BINNENLAND.
De gevangenis te Praja is verbrand.
Alle gevaarlijke gevangenen zijn ont
snapt. Een Javaansche spoorweggeëm-
ploveerde is vermoord. De troepen
vielen (de?) roovers aan, waarvan er
20 gedood werden. Aan onze zijde werd
gedood de luitenant Munnink en een
mindere.
Bintara Pinang beeft de verant
woordelijkheid voor de rust te Segli
op zich genomen.
Luitenant Yan Mourik is overleden.
STADSNIEUWS.
goeden moed dat inderdaad niet lang meer
daarop gewacht behoeft te worden, nu de por
tefeuille van binnenlandsche zaken in hanüen
is van den man, die jaren achtereen voorzitter
is geweest van de vereeniging Volksonderwijs,
welke invoering van leerplicht als eerste eisch
in haar program geschreven heeft.
Of er dan geen bezwaren tegen wettelijken
leerplicht zijn en de invoering van een leien
dakje zal loopen? Ware dit zoo, deze hervor
ming zou zeker reeds vóór jaren zijn tot stand
gekomen. Maar, zooals het Engelsche spreek
woord zegt, waar de wil is, daar wordt ook de
weg gevonden en zulk een weg is o.a. reeds
aangewezen in het centraal rapport der Com
missie voor de Arbeidsenquète van 8 Januari
1894, welke op invoering van leerplicht aan
dringt, mits uitzonderingen worden toegelaten
»a. voor ouders of voogden, die óf gewetens
bezwaren hebben tegen de strekking vau het
onderwijs aan de openbare school, indien in
hunne woonplaats geen bijzondere school be
staat, tegen welke zij dergelijke bezwaren niet
kunnen doen gelden, óf bezwaren tegen het
doen vaccineeren van hunne kinderen of pupillen;
tb. ten aanzien van kinderen, die op te
grooten afstand van een school wonen, ot
»c. blijkens behoorlijke geneeskundige ver
klaring, aan lichaamsgebreken of ernstige ziekten
lijden."
Door het in acht nemen dezer voorwaarden
zijn uiteraard nog niet alle bezwaren uit den
weg geruimd; men denke b.v. slechts aan het
gebrek aan schoollokalen in vele gemeenten en
aan onderwijzend personeel. Tegen dit laatste
euvel gaven wij reeds in ons eerste artikel
verbetering der financieele positie der onder
wijzers als doeltreffend geneesmiddel aan, ter
wijl voor opheffing van het eerste bezwaar re
geering en Gedeputeerde Staten alleen wat
krachtiger de middelen behoeven aan te wenden,
welke de onderwijswet nu reeds hun ter be
schikking stelt. Dan is nog een niet te miskennen
bezwaar de armoede van vele ouders, welke
belet hunne kinderen naar school te zenden,
eerst wegens gebrek aan kleederen en voedsel,
en later omdat zij het geringe loon der jonge
arbeiders niet kunnen missen.
Daaraan zal, het is niet te ontkennen, moeten
worden tegemoetgekomen, en zonder nu reeds
uit te weiden over de wijze waarop dit zou
kunnen geschieden, mag toch wel worden her
innerd, dat ook hier al een weg is aangeduid
door de, zij het ook langzaam, maar toch van
jaar tot jaar toenemende zorg der particuliere
liefdadigheid voor voeding, kieeding en schoeisel
van arme schoolkinderen. Wij zeggen rnet op
zet, niet dat de weg reeds gebaand, maar nog
slechts aangeduid isimmers, tegenover de dan
zich openbarende behoeften zou de ontoereikend
heid van het particuliere initiatief nog duide
lijker dan nu reeds blijken.
Doch men overschatte ook dit bezwaar niet,
Toen in 1874 op initiatief van den Groninger
afgevaardigde van Houten de eerste stap gezet
zou worden op den weg der arbeids-wetgeving
door het arbeidsverbod van kinderen beneden
12 jaar in fabrieken en werkplaatsen, werd
door de tegenstanders als gevolg daarvan weinig
minder voorspeld dan de ondergang der nijver
heid en eene overweldigende vermeerdering der
armoede, en toch heeft vóór 10 jaren de
arbeidsenquète ten duidelijkste in beide opzich
ten de zegenrijke gevolgen van dit bescheiden
wetje in 't licht gesteld. De ervaring der wet
op den leerplicht, wij zijn er innig van over
tuigd, zal ook niet minder menige zwartgal
lige voorspelling te schande maken en na ver
loop van eenige jaren evenzeer om hare zegen
rijke gevolgen worden geroemd.
