BINNENLAND.
Uit de Staatscourant.
STADSNIEUWS.
TL A ARDINOEN.
Kunst en Wetenschap.
Kerk en School.
SPORT.
Gemengd Nieuws.
Verzekering tegen werkloosheid.
In de vergadering der «Vereeniging voor
de Staathuishoudkunde en de Statistiek", welke
op '16 October te Rotterdam (in Tivoli) zal
gehouden worden, komen in behandeling de
reeds in 't kort medegedeelde praead wezen van
de heer en dr. C. A. Venijn Stuart, rnr. Ch.
Raaymakeis, prof. tl, B. Greven en jhr. mr.
D. 0. Engelen, over De verzekering tegen de
geldelijke gevolgen der werkloosheid.
Ter bevordering van een vruchtbaar debat
heeft de voorzi'ter in overweging gegeven dit
aan de volgende punten te verbinden;
I. Wat ware noodig om eene verzekering
tegen werkloosheid uitvoerbaar te maken?
II. Wat zou ten behoeve eener eventueele
verzekering ais werkloosheid moeten gelden
III. Zou eerte wet kloosheidverzekering alle
bedrijven of slechts enkele moeten omvatten?
IV. Zou de toetreding tot zoodanige verze
kering vrijwillig of verplicht moeten zijn?
V. Hoe zouden de premiën zijn te regelen?
Vi. Op welke wijze zou misbiuik van de
zijde der verzekerden moeten worden tegen
gegaan
VII. Zou in de kosten der verzekering ook
door anderen dan de verzekerden zijn bij te
dragen, en zoo ja, door wie
Prijsvragen.
Bestuurders van het Haagsche Genootschap
tot i .lediging van den Christelijken Gods
dienst hebben in hun najaarsvergadering van
7 Sept. en volgende dagen uitspraak gedaan
over acht verhandelingen, ter beantwoording
van de door hen uitgeschreven prijsvragen hun
toegezonden.
Geen der ingekomen antwoorden kon voor
een bekroning in aanmerking komen.
Bestuurders hebben besloten om de volgende
drie vragen uit te schrijven.
10. Om te worden beantwoord voor 15
Dec. 1898
I. Het Genootschap verlangt: Eeu verhan
deling, waarin de beginselen der nuttigheids-
leer uiteengezet en uit wijsgeerig en zedelijk
oogpunt beoordeeld worden.
11. Het Genootschap verlangt: E»*n beant
woording der vraag: Welke is de verhouding
tusschen de godsdienstig zedelijke beginselen dei-
Bergrede en de eischen var, de practijk des
levens
2o. Om te worden beantwoord vóór 15
Dec. 1899:
3. Het Genootschap verlangt: Een verhan
deling over de wilvrijheid, met het oog bepaal
delijk op de nieuwere theorieën omtrent het
verband tusschen psychische en physiologische
verschijnselen.
Al wat na den gestelden termijn inkomt,
wordt onbeoordeeld ter zijde gelegd.
Voor 15 Dec. 1897 worden antwoorden,
ingewacht op de in 1895 uitgeschreven prijs
vraag over de geschiedenis en den invloed der
Waalsche Gemeenten in Nederlandover de
beginselen der critische en bespiegelende wijs
begeerte; en op de vraag: Wat is er natio
naal en internationaal in de Nederlandsche
Kerkhervorming der zestiende eeuw Voor
15 Dec. 1898 worden antwoorden ingewacht
op de in 1896 bij vernieuwing uitgeschreven
vraag over de «Nieuwe Mystiek."
De schrijvers geven hun naam niet op, maar
teekenen hun verhandeling met een motto en
zenden 'die, met een verzpgehl naambiljet, dat
hetzelfde motto tot opschrift heeft, vrachtvrij
aan den medebestuurder en secretaris des
Genootschaps II. P. Berlage, pred. te Amster
dam.
