop dezer maand naar Indrapoeri gaan
cn daar als vaste bezetting blijven, zoomede het 9e
bat., zoodat dan in den Kraton blijven, evenals vroe-
In het weekblad De Amsterdammer wordt onder
<ien titel „Een schrikbewind" gehandeld over het
ontslag van dr. Bredius als directeur van het Mau-
ntshiis. Na gewezen te hebben op de algemeen er
kende beteekenis van den heer Bredius als kunst
historicus en Rembrandtkenner, vraagt het Week
blad
,En waarin bestond die krenking?
')';De door allen zoo gewaardeerde directeur had zijn
adjunct-directeur, zijn bekwamen medewerker, den
heer Hofstede de Groot, verloren, door diens verplaat
sing naar het Rijksmuseum alhier. Voor deze vaca
ture had hij den heer Van Houten iemand voorge
dragen, en de Minister, die volstrekt geen bezwaar
teven Bredius keus uit het midden bracht, benoemde
ceheel buiten hem orn, een ander.
„Deze andere, een zekere heer Waller, zelfs niet
bij" name bekend in de wereld der kunsthistorici, heeft
de eer zoon te zijn eens vaders, aan mr. Vau Houten
niet onbekend.
„Bovendien de heer Waller had zelfs niet gesol
liciteerd. Een benoeming dus als een echt regenten
stukje uit den voortijd een verheffing van Waller
tot kunstkenner en kunsthistoricus, op verzoek van
papa of mama, van oom of tante
„En alsof de benoeming van dien persoon, op die
wijs, nog niet kwetsend genoeg ware, wordt dien
jongen heer een traetement toegelegd even hoog als
dat van den heer Bredius zelf, ofschoon het bij
officieel schrijven van vóór eenige weken voor den
eventueel te benoemen adjunct op een lager cijfer was
vastgesteld. Dat salaris was dus opzettelijk voor den
onbekenden uitverkorene van den heer v. Houten,
door den heer v. Houten verhoogdals wilde hij te
kennen geven voor 't Mauritshuis is de heer Bredius
precies evenveel als de heer Waller waard. Dat is
één pot nat; lood om oud ijzer.
„Hoe begrijpelijk, dat de heer Bredius in zulk
een handeling van den Minister niets anders heeft
kunnen zien dan een daad, die ten doel had, op de
duidelijkste wijs minachting voor zijn betrekking,
zijn bekwaamheid, zijn ijver en zijn offervaardigheid
AaD den dag to leggen.
Het blad gaat dan voort met te bctoogen, dat een
krachtig protest dient op te gaan tegen een eigen
dunkelijke handeling als die, welke hier heeft plaats
gehad. Het doet ook een beroep op den nieuwen
titularis, den heer Waller zelf, die „thans wetende,
wat het aanvaarden van zijne benoeming beteekent,"
zich wel zal hebben te bedenken vóór bij de betrek
king aanvaardt. De heer Waller moet de eerste
zijn) om te zeggen: ik wil zonder Bredius niet in
het Bredins-huis.
„En indien hij dat sprak, en de weinigen, die ge
roepen kunnen worden om den uitgedreven directeur
op te volgen, zwoeren wij weigeren een plaats in te
nemeu, die op zulk een voor het gevoel stuitende wijs
open is gekomen, en zij verbonden zich met alie
belanghebbenden en belangstellenden tot een vast
besluitBredius zal weer in dat Mauritshuiszou
dan de natie' en dat keurvendel der natie, hotwelk
in dienst der kunst staat, niet sterker blijken dan
Van Houten's wil, dan 'sministers sinister beleid?"
Maar nogmaals wijst ten slotte het artikel op de
algemeene beteekenis van het gebeurde.
„Deze zaak, schoon in de eerste plaats eene der
kunstwereld, gaat het geheele volk, en vooral
gansch de ambtenaarswereld aan. Wat Bredius weder
varen is, kan honderden in den een of anderen vorm
overkomen. Tua res agitur! Weest op uw hoede, go
leeft onder een schrikbewind. Toevallig, voorbijgaand
zeker, maar een volk dBt zulke dingen zonder
verzet eenmaal duldt, moet zich niet verwonderen,
als het voorbeeld telkens weer navolging vindt.
