Zaterdag 15 Mei 1897.
N°. 9320.
De linie Tronwea van Utaemei.
Sl'tjaargang.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en feestdagen,
Kennisgeving.
Kennisgeving.
FBTJILLETOISr.
Kennisgeving.
SBESSMs)
UITGEVER: H. J. cTlOELANTS.
OFFICIEEL.
BUITENLAND.
Abonnementsprijs voor Schiedam, per kwartaal f 0.90
>i omliggende plaatsen, p. kwart. -1.05
franco per post, p. kwartaal. - 1.80
Afzonderlijke nommersq.03
BUREAU: BOTERSTRAAT fO, Tclepltoon Wo. 123.
Advertentieprijs: van 1—5 gewono Tegels met inbe
grip van eone Courant. f 0.52
Iedere gewone regel meer 0.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
Periodieke Verkiezing voor de Tweede
Hamer der Staten-Reneraal.
De Burgemeester van de Hoofdplaats van
HET KIESDISTRICT SCHIEDAM,
voor de verkiezing van een lid van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal, biengt ter kennis van belang
hebbenden
to. dot de periodieke verkiezing van een Lid van bo
vengenoemde kamer zal gehouden worden op
Dinsdag den len Juni van dos voormiddags 9 tot
des namiddags 4 uur, gedurende welken tijd ten
Raadhuize van Schiedam overeenkomstig art. 52
der kieswet opgaven van candidaten kunnen wor
den ingeleverd.
2c. dat de formulieren, bestemd voor de bovenbedoelde
opgave, ter secretarie dier gemeente kosteloos vei -
krijgbaar zijn van 17 Mei tot en met 1 Juni a.s.
van des morgens 8 Va tot des namiddags 4'/2 uur.
Schiedam, den 14den Mei 1897.
De burgemeester voornoemd
VERSTEEG.
VEKHIEZIKG.
Burgemeester en wethouders van Schiedam,
brengen ter openbare kennis, dat door den Raad dier
gemeente in zijne vergadering van 11 Mei j 1. is vast
gesteld de volgende
VERORDENING, houdende aanwijzing van
de stemlokalen in de sterndistrieten van
de gemeente Schiedam, voor de verkiezing
van leden van de Tweede Kamer van de
Staten-Generaal.
Eenig Artikel.
Met het oog op het bepaalde in art. 65 der Kieswet,
worden voor elk van de vier sterndistrieten, waarin
deze gemeente bij besluit van de Gedeputeerde Sta
ten dezer Provincie van 1 Maart d 897, no. 21 (Dros.
Had no 14) voor de vei kiezing van leden van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal verdeeld is, de
volgende stemlokalen aangewezen,
lste STEMDISTRICT, waai in het hoofdstembureau
zitting heeft en dat het deel der gemeente omvat,
liggende ten Westen van de lijn, aangegeven als
volgt
»van de grens der gemeente Kethel over de 's Gra-
jvelandsche kade (veilengd tot die grens) door
»de Noordvestgracht enNoordvest, over het m'dden
•van de St Anna Zusterstraat, de Schie, de lCreu-
pelstraat, de Lange Kerkstraat, de gedempte
Baansloot, de Laan, den korten Achterweg, de
Zwaansteeg, de Bokkensteeg, door de Lange
•Haven over het midden van de Westmolenstraat,
•door de Westvest en Nieuwe Haven over het
smidden van de Frankelaridsche Laan, den Dief-
ïhoek, den Frankelandschen Dijk en het Oostspui-
water (veriengd) tot aan de grens van Vlaar-
iidmger-Ambacht,"
Roman \an
Eufemia gravin von Adlersfeld—-Ballestrem.
39)
Zï\ legde zonder aarzelen haar zachte lelieblanke
band in de zijne.
Gaarne, zeide zij daarbij vriendelijk.
Een tijdlang kon hij niet het juiste woord
vinden, om het gesprek te hervatten, dan echter
deed hij dat met die banale vraag, die zich bij
zijne gedaclitengang aansloot:
Mevrouw zal wellicht nog langen tijd op Cipri
blijven?
Zoolang ik mij hier amuseer, en mij hier wel
bevind, antwoordde zij,
Welnu, dan hoop ik nog zeer tang het voorrecht
van een praatuurtje met u hier te mogen mogen
hebben, zeide hij blijde, hij wist eigenlijk niet
waarom.
Hoop daarop niet al te sterk, lachte zij, en dit
Jacfaje stond haar allerbekoorlijkst; ik ben een
rustelooze natuur, en wanneer ik mij op een
goeden dagverbeeld, dat ik in Petersburg moet wezen,
dart ben ik bet volgende uur ook in den trein en
reis weg.