De correspondent van de JV. R. Cl. te Batavia
seinde gisteren:
Lombok.
Atjeh.
Het blad teekent hierbij aan:
- De overste Van Heutz schijnt met zijn Iaatsten
tocht in Segli een resultaat verkregen te hebben,
waartoe reeds jaren lang op politiek terrein
verschillende gogingen werden in het werk
gesteld.
Tot 1885 was Toekoe Bintara Pinang een
voor ons vrij wel onbekend hoofd over het 10
vierkante kilometers groote landschapje dicht
aan de Noordkust van Atjeh, waaraan hij zijn
naam ontleende. Door zijn broeder te vermoor
den was hij tevens heer geworden over Pakan
Baroe, een terreinstrook grenzende aan den
grond, waarop onze postte Segli was opgericht.
Als schuldig aan een overval van een prauw
werd hij gevangen genomen tijdens een bezoek
in onzen post en belast met een schadevergoe
ding van 33,850 dollar. Voor dat dit geld was
afgedragen wist hij te ontvluchten.
Zijn gebied stoud hij toen schriftelijk af aan
de Moslemin, die het ons sedert dien tijd van
daar uit zeer lastig maakteu. Zijn voorstellen
tot onderwerping, een jaar later gedaan, kon
den niet worden aangenomen, daar zijn eischen
te hoog waren.
Welke pogingen wij ook bij de onderling
naijverige en vijandige Federation van Pedir
en Gighen deden, om aan het beschieten onzer
nederzetting een einde te zien komen, niets
mocht baten.
Nu eens waren het de Moslemin, dan weder
lieden uit Pedir of onderhoorigen van den
pretendent-sultan, die ons bestookten. Het ver
raderlijk vermoorden van Toekoe Bintara Pinang
door Pedir, gedurende den strijd tusschen de
beide Federaties, veranderde ook niets aan de
zaak.
Eerst ons machtsvertoon op Groot-Atjeh, na
het verraad van Toekoe Oemar, bracht den
vorst van Gighen er toe ten minste den schijn
aan te nemen de samenscholingen onzer vijanden
in de tot zijn Federatie behoorende landschapjes
te willen tegengaan. Doch zonder de tusschen-
komst van onze bajonetten was dat blijkbaar
onmogelijk.
Of onze post te Segli van nu af met vrede
zal worden gelaten is echter te betwijfelen.
Het aan Pakan Baroe grenzende landschapje
Paleieh behoort wel is waar tot de Federatie
van Gighen, maar is daarmede voortdu'-end in
strijd en wordt gesteund door Pedir.
Het sluit namelijk den toegang af naar zee
voor het binnenslands gelegen grootste gedeelte
van het eigen gebied van den vorst van Gighen
naar een hem toebehoorend stukje grond aan
de kust. En Pedirs streven is altijd geweest
alleen baas te blijven over allen in-en uitvoer.
Aanleiding tot strijd is er dus nog te over,
en van de gewisselde kogels krijgen wij altijd
ons deel, omdat wij het zijn, die uit- en invoer
van uit zee kunnen beletten en naijver op
wekken by de eene Federatie, als wij de
andere te veel bevoordeelen.
„Zwart maken."
Omtrent het voorschrift der nieuwe kieswet
volgens hetwelk de stemming plaats heeft door
»met potlood zwart te maken een wit stipje",
hebben Ged. Staten van Overijset een beslissing
gegeven.
Zooals men weet, had de gemeenteraad van
Stad-Almeioo den heer D. Heibergen Jz. niet
als raadslid toegelaten, op grond dat op een
der stembriefjes voor zijn naam de witte stip
niet met een staart, maar gelijk eerst met
een vergrootglas kon worden ontdekt met
donkerpaars potlood was bestreken. Dientenge
volge werd een ander candidaat gekozen ver
klaard.
De heer M. had hiertegen zijn beklag inge
diend bij Ged. Staten. In zijn verzoekschrift
werd o. a. aangevoerd, dat tal van briefjes
waarop slechts ten deele het wit met potlood
was bestreken, geldig zijn verklaard, eveneens
die slechts gebrekkig grys waren gekleurd.
Waarom dan het donkerpaars ongeldig verklaard?