Kuyper contra Boissevain.
In een uitvoerig antwoord aan dr. Kuyper
in het Handelsblad van Zaterdagavond, wijst
de heer Chr. Boissevain den door dr. Kuyper
hem gestelden eisch, dien wij in ons vorig
nummer vermeldden, af, omdat niet de vraag,
of dr. Kuyper volgens de reglementen, of zelfs
volgens de wet, maar of hij volgens de zedeleer
mocht doen, wat hij gedaan heeft, voor den
heer Boissevain de kern is van het conflict, en
omdat die vraag van zedelijken aard het geheele
conflict beheerscht.
De heer Boissevain stelt ten slotte dr. Kuyper
voor, om de door hem en dr. Kuyper gewis
selde brieven gezamenlijk in brochurevorm uit
te geven, teneinde aldus de geheele natie, het
volksgeweten, de openbare meening te doen
beslissen.
Bakkersgezellen.
In de vergadering van bakkersgezellen, gis
teren in Den Haag gehouden, is met 163 tegen
1 stem besloten den 17en Januari 1898 (een
jaar na de meeting van 1897) allen nacht
arbeid in Den Haag te staken voor zooveel de
bakkerijen betreft.
Bij Kon. besluit is J. C. Eger, leeraar aan
het gymnasium te Stadt-Doetinchem, benoemd
tot ridder in de orde van Oranje-Nassau
De opper-ceremoniemeester maakt bekend,
dat het Hof, ingevolge de bevelen van Hare
Majesteit de Koningin-Regentes, op heden, den
lichten rouw' zal aannemen voor den tijd van
drie dagen, wegens het overlijden van Prins
Friedrich Wilhelm Adolf Günther, Hertog van
Mecklenburg-Schwerin. (St.-Cl.)
Door den' minister van koloniën zijn de
heeren A. A. Meijers, A. G. Allart, F. A.
Varkevisser, A. M. Valkenburg, F. C. van
Sillevoldt en jhr. R. L. R. de Muralt gesteld
ter beschikking van der. Gouverneur-Generaal
van Nederlandsch-Indië, om te worden benoemd
tot aspirant-ingenieur bij den waterstaat en
's lands burgerlijke openbare werken daar te
lande.
Bij de candidaatstelling voor deTweede Kamer
zijn door de Centrale Liberale Kiesvereeniging
uitgebracht op de heeren Winkel 486, Breebaart
201, Roodhuizen 181, Gerritsen 158, Baron 142,
Kool 131 stemmen.
Voor de Prov. Staten werd gekozen de heer
Van den Steen.
De uitslag der herexamens aan de Militaire
Academie is de volgende
Van het eerste naar het tweede studipjaar
gaan alsnog over de cadetten Van Lakerveld
de Heus, Bians, Sansen, Jochem van Nootdorp,
De Voogt, De Vries, Van der Schoot, Jeltes,
J. W. Mans, Van Andel, Snoek, M. A. Repelaar
en Oosting; van het tweede naar het derde
jaar: Boogaert, Goester, KappelhofT, Lagerwerf,
Muurling, Perelaer en Van Bel.
Vier cadetten moeten nogmaals de lessen van
hun studiejaar volgen.
Tot directrice aan de kookschool te Haarlem
is benoemd mejuffrouw N, Cariat, thans te
Utrecht aan de kookschool als directrice ver
bonden.
Dij Kon. besluit is
lo. met ingang van 27 JhU 1807, aan den met dien
datum, op zijn verzoek, eervol uit zijne betrekkingen
ontslagen minister van Oorlog C. D. II Schneider,
gepensionneerd luitenant-generaal, adjudant in buiten
gewonen dienst van Hare Majesteit de Koningin, te
's-Gravenhage, met instandhouding van het militair
pensioen van f 3000 's jaars, een tweede pensioen ver
leend ten laste van den Staat, ten bedrage van f 1 000
's jaars
2o. genoemde gewezen minister hersteld in het volle
genot van het voorschreven in stand gehouden militair
pensioen.
