N°. 9325. De Blonde Trom van Imriei. 51"" jaargang. Vrijdag 21 Mei 1S97. ferschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, FEUILLETON. UITGEVER: H.~J. O. ROELANTS. BUITENLAND. Abootemesxspeijs voor Schiedam, per kwartaal f 0.90 n n omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05 franco per post, p. kwartaal. 1.30 - 0.02 Afzonderlijke nominers. BUREAUBOTEI5STRAAT Tclcplioon IVo. 133. ADWEHTEUTrEi?MJSvan 1—5 gewone regels met inbe grip van cene Courantf 0.52 Iedere gewone regel meer- 0.10 Bij abonnement wordt korting verleend. Algemeen overzicht. Schiedam, 20 Mei '97. De oorlog tusschen Griekenland en Turkije. Het begint er wat beter uit te zien met de onderhandelingen. De Porte wordt gaandeweg toeschietelijker, en heeft in een uiterst beleefd gestelde nota zich, in aanmerking genomen de eenstemmigheid der mogendheden, bereid ver klaard te onderhandelen over het bedrag der oorlogsschatting en de teruggave van Thessalië, hoewel zij niet toegeeft dat haar eischen onrecht vaardig waren. Daarentegen blijft zij beslist staan op de afschaffing der uitzonderingsbepalingen voor de Grieken in het Turksche rijk. Dat Tuikije ten slotte ook toegestemd heeft in een wapenstilstand, is voorzeker hieraan te danken dat met tien val van Domoko het doei van den veldtocht ju alle deelen bereikt is. Toch blijkt ook de pressie van Rusland van grooten invloed te zijn geweest. De Czaar moet zich persoonlijk tot den Sultan hebben gewend. Bovendien wordt beweerd, dat de Russische Zwarte-Zee-vioot bevel had gekregen zich zeil vaardig te hcudenhet bericht daarvan zou de Porte op eens zeer vredelievend heb ongesteld. Hoe het zij, op goeden grond mag thans ver- •wacht worden, dat de onderhandelingen een geregeld verloop zuilen hebben, In Epirus is de wapenstilstand reeds gesloten. Nadat de witte vlag was geheschen, ver voegde zich een delegatie, bestaande uit den voormaligen Turkschen consul te Arta en twee Turksche officieren, bij kolonel Manos om te onderhandelen. De voorwaarden, die door den commandant van Epirus werden gesteld, was dat zich geen Grieksch soldaat, van welk wapen ook, op Turksch grondgebied zou bevinden, en dat de brug vóór Arta neutraal zou zijn. De Grieksche regeering antwoordde op deze mededeeling, die door Joussouf, chef van den staf, was onderteekend, met het bevel aan haren leger bevelhebber in Epirus, om de vijandelijkheden te staken, met het oog op de onderhandelingen over den wapenstilstand. Daarop heeft zij de gezanten der mogend heden in kennis gesteld van de voorstellen voor den wapenstilstand, er bij voegende dat het nu hun taak was over de voorwaarden eener schikking met Turkije te onderhandelen, daar Griekenland zijn belangen aan de mo gendheden had toevertrouwd. Een later bericht uit Arta zegt, dat de wa penstilstand gesloten is. Hoe het in Thessalië met de onderhandelin gen gaat, is nog onbekend. Daarentegen wordt in de nota's, door de Turksche en de Grieksche regeering aan hare gezanten in het buitenland gericht, medegedeeld Roman van Eufemia gravin von Adlersfeld—Ballestrem. 43) Toch, tochZij heeft zulks koude, heldere en lichtblauwe oogen; dat zijn gruwzame oogen. Zoo pratend gingen zij verder, portret na portret besprekend. Wie stelt dit aardige schepseltje voor? vroeg Athenaïs, bewonderend voor oen lachend, gepoederd ktopje staan blijvend, dat uit een breed vergulde lijst scheen te groeten. Het is jonkvrouw Daphné van Ulmenried, ge boren gravin Ursinsky, verklaarde Hans Ulrich en bij voegde er bijWat zij gedaan beeft, oordeelen wij erger dan de daad van jonkvrouw Christine, welke op onzen naam een smet wierp door het onschuldige bloed van haren gemaal, welke wij echter later vermochten uit te delgen. De smet echter, welke Daphné Orsinsky op ons wapenschild beeft geworpen, wischt de tijet niet meer uit, want zij verliet echigenoot en kinderen, huis en hof, om de geliefde van een vorst te worden. Na haren dood kwam dit portret hierheen, geschilderd door Rosaiba Carriera, toen het origineel