Waar een stembiljet de duidelijke blijken
draagt dat de kiezer wist wat li-j wilde, achtte
de heer M. het besluit van den gemeenteraud
een spitsvondigheid, in strijd met de bedoeling
van de wet, »die aan zulk een uitgebreide en
onontwikkelde menigte het stemrecht verleent,
en daarom nog milder behoort te worden ver
klaard dan haar voorgangster."
Gedeputeerde Staten hebben op het adres
des heeren Heibergen gunstig beschikt en zijn
toelating als Raadslid bevolen, op grond dat
door het le stembureau een stembiljet is goed
gekeurd waar achter den naam van den candidaat
Ten Cate een bijvoeging geplaatst is, welk biljet
van onwaarde had behooren verklaard te zijn,
op grond, dat volgens art. 89 der kieswet van
onwaarde zijn de stembiljetten, waarop andere
bijvoegingen zijn geplaatst. Op dit stembiljet
is de naam Vixseboxse zwart gemaakt, zoodat
beide candidaten Heibergen en Vixseboxse weder
een gehjk aantal stemmen geacht moeten wor
den te hebben verkregen, en Heibergen, als
oudste in jaren, de verkozene is.
Wat het eigenljjk bezwaar van den heer
Heibergen betreft, beslisten Ged. Staten dat
de Raad het stembiljet, waarbij op den heer
Meibergen, voor wiens naam o. a. het witte
stipje in het stemvak met een paarse kleur is
ingevuld, op grond van art. 89 in verband met
art- 77 der kieswet, als hebbende de aanwijzing
van de candidate» op een andere wijze plaats
gehad dan is voorgeschreven bij laatstgenoemd
artikel, te recht van onwaarde heeft verklaard,
daar toch door het aanduiden van een candi
daat op stembiljetten op de wijze als hier heeft
plaats gehad, de stellige bepaling van art. 77
der kieswet, die uit haren aard geen andere
dan letterlijke opvatting toelaat, niet wordt na
gekomen en zoodanige aanduiding mede in strijd
moet worden geacht met den geest der kieswet^
welke zooveel mogelijk het geheim der stemming
wil gewaarborgd zien en die goede bedoeling
zou worden verijdeld indien den kiezer in de
wijze van aanduiding zijner stem op het stern-
bil vrijheid werd gelaten.
Om één stem.
Bij de herstemming voor een raadslid te Jlpen-
dura waren 44 stemmen uitgebracht op het
aftredende lid W. de Waal, ea 44 op diens
broeder P. de Waal. Eén biljet werd van
onwaarde verklaard, omdat een stip niet goed
zwart was gemaakt voor den naam vanW.de
Waal.
P. de Waal werd, als oudste in jaren, ver
kozen verklaard, en later door den Raad toe
gelaten. De heer W. de Waal kwam io hooger
beroep bij Gedep. Staten van Noord-Holland.
Dit college heeft nu het biljet geldig verklaard,
waardoor W. de Waal de meerderheid op zich
blijkt vereenigd te hebben.
Omvetlig onderzoek.
Te ASblasserdam heeft de burgemeester, baron
Taets van Amerongen, het onderzoek naar de
geloofsbrieven der hei kozen Raadsleden dat
in de vorige vergadering was geschied onder
voorzitterschap van den wethouder A. Pijl
onwettig verklaard en nieuw onderzoek doen
instellen.
Zijn bezwaar tegen de wettigheid van het
vorig onderzoek was, dat verzuimd was de her
kozen leden zei ven zoolang uit de zaal te ver
wijderen.
Hoofdcursus.
De volgende onderofficieren van den hoofd
cursus te Kampen zijn geslaagd voor 2e-luitenant.
Inf. h. t. 1.O. P. M. van Altena, G. Z. L.
Beerstecker, A. E. II. Constant, P. S. Hartog
Ileys van Zouteveen, W. Jensinck, II. A. Jochim
van Nootdorp, J. Mateman, D. J. van Meeren-
donk, G. Muijs, G, .1. Nijweijde, J. M. van den
Oudendijk Pieterse, L. C. J. M. van Overeem,
F. Piekema, H. Ritsma, P. A. Roosendaal, W.
Ros, A. J. M. Verspijck, G. H, Vurtheim, A. J. D.
de Winter, P. J. Zaaiberg, H. Zeeman.
Inf. in Ó.-I. E. C. Brusse, D. Buijze, J. W.