Bij kon. besluit zijn benoemd tot commies ter
directie der directe belastingen, invoerrechten en
accijnzen: te Maastricht, D. A. Breen; te Zwolle, J.
van Vollenhoven, thans belast met de waarneming
dier betrekking.
Bond van Nederlandsche Onderwijzers,
(Afdeeling Schiedam).
Door het bestuur dezer afdeeliug was voor
Zaterdag 2 October eene buitengewone ver
gadering uitgeschreven, waarin de heer Kerdel
een onderwerp zou inleiden: »De nieuwe spel
ling en hare tegenstanders".
De voorzitter zeide bij de opening der ver
gadering, dat het hem genoegen deed, de heeren
Vinkesteyn, Lodder en Westendorp tegenwoor
dig te zien, en verleende daarna den heer
Kerdel het woord.
De spreker gaf achtereenvolgens een over
zicht van het ontstaan, de werkzaamheden en
de ontwikkeling van de Vereeniging tot Ver
eenvoudiging van onze schrijftaal, besprak de
veranderingen, die elke taal in den loop der
eeuwen moet ondergaan en ook ondergaat, de
voornaamste wijzigingen, die men in de spel
ling wil aanbrengen, om ten slotte te verwijlen
bij de i>Tegenstanders" wier argumenten tegen
de Nieuwe Spelling zeer zwak bleken te zijn.
Spreker noodigde vervolgens allen, die het met
hem eens waren uit, zich aan te sluiten, om
dat men alleen door vereeniging de zege kan
behalen.
Van de gelegenheid tot debat werd gebruik
gemaakt door de heeren Koorengevel, Smit en
De Wit, die zich vrijwel met de inzichten van
den heer Kerdel konden vereenigert.
De heer Kerdel repliceerende deelde den
heer S. op diens vraag mede, dat niemand den
onderwijzer kan beletten de nieuwe spelling te
schrijven, maar wèl, haar te onderwijzen, om
dat ieder onderwijzer volgens het leerplan
werken moet, iets, dat wel te bejammeren is,
maar waaraan men niets kan veranderen.
De voorzitter meende uit naam van de ge
heele vergadering te spreken, wanneer hij den
heer Kerdel dankte voor zijne inleiding, die
flink ineengezet en dikwijls geestig gedacht
was. Met eene oproeping aan alle onderwijzers,
die de gave van het woord bezitten, om dit
seizoen nog vele malen een onderwerp in te
leiden, sloot de voorzitter met een woord van
dank aan h.h. autoriteiten voor hunne opkomst,
deze buitengewone vergadering en ging men
over tot de huishoudelijke vergadering.
Nadat de notulen van de vorige vergadering
waren gelezen en goedgekeurd, deelde de voor
zitter mede:
le dat de pogingen, aangewend door het
Bestuur om met de liberale kiesvereeniging en
de werkliedenvereeniging »Pztrimonium" samen
te werken, om sprekers van verschillende poli
tieke richting uit te noodigeu, niet roet succes
waren bekroond;
2e dat de heer Kuykhof had medegedeeld,
dat hij door ziekte verhinderd is, de volgende
maand hier een spreekbeurt te vervullenen
3e dat ten behoeve van de wed. Wyenborg
te 's-Gravenhage was ingekomen bjj den pen
ningmeester de som van f25.50.
Over punt 3 der agendaVacantiekolonies,
ontspon zich eene uitgebreide discussie, die
leidde tot het besluit, het bestuur op te dragen,
pogingen in het werk te stellen, ook hier de
jeugd van dergelijke instellingen te doen profi-
teeren.