nog als hertogin van Oybin haar treurig bestaan bleef voortzetten. Zoo streng zijt gij Ulmenrieds dus ten opzichte van dit punt? vroeg Athenaïs bijna verschrikt. Stellig, want het is het punt der eer, antwoordde hoe de gebeurtenissen der laatste dagen zich hebben toegedragen. Dat de lezing, van Turksche zijde gegeven, niet klopt met de Grieksche opvatting, spreekt vanzelf. De Turksche nota dan deelt mede, dat de Grieksche regeering de bemiddeling der mo gendheden had ingeroepen om de Porte te be wegen tot liet schorsen der vijandelijkheden, om de voorwaarden van een wapenstilstand vast te stellen, en zoo spoedig mogelijk met de vredesonderhandelingen te beginnen. Daarop hebben de Turksche bevelhebbers telegrafisch opdracht ontvangen zich met de Grieksche be velhebbers te verstaan over de gelijktijdige staking der vijandelijkheden. De Grieksche regeering verdedigt zicli in haar nota tegen liet verwijt, dat zij de vijan delijkheden heeft hervat. Na de aanneming van het voorstel der mo gendheden tot bemiddeling, waren de Turken hun stellingen in Epirus en Tlipssnlië gaan versterken. Den '14den Mei had de Grieksche bevelhebber in Epirus vooruit moeten rukken, om liet omsingeld te worden en vrouwen en kinderen uit brandende huizen te kunnen red den. Hiervan was der Grieksche regeering een verwijt gemaakt. Haar antwoord op dit verwijt nu is, dat de schijnbare rust van het Turksche leger slechts diende om zich voor te bereiden voor een nieuwen aanval. De Grieksche regeering had zich daarentegen geschikt naar den wenscli der mogendheden en haar troepen bevolen niet meer aan te vallen. De laatste tijdingen van Domoko bevestigen, volgens het Grieksche gouvernementdeze opvatting volkomen. De minister-president van Griekenland heeft zich in een onderhoud met een der dagblad correspondenten uitgelaten over de eischen van Turkije. Hij wees er op, dat de provinciën Larissa en Trikala verwoest en de oogst vernield is dat 430,000 gevluchte Thessaliërs door de re geering moeten onderhouden worden en na den oorlog, van zaad, ploegvee en geld voorzien, naar hun land beliooren teruggezonden te wor den. Griekenland kan derhalve geen oorlogsschat ting opbrengen, tenzij het zijn schuldeischers niet betaalt. Met hen wil de regeering, nadat de vrede is gesloten, een vergelijk tieflen, want zij beschouwt de betaling der schuldeischers als een eerezaak. Een oorlogsschatting echter zou dit plan onmogelijk maken. Een financieele controle noemde Ralli vernede rend en zonder eenig nut. De afstand van Thessalë was in strijd met de beloften der mogendheden vóór den oorlog; een grensregeling zou den toegang in Thessalië openstellen voor Turksche rooversbenden, en we! bij Meluna en Nezero. De opheffing der bijzondere verdragen einde- de jonker. Het is onze trots, dat ons wapenschild vlekkeloos is, onbesmet door de gruwelen van het vuistrecht, niet bezoedeld door verraders, lafaards en slechte deernen op deze na. Op deze na, herhaalde Athenaïs. Wie weet, of zij zoo zwaar heeft misdaan. Moeten wij niet zacht oordeelen, het zachtst echter over deze arme, zondige schepsels? Daaruit herken ik het edele hart mijner vrouw, antwoordde Hans Uliich vol liefde. Maar deze daar verdient uwe deelname niet, want zij wist, dat zij zondigde, maar zij heeft er geen berouw over "gehad. Doch die haar hier volgen, hebben alles goedgemaakt, gelijk gij het goed zult maken, mijn lieveling. Verstrooid beschouwde Athenaïs do volgende portrettentwee paren in rococodracht, mot ge poederd haar en geschminkte wangen; dan een paar in een Werthercostuum, een dame met een hoog onder de armen opgeschort mousselinekleed, in de hand een reticule en een boek met een titel nMuseklanken"; dan een paar in de leelijke en belachelijke kleederdracht van het jaar 1820; een in de nog leelijker kleedij van 1840; dan een paar in geklesde jas en crinoline en eindelijk Hans Ulrich en zijne eerste vrouw geschilderd door de meesteihand van professor Hildesheim. Deze portretten echter wekten geen van alle de