Een benijdenswaardige gemakkelijkheid in het
nemen van een besluit. Wij Duitschers zijn op
dat punt veel zwaartillender.
het Raadhuis der gemeente, staande op de Groote
Markt no. 1.
2de STEMDISTRICT, omvattende het deel der ge
meente ten Oosten van voornoemde lijn, doch ten
Noorden van de lijn aangegeven als volgt:
i»van de Kreupelstraat over het midden van de
«Lange Keikstraat, langs de Bioersvest, overliet
«midden van den Rotterdamschen dijk tot aan
de grens van Rotterdam,
de St. Joris Doele der gemeente, staande op
het Doeleplein no. 1.
3de STEMDISTRICT, omvattende het deel der ge
meente ten Zuiden van den Rotterdamschen dijk en
ten Oosten van de lijn, aangegeven als volgt
van den hotteidamschen dijk bij de Broeisvest,
voor de buizen aan de Zuidwestzijde van den
Buitenhavenweg, door de Buitenhaven over het
midden van het slop van Makkers, door de
Plantage, langs de scheiding tusschen de kadastrale
perceelen sectie L. nrs 577 en 578, door de
•Nieuwe Haven, over het midden van de
Westerhaven en het Spuikanaal (verlengd)
«tot aan de grens in de rivier de Maas,
ie Openbare kostelooze school der gemeente,
staande aan de Dwaisstraat no. 4.
4de STEMDISTRICT, omvattende het overig deel der
gemeente,
het gemeente-Gryïnnastieklobaal, staande
aan den Buitenhavenweg no, 7.
Schiedam, 13 Mei 1897.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De secretaris,
VERNÈDE.
r
I nrichtingen welhe gevaar, scliade ol
hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en wethouders van Schiedam,
Gelet op de bepalingen der Hinderwet,
Geven kennis aan de ingezetenen, dat op heden aan
J. MAAN en zyne ïeelitverkrijgenden vergunning ver
leend is tot op> ichting van een slachterijaan de Ploeg-
straat no. I, kadaster sectie L no 1683.
Schiedam, den 13der. Mei 1897.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De secretaris
VERNÈDE.
Algemeen overzicht.
Schiedam, 14 Mei '97.
De oorlog tusschen Griekenland en
Turkije.
Het gaat nog niet erg vlug vooruit met de
vredesonderhandelingen.
De deken van het corps diplomatique te
Konstantinopel, baron Cahce, heelt aan de Porte
de nota der mogendheden overhandigd, waarin
op het staken der vijandelijkheden wordt aan
gedrongen. Noch die nota noch een tweede
poging, door baron Calice bij Tewfik-paeha
gistermorgen gedaan, heeft het gewenschte suc-
Maar ook wet bestendigerik, ik ben zeer on
bestendig. Wat ik heden nog liefheb, zal ik morgen
haten, wat mij heden nog behaagt, zal ik morgen
niet meer kunnen zien. Misschien ben ik morgen
op dit uur reeds op weg naar de Noordpoolwie
weet
Gelooft u het, mevrouw?
Neen, antwoordde zij eimdig.
Hans Ulrich moest er om lachen.
U weet, wij Duitscliers zijn een volk, dat alles van
af den eersten oorsprong onderzoekt, zeide hij. Jk
zou het interessant vinden, het probleem van uw
neen" op te lossen, dut u juist voor dat onbe
sliste swie weet" hebt uitgesproken. U weet niet,
of u niet morgen reeds zult vertrekken, maar u
gelooft bet toch niet. Waarom aldus uw ongeloof
m uw zooeven genoemde onbestendigheid?
Omdat het niet anders kan, antwoordde de mar
kiezin droomend, wijl het mijn noodlot is om hier
te blijven. Kismet!
Thans eerst dacht Hans er aan, dat zij dit
woord had uitgesproken, toen hij haar het eerst
had ontmoet, en zijne nieuwsgierigheid weid daar
door ten zeerste opgewekt.
Ik houd niet erg van deze passieve berusting
in dat iKismet" riep hij. Aan ieder mensch is het
gegeven, daartegen le strijden, dat wil zeggen,
voornamelijk tegen zich zeiven. En wat drijft u
hier toe, mevrouw? Noem het, gelijk gij wilt
mijnentwege een voorgevoel.
Ik noem het eenvoudig Kismet."
Maar de oorzaak, hebt gij die?
Ja.
Zij zeide dit kortaf en niet zonder eenige moeite,
en na eane kleine pauze, gedurende welke zij doel-
ces gehad een wapenstilstand is nog niet tot
stand gekomen.
In Tuik«che klingen schijnt men dan ook
van meening te zijn, dat Turkije geen wapen
stilstand kan aannemen, voordat Domoko is ge
nomen.