Ahnu was aan de orde de verkiezing van
een bestuurslid. Daar de heer Koorengevel als
penningmeester had bedankt en zich niet meer
verkiesbaar stelde, werd de heer Van Roon
als zoodanig aangewezen en tot 2n Secretaris
gekozen de heer Sterk, terwijl diens plaats als
lid van de Perscommissie zal worden inge
nomen door den heer Broersen.
Wegens het vergevorderde uur werd de be
handeling van de volgende punten der agenda
tot eene volgende vergadering uitgesteld en
sloot de voorzitter na londvraag deze opge
wekte bijeenkomst.
Zaterdagavond te omstreeks kwart over tien
had hier ter stede een droevig ongeluk plaats.
De bakkersknecht W, Z., een oppassend man,
geraakte toen in de Nieuwe Haven bij de Hooi-
kade te water, zonder dat iemand dit zag.
Op het gerucht van den val in het water
naderden een paar voorbijgangers, die zich
onmiddelljjk met een dreg in een roeibootje
begaven en begonnen te dreggen.
Na tien minuten gehikte het den drenkeling
boven water te halen en onder deskundige
leiding werden nu de middelen tot redding van
drenkelingen toegepast; gedurende drie kwar
tier ging men daarmede voort, echter zonder
eenig resultaat. De levensgeesten bleken reeds
geweken.
De ongelukkige Iaat eene vrouw en drie
kinderen achter.
BURGERLIJKE STAND.
Overleden
'1 Oct. Machiel Versluijs, oud 14 jaar en 3
maanden, Kreupelstrant. Laurens Gerrit
Versloot, oud 6 maanden, Laan ons Genoegen.
2 Oct. Matina Cornelia van Katwijk, oud 5
jaar en 2 maanden, Lange 'Ilaven.
De heer W. van Haften alhier komt voor
op het viertal voor een hulpprediker bij de
Ned. Herv. Gemeente te Kage bij Sassenheim.
Voor de eerste klasse der Tuinbouwschool
te Wageningen is o. a. geslaagd A. van Dam Lzn.,
alhier.
Tegen een eigenaar eener waschinrichting
alhier, is proces-verbaal opgemaakt wegens
overtreding der arbeidswet. Des avonds om 10
uur liet de man nog door vier vrouwen
arbeiden.
BURGERLIJKE STAND.
Geboren
2 Oct. Johanna Paulina, dochter van A. Drop
en W. Koudstaal, Liesv. laan.
3 Oct. Jilles, zoon van L Audeweg en A.
Hitsert, Marhi.
4 Oct. Hendrik, zoon van J. v. d. Burg en
E. v. d. Valk, Callenburgstraat.
Overleden
2 Oct. Petronella van dea Berg, oud 3 maan
den, Callenburgstraat. Levenloos aangegeven
zoon van C. C. Geelen en C. Guldernoud.
4 Oct. Arie van Keulen, oud 56 jaren, echtg.
van W. v. d. Borden, Oranjestraat.
De heer A. Brummelkamp heeft als hoofdredacteur
afscheid genomen van de lezers der Nieuwe Prov.
Gron. Ct.
Gelijk men weet is de heer Brummelkamp thanB
kamerlid voor Loosduinen.
Bij de firma Nijgh Van Ditmar ligt ter perse
„Ome Afgevaardigden!' bevattende Portretten en
Biographiën der Leden van de Eerste en Tweede
Kamer.
De omslag zal in de nationale kleuren gelitho
grafeerd worden.
Het boekje zal als premie worden aangeboden aan
de abonnés op de Wereldkroniek en ook voor niet
abonnês verkrijgbaar worden gesteld.
Neb. Herv, Keek.
Beroepen: te Meteren (bij Geldermalsum), Van
der Kouw, te Brielie; te Nieuw-Beierland, J. H.
Ledeboer, cand.; te NijehaBke en Haskerdijken, A.
SI. Knottnerus, te Zaanslag.