belangstelling meer op der jonkvrouw, zelfs niet het bleeke, lijdende, goedig uitziende gezicht van Hans Ulrich's eerste vrouw, dat, met het stempel van een vroegen dood op te trekken, treurig scheen neder te zien. Zij heeft veel geleden, vriendelijk en zonder klacht, zeide Hans Ulrich met betrekking daarop. lijk zou beteekenen, dat Europa dc schatting betaalde. Men ziet bet, Ralli is het niet eens met de eischen van Turkije. Verwonderlijk is dit niet, maar iets zal Griekenland toch wel ten offer moeten brengen. Over den slag bij Domoko wordt nog bei ichl, dat het do grootste slag uit den geheelen veld tocht is geweest. Van beide zijden werd met leeuwenmoed gestreden, en vooral de Turken leden ontzet tende vei liezen. Toen de strijd Maandagavond met zonsonder gang eindigde, was het den Tui ken niet gelukt de Grieken uit hun stellingen te verdrijven. De veldslag was dus onbeslist gebleven. Maar des nachts trokken de Grieken teruH zij begrepen, dat zij liet tegen de overmacht niet konden uithouden. Ook de Garibaldianen hebben een belangrijk aandeel aan den strijd genomen. In de Iiaiiiuuifcche KaruSt deelde de voorz ter mede, dat de afgevaardigde Fratti bij Do moko gesneuveld was. Ilij en verschillende afgevaardigden spraken woorden van hulde aan zijn nagedachtenis. Te Rome loopt verder het gerucht, dat 8 Garibaldianen gedood en 72 gewond zijn onder de laatsten zou ook Cipriani zijn. Lloyd's agent te Athene seinde naar Londen, dat gisteravond de Oostenrijksche mailboot Minerva, die 72 Turksche soldaten aan boord had, door de Grieksche torpedoboot Canaris by Volo is genomen en naar Skiathos opgebracht. Het blijkt dat de ongeregelde Grieksche troe pen gebruik hebben gemaakt van ontplofbare kogels. Een Grieksch zeilschip, met ontplofbare stof fen aan boord, is door een Oostenrijksch oor logsschip naar Kanea opgebracht. In de omgeving van het fort Irzedm is e'en Engelsch officier door opstandelingen aange vallen en uitgeschud. liet jubileum va ti koningin Victoria. liet offieieele programma voor de viering van het feest, ter herdenking van de GO-jarige regee ring vau Koningin Victoria, thans vastgesteld en door de Koningin goedgekeurd, luidt aldus Zondag 20 Juni, plechtige kerkdienst in de St.- Paulus-Kathedraal, Maandag 21 Juni vertrekt de koningin van "Windsor en komt te Londen de godsdienst oefening, welke door den aartsbisschop zal wor den geleid, bijwonen. H. M. zal dien dag de koninklijke vertegenwoordigers van verschillende vorsten met gevolg ontvangen; des avonds feestmaal. Dinsdag 22 Juni gaat de Koningin met haar gevolg naar de Sl.-Paulus-Kathedraal. Dien zelfden dag verleent zij audiëntie aan de ge zanten der Koloniën; des avonds weer feest banket in het Buckingbam-paleis. Algemeene illuminatie. Den volgenden dag schreef hij, zonder dat Athenaïs het wist, aan den markies de la Bi uyère, on hij kondigde hem het huwelijk met zijn schoon zuster, geheel in den vorm aanen toen de brief ver zonden was, hoopte hij daarmede tevens eens voor al aan alle formaliteiten voldaan te hebben. Athenaïs wist zich volkomen in hare nieuwe omgeving en in hare waardigheid ais Duitsche chhteiaine in te leven. Zij doorliep het kasteel van boven tot beneden, richtte de tot bewoning bestemde vertrekken met den haar eigen, feilloozen smaak in en maakte van het rococopaviljoen aan den vijver de plaats, waar zij naar Engelsch voorbeeld om vijf uur des na middags met Hans Ulrich de thee gebruikte. In haren haitstocht voor het oude kasteel, dat zij tot aan de familiegrafkelders doorzocht, kwam zij eindelijk ook aan den rooden toren, tot welken zij vergeefs zocht naar een ingang. Ik bid u, laat dezen toren openen, bad zij den jonker, die daartegen echter bezwaren opperde. Ik weet niet sedert wanneer en waarom hij dichtgemetseld is, merkte hij op, misschien zegt de kroniek er iets van, En zij zochten en zochten in de oude registers van het huis, maar zij moesten lang teruggaan, eer Hans Ulrich eindelijk vond ingeschreven, wat hij voorheen niet had