Ebbink, J. B. H. Frackers, L. W. Goslings,
H. Gramberg, J. G. de Graaf, L. Ilansma, H.
W. Henns, A. F. Hofï, J. van Ilolst Pellekaan,
S. D. Krameis, C. J. van Roosendaal, Th. K.
Roqué, C. A. Ruempol, B. G. S. Schregardus,
F. W. A. van Straeten, G. Ström, Z. van Vuuren,
Th. A. M. Willemse. Afgew. 4.
Adm. h. t. 1.J. C. P. Bouman, J. Hnitsma
Huilier, F. H, Henderson, F. J. T, Hochoten-
bacli, L. M. F. G. Knage, J. J. N. Krugers,
H. Reimers, C. de Ruyter.
Adm. O.-!. R. van den Eude, F. J. G. Jans-
sens, A. J. Lieth, li. F. Polack.
Landbouwtentoonstelling.
De landbouwtentoonstelling in hst Ivleheveld
te 's Gravenhage begint al meer en meer »ann-
gekleed" te worden. Men werkt met ijver aan
het stellen der vele machinerieën, die met
schuit- en karrenvrachten tegelijk worden aan
gevoerd. Ook het hoofdgebouw krijgt inwendig
al een feestelijk tintje, door de oranje- en
nationale vaantjes, die van de zoldering neer
hangen, terwijl de pilasters gedeeltelijk reeds
omkleed zijn met landbouwproducten.
Gisteren is ook, behalve met den bouw van
een flinke muziekkiosk vóór het hoofdgebouw,
een aanvang gemaakt met den opbouw van een
zeer sierlijke toegangspoort, welke recht tegen
over den ingang zal verrijzen. Deze poort zal
de inzending vormen van de firma W. F. van
Vliet in Den Haag, die thans bij deze tentoon
stelling juist vóór 25 jaren voor de eerste maal
den sierlijke entróe aan een landbouwtentoon
stelling der Hollandsehe Maatschappij schonk.
Ditmaal bereikt de poort een hoogte van 11
meter uit den grond en een breedte van 37 M.
Zij zal den chaletvorm hebben met een door
gangswijdte van 5 meters met twee flinke vleu
gel' uitloopende in doorgangen van kleinere
afmeting, eveneens in Zwitsersche bouworde.
Deze decoratieve ingang zal geheel worden
saamgesteld uit gele en bruine bamboe, mand
en teenwerk in verschillende kleuren, waardoor
het geheel een levendig aanzicht zal krijgen,
nog vermeerderd door de veelkleurige wimpels
aan hooge masten, die met bloemen gevulde
manden en de guirlandes van rozen en andere
bloemen die tot versiering zullen worden aan
gebracht.
Het Ironiespies draagt in kloeke letters de
vermelding: nHollandsehe Maatschappij van
Landbouw".
Nieuwe Uniformen.
De ambtenaren der Maatsch. tot Expl. van
Staatsspoorwegen met name de stationschefs,
adjuncten, assistenten, alsmede de telegrafisten,
klerken en controleurs zullen van nieuw model
uniformpetten voorzien worden, ongeveer van
hetzelfde model als de nieuwe officierspetten
bij de landmacht in gebruik.
Zou nu ook het tijdstip aangebroken, zijn
dat de dienstdoende stationschefs en assistenten
in uniformkleeding gestoken worden, opdat deze
spoorwegambtenaren bij een druk reizigersver
keer meer prestige kunnen uitoefenen en voor
het publiek beter te vinden zijn.
De staatsspoorwegmaatschappij kan in deze
een voorbeeld nemen aan de H. IJ. S, M.,
waar alle ambtenaren van een uniformkleeding
voorzien zijn.
Yan H. M. de Koningin is te Arnhem in
gekomen eene gift van f 200, ten behoeve
van het gratifieatiefonds der gemeentepolitie
aldaar.
Aanstaanden Woensdagavond komen de
prins en prinses Yon Wied niet de prinsessen
Louise en Elisabeth in Den Haag.
Door den burgemeester van Breda is aan
H. M. de Koningin vernietiging aangevraagd
van het raadsbesluit, waarbij de heer Jos. Van
Hal benoemd is tot wethouder.
Te Venlo is bericht ontvangen, dat ds ser
geant bij het 'Y-I. leger, Henri Theunissen, bij
den klewang-aanval te Lepong (Atjeh) zwaar
gewond werd.
Voor het notarieel staatsexamen van 4 tot
10 dezer in Den Haag gehouden zijn geslaagd
Voor het eerste gedeelte Z. W. Mouton, te
Voorburg.