Aangenomen: naar Oosterland (Zeel.), door
G. Smit, cand. te Kruiningen.
Bedankt: voor Rozenburg, door C. Eekhof, te
Wcrkenhovenvoor Wilp, door H. F. Rogaar, cand.
Geref. Kerken.
Beroepen: te Middelburg C. L. H.Wagenaar,
te Arnhem B; te Pietersburen c.a. J. H. Koers, te
Kochengen (Utr.)
Donderdag a. s. zal in Den Haag de conferentie
gehouden worden van Gereformeerde predikanten in
de provincie Zuid-Holland.
Prof. H. Bavinek za! daar in een referaat de
navolgende stellingen toelichten.
1. Dewijl het Goddelijk Wezen oneindig boven
alle schepsel verheven en dus in zichzelf voor alle
schepsel onkenbaar is, berust alle kennis en alle
wetenschap des mensehen op bewuste en vrije open
baring Gods.
2. De inhoud dezer openbaring genomen in den
rnimsten zin, heeft haar archetype in de scientia
liberia in het bewustzijn Gods; rust op den grond
slag der decreta in den wil Gods; is belichaamd in
al wat buiten Gods Wezen door Zijn wil als crea
tuur bestaat; d. i. in den kosmosen vormt om al
deze redenen één organisch geheel,
3. Alle wetenschap des mensehen heeft dien kosmos
d. i. dien open 1 sinhoud, tot object en hangt
daarom objectief in al hare deelen organisch samen
terwijl ook subjectief deze samenhang van alle
wetenschap door de eenheid van den menschelijken
geest wordt geëischt en bevestigd.
4. Gelijk in alle werken Gods verscheidenheid met
eenheid gepaard gaat, zoo sluit ook de organische
eenheid eter wetenschap de verscheidenheid barer
deelen niet uit; en bekleedt met name de theologie
in het organisme der wetenschap vooral ook krach
tens de bijzondere openbaring, welke door de zonde
noodzakelijk werd, eene eigene en zelfstandige plaats.
5. Als wetenschap is de theologie uiteraard on
derscheiden van de kennisse Gods, die het deel aller
geloovigen isheeft ze tot object niet de kerk als
instituut maar als organisme; en eischt hare be
oefening de toepassing eener wetenschappelijke me-
tl:-de, welker aanwijzing behoort tot de taak der
Christelijke philosophic.
6. Het kenmerk der Gereformeerde theologie ligt
in haar theologisch karakter, en stelt mitsdien aan
haar beoefenaar den eisch om dit karakter over haar
terrein, met name ook in de verschillende loei der
dogmatiek (zooals b.v. verkiezing, rechtvaardigma-
king, wedergeboorte, doop) te bandhaven; te meer
wijl het anthropologische (christologische, sotorie-
2ogische) uitgangspunt blijkens de historie tot allerlei
dwalingen leidt.
Daarna zal er gelegenheid zijn tot discussie.
Ds. Schuurman van Alfen zal een referaat hou
den over ,,de verhouding van kapitaal en arbeid
naar de li. Schrift."
R.-K. Kerk.
De heer M. A. van der Ven, pastoor te Wanrooi,
is plotseling overleden.
Hoooer Onderwijs.
De commissie welke in opdracht heeft het samen
stellen van een plan in zake de oprichting van een
Gereformeerd Gymnasium in Zuid-Holland, bestaat
behalve uit het voorloopig comité, uit de heeren
Rudolph te Leiden, Schippers te Vlaardingen. Sille-
vis Smitt te Rotterdam, Van Asch van Wijck te
's-Gravenhage, van Velzen te Alphen en von Briel
Sasse te Woerden. Deze heeren zullen binnenkort
vergaderen.
LeidenCandidaalsexamen rechten E. F. W. Gugel.
eerste natuurkundig examen mej A. G. Valk; can-
didaatsxamen klassieke letteren II. D. Verdam: ean-
didaatsexamen godgeleerdheid, eerste gedeelte, J. W.