geweten, n I. dat de roode toren sedert driehonderd jaren, na den dood van jonk vrouw Uraca, was dichtgemetseld. Dat maakte den jonker nadenkend. Hij had den toren nooit anders gekend en hem aldus van zijnen vader ontvangenhij had dus gemeend, dat overwegingen van bouwkundigen aaid hiertoe hadden gedrongen. En met het oog Woensdag 23 Juni, des voormiddags, aan bieding der adressen van hulde door het Hoogerliuis en het Lagerhuis. II. M. ontvangt in audiëntie de burgemeesters, wien zij in het paleis een lunch aanbiedt. Des namiddags keert II. M. naar Windsor terug. Bij haar vertrek zullen de leeilingen der lagere scholen in feestdos bijeenkomen op «Constitution Hill'! vaar een gala-voorstelling en een opera gegeven wordt. Op baar weg naar bet kasteel, woi dt H. M. te Slough, Eton-College en Windsor dooi de plaatselijke autoriteiten gecomplimenteerd. Donderdag 24 Juni groote optocht met fak kellicht van de leeiiingcn van het Eton-college op liet kasteel van Windsor. Receptie van den markies van Salisbury; gala-bal in Buckingham- paleis. Voor Viijdag 25 Juni zijn nog geen feestelijk heden vastgesteld. Waarschijnlijk geeft de Koningin des avonds een diner. Zaterdag 26 Juni zal II. M. pene groote marine-revue houden te Spitliead. Maandag 2S Juni geeft II. M. een garden-party op het Buckingham-paleis. Gemengde ftfcdcdccllngcn. De Duitsche rijksdag heeft met 180 tegen 101 stemmen de margarine-wet aangenomen. Na langdurig debat heeft de Belgische Kamer de begrooting van oorlog goedgekeurd. De radicale Belgische senatoren .Tanson on Delahaye hebben voorgesteld een refeiendum te doen houden over de plaatsvervanging in het leger en de reorganisatie der nationale ver dediging. Het is zeker, dat het voorstel verworpen zal worden. Het spoorwegongeluk bij Gerolstein is ont staan door het breken eener koppeling bij het afrijden eener sterke helling. liet achterste deel van den trein liep toen in snelle vaart op het vóórdeel. De trein bevatte 1100 reservisten, die op weg waren naar Metz en Moiciiingen. 9 soldaten zijn gedood, 35 meer of minder zwaar gewond. Ook een remmer is omgekomen. Men schrijft te Y/een en aan de regeering het voornemen toe, den Rijksraad niet voor het najaar weder bijeen te roepen. Eerst dan zou dus het vergelijk aan de orde komen. Volgens de Secoio heeft de rechtbank van Bologna besloten een aanklacht wegens ora- kooping in te stellen legen den ex-premier Crispi. Den 28sten van deze maand zal Acciarito, de pleger van den aanslag op koning Umberto van Italië, voor de rechtbank terechtstaan. De staatssecretaris voor buitenlandsche zaken der Vereeuigde Staten heeft aan den Britschen hierop zouden wel alle heeren van Ulmenried da een na den ander, sedert Loilewijk Christoffeis tijd, de zaak zoo gelaten hebben, want de roode toren was geheel onafhankelijk van het slot gebouwd, en was er slechts door een vroegeren bewoner aan toegevoegd. Hans Ulrich gaf derhalve zijne gemalin gelijk de roode toren zou geopend en onderzocht worden, en de noodige handswerklieden werden tot dit doei besteld. Op denzelfden dag, dat de jonker hiertoe bevel gaf, kwam er antwoord uit Frankrijk met het postmerk ia Bruyère. Het was kort en raadsel achtig en luidde als volgt: Mijnheer de Baron Voor alles dien ik te bekennen, dat ik bij uwen gezant te Parijs inlichtingen heb inge wonnen en daaruit heb vernomen, dat ik met een man van eer en een vlekkeloos verleden het genoegen heb te correspondeerende reden van mijne wellicht zonderlinge manier van doen, ligt in den inhoud van uw eigen brief, die mij totaal onbegrijpelijk is, want mijne schoon zuster Athenaïs, de weduwe van den markies de la Bruyère, geboren de Mondy, bevindt zich hier als onze gast, en herinnert zich niet ooit kennis met u gemaakt te hebban. U zoudt mij en mijne schoonzuster buiten gewoon verplichten door eenige opheldering te geven van uw zonderling schrijven. Uw Gaston, Markies de La Buutere. Wordt vervolgd,)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1897 | | pagina 1