De Giiek-che regeering haast zich nu, met
het oog op Turkfje's weigering, elke veiant-
wooi delijkheid voor liet bloed vei gieten, dat nog
zal plaats vinden, van zich le werpen.
Want het schijnt, dat de oorlog wordt voort
gezet. Immers, de Times vernam eei gisteren
uit Volo, dat het Turksche leger zich te Pher-
sala concentreerde, en dat voortdurend nieuwe
vei sterkingen aankwamen.
De correspondent van het blad te Domoko
voegt daaraan toe, dat hem ter oore is geko
men, dat de Grieken naar Tzamasi zouden
oprukken.
Eindelijk woidt van andere zijde bericht, dat
reeds een schermutseling heeft plaats gevonden
tusschen den uitersten linkervleugel der Grieken
en de voorhoede der Turken de laatsten zou
den voornemens zijn Tzamasi te nemen.
Ook uit Epirus komen berichten van het
hervatten der vijandelijkheden. Yoor Nikopolis
en Ptevesa is n.l. het beleg geslagen.
Een linie van schepen der Grieksche vloot
strekt zich bovendien uit van Vblo tot Plata-
mona en is daardoor in staat metterdaad de
golf van Saloniki te sluiten. Een Engelsch
stoomschip werd reeds het binnenvaren belet.
De ontruiming van Kreta heeft ook vertra
ging ondervonden. De reden daarvan ligt hierin,
dat kolonel Sta'ikos, de opvolger van Vassos,
ten gevolge van het slechte weer geen instruc
ties uit Athene had kunnen ontvangen door
middel der optische telegraaf. Daarop is een
stoombarkas naar Kanea gezonden, om van daar
naar Athene te doen telegrafeeren.
Het antwoord op die depêche schijnt ook ge
komen te zijn, in dien geest, dat vermoedelijk
gisteren met de inscheping der Grieksche troe
pen een aanvang zou wordeu gemaakt.
De regeering te Athene had dan ook van de
mogendheden mededeeling ontvangen, dat zij
haar troepen van Kreta kon doen vertrekken,
en dat de schepen, die wegens schending der
blokkade opgebiaclit waren, zouden viygelaten
worden.
Aan de Temps werd nog uit Weenen gemeld,
dat de door Vassos op Kreta aangestelde auto
riteiten hun functies hebben neergelegd. Een
voorloopig bewind zou daatop gevormd zijn
door de hoofden der opstandelingen.
De 1Veue Freie Fresse weet mede te deelen,
dat de ex-keizerin Eugenie in Juni te Kon
stantinopel een bezoek zou brengen met het
doel een der prinsen Bonaparte voor het gou-
nerneursciiap van Kreta aan te bevelen.
Een nadere bevestiging van die bewering is
zeker niet onnoodig.
De groote bladen bespreken voornamelijk
deze twee puntende eischen, die Turkije zal
loos in de vei te had gezien over de golven en den
hemel naar het oneindig verwijderde, voegde zij
er bij
Ik vergeet snel en gemakkelijk, maar er zijn
drie dingen, die ik niet kan vergeten. Op dien
dag, toen mij het eerste gebeurd was, wat niet
noodig is hier te vermelden, op dien dug had ik
een droom, welke weder zich in drie afdeelingen
laat verdoelen. Ten eerste droomde ik, dat ik in
een grauw kleed onder een blauw lichtenden hemel
naast de puinhopen van een machtige ruïne stond,
terwiji voor mij de zee golfde. Ik naderde oen
mannengestalte, die zich mot eene beweging naar
mij omwendde, als verwachtte hij in plaats van
mij een slang te zien. Deze man droeg uwe trek
ken ik heb u in de viiia Tiberina onmiddellijk
weder herkend.
Hans Ulrich kon niet nalaten een kreet van
verrassing te uiten.
Dat is vreemd, zeide hij met een onwillekeurige
uiting van schrik, vieemd, wanneer het weikelijk
zoo is. De markiezin legde hare hand als om het
ten stelligste te bevestigen op haar hart.
Bij God, ik spreek de waarheid, riep zij angstig.
Vijf jaren heb ik aan dezen droom gedacht; reeds
sedert vijf jaren ken ik uwe trekken, ken ik deze
plaats aan de villa Tiberiana, die ik nimmer te
voren heb gezien. Sedeit vijf jaren ken ik dat
wonderbaarlijk smartelijk gevoel, dat ik ondervond,
toen zich uwe gestalte naar mij omwendde met
die uitdrukking van afschuw. Indeidaad, hetwaie
beter voor u geweest, indien gij de slang had
gezien, die u dezen afkeer inboezemde, dan mij
doch het moest zoo zijn: •Kismet"
En het vervolg van uw droom, mag ik dat
stellen, en de gevolgen van den oorlog, wat
betreft de inwendige aangelegenheden van het
Turksche rijk.