Poort.
GroningenPropaedeutisch medisch examen W. C.
Noordenbos en P. Fockcns, beiden met lof: candi-
daatsexamen (eerste gedeelte) in de godgeleerdheid
J. N. Drost en P. Stoel.
De Nederlandsche sciffeur Blussé heeft gisteren te
Asnières bij Parijs het kampioenschap in sciff van
Frankrijk gewonnen.
Op de laatstgehouden Alg. Vergadering van den
„Neder!. Voetbal-bond" deed de heer Willem Muiier
mededeeling van zijn initiatief tot oprichting eener
Commissie, die zich ton doel stelt een verband met
andere sportlichamen, gelden te verzamelen voor eeu
huldeblijk bij de kroning onzer Koningin in het a. s.
jaar, een plan, waarmede de Nederl. Crikcet Bond
en de Nederl. Athletiek Bond, reeds officieus hunne
instemming betuigd hebben.
De dubbele moord te Rotterdam.
De N. R. Ct. gaat voort zich verdienstelijk
te maken door een uitgebreid onderzoek naar
het vroegere leven van den moordenaar Muller,
een onderzoek, waaruit de justitie zeker haar
nut kan trekken. Uit de mededeelingen van dat
blad outleenen wij nog het volgende
Muller heeft twee jaar in prof. A ion's fabriek
gewerkthij gedroeg zich goed en werd gewaar
deerd voor het fijnere werk aan de werktuigen
voor electriciteitsmeting.
Hy vertelde in de werkplaats, dat hij vroe
ger reeds in Holland gewerkt had. Zijn vader
woont niet bij zijn schoondochter in, maar
bezoekt haar toch nagenoeg eiken dag sedert
de vlucht van zijn zoon. De verlaten vrouw
van den moordenaar heeft 't erg hard en ver
dient voor zich en haar zoontje den kost met
naaien en kamerverhuren. Toen zij na het
verdwijnen van haar man bij de justitie aan
klopte om echtscheiding te vragen, wilde men
van haar weten waar haar man zich bevond,
en daar zij dit niet wist, liet zy de zaak op
haar beloop. Zij is dus tot heden toe niet van
haar man gescheiden.
Een portret van Miiller, door den Berlijn-
schen correspondent opgezonden, is door ver
schillende personen herkend als dat van den
moordenaar.
Een berichtgever van het Rotterdamsehe
blad had een onderhoud met den caféhouder
J. A. Nieberg uit de Stadhuissteeg, die om
trent den moordenaar het volgende-mede
deelde
Miiller heeft, toen ik nog geen café hield,
ongeveer een jaar met de vermoorde vrouw
bij mij op de Veemarkt gewoond. Wij werden
bevriend en toen ik het café aan de Stadhuis-
steeg begon, was hij tot aan zijn arrestatie een
bijna dagelijksch bezoeker. Ook de vermoorde
vrouw kwam meermalen bij m|j en mijne vrouw
op bezoek. Het laatst zag ik hen op den avond
van den moord; toen verlieten beiden omstreeks
8 uur mijne inrichting. Nimmer heb ik gewe
ten, dat zij niet gehuwd waren. Hij noemde
haar gewoonlijk Grete en zij hem Gus of Gus-
tave; een enkele maal ook wel mijn man.
Omtrent zjjn verleden vertelde Miiller mij dat
hij te Berlijn gehuwd was, toen een horloge-
makersaffaire had overgenomen, welke zaak,
die, toen bij ze overnam reeds verloopen was,
zoo slecht ging, dat hij haar opruimde. Hij was
toen nog 1000 mark rijk en had in overleg
met zijn vrouw besloten naar Holland te gaan
en te trachten daar als mechaniker weik te
vinden. Zoo reisden beiden in het begin van
1896 of einde 1895 allereerst naar Amsterdam,
waar zy aanvankelijk in een logement bun
intrek namen.