Voor het tweede gedeelte J. L. Meijer te
Arnhem, H. de Wijs te ScheveniDgen, jhr. J.
Stern, te Arnhem, J. A. A. Schnel te Utrecht,
W. C. van Beest te Hellendoorn, A.F.J. Ver
linden, te Vlijmen, mr. M. Goslings, te Sneek,
W. J. B. M. Witte, te Rijswijk (Z.-H.), J. A.
F. F. van Asperen alhier, F. G. de Graaffj te
Leiden, en mr. L. A. Michaels, te 's-Gravenh- ge.
Op het graf van mr. L. W. Ebbinge, in ieven
burgemeester der gemeente Kampen, Nov. 1896
aldaar overleden, is namens vrienden en burgerij
een fraai monument geplaatst, dat Vrijdag op
plechtige wijze onthuld en aan de familie werd
overgedragen.
De Nederlandsche Heidemaatschappij zal
Maandag 20 September des voormiddags om
elf uur in het Zuid-Hoilandsch koffiehuis te
's Gravenhage haar 9e algemeene vergadering
houden. O. a. komen eenige wijzigingen in de
statuten aan de orde.
Niet alleen afgevaardigden en correspondenten
maar ook begunstigers en leden der Maatschappij
hebben toegang.
Men verzekert dat in de laatste dagen onder
handelingen moeten hebben plaatsgehad tusschen
den heer Van Marken, directeur der Neder
landsche g'St- en spiritusfabriek te Delft, en
eene commissie van werklieden der eerlang te
sluiten ijzergieterij de Prins van Oranje te
's-Gravenhage, en zulks in verband met door
den heer Van Marken aan te wenden pogingen
om een voortzetting der zaken van de ijzer
gieterij door de bekwaamste werklieden der
fabriek onderling mogelijk te maken, hetzij dan
de nieuwe onderneming Deift tot zetel zou
krijgen of te 's-Gravenhage zou blijven gevestigd,
(N. 11 Ot.)
De Staatscourant van heden bevat eene statis
tiek der geboorten en der sterften naar den
leeftijd en de oorzaken van den dood in Neder
land over Juni 1897.
Daaruit blijkt, dat het sterftecijfer per 1000
over dat tijdvak bedroeg (naar een jaar ge
rekend) voor het geheele Rijk 17.24, voor
Zuid-Hoiiand 14.11voor Schiedam 13.25.
Van de plaatsenongeveer van gelijke grootte
als Schiedam hadden een lager sterftecijfer
alleen Helder 12.82, en een hooger Leeuwarden
15.79, Tilburg 15.88, Dordtrecht 16.25, Breda
19.34, Zwolle 20.57. Deventer 20.97, Nijmegen
21.69, Gouda 23.93.
Sch'edam was de maand Juni dus ook weder
in uiterst gunstige conditie.
De gisteravond in het verkooplokaal aan de
Lange Haven gehouden vergadering voor de
versiering van de Hoogstraat, ter gelegenheid
der a.s. Kroning van H. M. Koningin Wilhel-
mina, werd bezocht door een zeventigtal be
langhebbenden.
In beginsel werd met algemeene stemmen be
sloten tot een gecombineerde versiering.
Het voorloopig comité werd definitief ge
handhaafd.
Door een bewoner van de Koemarkt werd
samenwerking met de Hoogstraat gevraagd,
wat echter geweigerd werd. De meening werd
daarbij uitgesproken dat het gemeentebestuur
wel zal zorgen voor de versiering van markten
en pleinen.
De bewoners van het blok huizen en het
hofje van den heer Sneijders de Vogel aan den
Rotterdamschec Dijk zijn overeengekomen om
wekelijks een bijdrage te leveren voor een
buurtversiering ter gelegenheid van het Kronings
feest. Twee personen zijn aangewezen voor het
beheer der gelden en de uitvoering der ver
siering.
Tot onderwijzer aan een bijzondere school
alhier is benoemd de heer N. Heijneman, te
Rotterdam.
De Royal Hand-Bell Ringers, uit Londen, die
drie jaren geleden met hunne concerten door
middel van 133 klokken een zoo groot succes
in ons land behaalden, en bij die gelegenheid
ook onze stad bezochten, hebben zich op verzoek
bereid verklaard van 18 October tot 13 No
vember a.s. weder een rondreis door ons land
te maken.
Naar wij vernemen zal te dezer stede een
concert gegeven worden op 20 October a,s.