Wat het eerste betreft, wordt tharis als het
bediag der door Griekenland te betalen scha
deloosstelling acht millioen Tmksche ponden,
d.i. ongeveer negentig millioen gulden, genoemd.
De groote viaag is nu, hoe Griekenland dat
za! kunnen betalen, en het antwoord op die
vraag is zeker niet gemakkelijk. De mogend
heden hebben Griekenland wel hunne diensten
aangeboden, maar gaiantie te geven voor een
Grieksche leening, hebben zij bedist geweigerd.
De gevolgen van den oorlog voor het Turk
sche rijk zelf zijn niet onbelangrijk. Turkije
heeft een energie en levenskiacht getoond, die
allerwege verbazing hebben gewekt. De Oud-
Turksche partij heeft nog eens getoond, dat zij
bestaat en reden heett te bestaan. Gioote ver
anderingen zuilen nu waaischijniijk plaatsvin
den in de inwendige bestuursinrichting van het
Turksche rijk.
Een verandering, en wel een zeer ingrijpende,
is reeds geschied. Voortaan zullen vrijwilligers
van iedeie geloofsbelijdenis in het leger kunnen
worden opgenomen, en dit kan niet anders
worden beschouwd dan als eene eerste schrede
in de richting van volkomen godsdienstige
gelijkheid.
De Porte zendt voortdurend nog reserve-
bataillons naar het terrein van den oorlog. Ook
naar de eilanden van den Archipel worden
troepen gezonden.
In grooten getaie komen te Saloniki en te
Athene gewonden aan.
Majoor Konstantinidis zou gisteren naar
Domoko veitrekken om op te treden ais chef
van den generalen staf van den Kroonprins.
Te Athene heeischt voikomen rust. De pers
bespreekt kalm den raogeiijken vrede, zoowel
als het vooitzelten van den oorlog. Sommige
bladen beginnen reeds blijk te geven van leering
te hebben getrokken uit de droeve ervaringen
van den laatsten tijd, en dringen aan op bin-
nenlandsche hervormingen.
De quaestie van het vergelijk tusschen Oos
tenrijk en Hongarije is nog geen stap nader
gekomen tot de oplossing. Beide partijen blijven
op hun stuk staanvooral Hongarije wil van
geen toegeven weten.
Reeds liep het geiucht, dat de Bongaarsche
minister-president zou aftreden wegens de mis
lukking der onderhandelingen.
Daarvoor is echter volstrekt geen reden. De
wet op het Vergelijk toch bepaalt, dat beide
regeeringen, indien de onderhandelingen mis
lukken, alleen verriag hebben uit te brengen
aan de parlementen en daarna de beslissing
van de Kroon moeten aanvragen.
Toch is Bandy's positie verre van aangenaam.
Maar nog onaangenamer is het gesteld met zijn
Oostemijksehen collega Badeni.
De Duitsch-nationalen gaan voort met hun
hooren? vroeg Hans Uhich; het was hem zonder
ling te moede.
Zij vestigde hare groote, donkere oogen op hem
de moede, onverschillige uitdrukking was verdwenen,
een zeldzaam vuur schitterde er in, bleeker was haar
schoon gelaat geworden, en hooger richtte zij
hare slanke gestalte op. Ilc heb mij er toe laten
vei lokken zooveel te zeggen, gij zult alles
hooren, antwoordde zij zacht gij zult ook weten,
waarom ik het u vertel om u te waai schuwen.
Te waarschuwen, hoort gij wel I
Nadat ik aldus gedroomd had, wat ik u heb
verteld, werd het zeer donker om mij heenlang
zamerhand echter werd het lichter, tot ik in de
schemering het binnenste van een keik onder
scheidde, welke zeer oud scheen te zijn, maar
rijkelijk vergulde versiering droeg, die uiteen lateren
tijd afkomstig waren. Ik schreed door de midden
gang der kerk over degrafsteenen met inschriften,
links voorbij een heerlijk marmeien standbeeid van
een koninklijk jongeling naar het hoogaltaar, waar
een priester stond. En uit de deur der sacristie
traadt gij, gevolgd door twee andere mannen,
dezelfden, met welke gij aan den Albergo op de
steenen zat, toen ik daar passeerde. En de priester
deed u en mij nederknielen, legde onze handen in
elkaar en deed zijne stola daar omheen. Toen
werd bet plotseling licht. een helle lichtschijn
overdekte een nachtelijken hemel met bloedrood
licht, ik zag een groot, eeuwenoud kasteel bran
den; een slot met vele torens en vele hoek «ensters,
omgeven door donkere wouden, door welke ik als
een gejaagd wild ontkwam.
Wordt vervolgd.)