Worden de zeden op dit punt niet rein gehouden
men kweekt den tyran". j
Zaterdag stond terecht voor de rechtbank te Rot
terdam W. J. Van S., 32 jaar, verversknecht te
Schiedam. Den öen Oct. jl. hadden de cominiezcn-
verificatèurs J. van Moort en G, J. van Wijk gecon
stateerd, dat hij uit een branderij aldaar kwam, ter
wijl hij iets onder zijnjas trachtte te verbergen. Daar
de man bekend stond als iemand die wel eens meer
gedistilleerd smokkelde, werd hij gevolgd. Beide
commiezen riepen hem aan, dat hij zou visiteeren,
waarop hij zich uit de voeten maakte. Verbalisanten
hadden bij die gelegenheid gezien, dat hij een blik
ken smokkelharnas van onder zijn jaB te voorschijn
haalde om harder te kunnen loopen. Op een gege
ven oogenblik was hij spoorloos verdwenen. De con
clusie van den rijksadvocaat strekte tot oplegging
eener geldboete vitn niet minder dan f50 en niet
meer dan f300, verhaalbaar bij lijfsdwang.
De minister van binnenlandsche zaken brengt ter
kennis van belanghebbenden, dat met 1 Mei a.s. te
vervullen is de betrekking van tijdelijk leeraar in de
Nederlandsche taal- en letterkunde aan de Rijks-
hoogere burgerschool met 5-jarigen cursus te Zwolle.
Jaarwedde f1000. Zij die voor deze betrekking in
aanmerking wenschen te komen, gelieven zich vóór
1 Maart e.k. aan te meiden bij den inspecteur van
het middelbaar onderwijs dr. W. B. J. van Eyk te
's-Gravenhage.
De winterbijeenkomst van de „Nederlandsohe
Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde" zal
worden gehouden op Zaterdag 27 Februari 1897.
des voormiddags om 11 uur, in een der lokalen van
het hotel Parkzicht, te Amsterdam.
De volgende punten zullen worden behandeld:
1. Ministerie van land- en tuinbouw.
In te leiden door den heer Jac P. R. Galesloot.
2. Zou het, bij de blijkbaar in landbouwkringen
meer en meer veldwinnende meening, dat de tuin
bouw een onderdeel van den landbouw is, niet wen-
schelijk zijn de zelfstandigheid van den tuinbouw
meer dan tot dusverre het geval was, te doen gel
den, hetzij door een afzonderlijk tuinbouwcomité,
of op welke andere wijze ook
Zoo ja, van wie moet dan het initiatief daartoe
uitgaan
In tc leiden door den heer H. Witte.
3. Is salicylzuur in voedingsmiddelen bij dc wet
verboden
Zoo ja, waarom wordt het dan in bijna alle bui
ten- en binnenlandsche geconserveerde groenten,
vruchten, vleeseh, viseh enz. aangetroffen?
Hoe is 't in dit opzicht met kopergroen en aniline
kleurstoffen
In te leiden door den heer J. Baron.
De Gelderland.
Het stoomschip Gelderland der Rotterdam-
sche Lloyd is in veilige haven aangeland.
Zondagmorgen kwam het bericht van Hoek
van Holland, dat ten 11.20 de Gelderland de
Nieuwe Waterweg werd binnengesleept en alzoo
voor verdere vernieling is gespaard gebleven.
Te half twee sleepten de sleepbooten Delfs-
haven en Pernis haar kostbare vracht de Spoor
weghaven te Feyenoord binnen en werd de
Gelderland nabij de 30tons stoomkraan gemeerd
om van hare lading voor zoover die niet reeds
gelost was ontlast te worden.
Uit- en inwendig draagt de Gelderland maar
al te zeer de kenteekenen van baar strijd tegen
de elementen. Zij ligt daar thans zonder roer,
schroef en ankers, zware schade aan het hout
werk aan dek en met eene machine, waai aan
nagenoeg geen pijpje of schroefje meer op zijn
plaats zit, en een gebroken krukas De donkey
is echter nog in staat om te werken en is bij
machte om het nog steeds instroomende water
te loozen.
Wanneer men de ruïne aan dek gadeslaat,
verbaast men zich, hoe de bemanning er on
gedeerd is afgekomen; de stoom li eren zijn
.veizet, het ijzerwerk uit zijn vei band geslagen,
'de sloepen letterlijk aan splinters uit de da-
vids weggerukt, paneelen en deuren uit de
dekhutten verbrijzeld.
Zoo spoedig mogelijk zal het gedeelte lading,
bestaande uit zwaar ijzerwerk, gelost worden,
waarna de Gelderland in bet droogdok zal
worden opgenomen, om het lek te dichten.
Tentoonstelling te Dordrecht.
Als blijk van H. M.'s booge belangstelling
in de Tentoonstelling van Nijverheid en Kunst,
te Dordrecht, van JuniSept. te houden, beeft
de Koningin-Regentes een groote eri een kleine
zilveren medaille en een groote bronzen medaille
met de beeltenis van H. M. de Koningin, be
nevens een drietal dergelijke medailles met de
beeltenis van H. M, de Koningin-Regentes be
schikbaar gesteld.